Ronse

Toen we zondag op den bots naar Ronse bij de schoonouders gingen om daar taart te eten, kwam het gesprek tussen mijn schoonmoeder en mij op een bepaald moment op de school, en meer bepaald of we er wel klaar voor waren. Goh ja, zei ik, we hadden wel alles: boekentassen, drinkbussen, schoenen, deftige kleren… Alleen ging ik nog eens werk moeten maken van winterjassen, want die van vorig jaar waren echt wel versleten. En vooral: zo plots wordt het dan koud, en is het ’s morgens nog amper tien graden en regent het, zodat je die wel kan gebruiken. Ik zou vrijdag dan wel eens gaan kijken voor jassen.

’s Avonds ging de telefoon: dat ik naar Ronse mocht komen met de jongens, want dat zij dan wel met ons naar haar vaste chique winkel ging gaan om jassen. Ik zei niet nee, natuurlijk, verlegde de afspraak naar woensdag, en dat was dat.

Omdat ik ook ooit eens beloofd had aan Wolf dat we elke grote vakantie een keertje naar de McDonalds gingen gaan, en dat dat er nog niet van gekomen was, reden we dus eerst naar Zingem. Daar waren we nog niet geweest, en we moesten er letterlijk passeren.

Het speeltuintje rook muf, maar dat stopte de jongens niet: ze speelden honderduit, terwijl ik eerst van een salade, en daarna van een koffie genoot, vergezeld van mijn boek.

Om twee uur stonden we bij de schoonouders, en tien over twee stonden we in de boetiek. Alwaar de jongens elk een feloranje jas kozen van River Woods, Kobe nog een rode broek van Armani, en Wolf een T-shirt van Scapa. En ik vooral gigantisch blij was dat ik de rekening niet moest betalen :-p Dank u, Omaly!

Zij had haar zinnen gezet op een pannenkoek, maar omdat ik ’s avonds met de jongens pannenkoeken ging eten bij mijn ouders, was een ijsje, of iets anders, ook goed. Wij dus binnen in De Acte, in Ronse. Awel, da’s de moeite. De jongens zagen het springkasteel onmiddellijk zitten, en schoonma en ik nestelden ons op het terras.

Acte3

De pannenkoek werd respectievelijk een verwenkoffie voor mij, en een dessertbord voor Nelly. De ober waarschuwde ons: dat dessertbord was echt wel groot en uitgebreid, het zou jammer zijn dat het dan niet gans werd opgegeten; waren we wel zeker? Wij, notoire zoetebekken, lachten alle bezwaren weg.

En begonnen prompt te giechelen als twee zestienjarigen toen ze de borden brachten. Dit was er effectief over. Ik kreeg voor 6,50 euro een koffie verkeerd met een stukje cake, een macaron en een nougatje, en het volgende bord erbij. Echt waar.

Acte1

Zijnde: crème brûlée, rolcake, flan caramel, chocomousse, misérable, advocaatmousse, kiwimousse (verstopt)  en cuberdonijs, allemaal huisgemaakt.

Nelly daarentegen kreeg het volgende, voor negen euro:

Acte2

Geloof me, ze heeft het niet opgegeten.

Ook de jongens kregen hun kinderijsje niet op: twee grote bollen vanille-ijs, een gigantische toef slagroom, besprenkeld met snoepspikkels en voorzien van een parapluutje en een lekstok, voor 3,50 euro.

Dus, als ge in Ronse zijt, zin hebt in veel zoetigheid, en niet bang zijn van een paar calorietjes: De Acte.

Serieus.

Autokeuring

Waarom wacht ik ook altijd tot de allerlaatste dag om met de auto naar de keuring te gaan? Ik kan dan geen afspraak meer maken, kan dan ook niet wachten tot ik op de webcam zie dat er quasi geen volk staat, maar moet braafjes in de rij gaan staan.

En die rij, tsja, die stond vandaag tot op straat.

Ik had me er gelukkig op voorzien, en had mijn boek mee. Alleen had ik niet voorzien dat het

a. twee uur ging duren

b. pokkeheet ging zijn, in de vlakke zon.

Ik had niks bij om te drinken, en voelde me na verloop van tijd als een hond in een hete auto. Ja, ik kan wel uitstappen natuurlijk, maar dan kon ik niet lezen, stond ik alsnog in de zon, en moest ik om de zoveel tijd toch weer instappen om verder te rijden. Ha ja, want aangezien de file tot op straat stond, werd er gevraagd aan te sluiten.

