40.

Jawel, ook veertig, maar deze keer gaat het over mezelf.

Heb ik het er lastig mee? Hmm, ergens wel: ik behoor nu officieel tot de middelbare leeftijd, terwijl ik zelf nog vaak het gevoel heb van: “Kijk mama, zonder handen!” Ik betwijfel eerlijk gezegd of dat gevoel ooit weg zal gaan, ik voel me vaak nog jong en onervaren. Aan de andere kant zou ik niet opnieuw 18 willen zijn. Qua lijf wel, ja, maar niet qua geest. Ik heb ervaring, ik heb (een beetje) levenswijsheid, en ik heb eindelijk ook innerlijke rust. Ik ken mijn sterktes en mijn zwaktes en heb daar ook mee leren leven. En ik heb me al lang neergelegd bij het feit dat er dingen zijn die ik nooit in mijn leven zal gedaan hebben, ook al had ik dat wel gewild. Tsja. Life happens.

Maar de slotsom van veertig jaar is toch de volgende: ik ben een verdomde gelukzak! Ik heb een prachtig leven, en ik besef dat maar al te goed.

Ik heb een ongelofelijke man, met wie ik elk moment opnieuw zou trouwen. Die mij aanvaardt voor wie ik ben, bij wie ik mezelf kan zijn, en in wiens armen ik thuis ben, waar we ons ook bevinden. Dank je, liefje.

Ik heb drie prachtige, gezonde, gelukkige kinderen. Verstandig, lief, beleefd, spitsvondig, en zelfs ook mooi, al kan dat wel mijn moederhart zijn dat spreekt. Maar toch.

Ik heb een job die ik nog steeds ongelofelijk graag doe. Ja, er zijn momenten dat ik me naar school moet slepen, maar dat heeft iedereen wel eens, zeker? En er zijn dingen die ik liever doe dan administratie en examens verbeteren, maar alla. Als oudleerlingen me nog steeds met warmte begroeten, en zeggen dat ik een van de leraars ben die ze nooit zullen vergeten, zal ik het nog wel niet zo slecht doen, zeker? Of als mijn zesdes samenleggen, en in het laatste uur van de dag mijn bord voltekenen, ‘Celebration’ van Kool and the Gang opzetten, en zorgen voor chocomousse, yoghurt, petit Gervais en brikpakjes fruitsap (omdat ze weten dat ik blikjes nooit zou toelaten), dan is dat wel ok zeker? Vooral als we daarna zonder morren Tacitus vertalen :-p

Ik heb een zalig huis, waar ik dolgraag in woon. Ik prijs mezelf daar ook vaak gelukkig om: ruim, veel licht, gezellig, en vooral een thuis voor ons gezin. Ja, het is nog voor verbetering vatbaar (maar dat komt er binnen afzienbare tijd wel aan) en er ligt nogal wat rommel, maar bon, perfectie is een utopie, nietwaar?

Ik heb een fijne familie en goede vrienden. Ik heb mijn ouders, schoonouders en zelfs mijn beide grootmoeders nog steeds, en daar ben ik dankbaar om. Ik zie die mensen graag, en ik zou ze graag nog ongelofelijk lang om me heen hebben. Ik weet dat dat onrealistisch is, helaas, maar toch. Ik kan maar hopen.

Dus, heb ik het moeilijk met veertig worden? Ergens wel, omdat ik zal moeten leren loslaten. Maar ik ben een gelukkig mens, en die voorbije jaren kan niemand me nog afpakken.

Bedenkingen

Wist u dat:

* nieuwe fluohesjes voldoende reden zijn voor kleine jongens om, in plaats van tegen te sputteren, graag met de fiets naar school te gaan?
* het koud is ’s morgens, maar toch zalig om te fietsen?
* het stilaan nog eens tijd is voor gestreken mastellen?
* het op maandag na vier uur moeilijk is om in Wondelgem nog vers brood te vinden? Rekening houden met de sluitingsdagen van andere bakkers, da’s duidelijk voor mietjes.
* honderd bloembollen planten veel werk is?
* ge voornoemde bloembollen ook kunt planten – stel dat ge uw tuinschopje kwijt zijt – met een soeplepel? En dat dat nog langer duurt?
* het bizar is dat ge op 12 november in uw tshirt in uw tuin kunt werken?
* het al even bizar is dat er op diezelfde twaalfde november nog massa’s bladeren aan de bomen hangen?
* het eigenlijk wel fijn is als ge eindelijk uw garage ne keer deftig opruimt, zodat uw auto terug binnen kan staan?
* kotsgeur wel héél erg lang in een auto blijft hangen?
* ik het straf vind dat mijn zevenjarige al sudoku’s van negen op negen oplost?

