Sportkamp

Al in april had ik een mailtje gekregen van de mama van een van Wolfs vriendjes: of ze niet met zijn allen naar een sportkamp gingen hier in de sporthal in Wondelgem, de voorlaatste week van de vakantie.

Dat leek me een bijzonder goed idee, en ik schreef dus in. Een weekje later zat er een betalingsuitnodiging in de bus, met wat meer uitleg over het kamp en zo. Ik betaalde, en dat was dat.

Tot vanmorgen.

Wolf stond glunderend van anticipatie naast mij in de sporthal, zijn rugzak met turnschoenen, boterhammetjes, drankjes en een koekje netjes op zijn rug, terwijl zijn vriendjes al aan het zwaaien waren vanuit de zaal.

En toen stond hij niet op de lijst. Hoezo niet op de lijst? Unk? De vriendelijke dame van de sportdienst was al aan het bellen voor een ander probleem, en vroeg meteen even wat het probleem was met Wolf. “Wolf De Waele? Maar die is uitgeschreven, mevrouw, die is geannuleerd.”

Ah? Huh? Geannuleerd? Hoe komt het dat ik daar niks van weet? En wat nu?

“Tsja, mevrouw, er staan al 20 kinderen op de lijst, het is volzet. Belt u maar even naar de sportdienst zelf om te horen wat het probleem is.”

De blik op Wolfs gezichtje was hartverscheurend.

Vanuit het secretariaat belde ik dus naar de sportdienst, die me doorverwees naar de financiële dienst. Blijkbaar had ik niet betaald, en stond Wolf daarom op de zwarte lijst. Hallo?
“Tsja, mevrouw, u heeft ingeschreven op 31 april, wij hebben een brief verstuurd op 5 mei, en op 20 mei hebben wij hem geannuleerd. U heeft veertien dagen om te betalen, en daarna wordt dat automatisch geschrapt. Ah, ik zie hier dat uw betaling op 24 mei is binnengekomen, en dat wij dat teruggestort hebben.”
Bon. Onze snelle post kennende, zal dat briefje wel een week onderweg geweest zijn, en mezelf kennende, zal dat een paar dagen geduurd hebben voordat ik betaald heb. Neem daar nog het verlengde Hemelvaartweekend bij, en dan was dat dus te laat. En ik heb de terugbetaling gewoon niet zien passeren… Kunnen ze dan in hemelsnaam niet gewoon een geautomatiseerd mailtje sturen dat er geannuleerd is, hm? Als de rest wel automatisch kan?

Enfin, gelukkig bleken er twee kinderen uitgeschreven te zijn, zodat Wolf alsnog mocht blijven. Zijn (en mijn) opluchting was groot.

En ik? Ik bedaarde mijn adrenaline-opstoot met een stevige koffie, en sloeg de stress en de inwendige stoom neer met een stevige maagpil. En dacht er het mijne van.

Wachten is een stiel apart.

Correcte afspraken maken blijkbaar ook.

Al kan ik daar met mijn verstrooide kop ook wel voor iets tussenzitten.
Vandaag verwachtte ik namelijk de elektricien. Zoals het een goeie bouwvakker betaamt, had ik hem dus rond half acht ingecalculeerd. Niet dus. En ja, ik weet dat het bouwverlof is, maar die mens werkt op zelfstandige basis, en blijft nog even doorwerken. Wellicht zat daar mijn fout: ik denk niet dat ik naar een uur gevraagd heb. De mens is namelijk werknemer bij de NMBS, maar werkt daarna nog als zelfstandige in bijberoep. Soit.

Negen uur, tien, elf… Geen elektrieker te zien. De kinderen hadden intussen uiteraard ontbeten, heel mooi zitten spelen, een koekje gekregen, en toen kon het me niet meer schelen of hij nog aan de deur ging staan, en bracht ik Kobe alsnog naar de creche. Ik moest namelijk nog een hoop dingen doen, waarbij ik hem niet echt kon gebruiken. Gekookt, opgeruimd, was gedaan, en toen was het twee uur, en verwachtte ik de kleurconsulent (ter verduidelijking: die mens is zijn geld meer dan waard, hij combineert de kleuren met je meubels, lichtinval en je wensen, en het is  altijd prachtig). Rond half drie belde ik toch maar even waar hij bleef. Bleek de afspraak in hun agenda te staan om half zes. Juist ja, dat was de vorige afspraak die gewoon verzet was, maar waarbij ze dus het uur waren vergeten te wijzigen. Humpf. Dan maar richting diverse winkels om boodschappen en dergelijke.

