Canada dag 1: de vlucht richting Montréal

Het was vroeg, deze morgen om vijf uur, maar alles verliep eigenlijk stressloos: Kobe was gisteren rond vijf uur eindelijk aan zijn valies begonnen, en ik ook. Merel was al dagen klaar natuurlijk, en ik was nog tot in de namiddag volop aan het wassen, maar bon. Vier grote stuks bagage – twee flexibele koffers, twee sporttassen – en wat handbagage voor vijf man: niet slecht, zou ik zeggen.

De cat- en housesitters zijn uitvoerig ingelicht en zullen wellicht vooral met water mogen sleuren voor de tuin, denk ik, maar ze zagen het volledig zitten.

En wij, wij waren weg tegen zes uur om iets voor zeven vlotjes in te checken bij Air Canada, een tijdje aan te schuiven aan de douane, de veiligheidscontrole, de paspoortcontrole, en dan rustig een koffietje – of iets dergelijks: men is nooit te oud voor Fristi – te drinken en een spelletje kaart te spelen. Goed gelachen!

Enfin, iets na tien steeg ons vliegtuig op, en toen waren we vertrokken voor acht lange uren. Laaaange uren: ik sliep wat, keek een halve film, las wat, sliep nog wat, praatte wat met de veertienjarige Quebecois naast mij – man, wat een accent zeg! – en kreeg tal van tips. Het eten viel best mee, de landing iets minder: ik was goed misselijk maar zag dat eten gelukkig geen tweede keer passeren.

Het wachten aan de paspoortcontrole daar ter plaatse zorgde ervoor dat we nauwelijks hoefden te wachten op onze bagage. Nog wat later hadden we Canadese simkaarten en nog wat later onze grote Chrysler huurauto met meer dan voldoende ruimte voor vijf personen en bagage.

Een dikke twintig minuten later parkeerde ik voor het hotel tussen de hoogbouw van Montréal en konden we inchecken. Het hotel is proper, maar al wat ouder en niet meteen wat we zelf zouden gekozen hebben, maar het is zeker oké. Het heeft gelukkig ook deftige wifi :-p

We gunden mijn rug een kwartiertje rust en gingen toen een paar blokken verder iets eten in Reuben’s Diner, wat ons aangeraden werd door de receptionist als iets waar je zeker om drie uur ’s middags kon eten en waar je je portie niet op ging krijgen. Hij kreeg gelijk.

Het was lekker en meer dan genoeg, maar we voelden onze aderen gewoon dichtslibben… We passeerden even langs een soortement nachtwinkel om wat drinken te kopen en deden een middagdutje, want ik was compleet kapot, en ik niet alleen.

Tegen zes uur gingen we nog voor een wandelingetje, maar niemand had nog maar enige honger, zodat we zelfs niks gingen drinken op een terrasje. We liepen door de hoogbouw, zagen een basiliek, passeerden langs de HABS – ijshockey ploeg van Montréal – gingen boodschappen doen – alleen maar drinken, yoghurt en fruit, niemand wilde iets anders – en waren tegen acht uur al terug, doodop. Niet moeilijk: in Belgische tijd waren we al wakker van vijf uur en was het nu al twee uur ’s nachts.

Heel erg lang heeft het niet geduurd tegen dat we sliepen, daar moet ik eerlijk in zijn…

Cuines 33

“Goh”, zei Bart, “ik heb iets voor ons gereserveerd op het einde van mei, om samen te gaan eten; het staat in uw agenda”.

Ik wist dus hoegenaamd niet wat ik moest verwachten: ik wist dat het in Knokke was en dus redelijk chic, maar niet overdreven. Dacht ik. Want toen we binnenkwamen in Cuines 33, bleek het een sterrenrestaurant te zijn met amper 16 couverts. We werden ontvangen in een soort gezellig salon, en twee van die Franstalige kakdames besloten dat het toch niks voor hen was en bolden het meteen weer af. Daar ging de opbrengst van de avond voor het restaurant, want met 16 couverts komt dat wel aan, ja. Misschien dat ze ook beter een voorschot beginnen vragen?

