Merel kwam daarstraks tegen mij aangekropen.
– ‘Mmm, mama, jij bent zo lekker zacht!’
– ‘Ja hé. Ik vind dat alle mama’s zo lekker zacht zouden moeten zijn. Dan ligt dat zo lekker voor alle kindjes!’
– ‘Dat niet alleen, he mama, ze moeten ook dik zijn, zoals jij!’
– ‘Euh?’
– ‘Ja, want jij bent ook zo’n leuke trampoline! Daar kunnen mijn popjes dan zo lekker op springen!’
Wolf rolde uit de zetel van het lachen, die kwam niet meer bij.
Zucht…
Auwch…ook al is haar bedoeling heel lief, toch raakt zoiets je, niet?
Ik maakte net hetzelfde mee met één van de bewoners waar ik werk. Die zei: jij bent mijn vriend, de dikste. Ik dacht nog dat het figuurlijk was, naïef schaap dak ben…
En toen kwam dit: ahja, want al de rest van mijn vrienden zijn mager! Slik 😉
Hoewel ik je helemaal niet dik vind heb ik toch even meegelachen met Wol.