Het ging niet

Vandaag ging het me niet. Ik ben even moe opgestaan als ik gaan slapen ben, en dat wil al wat zeggen. Ik heb me door het ontbijt gesleept en mezelf gedwongen toch minstens één boterhammetje te eten.

Ook het lesgeven ging niet zo vlot als anders, vond ik, en verschillende collega’s hebben me erop aangesproken dat ik er moe en bleek uitzag, en dat mijn ogen wat rood stonden. Ik ben nog op school blijven eten, maar daarna (met een tussenstop om te gaan kijken voor doopsuikerpotjes) naar huis gereden en in mijn bed gekropen. Helaas ging de wekker na een uurtje al, omdat ik de kinderen moest ophalen. Die wekker deed pijn, ik voelde me nog steeds even moe.

Net toen ik op het punt stond om naar de school te vertrekken, ging de telefoon: het schoolsecretariaat, om te vragen wanneer ik kwam, want Wolf voelde zich niet goed, had na de middag in de klas al overgegeven. Ik repte me naar school, haalde eerst een vrolijke maar vermoeide Kobe op, en viste daarna Wolf uit de rij. Met Kobe had ik vanmorgen al afgesproken dat hij na school ging slapen, en hij maakte daar dan ook geen enkel probleem van. Tegen dat ik Kobe in zijn bedje had gestoken en een liedje had gezongen voor hem, lag Wolf, alweer lijkwit, languit in de zetel onder een dekentje. Hij sliep bijna, en vroeg enkel nog een emmer voor de zekerheid. Vijf minuten later sliep hij, en ietsje later heb ik me ook in de zetel geïnstalleerd.

Bart had mijn tweets gelezen, en was tegen vijf uur al thuis, de lieverd, in een slapend huis. Hij is dan maar meteen boodschappen voor het weekend gaan doen, zodat ik dat morgen niet meer moet doen (hij moet een lezing gaan geven in Ieper). En daarna heeft hij zonder meer overgenomen. Niet dat Wolf nog gegeten heeft, en ook Kobe heeft nauwelijks nog een hap aangeraakt. Maar toch, hij heeft voor alles gezorgd.

En ik? Het dutje had me deze keer wél duidelijk deugd gedaan, al ben ik het grootste deel van de avond niet meer uit mijn zetel geweest.

Hopelijk was het maar een ééndagsdipje, en voel ik me morgen weer beter. En de kinderen ook.

Bloeduitslagen

Mijn bloeduitslagen zijn binnen van deze namiddag, en eigenlijk is er nog niet zoveel reden tot juichen.

Ja, mijn ijzerwaarden zijn wel degelijk gestegen van 6 naar 10, maar aangezien dat cijfer nog steeds als dramatisch laag wordt beschouwd, zijn we er nog lang niet. De spuiten blijven dus om de week, totdat ik deftig uit het rood ben. Mijn rode bloedcellen zijn desondanks nog meer gezakt, en dat is niet zo goed…

Ook hemoglobine en hematocriet staan nog steeds te laag (zijn zelfs verder gezakt), en zoals ik vermoedde, staan deze keer ook magnesium en kalium onder de minimumwaarde. Yay.

Aan de andere kant staan mijn witte bloedcellen nog steeds licht te hoog, wat zou wijzen op een infectie, maar daar heb ik dus totaal geen idee van.

Bizar, bizar. Gelukkig is met het kleintje alles goed.

Maandag moet ik terug naar de gynaecoloog, deze keer dokter Kaan die me hopelijk wel serieus neemt, en ik ben benieuwd wat hij zal zeggen. Ik moet het wellicht toch nog minstens vier weken uithouden.

Poeh.

Turnles

Ze lijken het echt wel te menen in de turnles tegenwoordig! Kobe gaat van twee tot halfvier, en vindt het bijzonder leuk, omdat het nog meer spelen is dan wat anders.

Wolf zit nu van half vier tot vijf in de basis, zoals hij zelf zegt, en daar wordt het al een pak meer au serieux genomen. Hij vindt het moeilijk, maar wel plezant. En gelukkig maar, want als hij thuiskomt om kwart over vijf, is zijn haar nog steeds kletsnat van ’t zweet. Ze doen ze precies serieus afzien!

Gelukkig is woensdagavond sowieso vast badmoment, maar anders zou hij toch meteen in de douche vliegen. Gelukkig kan hij intussen volledig zelfstandig douchen, en dat mag hij dan ook van mij als ze na school buitengespeeld hebben, en hij nog maar eens kliedernat is. Alleen heeft hij nog niet het verstand om dan verse kleren aan te trekken, of meteen zijn pyama, maar doet hij zijn vuile bezwete plunje opnieuw aan.

Mannen! Tsja, het zit er al van kleinsaf in, het moet dan toch iets aangeborens zijn…

Broekplassen

Ik weet niet wat er scheelt met Kobe, maar het gaat alleszins niet de goeie richting uit.

Sinds halfweg de vakantie plast hij namelijk weer in zijn broek overdag. Hij was volledig droog, een ongelukje niet te na gesproken, maar nu is het bijna systematisch. Als ik hem vraag of hij naar toilet moet, zegt hij nee, maar tien minuten later zit hij met een natte broek. Boos worden, straffen, lief zijn, het helpt allemaal niet.

Hij kan nochtans zelfstandig naar toilet, en was dat ook gewoon. Nu probeer ik erop te letten en stuur ik hem om de paar uur richting pot, maar soms vergeet ik dat ook, en dan is het weer prijs. Er zijn dagen dat ik drie broeken van hem moet wassen. Gelukkig heeft hij er genoeg…

Ook op school heeft hij tegenwoordig vaak prijs, zeker in de opvang. Zijn juf snapt het ook niet: het toilet staat altijd open, en vroeger ging hij spontaan zelf.

Wellicht heeft het te maken met de komst van het zusje, dat hij daardoor een beetje regressief is. Misschien zit het feit dat Wolf nu op de grote school zit en niet meer met hem kan spelen, er ook voor iets tussen. Maar dat was niet het geval in de vakantie, en toen is het begonnen.

Iemand enig idee? Want ik word er stilaan moedeloos van…

Pillen

Vandaag ben ik, na de studiedag op school, opnieuw naar de dokter getrokken voor een ijzerspuit. Ik had het toch wel weer nodig, had ik zo het gevoel.

Ze heeft ook meteen bloed getrokken om de evolutie te zien, kwestie van te weten of die ijzerspuiten eigenlijk enig effect hebben. Ik heb haar meteen gevraagd om ook kalium en magnesium te laten nakijken, want dat was bij de vorige zwangerschappen ook een probleem.

De rest van de medicatie mag ik voorlopig nog blijven nemen: de Hygroton tegen de gezwollen handen en voeten, en de Ceterizine die ze de vorige keer had voorgeschreven, tegen de extreme jeuk. Die is intussen inderdaad onder controle, alleen mijn enkels, voetzolen en polsen durven nog gemeen jeuken. Daar had ze trouwens geen verklaring voor, waarom precies die plaatsen nog lastig doen. Daarnaast blijf ik dus mijn Pantomed nemen tegen de maagproblemen, en Omnibionta als vitaminenpreparaat. Omdat mijn stoelgang nog steeds behoorlijk stroef te noemen is, mag ik er ook af en toe een zakje Movicol aan toevoegen.

Ugh.

De apotheek verdient weer goed aan mij de laatste tijd. Al goed dat het een vriendin is :-p

Poort 31

Ik ben moe, vuil, ik stink, en al mijn kleren moeten in de was. Ergo, ik heb een prima weekend gehad!

Ik ben namelijk weer gaan larpen, mijn favoriete Poort, en het heeft me intens deugd gedaan. Een gans weekend buiten in de bossen, in de frisse lucht, genieten van het mooie weer, in goed gezelschap, en vooral geen moment denken aan thuis/werk/beslommeringen, alleen maar aan moerasmonsters en ondoden en reizen naar het voorgeborchte van Og en dergelijke 🙂

Ik had een eigen slaapplaatsje bij de keukenmensen, en heb dan ook veel, diep en ongestoord geslapen. En iedereen was zo bezorgd om mijn buikje, en zo voorzichtig!

Ik vond het heerlijk!

En als het niet geeft, ga ik nu mijn gezin gelukkig maken en een lange hete douche nemen met véél zeep, en daarna met veel bodycrème en lotion 🙂

Le Petit Coeur

(Dit artikel is eerder verschenen op Gentblogt, alwaar ook de foto’s vandaan komen.)

Sinds één juli is Gent alweer een hip restaurantje rijker: le Petit Coeur. Het ligt in Onderbergen, op amper een paar meter van het ‘hoofdhuis’ Coeur d’Artichaut. Waar dit laatste restaurant een heerlijke Franse keuken brengt, mikt Le Petit Coeur op een duidelijk ander publiek. Het interieur is voornamelijk wit: witte muren, witte tafeltjes, een witte toog, en een paar knappe kunstfoto’s (zwart-wit met rode accenten) aan de muur.