Nee? Dan ga ik u dat blijkbaar ooit eens moeten vertellen, medunkt.

Schattig

Mocht u zich afvragen wat eigenlijk het schattigste geluidje is dat een baby kan voortbrengen, wel, het is niét haar lachje. Het is ook niet het geluidje van de hik, dat klinkt alsof je op een badeendje duwt. En dat is echt wel behoorlijk schattig. Of ook niet het zacht snurkende geluidje als ze slaapt, of de kreunende geluidjes bij het drinken.

De winnaar, mét stip, is het geluidje dat ze maakt als er een nies opkomt, ze een paar keer naar adem hapt en een gekke bek trekt, en dat die nies dan toch weggaat. Het zachte ‘aah’ dat dan volgt, wel, ge kunt het u gewoon niet voorstellen hoe schattig dat wel niet is!

Niet verstandig…

Bart was donderdagavond niet thuis, omdat hij een cursus begonnen is aan de Vlerick. Ik legde dus uit aan de kinderen dat papa terug naar school was, en dat ik dat eigenlijk wel wijs vond.

Wolf fronste nadenkend zijn hoofd, deed er even het zwijgen toe, en proclameerde toen: “Papa is eigenlijk niet zo verstandig hé”.

Mijn wenkbrauwen schoten de hoogte in. “Waarom niet?”

“Awel, hij heeft nu al zijn bedrijf Netlash waar hij het zo druk mee heeft. Als hij terug naar school gaat om iets anders te leren, dan gaat hij nog een bedrijf moeten oprichten, en dan wordt het alleen maar nog erger met druk zijn. En dat is toch niet zo slim?”

Ik kon niet anders dan lachen. Maar da’s toch knap beredeneerd voor een zesjarige, nee?

Altijd Bloemen

Vorige week woensdag heb ik een prachtig boeketje gekregen van @Altijdbloemen, en het staat hier nog altijd schitterend te pronken. Ik was daarmee ook de eerste schakel van een nieuwe bloemenketting, en ik moest dus een nieuwe naam opgeven van iemand die zo’n boeketje ook wel verdiende. Ik heb in dat vorige postje een aantal mensen opgesomd die wel in aanmerking kwamen, maar het toch niet geworden zijn.

Waarom heb ik nu voor dat boeketje voor Fatima (@schaduw_zijde) gekozen?

Wel.

Ik vind dat ze schitterend schrijft, je moet zelf maar eens gaan kijken op haar blog. Ik heb haar ook al een paar keer ontmoet, en hoewel ze nogal terughoudend is, vind ik haar een heel fijn persoon. Maar vooral: voor mij is ze een eye-opener. Geef toe, wij zijn verwende nesten in ons groot warm huis, met een uitpuilende koelkast waar we geregeld iets uit moeten weggooien, en ons gezaag als we ook maar tien minuten zonder internet zitten (ja da’s een veralgemening, I know).

En dan lees je haar blog. Over iemand die een schamel inkomen krijgt van het OCMW, ziek is, en op het einde van de maand verdomd blij is als ze nog vijf euro over heeft om benzine te kopen voor de volgende maand, zodat ze op een slechte dag tenminste nog aan de bushalte geraakt. Die moet gaan douchen in een gemeenschapshuis, maar toch de moed niet verliest. Die prachtige natuurfoto’s maakt, die blij is als de mandarijntjes voor haar betaalbaar zijn.

Ik geef toe, ik trek ook soms mijn wenkbrauwen op als ik zie dat iemand bij het OCMW zit, maar daarnaast blijkbaar wel volop in het zwart kan gaan werken. Die opschept met dure kleren en dat soort dingen. En dan stel ik me geregeld de vraag of de VDAB dan niks doet aan dat soort profiteurs. Maar dan lees ik bij Fatima hoe zij keer op keer opgeroepen wordt in een activeringstraject, en wat zij daar allemaal voor moet doen. Zij, die per slot van rekening ziek is, wat onomstotelijk kan bewezen worden.