We waren amper weer thuis, ik was net begonnen aan een royale fruitsla, toen de elektricien verscheen. Veel kwam hij niet doen, ons gewoon uit de nood helpen, maar hij maakte meteen wel mijn dag goed: geen coaxkabel meer als waslijn door de living, maar een gewoon werkende televisie, en vooral: UTP in mijn bureau!  Yay, internet! Opnieuw een werkende PC! Al bij al was hij toch nog een uurtje zoet, schat ik.

Hij was nog niet weg toen Dirk van Colora al verscheen, en meteen een glimlach op mijn gezicht toverde. Toch ongelofelijk hoe hij mensen aanvoelt. Veel heb ik niet gezegd als aanwijzingen, ik heb hem gewoon laten doen. Ik vermoed dat ik wel het woord “accentkleur” heb laten vallen, en “warm grijs”. Na een hoop heen-en-weergeloop, gemompel, gezoek in zijn kleurenkaarten en geschets kwam hij met een palet af waarin ik me meteen kon vinden. Meer zelfs, het was wat ik eigenlijk zelf al in gedachten had: plafond en de lange muur wit, de andere muren diverse tinten warm grijs, de muur van de tv donker, en de kasten vlammend rode glanslak. En wat belangrijker is: het zijn Barts favoriete kleuren, en de kleuren van Netlash.

Daarna werd het hectisch: Kobe afhalen, de Coloraman spreken over rolgordijnen, kinderen eten geven, opruimen, wassen en in bed steken, en intussen mijn vriendinnen binnenlaten tegen acht uur. Gelukkig lieten die zichzelf binnen en zaten ze al netjes op de zetel, toen ik beneden kwam. We hebben Catan: de Val van Rome gespeeld, en het was best een fijn spel en een fijne avond.

Maar wil je geloven dat ik moe was? Van al dat wachten…

Gedaan

Dat het maar snel examens zijn.

Niet omdat examens, zoals blijkbaar sommigen denken, een vakantieperiode is voor leraars (vorig jaar heb ik het eens bijgehouden: 60 uren op een week, dus dat vakantiegevoel valt tegen), maar omdat dan de lessen eindelijk gedaan zijn.

En eigenlijk zijn het niet eens de lessen zelf die me tegensteken, maar wel de klassen. Want het is prachtig weer, de rokjes zijn kort, de decolletés diep, het testosteron rijkelijk aanwezig, en de zenuwen gespannen door de naderende examens.

Hou dan maar eens 25 pubers rustig met de laatste lessen Latijn.

Ik geef het u op een briefje…

Loodgieter

Vorig jaar, in augustus, hadden we ook zo’n gigantische stortbui. Het resultaat daarvan was, dat het kleine gootje van mijn veranda het niet kon trekken, en dat het overloopgaatje ervoor had gezorgd dat er een mooi straaltje terecht gekomen was in de tuin van de buren. Die hadden geklaagd dat dat niet kon.

Hm. Eén keertje in vijf jaar, en nog niet eens binnen, maar gewoon in hun tuin. Enfin, ik had sowieso al gemerkt dat onze goten niet meer in de beste staat waren, en dat het daardoor ook was dat er teveel water ineens op het verandadak terechtkwam. Via mijn aannemer kwam ik bij een loodgieter uit.

Die mens kwam al een paar dagen later poolshoogte nemen, vond dat alle goten aan vervanging toe waren (en bewees dat ook), en zag dat ook het platte dak van onze garage zijn beste tijd had gehad. Een dikke week later zat er een offerte in de mailbox. Prompt mailde ik terug dat dat ok was, en dat hij eraan mocht beginnen.

Stilte.

Na een goeie maand mailde ik nog eens.

Stilte. Of nee, een zeer bizar antwoordmailtje met de vraag of hij (= de afzender) iets besteld had misschien.