Enfin, we kregen een aperitief en een reeks hapjes en hadden blijkbaar geen keuze in het menu, wat overigens helemaal niet erg was. Bart had opgegeven dat komkommer een probleem was, maar er stond in de mail dat ze geen rekening hielden met allergieën, tenzij die levensbedreigend waren. Dat is het nu ook weer niet, ik word alleen kotsmisselijk – letterlijk te nemen – als ik ook maar één stukje binnenkrijg. Eén van de hapjes wees ik dus vriendelijk doch beslist af, maar daar nam de chef geen genoegen mee: hij bracht me prompt een ander zonder komkommer. Hij had gedacht dat een beetje komkommer geen kwaad kon, en het is ook niet alsof ik ervan dood ga, ik kan gewoon niet verder eten. Tsja… Maar overslaan was geen optie, daar kon zijn trots als chef niet tegen. En ja, na een paar hapjes begonnen we dat te begrijpen: er was niks bij waarvan we dachten: “Goh, niet slecht…” Alles was meteen op een bijzonder hoog niveau, niet alleen qua presentatie, maar vooral ook qua uitwerking, smakencombinaties, verfijning…

Daarna werden we via een sluisje – waar we in een nis nog een extra hapje kregen – naar het eigenlijke restaurant gebracht. Je zit er met 16 man rond een grote toog waar de koude gerechten worden samengesteld en je dus een schitterend zicht hebt. Bijzonder aangenaam zitten.

Tussendoor werden we even meegenomen naar de keuken om daar te zien hoe alles in zijn werk ging. De chef is trouwens een bijzonder gedreven, aimabele man die, doordat er maar 16 gasten zijn, ook de tijd neemt om even een praatje te slaan, wat extra uitleg te geven, over zichzelf te vertellen, dat soort dingen. Hij is bijzonder gepassioneerd en dat merk je in alles. En de gerechten? Subliem, echt waar. Ik snap niet dat dit restaurant niet bekender is, dat het trouwens geen twee sterren heeft. Voor mij staat dit vlotjes naast mijn favoriet tot hiertoe, Castor, en mag het er eigenlijk zelfs boven staan. Ik heb echt fantastische dingen gegeten…

Na het tweede dessert werden we opnieuw door het sluisje met zeer fijne eetbare sigaartjes richting het salon gebracht, waar intussen een stevige houtrook hing die helemaal de sfeer van een gezellig café laat op de avond weergaf.

En toen volgde nog een reeks friandises bij de koffie.

Man, ik heb zo ongelofelijk lekker gegeten… Bart en ik keken naar elkaar en waren het er over eens: hier willen we terugkomen. Misschien eerst nog eventjes sparen – al valt het voor deze kwaliteit ongelofelijk goed mee – maar ja, hier komen we terug. Echt.

BTW, het menu?

Bon, als ge dus iets te vieren hebt, ge weet waar naartoe. Alleen op tijd reserveren, dacht ik zo.

 

 

 

Kringwinkelgeluk

Eigenlijk was ik van plan Merel gewoon met de fiets naar haar orthodontistafspraak te laten gaan, maar ik was eigenlijk geen halve zak aan het doen en het dreigde te regenen, en dus streek ik met mijn hand over mijn hart en bracht ik haar met de auto. Tsja…

En toen stelde ik voor om nog even langs de Kringwinkel te gaan, maar dan liefst die aan de Reinaertstraat, daar was ik al lang niet meer geweest en die is behoorlijk groot. Merel kende die nog niet, heeft ook een voorliefde voor kringwinkels en dus zei ze ja. Ginder keek ze haar ogen uit: die is echt stukken groter dan de andere. En jawel, ze vond er een boek dat ze wilde hebben, en toen nog één. En ze weet maar al te goed dat ik geen nee kan zeggen tegen boeken. Of muziekinstrumenten, dat ook. En toen keken we ook nog even door de kleren en zag ze een zeer leuke overgooier in zwarte jeans die haar perfect paste. Voor die vijf euro hoefde ze het niet te laten van mij.

In het terugkeren passeerden we nog voorbij de kringwinkel van Mariakerke en hielden we ook daar even halt. En jawel, ook hier werd een boek gescoord, maar ook een bijzonder fijn zwart chique kleedje voor haar, een Little Black Dress, als het ware. Ze stond te springen van contentement, en dan maakt ook mijn moederhart van die kleine blije sprongetjes.

Een dochter, het is toch echt iets anders dan twee zonen, geloof me.

Shopping spree

Zoals ik hier al ettelijke keren heb vermeld, shoppen Merel en ik niet graag. Maar soms moet dat nu eenmaal gebeuren omdat er dingen nodig zijn en je niet alles gewoon online kan kopen, zonder te passen.

En dus trokken wij vandaag na het eten samen op pad: eerst naar de Lovisa om gaatjes te laten schieten. Vijf jaar geleden had ze al eens gaatjes gekregen, maar die waren beginnen ontsteken, deden veel pijn en die heeft ze laten toegroeien. Nu wilde ze er dus opnieuw, gewoon omdat ook al haar vriendinnen er hebben en ze dus oorringen wil kunnen dragen. Ze was er niet helemaal gerust in, maar het deed eigenlijk geen pijn, zei ze. Nu moet ze dus nog even alles blijven ontsmetten, maar ze stond wel even te dansen van contentement.

Bon, stap één achter de rug dus. We passeerden eerst langs de C&A en vonden daar zowaar een nieuwe bikini voor haar en enkele T-shirtjes, die ze ook dringend nodig had. En toen was het tijd voor koffie in de Izy, gewoon omdat het kan en ik wel eventjes wou zitten.

Het ging verder langs de Hema – drie perfect passende BHtjes voor haar, een goeie fit en zonder beugel. Score! En het laatste item op de lijst waren schoenen, waarvoor we naar de Torfs moesten aan de andere kant van de Veldstraat. Die had ze al op voorhand uitgezocht: Converse All Stars Chuck Taylor high rise platform in het zwart, maat 39. En ja hoor, die hadden ze binnen, zelfs in maatje 39.5 die nog beter pasten. Zoals altijd was de service subliem, zelfs met een persoonlijk compliment: de winkeldame is de mama van een oud-leerlinge van meer dan tien jaar geleden, en ze vertelde me dat ik nog steeds haar favoriete leerkracht ooit was. Jawel, we zaten allebei te stralen, mijn dochter en ik, om verschillende redenen.

En toen was het welletjes: we stapten linea recta terug naar de auto, beladen met een stevige buit, maar echt wel tevreden: niet te lang, recht door zee, zoals het hoort. Oef.

Ikea

Eigenlijk waren Merel en ik al van plan om in de kerstvakantie naar de Ikea te gaan, maar het was er niet van gekomen. Maandag stond het netjes ingepland in de agenda, om elf uur vertrekken en al.

Het bleek er druk te zijn. Niet onverwachts, natuurlijk, maar toch. Op de eerste verdieping, tussen de ingerichte kamers, viel dat best nog mee. Merel had een field day: ze amuseerde zich rot met in zetels te gaan zitten, kasten open te trekken, om hoekjes te gaan kijken. Ik moet zeggen: sommige ontwerpers van die kamers gaan heel ver in hun details. Ik heb met één slaapkamer ook echt gelachen:

Ge moet maar eens kijken naar dat achteloze paar schoenen, of de BH gedrapeerd over de lamp…

De drukte bij het eten, dat was wat anders. Maar er zijn jonge en oude ruggen, en dus ging ik al een plaatsje zoeken, terwijl Merel netjes aanschoof. Een klein half uur later stuurde ze me dat ik mocht afkomen, en ik schoof netjes in bij haar in de rij, tot haar grote opluchting, want soms heeft ze toch nog een klein hartje.

Enfin, er werd gegeten, en toen namen we een kar en doorkruisten we de benedenverdieping. We hadden Bart plechtig beloofd niet te veel rommel mee te nemen, en dat deden we ook niet echt, vond ik. Een nieuw hoofdkussen voor mij en een dekbedovertrek met hartjes voor haar, zoals afgesproken, net zoals een nieuwe waterkan. En nog wat flesjes voor vlierbloesemsiroop en twee nepplantjes, eentje voor haar kamer en eentje voor school. Enfin, en een plantenstandaard, dat ook, ja. Tsja… Het is en blijft Ikea.

Soit, tegen drie uur waren we opnieuw thuis met nog een heerlijk lange luie middag voor de boeg.

Michelinsterren, een update

Enkele jaren geleden hadden Bart en ik een vermetel plan opgevat: op ’t gemakje zo veel mogelijk sterrenrestaurants aandoen. Tsja. Het is een hobby als een ander, zeker? Maar wel een dure…
In februari 2020 had ik daar een oplijsting van gemaakt, met de links. Intussen  heb ik gewoon de lijst van Michelin zelf overgenomen, met hun links, en als ge graag wilt weten wat ik ervan denk, dan moet ge maar in de zoekfunctie hier rechts ne keer kijken. Soit, wat we al gedaan hebben, zet ik in het rood.

We hebben nog werk, véél werk. Maar intussen hebben we ook een reservatie bij La Durée.

3 MICHELIN sterren:

Zilte (Antwerpen)
Hof van Cleve (Kruishoutem)
Boury (Roeselare)

2 MICHELIN sterren:

Brussel:

Bozar Restaurant (Brussel) N
Le Chalet de la Forêt (Ukkel)
La Villa Lorraine by Yves Mattagne (Brussel)
La Paix (Anderlecht)

Vlaanderen:

Hertog Jan at Botanic (Antwerpen)
The Jane (Antwerpen)
Colette – De Vijvers (Averbode)
Castor (Beveren-Leie)
Nuance (Duffel)
Vrijmoed (Gent)
La Durée (Izegem)
Bartholomeus (Knokke-Heist)
Cuchara (Lommel)
Ralf Berendsen (Neerharen)
Slagmolen (Opglabbeek)
De Jonkman (Sint-Kruis)

Wallonië:

L’Eau Vive (Arbre)
d’Eugénie à Emilie (Baudour)
Château du Mylord (Ellezelles)
L’Air du Temps (Liernu)
La Table de Maxime (Our)

1 MICHELIN ster:

Brussel:

Barge (Brussel) N
Comme chez Soi (Brussel)
Humus x Hortense (Elsene) N
La Canne en Ville (Elsene)
Da Mimmo (St-Lambrechts-Woluwe)
Kamo (Elsene)
Le Pigeon Noir (Ukkel)
senzanome (Brussel)
La Villa Emily (Brussel)
La Villa in the Sky (Elsene)

Vlaanderen:

Kelderman (Aalst)
’t Overhamme (Aalst)
Bistrot du Nord (Antwerpen)
The Butcher’s son (Antwerpen)
DIM Dining (Antwerpen)
Dôme (Antwerpen)
Fine Fleur (Antwerpen)
’t Fornuis (Antwerpen)
FRANQ (Antwerpen)
Het Gebaar (Antwerpen)
GLASS (Antwerpen) N
Kommilfoo (Antwerpen)
Misera (Antwerpen) N
Nathan (Antwerpen)
Nebo (Antwerpen)
Le Pristine (Antwerpen)
Hofke van Bazel (Bazel)
Sans Cravate (Brugge)
Zet’Joe by Geert Van Hecke (Brugge)
De Zuidkant (Damme)
Marcus (Deerlijk)
Hostellerie Le Fox (De Panne)
Hostellerie Vivendum (Dilsen)
Hostellerie St-Nicolas (Elverdinge)
Libertine (Erpe)
La Belle (Geel)
De Kristalijn (Genk)
Horseele (Gent)
OAK (Gent)
Publiek (Gent)
Sensum (Gent) N
Souvenir (Gent)
Michel (Groot-Bijgaarden)
JER (Hasselt)
Ogst (Hasselt)
Arenberg (Heverlee)
Couvert couvert (Heverlee)
Hof Ter Hulst (Hulshout)
Boo Raan (Knokke-Heist)
Cuines,33 (Knokke-Heist)
Sel Gris (Knokke-Heist)
Table d’Amis (Kortrijk) N
EED (Leuven)
EssenCiel (Leuven)
De Pastorie (Lichtaart)
Rebelle (Marke)
Vol-Ver (Marke)
Tinèlle (Mechelen)
’t Korennaer (Nieuwkerken-Waas)
M-Bistro (Nieuwpoort)
De Bakermat (Ninove) N
Aurum by Gary Kirchens (Ordingen)
Willem Hiele (Oudenburg)
Benoit en Bernard Dewitte (Ouwegem)
Maison Alain Bianchin (Overijse)
L’Envie (Sint-Denijs)
Carcasse (Sint-Idesbald)
Centpourcent (Sint-Katelijne-Waver)
Goffin (Sint-Kruis)
Sir Kwinten (Sint-Kwintens-Lennik)
Brasserie Julie (Sint-Martens-Bodegem)
’t Stoveke (Strombeek-Bever)
Melchior (Tienen)
Alter (Tongeren)
Magis (Tongeren)
De Mijlpaal (Tongeren)
Hert (Turnhout)
Sense (Waasmunster)
In den Hert (Wannegem-Lede)
Bar Bulot (Zedelgem)
Fleur de Lin (Zele)
Innesto (Zonhoven)

Wallonië:

Quai n°4 (Ath) N
Chai Gourmand (Beuzet)
Les Gourmands (Blaregnies)
Maison Marit (Braine-l’Alleud)
Philippe Meyers (Braine-l’Alleud)
Bistro Racine (Braine-le-Château)
Le Pilori (Ecaussines-Lalaing)
Le Château de Strainchamps (Fauvillers)
Aux petits oignons (Jodoigne)
Héliport Brasserie (Liège)
¡Toma! (Liège) N
Arabelle Meirlaen (Marchin)
Les Pieds dans le Plat (Marenne)
Le Comptoir de Marie (Mons)
Lettres Gourmandes (Montignies-Saint-Christophe)
Attablez-vous (Namur)
Le Gastronome (Paliseul)
La Ligne Rouge (Plancenoit)
L’Impératif (Roucourt)
Philippe Fauchet (Saint-Georges-sur-Meuse)
Quadras (Sankt-Vith)
Zur Post (Sankt-Vith)
Au Gré du Vent (Seneffe)
Le Coq aux Champs (Soheit-Tinlot)
Hostellerie Le Prieuré Saint-Géry (Solre-Saint-Géry)
Hostellerie Gilain (Sorinnes)
Le Pré des Oréades (Spa)
l’Essentiel (Temploux)
Arden (Villers-sur-Lesse) N
Le Cor de Chasse (Wéris)

Nog meer geslaagde shopping

Ook Merel moest nog een nieuwe broek hebben, maar aangezien die de hele week toneel had gehad, kon ze donderdag niet mee. Vandaag stonden we dus om kwart over tien in ’t stad, kwestie van de drukte te mijden. We moesten – noodgedwongen, ge kent dat misschien wel – passeren langs de M.A.R.T.H.A. en hoorden daar dat de fabriek van mijn favoriete collectie ermee gestopt is. Ik kon dan ook niet anders dan alsnog een ring en een ketting kopen voordat die helemaal weg zijn, toch?

Enfin, wij naar de H&M, en jawel, Merel vond er meteen een perfect passende jeans met wijde pijpen en zowaar een korte, beige pull met kabels. Ze heeft staan springen van contentement. Missie al meteen geslaagd dus.

In de C&A keken we nog even rond, hoewel we niks meer nodig hadden, en gingen dan naar de Izy voor een stevige koffie. Lekker, dat zeker, maar de twee koffies plus één chocolate chip cookie kostte evenveel als haar pull. Dat zegt veel over zowel de koffieprijzen in zo’n bar als over de kledingprijzen…

We liepen nog even het Kruidvat binnen om er krulspelden voor haar te kopen, en dat was gewoonweg dat!

Happy mama, nog veel meer happy Merel.

De wasmachine is dood, lang leve de wasmachine

Woensdag stak ik een was in, hoorde de machine netjes haar werk doen, en ging een kwartiertje of zo na het einde van de cyclus de boel in de droogkast steken.

Zoals altijd ben ik al bezig met het sorteren van vuile was, terwijl ik op de “open deur”-knop duw. Euhm? Geen reactie. Tiens. Nu, als de machine al een tijdje gestopt is, schakelt ze zichzelf uit. Ik moet ze dan eerst weer inschakelen voordat ik de deur kan openen. Ik duw dus, nog steeds vrij achteloos, op de “aan”-knop.

Niks.

Bon, ondertussen laat ik de vuile was voor wat hij is, en concentreer me op de recalcitrante machine. En merk ik dat er een vrij penetrante geur hangt van verbrand plastiek. Ik roep daar, voor de zekerheid, Wolf even bij, en jawel, ik heb me de geur niet ingebeeld.

Exit mijn wasmachine dus, een Miele van 12 jaar oud met serieus wat kilometertjes op de teller: een gezin van vijf personen met scouts en rugby en alles erop en eraan. Want de geur zegt dat er op zijn minst een kabel is doorgebrand, als het al de motor zelf niet is. Een hersteller laat een tijd op zich wachten en rekent 100 euro om langs te komen alleen al, nog zonder de kosten van reparatie, en hoe lang zou ze dan nog meegaan, als ze überhaupt nog te herstellen valt.

Bon, we keken wat rond links en rechts en kozen toen een Samsung die hele goeie reviews krijgt. Vandaag werd die al geleverd, geïnstalleerd boven en de oude werd meegenomen.

Alleen was ze niet gebruiksklaar: de afvoerslang paste niet in onze afvoerbuis. Ik ben eerst gaan kijken in de Brico voor een geschikt tussenstuk en heb toen besloten gewoon een stukje van die afvoerbuis af te snijden. Er zat namelijk een ietsje dikker stukje rubber op, zonder ogenschijnlijk nut, en na verwijdering kon het allemaal wel.

Intussen heb ik de eerste was al gedraaid, tot voldoening. Geen idee of ze ook twaalf jaar zal meegaan, maar bon. We zijn toch alweer zo ver.

Noodgedwongen shoppen met Kobe

Als er iets is dat Kobe en ik allebei niet graag doen, dan is het wel shoppen. Maar soms moet dat nu eenmaal: hij moest namelijk een kostuum hebben voor de eindejaarsbals en dergelijke, en dat kan je niet online kopen, dat moet je echt passen.

Soit, wij nog even getwijfeld of we met de auto of met de fiets gingen gaan, maar tegen vijf uur zou het beginnen regenen, en dankzij de website van Stad Gent kan je altijd de ad hoc bezetting van de parkeergarages zien. Wij dus naar de Sint-Michiels met de auto.