Maar vooral: ik hou van de droge stijl van haar blog. Geen gezeur, gewoon vaststellingen, intelligente doordenkers en grappige verhalen. En dingen die me doen denken over armoede in dit land, en hoe die er nog steeds keihard is, en hoe weinig wij daarmee geconfronteerd worden.

En daarom, lieve Fatima, krijg jij van mij dit boeket. Omdat je het op zoveel vlakken verdient.

De uitleg van @altijdbloemen kan je op het Fleurop blog lezen.

Beslissing

Ik heb lang getwijfeld, heb een half uur (minder lukt toch niet) aan telefoon gehangen met mijn ma, heb uitvoerig alles doorgesproken met Bart, en heb eindelijk een beslissing genomen: dit is mijn laatste week werk, ik stop ermee. Enfin, toch voor de komende zes maanden, zeker niet definitief!

Ik ben nu bijna 35 weken zwanger, en als het kleintje geboren wordt op 37 weken (zoals haar broers), dan heb ik nog een goeie twee weken te gaan.

Ik heb alle voor- en nadelen eens op een rijtje gezet:

PRO:

– ik kan perfect stoppen: 15 weken zwangerschapsverlof en drie maanden ouderschapsverlof, dan kom ik netjes uit in de paasvakantie, en het plan was toch om daarna te herbeginnen
– financieel kan het. Elke week dat ik langer werk is een week meer loon, maar dat is eigenlijk het punt niet
– ik ga eindelijk kunnen slapen. Ik sleep me voort: ofwel presteer ik op school en ben ik thuis geen klop meer waard, ofwel zorg ik gedegen voor de kinderen en speel met hen, en dan lukt het op school niet zoals het moet. En ik wil slapen. Vooral slapen.
– het is beter voor de baby, als mama uitgeslapen is en geen stress meer heeft
– mijn vervanger staat klaar, heeft alles al voorbereid, en ziet het helemaal zitten
– ik ga eindelijk mijn huishouden weer op de rails krijgen, en uit ervaring weet ik dat dat de eerste weken met een kersverse baby ook niet zo goed lukt, dus het is beter dat alles in orde is voor de bevalling
– misschien ga ik zelfs de tijd en energie vinden om de kinderkamer te schilderen en zo
– minder druk op Barts schouders, die het nu razend druk heeft (om tijd vrij te houden voor de tweede helft van oktober en zo) en daarnaast ook mij een beetje wil helpen en wil ontzien

CONTRA:

– ik wil mijn leerlingen eigenlijk niet uit handen geven. Nu nog niet. Maar zoals mijn ma zegt: of dat ge ze nu een week vroeger of later afgeeft, ge gaat ze toch moeten loslaten. En gelijk heeft ze, natuurlijk. Maar toch. Ergens vind ik het opgeven van mezelf.

Geef toe, veel contra’s zijn er niet, maar die ene telt wel. Telt zelfs serieus door.

Maar dinsdag zat ik erdoor. Maandag was ik ook al niet gaan werken omdat het echt niet ging, en heb ik geslapen tot half twaalf. En dinsdag voelde ik me wel beter, maar kon ik mezelf niet meer oppeppen. En dus, na veel getel en getwijfel en de nodige gesprekken heb ik de knoop doorgehakt. Maandag begint Jan.

En wil je geloven dat het toch een pak van mijn hart is?

Stom he.

Negenendertig

Gwen, waar we gisteren op bezoek waren, is eerder deze week verjaard.

Op mijn achttiende verjaardag was zij destijds afgekomen met 18 prachtige rode rozen, ik zie ze nog voor me. Een half jaar later werd zij 19, en kreeg zij er 19 van mij. Een traditie was geboren.

We hebben het lang volgehouden, zeer lang. Soms werd er een jaartje overgeslagen, maar als ik tijd had op haar verjaardag, ging ik langs, en vice versa.