Rond kerstmis belde ik uiteindelijk nog eens: wat nu eigenlijk de bedoeling was. De man verontschuldigde zich en zei dat hij mailproblemen had. Wat het rare mailtje zou verklaren, maar evengoed een smoes kan zijn.

Enfin, ik bevestigde nog even per mail, en kreeg als antwoord dat het niet bepaald het beste seizoen was voor gotenrepareerwerk, maar dat hij zeker iets ging laten weten.

In februari belde ik nog even. Nee, hij was me niet vergeten, maar het was druk.

Sindsdien heb ik zowat om de twee weken gebeld, met steeds hetzelfde antwoord. Soit. De laatste tijd kwam er wel wat variatie in: hij beloofde van de volgende week te komen (telkens opnieuw), maar ik hoorde niks meer, omdat er teveel werk was of het teveel regende.

Tot twee weken geleden de hemel zowat naar beneden kwam, in de vorm van gigantisch veel water tegelijk. En ik moest vaststellen dat de garage op ongeveer zes plaatsen serieus lekte. Allemaal goed en wel, maar over een week of twee beginnen er hier verbouwingen in de woonkamer, en moeten alle meubels in diezelfde garage opgeslagen staan. Probleem dus.

Ik dus nog eens gebeld en het probleem uitgelegd. Dat was vorige woensdag. Vrijdag zat er plots twee man op dat dak, om al het mos eraf te halen en het volledig in te smeren met een coating. Zaterdag zat één van hen er alweer: voorbereidend werk allerhande. En deze morgen stonden ze hier opnieuw alletwee, vol goeie moed en volle gasflessen. De ganse dag is er gezeuld, geteerd, gebrand met de “salomon”, gehamerd, nieuwe pijpen gestoken, en afgewerkt. Rond een uur of vier kwamen ze met een grote grijns verklaren dat het dak klaar was, en dat het gegarandeerd droog ging blijven in de garage vanaf nu. De goten gingen voor later zijn, het was een beetje te druk nu.

Momenteel is het buiten aan het gieten, bliksemen, stormen en waaien. Een mooie zomerstorm, quoi. Ik ben daarnet even gaan kijken in de garage: geen druppel te bespeuren.

Ik ben happy. Mag ook wel zeker, na al die tijd?

Nu nog de goten…

Waarom?

Waarom zijn de antibioticapillen die je moet slikken bij een keelontsteking, altijd zo onmogelijk groot?

Je kan zo al met moeite wat water doorslikken, laat staan een pil van meer dan twee cm lang en een halve cm doorsnee.

En wie ooit al met amandels gezeten heeft de grootte van pingpongballetjes, zal me gelijk geven als ik zeg dat je verslikken geen goed idee is op zo’n moment. Laat staan dat dan zo’n mega kutpil in je keel blijft vastzitten tussen die bewuste amandels.

De farmaindustrie kan een beetje usability wel gebruiken, mijn gedacht.

Grmbl.

Hesp

Dat snap ik dus niet he.

Ik kom om stipt zes uur bij de slager, die open is tot half zeven. Ik bestel wat diverse dingen aan vlees, en een paar schellen hesp van een centimeter dik. De verkoopster bekijkt me met een meewarige blik, en zegt dat dat niet meer gaat.

“Ha nee, mevrouw, ik kan niks meer snijden.”

Verbaasde blik van mijn kant.

“Ha ja hé mevrouw, de machine is al volledig gekuist en dus kan ik niet meer snijden.”

Nog steeds een verbaasde blik van mijn kant. “Jullie zijn toch open tot half zeven?”

“Ja hoor, mevrouw, tot uw dienst!” (Beleefd zijn ze wel, dat moet je ze nageven.)

“Dus dat maakt dat ge na zes uur niks meer kunt krijgen dat gesneden is, en dat ik nu nog naar den Delhaize of zo moet?”

“Ah ja he mevrouw, wij hebben ook gedaan om half zeven, hé, en dan moet alles gekuist zijn.”

Nu begrijp ik dat wel, maar er zijn wellicht toch andere dingen om eerst te kuisen, dat ge niet uw snijmachien al een dik half uur op voorhand onbruikbaar hebt gemaakt…

Enfin, een van de slagers kwam erbij, en bood aan om de schellen, als ze dan toch een centimeter dik moesten zijn, met de hand te snijden. Van een betere (en duurdere) kwaliteit, dat wel, maar ik had tenminste de hesp om in mijn rijstberg te doen. Hoofdschuddend.

Ergernissen van de dag

Fijne dag gehad, daar niet van, maar het werd weer eens tijd voor een paar ergernisjes, vond ik zo.

– haakjes van 9 euro ’t stuk opgehangen, en bij eentje zit de vijs er niet bij. Voor dat fucking geld zou dat wel mogen zeker??? Enfin, dinsdag terug naar de Brico, van mijn oren gaan maken.

– zitten we beneden, horen we boven plots een soortement knal. Bizar. Even gaan kijken: blijkt een van de ruiten van onze douchecabine versplinterd te zijn. Het kader hangt nog netjes op zijn plaats, maar er ligt een hoop gruzelementen zoals bij een autoruit. Veiligheidsglas dus. My ass, wat als dat was gebeurd terwijl iemand aan het douchen was??? Enfin, een paar dagen omzichtig douchen wegens een stuk glas tekort, en dan dinsdag ne keer van mijn oren gaan maken bij de fabrikant/leverancier.

– Kobe heeft dit weekend bij mijn ouders doorgebracht, en daar zalig gespeeld, onder andere in een groooooooote zandbak. Hij wou dat effect hier eventjes overdoen, en heeft de aarde van mijn bonsai omgewoeld. Een uitgebreide schoonmaakbeurt later (handjes, t-shirt, tafeltje, tapijt) was het leed geleden. Tot hij tien minuten later kwam zeggen dat zijn handjes vuil waren: hij had een andere plant gevonden! Enfin, ik denk dat ik hem intussen heb kunnen duidelijk maken dat zandbakken voor buiten zijn, en dat dat binnen niet mag.

Penmysterie

Wie me kent als leerkracht, weet dat ik nogal wat belang hecht aan mijn rode pen. Ik HAAT het om te moeten verbeteren met een rode stylo, stift of nog iets anders. Meer zelfs, als ik in de examens aan het verbeteren ben, kan ik me zelfs mateloos ergeren aan het tikkeltje verkeerde kleur van de inkt… (Ik weet het, neurotisch en zo).

Ik durf ook al eens zitten verbeteren in de zetel, en dan blijft er ook wel eens een stapel toetsen liggen, met mijn rode pen erbovenop.

En nu blijkt die pen verdwenen te zijn. Ik dacht eerst dat ze gewoon gevallen was, maar er ligt niks onder de zetel. Ook in de zetel, tussen de kussens, waren er alleen maar kruimels te vinden. Ugh. Ik heb intussen ook al zo hard aan Bart zijn oren gezaagd, dat hij zelfs even de grote zetel voor me opgetild heeft, kwestie van zeker te zijn. Geen pen.
Ik heb al gans mijn bureau afgezocht, alle hoekjes in en rond mijn verbeterplekje in de zetel, alle opslagplaatsen van schrijfdinges, mijn boekentas al drie keer omgekeerd…. geen pen.
Ik heb intussen al één van mijn afgedankte oude pennen terug leven in geblazen, maar er is wel degelijk een reden waarom ze afgedankt was: mijn vingers zijn ook alweer mooi rood.

Ik heb het vermoeden dat Kobe er voor iets tussen zit: hij ruimt bijzonder graag op. Ik heb mijn GSM onlangs tussen de bordjes in de schuif gevonden, mooi opgeruimd op een plekje dat hij kende. Helaas kent hij ook bijzonder goed de vuilbak, en gooit hij graag vanalles weg… En kan hij me nog totaal niet uitleggen of hij mijn pen soms gezien heeft.

Hmpf. Dat is nu al drie dagen. Drie dagen dat ik zonder deftig verbetergerief zit. En daarom ben ik daarstraks, na school, in de lokale papier- en schrijfgeriefwinkel binnengestapt, en heb me een nieuwe pen aangeschaft. Een Parker, in een lichtrode kleur en iets te dik in de hand liggend naar mijn zin, maar wel met een bijzonder elegante fijne punt en een groot schrijfgemak, en dat voor 14 euro.