Maar bon, mijn auto is toch gekeurd geraakt.

En toen er daarna nog een vriendin afkwam, die samen met mij de jongens ging halen aan de schoolopvang, en daarna een koffie bleef drinken op het terras, was het leed al snel geleden. Oef.

Een onbedoeld lange dag

Een afspraak bij de garage voor een onderhoud en een keuringsnazicht werd onbedoeld een ganse dag rondhangen in Gent.

Ik had mijn fiets in de koffer gestoken, en wilde om tien uur in de garage zijn. Ik wist wel dat ze aan het werken waren aan de Sint-Lievenstunnel, maar niet dat de oprit naar de E40, en daarmee ook de oprit naar Ledeberg en de Burggravenlaan, van twee naar één rijstrook gebracht was. Half uurtje fileschuiven dus.

In de garage trokken ze dus een wenkbrauw op: ze konden niet langer garanderen dat het klaar ging zijn tegen de middag, maar ze gingen hun best doen. Tsja.

Ik sprong de fiets op, reed vrolijk en gezwind richting de Zuid, en stak meteen door naar optiek Dirick, om Barts bril te laten herstellen. Gesloten op maandag, uiteraard.

Ik ben dan maar teruggefietst naar de Zuid, en ben daar gaan rondlopen. Een rokje in de Lola en Liza gekocht, overal rode broeken gepast, in de Hema een paar bodytjes gekocht voor Merel, koekjes en een bol touw. Mijn stoute schoenen aangetrokken, en gevraagd in de Pearle of ze soms zo’n tsjoepkes hadden voor de neus van Barts bril, en nog geeneens moeten betalen voor de service. Chic! Toiletbezoek in het winkelcentrum is trouwens veranderd: je moet nu 30 cent in een automaat steken, zodat de deuren opengaan en je binnenkan. Toiletdame? Nergens te zien, al waren de toiletten wel vrij proper. En trouwens totaal herschilderd.

WC

De Veritas een paar rode nylons, capehaakjes en twee paarse veters afhandig gemaakt, en dan gaan eten in de Pacha Mama. Schitterend gewoon: zalig op het terras, met de krant erbij, en een heerlijke schotel eten voor 10,50 euro. Kan gewoon niet misgaan.

Pacha

Aangezien ik nog steeds niks had gehoord van de garage – ze gingen me bellen – langs de Koepoortkaai naar beneden gefietst, naar de Cora Kemperman. Ik heb er lang rondgelopen, veel gepast, en uiteindelijk toch niks gekocht. Ik heb serieus getwijfeld over een grijs scheef dichtgeritst stuk, dat zowel als kleedje als als vestje kan gedragen worden, maar 100 euro was me een beetje veel voor iets dat ik niet echt nodig heb. Wel mooi, nochtans.

Nog wat rondgefietst, de C&A binnengewaaid en zowaar een perfect passende, mooi omsluitende rode jeans gevonden voor 35 euro. Terug naar boven gefietst, en twee koffies gedronken en twee kranten gelezen in de Or. Toch eerst maar eens naar de garage gebeld rond een uur of drie, hoe dat nu zat. Bleek dat het een verbindingsprobleem was bij Mobile Vikings, want ze hadden me een uur voordien al gebeld (rechtstreeks voicemail, geen spoor van een oproep op mijn telefoon) en twee SMSjes gestuurd (die binnenliepen op het moment dat ik belde en dus verbinding maakte). Mijn banden waren namelijk dringend aan vervanging toe, ze zouden niet meer door de keuring geraken. Ja, ze konden die onmiddellijk vervangen, maar dan ging het nog een uurtje duren.

Die koffies en die kranten dus.

Tegen vier uur stond ik terug aan de garage, en ging het nog vijf minuten duren, of ik dus nog eventjes wilde wachten. Een half uur later vroeg ik hoelang die vijf minuten nog gingen duren, en kreeg ik de auto mee. Met vervangen banden, ruitenwissers, oliefilters en dergelijke. En een rekening van meer dan 800 euro.

Niet alleen een lange, verloren, maar ook dure dag dus. Puh. Met gelukkig een paar aanwinsten om de dag nog een beetje goed te maken.

aanwinsten

I caved in…

Dat mijn elleboog lastig doet, dat wist u al, als u hier af en toe komt lezen.