De laatste jaren was de traditie wat op de achtergrond geraakt: meestal was het een werkdag, en daarna zijn er altijd de kinderen die je niet zomaar even opzij zet. Maar dit was een té mooie gelegenheid om, twee dagen na haar verjaardag, de traditie niet weer op te pikken. Zeker toen ik ’s middags in de Colruyt mooie oranje rozen zag liggen. Ik heb twee bundels meegenomen, hier nog wat groen uit de tuin gehaald, en een boeket gemaakt met 39 stuks. Eén roosje staat te pronken op mijn salontafel.

rozen

Weet je, het voelde fijn aan.

Eenentwintig

Deze avond waren Bart en ik uitgenodigd bij goeie vrienden van ons. We zien elkaar veel te weinig, maar we hebben dan elk ook een druk leven, en weinig tijd voor sociale contacten. Jammer eigenlijk, dat merk ik telkens weer.

Gwen en Erik zijn studiegenoten van me, we hebben samen de unief doorsparteld (al is dat adjectief niet correct wat Erik betreft), en zijn altijd goeie vrienden gebleven. Zij was mijn getuige, ik was de hare. Onze levens zijn eigenlijk ook vrij gelijklopend: met een jaar verschil getrouwd, ongeveer tegelijk een huis gekocht, en dan aan kinderen (willen) beginnen.We droomden ervan om samen in 1997 zwanger te zijn.

Zij hadden meer geluk dan wij: in 99 werd Leander geboren, en stelden wij vast dat IVF voor ons de enige oplossing ging zijn. Na Leander ging het voor hen echter ook bepaald minder vlot, zodat ze uiteindelijk Ernest hebben geadopteerd, een jaartje ouder dan onze Wolf. Twee jaar geleden kwam daar voor hen ook nog Elly bij, toen Kobe al een jaartje was.

En dat was dat, dachten we allebei. Een mooi gezin, met de nodige drukte, heen-en-weergerij op woensdag en zaterdag, en weinig tijd voor de vrienden. Al het babygerief netjes doorgegeven, de kamers mooi gepland, en de opluchting bijna van de pampers af te zijn.

En toen werd ik onverwacht zwanger. Totaal onverwacht en verrassend, maar niet onwelkom. En toen belde ik naar haar, vertelde ik het nieuws, en bleef het een tijdje stil aan de andere kant van de lijn. Pure verrassing. En toen bleek ook zij groot nieuws te hebben: jawel, ook al was de kans op kinderen bij hen even astronomisch klein als bij ons, ook zij bleek zwanger. En bleef het even stil aan mijn kant van de lijn.

Deze avond zaten we dan bij hen thuis aan tafel. Ze zijn in december verhuisd, en we hadden het huis nog niet eens gezien. Eerst nog even op hun effen laten komen, en toen voelden we ons allebei veel te mottig om nog mensen te zien. Het huis is prachtig, overigens, ik zou er zó kunnen wonen.

Het fijne was, dat we elkaar misschien al een half jaar niet gezien hadden, maar dat dat niks uitmaakte. Oude vertrouwde vrienden, noemde Bart het. We praatten als vanouds, met discussies en plagerijen, en vooral een groot begrip van en voor elkaar. Met een gedeeld verleden, en dus niks uit te leggen.

Plots realiseerde ik me dat we elkaar al eenentwintig jaar kenden. En dat dat eigenlijk verdomde lang is, en meer dan de helft van ons leven.

Ik hoop dat we er minstens nog evenveel jaar in vriendschap kunnen bijdoen. Want zo’n goeie vrienden, al zie je ze maar af en toe, zijn goud waard. Dat heb ik vanavond maar al te goed beseft.

Idus Martiae

Brutus-Obversebrutus-reverse

“Beware, beware the Ides of March!”

Volgens Shakespeare kreeg Caesar deze woorden exact 2054 jaar geleden te horen, en lachte hij ze weg.

Helaas, later die dag werd hij door een aantal senatoren, waaronder zijn adoptiefzoon Brutus, neergestoken.

Ik was het zelf vergeten, maar mijn onvolprezen stagiair had eraan gedacht, en tot mijn grote vreugde wisten de leerlingen het ook meteen. Jawel, soms lukt het hen iets bij te brengen :-p