Helaas is er ook een andere soort buisjes aan verbonden: ze gaan langer mee, maar het is ook een zeer duidelijke andere tint rood, veel donkerder. Ik denk net donker genoeg om me niet te ergeren.

Heb ik al gezegd dat ik niet hou van veranderingen? Maar dat ik verdomd blij ben dat ik weer een pen heb?

Oh, en wist u al dat ik een neuroot ben?

Toezicht

Ik zal het hier niet vaak over het werk hebben, maar dit moet me toch even van het hart.
Ik ben dus tweeënhalve week geleden geopereerd aan mijn voet. Daarom moet ik drie weken op krukken lopen, en nog eens drie weken met een loopplaaster. Alleen zijn interimarissen voor Latijn en Grieks bijzonder moeilijk te vinden. Ik had er gelukkig eentje voor twee weken, en nu is het meisje in kwestie bezig met het zwangerschapsverlof van mijn collega.

Het was dus ofwel lessen verliezen en mijn leerlingen in de studie zetten, of zelf weer les komen geven. Omdat ik de nogal koppige soort ben, en mijn voet toch geen pijn deed, vond ik dat ik gerust kon gaan werken. Mijn lokaal is toch op het gelijkvloers, en bijzonder centraal. Sommige collega’s verklaarden me trouwens gek dat ik kwam werken en niet rustig in mijn zetel bleef zitten. Maar zo zijn we dan wel :-p

Gisteren had ik wel even op het secretariaat vermeld dat mijn toezichten (op dinsdag- en vrijdagmiddag buiten patrouilleren van 12.55u tot 13.15u) uiteraard niet gingen lukken, en dat ze dan maar de vervangers moesten inschakelen.

Deze morgen werd ik in het passeren even binnengeroepen in datzelfde secretariaat, met de mededeling: “De collega’s vinden dat gij uw toezicht maar moet omwisselen met een zittend toezicht, dus zoek het maar ne keer uit wat ge kunt doen.” En dat was dat.

Kan je geloven dat ik op het punt gestaan heb om te zeggen: “Weet ge wat? Ik denk dat mijn voet toch nog pijn doet, en dat ik mijn maand ziekteverlof maar opneem. Stuur mijn leerlingen maar naar de studie, los het op, trek uw plan, of fret ze voor mijn part op. Ik ga thuis op mijn gemak in mijn zetelke in de zon gaan zitten. Tot over een maand!”

Alleen denk ik op dat moment weer aan mijn leerlingen, die al vanalles hadden voorbereid aan toneeltjes en onderzoekscompetenties, en aan het probleem dat ik mezelf bezorg als ik achteraf een maand leerstof moet inhalen. Ik ben dus gebleven.

Het enige zittende toezicht is trouwens dat in de internetklas over de middag, en gelukkig heb ik lieve begrijpende collega’s die met mij wilden wisselen. Want, wat ze nu ook doen (ik heb even mijn gal gespuwd bij de directie deze avond): ik doe dat toezicht. Al val ik erbij dood.

Haakje

Een voorbeeld van design waar niet erg bij nagedacht is (als je al van design kan spreken), zijn sommige toilethokjes. Dat heb ik vandaag weer mogen ondervinden, toen ik even naar het toilet wilde in het zwembad alwaar mijn oudste lag te ploeteren.

En dan heb ik het eigenlijk over zoiets simpels als het ontbreken van een haakje aan de binnenkant van de deur. Zeg nu zelf: het is winter, je hebt dus een dikke winterjas aan. Als vrouw heb je ook je handtas bij. Je moet naar het toilet. Je handtas kan je desnoods nog aan de klink hangen, maar waar blijf je met die jas? De grond in een toilet is geen optie, geloof me. In je nek leggen?  Nah. Op je knieën? Al helemaal niet, gezien het doel waarvoor je gekomen bent.

Dus, lieve mensen, als jullie geen jassenhaakje hebben aan de binnenkant van de deur in een openbaar gebouw, geloof me, dan ben je er nog nooit zelf vanuit het standpunt van een klant binnengeweest. Uiteraard heeft de bardame of de kassaman dat haakje niet nodig, hun jas hangt ergens anders.

Dus, doe me (en vele anderen) een plezier, denk eens in termen van user centered design, en hang een haakje aan je toiletdeur! Grrr!