Intussen al meer dan een maand. Maar vandaag heb ik het uiteindelijk toch opgegeven, en ben naar de dokter gestapt. Want intussen doet mijn ganse arm gemeen pijn, van de pols tot aan de schouder. Zo’n heel gemene uitstralingspijn, en een ontstoken pees in gans mijn arm. Die Diclofenac heeft niet geholpen, dus ging de dokter meteen voor zwaardere middelen.

Feldene, ijsfrictie, zalf, brace, en kinesietherapie. Dat laatste, dat zal zijn voor als het niet betert en ik het kan inplannen, helaas. De rest moet wel kunnen. Ik ben zelfs onmiddellijk naar de bandagist hier op ’t dorp geweest, en heb een ‘sexy’ brace. Eigenlijk ziet het er uit als een bloeddrukmeter of zoiets, mijn elleboog zit er niet eens in. Maar de druk vermindert de pijn wel iets, dus dat is mooi meegenomen.

Maar de arm hindert me wel behoorlijk. Elke beweging doet pijn, dus ook draaien in mijn slaap, waardoor ik wakker schiet. Koken, want je moet snijden en roeren. Strijken, dingen wegleggen, pampers verversen, zelfs gewoon mijn koffietas optillen.

Ik hoop maar dat die Feldene effectief helpt. Zucht. Er zijn echt wel kosten, aan dat lijf van mij.

Handtekeningenjacht

Verschillende mensen op twitter en Facebook hebben me al gevraagd: “Maar wat is dat toch met die handtekeningen waar jij altijd mee bezig bent?”

Wel, het zijn die fameuze verkavelingsperikelen. Om te kunnen verbouwen, moeten we een verkavelingswijziging hebben. De uitleg rond de verbouwing zelf vind je hier, het verhaal rond de verkavelingsproblemen hier en hier.

Onze verkaveling is nog oud en dus zeer groot: 87 percelen. Ik moet nu van elk van de eigenaars van die percelen een handtekening hebben ter kennisname, dus dat ik hen uitgelegd heb wat wij van plan zijn, en dat zij dus het recht hebben daar bezwaar tegen aan te tekenen. Ik loop met andere woorden van deur tot deur, bel aan, en leg uit wat de bedoeling is.

De meeste mensen kijken me aan alsof ik compleet gestoord ben. De meest voorkomende reactie is dan ook: “Meent ge dat nu echt? Ocharme kind toch! Ja, ze kunnen ne mens nogal pesten met dat soort dingen! Kom hier, dat ik een handtekening zet.”

Gisteren belde ik naar een huiseigenares, wier nummer ik gekregen had van de huurster (ha ja, ge dacht toch niet dat ik zomaar iedereen kon vinden, er zijn nogal wat huurhuizen en appartementsblokken bij), en die dacht dat ik haar voor de zot aan het houden was. Ze dacht écht dat ik een grap met haar wilde uithalen voor een of ander radioprogramma of zo. “Gij zijt bloedserieus, of wa?” Helaas wel dus.

Sommige mensen reageren ook achterdochtig: “Ik teken niets, madam!” Pas als ik hen uitleg dat ik dan een aangetekend schrijven moet sturen, omdat ik écht een handtekening van doen heb, willen ze tekenen. Nadat ik het met handen en voeten en plan en al heb uitgelegd, uiteraard. Gelukkig zie ik er ‘als een vriendelijke, gewone madam’ uit, zodat ze me nog snel vertrouwen. Nog die chance.

De eigenaars die niet hier wonen, of ook niet dichtbij, moet ik dus een aangetekende brief sturen. Ook aan de eigenaars van de twee elektriciteitskoten die in de verkaveling vallen. Ha ja, want zie ne keer dat Imewo vanuit hun elektriekkot bezwaar aantekenen tegen mijn verbouwing, zeg! Maar het zijn percelen, dus moet ik wel. Kafka op zijn best dus.

verkaveling

Het gele huis zijn wij, en dat kleine hoekje is wat we willen bijzetten. De rode percelen hebben getekend, naar de groene moet ik een aangetekend schrijven sturen wegens te ver, of een investeringsmaatschappij of zoiets. De witte moet ik nog te pakken zien te krijgen.

