Haakproject: een nieuwe vest

Ik vond in de Zeeman deze zomer grote bollen wol in het perfecte auberginekleur, het kleur waarin mijn haar altijd is als het net geverfd is.

Ik keek even rond en vond een heel fijn patroon om te haken. Liever haken dan breien, inderdaad, want zo kan je minder steken laten vallen én ik kan dat rustig doen terwijl ik plat in de zetel lig, terwijl je voor breien toch wat rechter moet zitten.

Het leuke eraan is dat je zelf alles kan bijstellen: langere of kortere mouwen, wijder of minder wijd, langere of kortere vest op zich… Ik opteerde voor de zeer wijde versie, die vlot tot over mijn kont kwam, want dat is nu eenmaal mijn stijl.

Ik had zelfs het geluk de perfecte knopen te vinden, want ja, ik wil ze ook dicht kunnen doen. Kostprijs van de wol? Rond de tien euro, denk ik, quasi niks dus.

En ik heb ze volledig kunnen haken terwijl ik aan het lezen was of aan het tv kijken. Win-win, zou ik zo zeggen.

Havermoutrecept

Af en toe, als er geen brood meer is en ik geen zin heb in cornflakes, durf ik al eens havermout eten als ontbijt. De kinderen gruwen ervan, die vinden rijstpap en griesmeelpap ook al zo vreselijk.

Maar havermout, ja, daar lust ik wel pap van. Ik durf dat zelfs eten als middageten als Bart ’s avonds toch nog kookt. Het is warm, lekker, het vult stevig en het is snel. Toch als ik het klaarmaak: gewoon havermout in een kom, melk erbij, twee minuten in de microgolf, omroeren, eventueel nog wat extra melk, nog twee minuten in de microgolf, klaar. Bestrooien met kandijsuiker en eventueel wat stukjes appel of peer, en voilà.

Maar toen stond er in de Standaard een recept voor havermout dat omschreven werd als het beste ooit, een recept waarvan je nooit meer wil afwijken.

Hmmm.

Ik probeerde het uit, en jawel, best lekker. Je moet wat meer geduld hebben natuurlijk, maar yup, lekkerder dan de gewone. Ik ga in het vervolg vooral het recept minstens halveren want ik heb er dagen van gegeten, en de zoute boter hoeft voor mij ook niet, maar inderdaad, een ideaal ideetje voor een warm ontbijtje in de vakantie, wanneer ik er tijd voor heb.

En bij deze dus vooral ook opgeslagen voor mezelf.

Lectuur: “The Silver Pigs” (Marcus Didius Falco #1) van Lindsey Davis

Ik was deze titel ergens tegenkomen, en dacht toen: een detectiveverhaal dat zich afspeelt in het oude Rome, beetje de stijl van een Gordianus: waarom niet? Dat is van die snelle, simpele lectuur tussendoor.

Het is zelfs meer dan dat: het speelt zich voor een keer niet af in de roemruchte eerste eeuw VGT (voor de gangbare jaartelling) maar wel in de eerste eeuw GT, dus de tijd van de Flaviërs, in casu Vespasianus en zonen. Het is overigens meer in de stijl geschreven van The Iron Druid of Alex Verus, dus in de ik-persoon met bijzonder veel zelfspot en sarcasme.

De hoofdpersoon, Marcus Didius Falco, is een Romeins burger van de laagste klasse die in zijn levensonderhoud probeert te voorzien als informer, zeg maar privé-detective die echtscheidingen onderzoekt, gestolen voorwerpen terugvindt, dat soort dingen. En blijkbaar ook af en toe een klusje dat het daglicht niet mag zien opknapt voor keizer Vespasianus. Hij woont in een krot op de zesde verdieping in een armoedige buurt, heeft een uitgebreide reeks zussen die hij min of meer probeert te steunen, een vader met wie hij in ruzie ligt, en een voorliefde voor goedkope wijn.

In deze eerste aflevering – er zijn er intussen een stuk of 18 – krijgt hij een missie naar Brittannië, waar hij nog als soldaat heeft gediend met zijn beste vriend Petronius, om daar de senatorsdochter Helena Justina op te halen en intussen ook het raadsel van gestolen ongeraffineerd zilver op te lossen.

Davis schrijft vlot, soms iets te nadrukkelijk en te herhalend, maar wel zeer onderhoudend, en de plot zit ook goed in elkaar. Maar vooral: ze slaagt er wonderwel in om de sfeer van dat oude, vuile, drukke, onveilige Rome op te roepen zonder te vervallen in de verheerlijking van de Romeinse idealen.

Fijne lectuur voor als het niet te zwaar mag zijn.

Eventjes ’t stad in

Vorige donderdag ging ik even met Merel in ’t stad. Met de fiets, wel te verstaan, want het was zalig weer en het is net iets makkelijker in de vakantie om je fiets kwijt te geraken dan je auto.

Merel moest vooral nieuwe broeken hebben, want de hare zijn ofwel te kort geworden, of gewoon versleten. Shoppen doen we eigenlijk geen van beiden graag, maar soms is het nu eenmaal nodig, en zij moet broeken echt passen, want ze heeft een mooie ronde kont en een smalle taille, iets wat blijkbaar niet altijd standaard in het aanbod zit. Soit, we hadden vrijwel meteen een deftige blauwe én een knappe zwarte gevonden, en konden ook nog schoenen passen in de juiste maat. Alleen hadden ze die niet in de kleur die ze wilde, zodat we ze dan maar online hebben besteld. Tsja.

We keerden op onze stappen terug, vonden een leuk paar oorringetjes voor Merel, liepen nog even de Pull&Bear en de C&A binnen, kochten nota bene nog een jeans voor Kobe, gingen voor een deftige koffie in de Izy, sprongen nog de Zeeman binnen voor extra wol voor Gwen, plunderden de Hema voor pepernoten en dergelijke, en fietsten een kleine twee uur later opnieuw naar huis. Langer hoeft dat voor ons echt niet te duren, en we hadden meteen wat we wilden. Voilà.

Rondje arbeidsgeneesheer

Al in september had ik het gevoel dat het misschien wel wat zwaar ging worden, 21 uur effectief voor de klas. Ik vroeg toen een onderhoud aan met de arbeidsgeneesheer om te horen wat mijn opties zouden zijn: zou ik op één of andere manier 4/5 kunnen gaan werken, als VVP MR (verlof verminderde prestaties voor medische redenen) waardoor ik mijn pensioenrechten zou kunnen behouden?

Soit, vandaag zat ik dus netjes op haar bureau en deed mijn uitleg. Blijkbaar heeft een arbeidsgeneesheer geen toegang tot je medisch dossier, maar aan mijn uitleg had ze meer dan voldoende: ik ben per slot van rekening voor de vakantie eventjes gecrasht en de rug doet het nog steeds absoluut niet, ook al ben ik vandaag wel gaan werken.

Ze ging eigenlijk meteen akkoord met een verminderde prestatie en stelde zelfs 50% voor, maar dat zag ik dan weer helemaal niet zitten. Vorige jaren werkte 4/5 voor de klas prima, en ik denk dat ik dat wel weer moet aankunnen, ja. Alleen moet ik daarvoor eerst een erkenning van handicap hebben, en dat is dan weer een ander paar mouwen. Ze wist niet waar ik die zou kunnen halen, want onderwijs heeft ook weer een apart statuut.

Wat wel mogelijk zou zijn, is dat ik na een werkonderbreking een 4/5de werkhervatting zou krijgen, maar dan moet ik elke maand op onderzoek en kan ik wellicht ook zeer moeilijk een interimaris vinden, want dan is dat telkens maar weer voor een maand verlengd.

Maar bon, het is een begin, en vooral: de arbeidsgeneesheer gaat officieel akkoord met een vermindering, en dat is al heel wat. Nu de rest…