Sorrento: dag zeven

Het was met een bang hartje dat ik de gordijnen openschoof deze morgen: ging de Vesuvius niet in de wolken zitten? Want zo ja, dan kan je hem uiteraard niet beklimmen. Maar nee hoor, ondanks het gigantische gegiet gisterenavond glom de Vesuvius als vanouds in het zonlicht. Oef.

Het was een klein uur rijden – normaal gezien – en we hadden tickets om 10.10 uur met een speling van 90 minuten, en we zaten twintig over negen in de auto, dus dat moest wel lukken. Het plan was om tegen een uur of twaalf terug beneden te zijn, tegen een uur of een iets te eten in Sorrento, en dan nog naar de Bagni della Regina Iovanna te gaan, een lagune op de punt van Sorrento met een Romeinse ruïne. Juist ja.

Er was dus een ongeluk gebeurd op de enige tweevaksbaan richting Napels, zodat we een klein beetje file hadden. Een klein beetje maar. En toen kwam Wolf nog met het nieuws dat het geen 90 maar 60 minuten speling waren tegenwoordig, en kwamen er ook dreigende onweerswolken iet of wat opzetten. Bij mij kwam er dus een stresske opzetten, jawel.

Maar gelukkig zijn Italianen ‘piano piano’: het was kwart over elf tegen dat we op de parking waren, en toen heb ik gewoon tickets voor ons allemaal gekocht – allez ja, Bart had de cash bij – voor een taxibusje de eerste twee kilometer bergop, tot aan de tweede parking die enkel voor de bussen is. Content dat ik was dat we dat niet te voet hoefden te doen! 3 euro de man heen en terug, daarvoor kunt ge zelf niet terten, toch?

Het was half twaalf toen we aan het ‘checkpoint’ kwamen, maar ze deden niet moeilijk. En dan zijt ge pas op het ‘vertrekpunt’ en is het nog een half uurtje naar boven langs een breed pad met lapilli. Man, ik heb gezucht als een oud versleten paard, maar ik ben intussen dan ook oud en versleten. Op een bepaald moment heb ik tegen de rest gezegd dat zij mochten verder gaan: ik heb de top toch al gezien en dan konden zij langer van het uitzicht genieten. Enfin, ietwat later was ik toch ook boven, en content dat ik was! Ja, het is toch wel een stevige klim, ja. Ik ben toch een klein beetje trots op mezelf (en dankbaar voor de zware pijnstillers).

Maar het uitzicht over de baai van Napels is dan ook adembenemend, zelfs als het niet helemaal helder weer is. De kinderen vonden de krater de max, zeker met de fumarolen, en de jongens hebben zowaar een cache voor mij gevonden bovenop de krater, dus dat is de max van een cache!

Naar beneden gaan duurde eigenlijk bijna even lang wegens schuifgevaar, en dan moesten we nog een dik half uur wachten op het taxibusje dat zowat belegerd werd. Bart had daar geen zin in en is te voet naar de parking gelopen. Enfin, het was twee uur tegen dat we in een restaurant halverwege de berg zaten, drie tegen dat we daar buiten waren – het was er een beetje druk – en tegen vier uur voordat we terug in Sorrento waren.

Geen Bagni dus, jammer genoeg, want ten laatste om vijf uur moesten we onze auto terug inleveren. Die had wonder boven wonder geen krasje opgelopen, maar het was wel stevig beginnen regenen terwijl we de auto opleverden. We hebben dan maar een taxi terug naar het hotel genomen en daar ons wat rustig bezig gehouden tot een uur of zeven.

Tegen dan was het al lang gedaan met regenen, maar het zag er toch alweer behoorlijk dreigend uit. Het weerbericht zei nochtans dat het droog ging blijven, en we hadden niet gereserveerd in het hotel, zodat we toch maar de gok namen en naar buiten trokken. Goh ja, als we natgeregend werden, konden we altijd terug gaan en droge kleren aantrekken.

Goeie gok: zo bleek: ik wilde deze keer naar de Marina Grande, de vissershaven van Sorrento die eigenlijk nog dichter bij ons hotel lag, maar wel een stuk lager want – duh – aan het water. Daar waren we stomweg nog niet geweest, en dat is eigenlijk wat jammer, want had ik het geweten, dan waren we ook zeker daar eens gaan eten: het is er prachtig! Eén en al restaurantje voor toeristen, dat ook, maar wel mooi. Door de dikke onweerswolken begon het te schemeren, maar het zicht was de moeite.

Het eten was eigenlijk ook best lekker, en de weg terug, deze keer niet langs de drukke baan maar wel langs steegjes en trapjes voor voetgangers, was eigenlijk ook schilderachtig. Een waardige afsluiter van ons verblijf hier, dus.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *