Olivia Rodrigo

Merel is eerst en vooral een Swiftie: ze gaat in juli met Bart, en Liv en Koen naar Duitsland, naar het concert daar.

Maar Else had nu ook kaarten kunnen vastkrijgen voor Olivia Rodrigo, in het Sportpaleis. Merel is daar geen gigantische fan van zoals van Taylor Swift, maar kent blijkbaar ook zo goed als alle liedjes van buiten en zag het helemaal zitten. Ze had ook helemaal een outfit in elkaar gestoken: we waren samen om een paars T-shirt gegaan – paars is blijkbaar het favoriete kleur van Rodrigo – en daar had ze dan met textielstift – die we ook speciaal nog gaan halen waren – een quote uit een van de nummers op geschreven. Met dan nog een favoriet rokje erbij werd de fit compleet.

De bedoeling was dat ze om half vijf in Wetteren zou staan, maar toen was er een ongeluk op de R4 én waren Else en co te vroeg, zodat we afspraken op de parking van de Ghelamco. Ik geef het u op een briefje: het verkeer was hel! De bedoeling was dat ze tegen zes uur – half zeven in Antwerpen waren zodat ze nog iets konden eten, maar het is een zakje chips in de arena geworden, want ze hebben gewoon gigantisch lang in de file gestaan.

Ik overigens ook: anderhalf uur over in totaal 35 kilometer, het was niet zo bijzonder fijn, nee.

En het concert? Merel was compleet hees, ze vond het ongelofelijk wijs en genoot met volle teugen. Ze was pas tegen één uur thuis en blonk van enthousiasme en plezier…

Sorrento: dag zeven

Het was met een bang hartje dat ik de gordijnen openschoof deze morgen: ging de Vesuvius niet in de wolken zitten? Want zo ja, dan kan je hem uiteraard niet beklimmen. Maar nee hoor, ondanks het gigantische gegiet gisterenavond glom de Vesuvius als vanouds in het zonlicht. Oef.

Het was een klein uur rijden – normaal gezien – en we hadden tickets om 10.10 uur met een speling van 90 minuten, en we zaten twintig over negen in de auto, dus dat moest wel lukken. Het plan was om tegen een uur of twaalf terug beneden te zijn, tegen een uur of een iets te eten in Sorrento, en dan nog naar de Bagni della Regina Iovanna te gaan, een lagune op de punt van Sorrento met een Romeinse ruïne. Juist ja.

Er was dus een ongeluk gebeurd op de enige tweevaksbaan richting Napels, zodat we een klein beetje file hadden. Een klein beetje maar. En toen kwam Wolf nog met het nieuws dat het geen 90 maar 60 minuten speling waren tegenwoordig, en kwamen er ook dreigende onweerswolken iet of wat opzetten. Bij mij kwam er dus een stresske opzetten, jawel.

Maar gelukkig zijn Italianen ‘piano piano’: het was kwart over elf tegen dat we op de parking waren, en toen heb ik gewoon tickets voor ons allemaal gekocht – allez ja, Bart had de cash bij – voor een taxibusje de eerste twee kilometer bergop, tot aan de tweede parking die enkel voor de bussen is. Content dat ik was dat we dat niet te voet hoefden te doen! 3 euro de man heen en terug, daarvoor kunt ge zelf niet terten, toch?

Het was half twaalf toen we aan het ‘checkpoint’ kwamen, maar ze deden niet moeilijk. En dan zijt ge pas op het ‘vertrekpunt’ en is het nog een half uurtje naar boven langs een breed pad met lapilli. Man, ik heb gezucht als een oud versleten paard, maar ik ben intussen dan ook oud en versleten. Op een bepaald moment heb ik tegen de rest gezegd dat zij mochten verder gaan: ik heb de top toch al gezien en dan konden zij langer van het uitzicht genieten. Enfin, ietwat later was ik toch ook boven, en content dat ik was! Ja, het is toch wel een stevige klim, ja. Ik ben toch een klein beetje trots op mezelf (en dankbaar voor de zware pijnstillers).

Maar het uitzicht over de baai van Napels is dan ook adembenemend, zelfs als het niet helemaal helder weer is. De kinderen vonden de krater de max, zeker met de fumarolen, en de jongens hebben zowaar een cache voor mij gevonden bovenop de krater, dus dat is de max van een cache!

Naar beneden gaan duurde eigenlijk bijna even lang wegens schuifgevaar, en dan moesten we nog een dik half uur wachten op het taxibusje dat zowat belegerd werd. Bart had daar geen zin in en is te voet naar de parking gelopen. Enfin, het was twee uur tegen dat we in een restaurant halverwege de berg zaten, drie tegen dat we daar buiten waren – het was er een beetje druk – en tegen vier uur voordat we terug in Sorrento waren.

Geen Bagni dus, jammer genoeg, want ten laatste om vijf uur moesten we onze auto terug inleveren. Die had wonder boven wonder geen krasje opgelopen, maar het was wel stevig beginnen regenen terwijl we de auto opleverden. We hebben dan maar een taxi terug naar het hotel genomen en daar ons wat rustig bezig gehouden tot een uur of zeven.

Tegen dan was het al lang gedaan met regenen, maar het zag er toch alweer behoorlijk dreigend uit. Het weerbericht zei nochtans dat het droog ging blijven, en we hadden niet gereserveerd in het hotel, zodat we toch maar de gok namen en naar buiten trokken. Goh ja, als we natgeregend werden, konden we altijd terug gaan en droge kleren aantrekken.

Goeie gok: zo bleek: ik wilde deze keer naar de Marina Grande, de vissershaven van Sorrento die eigenlijk nog dichter bij ons hotel lag, maar wel een stuk lager want – duh – aan het water. Daar waren we stomweg nog niet geweest, en dat is eigenlijk wat jammer, want had ik het geweten, dan waren we ook zeker daar eens gaan eten: het is er prachtig! Eén en al restaurantje voor toeristen, dat ook, maar wel mooi. Door de dikke onweerswolken begon het te schemeren, maar het zicht was de moeite.

Het eten was eigenlijk ook best lekker, en de weg terug, deze keer niet langs de drukke baan maar wel langs steegjes en trapjes voor voetgangers, was eigenlijk ook schilderachtig. Een waardige afsluiter van ons verblijf hier, dus.

Terugweg door Leuven

Op onze weg terug van de Ardennen wil het al wel eens lukken dat we in de file staan. Om dat te vermijden – er zijn werken op de E40 – wilden we dik voor de spits thuis zijn, ook al omdat we nog het ganse weekend weg zijn ook. Buiten was het toch mistig as hell, en veel was er dus niet te zien.

We ruimden op, kuisten, en waren om kwart over tien warempel al weg. GPS zei kwart voor twaalf in Leuven, dus meer dan tijd genoeg om uitgebreid te lunchen en te geocachen ginder in ’t stad. Helaas…

Hadden we maar de route via Eupen genomen, in plaats van Malmedy: anderhalf uur hebben we voor Verviers in de file gestaan. Gelukkig zijn er dan nog spelletjes en veel onnozeliteiten om te doen in de auto als ge u verveelt. Zoals foto’s trekken van elkaar…

Enfin, tegen kwart over twee waren we in Heverlee, en zijn we gewoon de afhaalPizzaHut daar binnengewaaid, en hebben gegeten in het middenbermparkje daar. Nog nooit een pizza zo snel zien verdwijnen, overigens.

IMG_5726

En daarna? Cachen, uiteraard. We reden naar het Begijnhof, en vonden er naast een mooie cache ook hele mooie straatjes en een kerk.

De spits indachtig pikten we enkel nog een cache op die we vorig jaar in handen hadden gehad, maar blijkbaar niet herkend. Na een bevestiging van de legger zijn we hem nu dus wél gaan loggen, yay!

Een klein beetje file op de ring zorgde nog voor twintig minuten extra, maar al bij al waren we om half vijf thuis, en was om vijf uur alles al netjes uitgepakt en op zijn plaats. We rule. Files niet.

Ardennen: naar huis, de helletocht

Naar huis, dat betekent vooral: opruimen, alles inladen, en vooral ook kuisen. We maakten er een rustige voormiddag van: een wandelingetje om de buggy terug te brengen, en dan in gang schieten. Iedereen hielp mee: Kobe ruimde op, Wolf stofzuigde, en Merel liep overal tussen :-p

Er werd lasagne in de oven gezet, gegeten, de afwasmachine aangezet, de auto gevuld, en gewacht op Ellen. We hadden gehoopt om rond half drie te kunnen vertrekken, maar dat werd intussen kwart over drie. Ach ja…

Ik had de jongens beloofd dat ze een foto kregen op het hoogste punt van België. Bij deze dus :-p

Ardennen01

Ardennen02

Ardennen03

Omdat vieruurtjes belangrijk zijn in een peuterleven, maakten we een klein ommetje naar de stuwdam van Eupen.

Ardennen04

Ardennen05

Daarna wilden we nog een buggy ophalen in Eliksem, en dan rechtstreeks naar huis, waar we volgens de GPS toch gingen zijn om 17.52u. Neem daar een half uur fileleed rond Brussel bij, en dat wordt 18.22u. Ideaal, want om 19.00u kwam de babysit, en om 19.15u werd ik opgehaald om naar de BBQR in Antwerpen te rijden.

Juist ja.

Rond Luik was er een zodanige file, dat ik van de autostrade gereden ben, en alternatieve routes heb gezocht. Ik heb er nog even in de berm moeten stoppen, want Merel moest dringend kaka doen. Niet dus. Ik kan het kind het niet kwalijk nemen, zo bungelend in de armen van je moeder boven een berm.

Bon, toen we weer op de autostrade zaten, zei de GPS 18.15u, en dan moesten we de ring van Brussel nog doen. Via Bart belde ik de buggy af, en we reden fluks door. Tot we voorbij Leuven de ring op wilden: dikke file. De hele ring lang, overigens. Af en toe reden we, tot soms zelfs 60 per uur, maar even vaak stonden we stil. En ik zag de timer tikken. Ik ben zelfs even op de pechstrook gestopt om Merel te laten plassen – ze reden tien per uur, niet veel risico dus. De babysit werd gebeld en uitgesteld, en ze ging om brood gaan voor ons.

Alweer via Bart kon ik de mensen bereiken die me gingen ophalen – een hele lieve oudleerlinge en haar man, wier gegevens ik had via Facebook – en die vonden het niet erg dat het wat later ging zijn.

En toen reden we de E40 op, en bleef de file. Tot in Erpe Mere, zelfs. Ik werd haast zot. Gelukkig lag er peperkoek in de koffer, zodat de kinderen hun honger gestild kon worden. En wilden Nihal en Cengiz gerust wachten op mij, ongelofelijk lief.

Uiteindelijk waren we thuis om 19.45u, zaten de kinderen om 19.49u al aan tafel, en was ik om 19.57u omgekleed, opgefrist, en klaar voor de BBQR. Had ik zelf moeten rijden, ik had het niet meer gedaan. Echt waar. Het was nochtans een fijne avond, met bijzonder lekkere desserts van Roger Van Damme en Njam, goodies allerhande, fijne gesprekken, idiote foto’s, en nog wel wat van dat soort dingen.

BBQR1

Mja. Blij van in mijn eigen bed te kunnen liggen, sebiet.