Dus loop ik langs de straat, op handtekeningenjacht. Ik ga overal aanbellen, in de voormiddag, in de namiddag, of ’s avonds. Sommige mensen zijn met vakantie, een dame is opgenomen in een rusthuis, en anderen doen eigenlijk gewoon niet open. Gelukkig zijn de mensen intussen bijzonder behulpzaam: ze kennen me, zien me passeren, en gaan mee bij achterdochtige buren. Of, zoals in het geval van de dame in het rusthuis: de buur belt me zodra hij er leven ziet, want de zoon komt af en toe langs voor de post en zo.

De uren die ik daar al heb ingestoken, ge wilt het niet weten. Maar ik wil die open keuken, dat bureautje voor Bart, de kamer voor Kobe en de tweede badkamer, en dus zit er niks anders op dan langs de straat te lopen bedelen. Naar handtekeningen.

En toen waren ze ziek

We moeten toch iets verkeerds gegeten hebben op de picnic gisteren: ik ben bij het thuiskomen een paar uur in mijn bed gekropen, zo mottig was ik. Het kan natuurlijk ook de hitte geweest zijn.

Gisterenavond laat kwam Wolf plots af dat hij zich niet zo goed voelde, en jawel, rond elf uur moest hij overgeven. Waarop hij zich gelukkig wel een pak beter voelde. Deze morgen ging hij het proberen om naar kamp te gaan, maar net toen ik de lunchpakketten had gesmeerd en de rugzakjes klaar waren, zei hij dat het wellicht toch niet ging gaan, want hij voelde zich weer allesbehalve. Bon, ik heb hem toch in de auto gezet, want we moesten Kobe nog gaan afzetten op kamp. Halverwege begon die dat hij zich ook niet lekker voelde. Zucht.

Toen ik parkeerde aan de Voskenslaan, zag hij inderdaad lijkwit. Ik heb hen dan maar allebei ziek gemeld, en ben weer naar huis gereden. Ik was nog niet eens het domein van de hogeschool af, toen Kobe zei: “Mama, ik moet overgeven – beuaaark.” Ik vermoed dat er tussen woord en daad hoop en al een seconde of twee zat. Geen tijd dus om een zak te nemen, het venster open te draaien of te parkeren.

Ik ben even gestopt, ben uitgestapt, heb de schade opgemeten, en ben gewoon verder gereden – amper vijf minuten later waren we thuis. Wolf is onmiddellijk in zijn bed gekropen, en Kobe heb ik netjes in de douche gezet, gewassen, gedroogd en geknuffeld, en ook in bed gestoken. Tegen dan sliep Wolf trouwens al.

Wolf heeft iets meer dan een uur geslapen, Kobe drie uur. Ik denk dat het dus echt wel nodig was.

Soit, een kop koffie, een hoop gewroet in de auto, en een wasmachine vol autostoelenstof later was het leed geleden. En hadden zij dus een dag kamp minder, en ik een drukke dag rijker.

Ach ja. Het hoort er ook allemaal bij zeker?

Wasmachine

En toen ging mijn wasmachine dood. Acuut kan ik het niet noemen, er waren al een tijdje wat stuiptrekkingen. De timer klopte aan geen kanten, en soms was het wasgoed kletsnat, terwijl het eigenlijk had moeten uitgezwierd zijn. Opnieuw op zwieren zetten, na een goeie mep op het bedieningspaneel, bracht soms soelaas.

Vorige week had hij plots een machine gedraaid zonder water. Bizar gevoel, als ge uw was wilt pakken en alles nog droog is. En daarstraks was het definitief gedaan: een wolwas die niet uitgezwierd was, maar daar was geen lievemoederen meer aan deze keer. Foutmelding, storing in de elektronische sturing. Ja, zo ver was ik ook al, ja.

Nu, een Whirlpool van acht jaar oud, in een gezin met drie kinderen, die heeft haar dienst gedaan. De reparatie zou meer kosten dan de machine nog waard is: 108 euro verplaatsingskosten alleen al.

Tsja, dan maar een nieuwe.

Ik ben gezwind de motor op gesprongen en richting station gereden, naar mijn all time favourite elektrowinkel AST. Hun service is zonder vergelijk, en de prijzen zijn concurrentieel. Na wat wikken en wegen, en vooral na de nodige raad op twitter en Facebook, ben ik gegaan voor een Miele. Duur, maar door zijn langere levensduur komt het op hetzelfde neer als een vergelijkbare machine van pakweg Siemens.