Van daaruit ging het vlotjes doorheen de mensenmassa naar de WE, waar we een fijne verkoopster aanklampten bij de kostuums. De eerste broek en het eerste hemd waren meteen de juiste, bij de vest moest hij een tweede exemplaar passen, en dat was dat. Op nog geen kwartier had hij een kostuum, voilà. 210 euro samen, dat valt al bij al nog mee.

Bon, nu nog een zwarte baggy broek voor hem. Binnen en buiten in een veel te drukke Zara, idem in de Brooklyn, maar in de H&M viel het mee van drukte én vond hij een prima broek, meteen ook de juiste lengte. Niet in solden, uiteraard, maar ik ben al lang blij dat hij überhaupt een broek hééft.

Langs de Australian Icecream passeren is altijd riskant, en dus had ik een ijsje en hij een warme wafel mee, en daarmee wandelden we tot aan de Izy voor respectievelijk een Maple Chestnut koffie – veel te zoet – en een warme chocolademelk. We waaiden nog even de C&A binnen en vonden daar de perfecte “Rory Gilmore” trui voor Merel, alleen niet in de juiste maat. Die hebben we dan daarna thuis online besteld, ze stond te springen van blijdschap.

En toen deed Kobe me nog een immens plezier door samen met mij nog tot aan de achterkant van het Gravensteen te wandelen en daar een cache te loggen.

Al bij al een fijne, productieve middag gehad met mijn middelste zoon, en we hebben zelfs geen enkele keer ruzie gemaakt! Missie volledig geslaagd!

Nieuwe fietsen

Zowel Kobe als Merel hadden het al een paar keer gezegd: hun fietsen waren echt aan vervanging toe. Ze rijden er dan ook alle dagen 10 km mee, door weer en wind, en die fietsen zien af.

Kobe reed met Wolfs “oude” fiets, volgens hem sinds zeven jaar al, sinds zijn zesde studiejaar, want toen had Wolf een vintage koersfiets gekregen (blijkbaar in 2018, maar bon). Wolf had er toen al een paar jaar mee gereden en het was op zich al een tweedehands. We hebben er veel kosten aan gehad omdat er altijd wel iets was met de versnellingen of de wielen. Gelukkig was Kobe al een tijdje zelf zijn remblokken aan het vervangen, want die versleten nog het meest. En net gisteren was hij thuis gekomen met zijn spatbord in de hand. Juist ja.

Merel reed dan weer met oma’s fiets. Die had daar zelf een aantal jaar mee gefietst, en dan werd dat mijn fiets, tot ik mijn elektrische kocht. Het ding was dus ook al intens gebruikt, Merel heeft er nu ook een paar jaar mee gereden, en het zadel was lichtjes gescheurd, de handvaten gebarsten, hij maakte een raar geluid en een van de spatborden was kapot. Oh ja, en ze had een platte band, de dag nadat die hersteld was. Hmm.

Soit, wij dus naar Huis Tange, want ik weet dat zij tal van tweedehandsfietsen staan hebben die ze perfect in orde zetten en dan weer verkopen. Kobe kreeg een stevig model met zelfs compleet nieuwe wielen voor 165 euro. Niet de mooiste fiets, maar wel zowat de stevigste, zei de fietsenmaker. Merel ging voor een stevig effen zwart model van 220 euro en ook die zou nu wel eventjes moeten meegaan, hoop ik dan.

Enfin, twee blije kinders die vrolijk naar huis zijn gefietst op een moment dat het eventjes niet regende. Dik in orde.

En nu maar hopen dat ook Kobe van in het begin zijn fiets herkent. Merel was verontwaardigd toen ik zei, terwijl ze allebei naast me in de zetel zaten: “Zeg, zorg dat je je fiets goed bekijkt zodat je hem herkent tussen die 500 andere fietsen op school!” Maar ik zei dat eigenlijk vooral tegen Kobe en hij herkende zich daar volledig in. Ja, mijn zoon en ik…