En het mooie? Morgen rond vier uur wordt ze hier al geleverd, geïnstalleerd, krijg ik wat uitleg, en wordt de oude meegenomen. Service dus, en dat is wat telt voor mij.

Elleboog

Mijn elleboog is het weer aan het opgeven. Dat lijf van mij, daar is dus echt niet veel meer goed aan. Of zoals Bart zegt: “Er zijn kosten aan.”

Mijn tenniselleboog is er weer: een peesontsteking die begint aan de elleboog, en die dan verder uitstraalt naar de rest van mijn arm, van pols tot schouder.

Het was er al een tijdje, maar ik dacht dat het met een weekje vakantie, en dus geen computer en andere repetitieve bewegingen of belasting, wel zou beteren. Niet echt dus. Hmpf. Ik ben vandaag dan maar begonnen met Diclofenac, wat de orthopedist me de vorige keer ook al had voorgeschreven, en de Kinegel als zalf. Ik hoop maar dat het snel betert, want ik kan geen druk uitoefenen met mijn duim en wijsvinger. Zelfs de was ophangen doet pijn :-p

Enfin ja. This too shall pass.

Jaarplannen

(Pas op: rant)

Hoe graag ik mijn job ook doe, er zijn toch altijd van die aspecten waar je in zou schieten, nee?

Examens verbeteren, daar heb ik een hekel aan, maar het hoort bij de job: je moet nu eenmaal je leerlingen evalueren, en je bent effectief nog met je vak en je leerlingen bezig.

Jaarplannen daarentegen, dat is zo iets… Grrr. Ik wéét wat ik wil geven, ik weet wat ik ga geven, en ik wil dat gerust ook nog uitschrijven, al zal het met enig gemopper zijn. Maar als dat dan in detail moet, met leerplandoelstellingen en zo, dan vind ik dat al een pak minder. Maar bon, ik heb me er destijds ook doorgeworsteld, en met een veranderde cursus hoort dat er telkens weer bij. So be it.

Die leerplandoelstellingen of LPDs zijn geen lachertje: daar zitten serieuze dingen tussen waar je al eens grondig over moet nadenken, maar ze zijn inherent aan het onderwijs: wat wil je bereiken met je lessen? Een voorbeeld: uit antieke cultuuruitingen afleiden hoe de Romeinen zichzelf en an­dere volkeren/culturen voorstelden en die voorstellingswijze vergelij­ken met hedendaagse beeldvorming over vreemde culturen.

Intussen zijn er echter ook nog VOETen bijgekomen. Voor de niet-onderwijsmensen: VakOverschrijdende EindTermen, ofte VOET. Doelstellingen die de leerlingen na het middelbaar moeten verworven hebben, ongeacht het vak. Om een voorbeeld te geven: naargelang de inhoud van je les “beschrijven ze de dynamiek in leef- en omgangsgewoonten, opinies waarden en normen in eigen en andere sociale en culturele groepen”. Dat soort dingen dus.

En nu moet dat ook nog allemaal eens digitaal. Oh, ik snap het best: dan kan je met een programmafilter meteen bekijken welke klassen welke VOET nog missen, en of je in je vak in totaal wel alle LPDs hebt gescoord. Ideaal als hulpmiddel voor de doorlichting die in het najaar komt, en waardoor alle jaarplannen binnen moesten voor 10 augustus.

Maar wat een gvds k*twerk is dat niet zeg? Ik heb er uuuren ingestoken, en dan ben ik nog een computerminded mens. Ik beklaag sommige van mijn collega’s, echt waar.

Urgh.

Hmpf.

We waren van plan om vandaag naar het Gravensteen te gaan (en meteen eens op de laatste dag van de solden te kijken voor een nieuwe bikini, want de sluiting van de mijne is kapotgesprongen in Tunesië), maar toen voelde Kobe zich niet lekker. Buikloop, zelfs bijna overgeven, en jawel, 38° koorts. Veel is dat niet, maar ik heb het ventje toch maar lekker in de zetel geposteerd. Hij ziet er slapjes uit, wil niks eten, en spurt om de zoveel tijd naar het toilet. Geen goed idee om ons buitenshuis te begeven dus.

De uitstap (en de bikini) zal voor een andere keer zijn. Ach ja. De tuin kan er maar wel bij varen. We gaan er eens invliegen vooraan, en de helft van die overwoekerde struik wegsnoeien. Wolf staat al te popelen om te helpen.