Petit coeur[+] Petit coeur[+]

Je kan er ontbijten en lunchen, maar zoals mijn wederhelft, die om de hoek werkt, opmerkte: ‘Da’s een wijvending!’ Ik schoot in de lach, maar snapte meteen zijn opmerking toen ik de kaart vastnam. Je kan er geen standaard dagschotel of biefstuk eten, wel verschillende soorten slaatjes, broodjes, quiches, toasten, soepen…
Mijn tafelgezelschap nam een croque parisien (blijkbaar een croque monsieur met extra gesmolten kaas bovenop), en die kwam vergezeld van een frisse verse sla. De mayonaise moest wel extra gevraagd worden. Zelf nam ik de quiche van de dag (8,25 euro), een spinazie-fetaquiche, met alweer een frisse sla.

Ik was helaas vergeten zeggen dat ik allergisch ben voor komkommer, en er zaten een paar stukjes verwerkt in de sla. Toen ik dat met een schuldbewust gezicht opbiechtte aan de serveerster, nam ze zonder een woord te zeggen het bord weer weg, om een minuutje later terug te keren met verse sla met vinaigrette, zonder komkommer deze keer. Oef! Het stuk quiche was vrij flets, vond ik, het mocht gerust een stuk meer gekruid zijn. Nu snapte ik trouwens de wijvenopmerking van mijn man beter: ik had gelukkig geen grote honger, maar anders had ik probleemloos een tweede stuk opgekund. Geef toe, een zesde van een standaard quichevorm, amper twee centimeter hoog, is niet echt royaal. Mijn vriendin had twee vrij kleine croques, en vond ook dat niet echt een grote portie.

Petit coeur[+] Petit coeur[+]

Wat me ook een klein beetje stoorde, was de kaart. Een menukaart fungeert toch een beetje als een uithangbord, dacht ik, of heb ik dat verkeerd begrepen? Ze stond helaas vol spellings- en typfouten, zoals een coco-ccola, of het feit dat er enkel cash kon afgereknd worden. Blijkbaar is ze ook niet volledig, want toen ik informeerde of ze toevallig toch ice-tea hadden, hoewel dat niet op de kaart stond, reageerde de jonge kelner verbaasd: “Uiteraard!”

Samen betaalden mijn vriendin en ik voor eten en een drankje 26 euro.

Mja. De setting is modern, de ligging is uitstekend, en het volk dat er zat zeker en vast hip, dat valt hoegenaamd niet te ontkennen. En ik kan me voorstellen dat het een ideale plaats is om, als het mooi weer is en er gewinkeld wordt in de Veldstraat, buiten op het terras een koffie te drinken met een heerlijk vers gebakje. Maar voor de lunch? Naar mijn persoonlijke smaak te weinig, te flets en te mager.

Ik kan me wel inbeelden dat ik er terugkom met mijn immer diëtende vriendin die leeft op selderstengels en magere yoghurt: she’ll love it!

Le Petit Coeur
Jacobijnenstraat 7
9000 Gent
09/277.92.35
www.artichaut.be
Open van 8.30u tot 18.00, zo en ma gesloten.

Geboortekaartje

Het zou al te gek zijn, als je zelf een prima designersteam in je bedrijf hebt, om een voorgedrukt geboortekaartje te kiezen. En dus had ik een paar weken terug een intakegesprek met een van de projectleiders van Netlash, en mocht ik mijn wensen rond het kaartje kenbaar maken. Ik gaf de twee vorige kaartjes mee (die Dirk nog gemaakt had), wilde hetzelfde formaat en quasi dezelfde tekstindeling, en liet verder Stephen carte blanche. Alleen geen babyroze of barbieroze, had ik gevraagd: ik heb een hekel aan roze! Ze kennen me ondertussen wel een beetje bij Netlash, ik had er dus het volste vertrouwen in.

En jawel, ik kreeg een eerste ontwerp in de bus, met als kernwoorden: paars, herfst, een vleugje mystiek en cuteness. Ik vond het tekeningetje prachtig: licht gotisch, meisjesachtig, en mega schattig! Alleen… Ik zou de kleur nu niet direct als paars gedefinieerd hebben, wel als oudroze en pruim. Ugh. En dan bedoel ik ook: ugh.

Op mijn vraag werd het omgezet naar echt paars, maar dat werd veel te donker en te gotisch: op zich heel mooi, maar niks voor een klein meisje.

En toen vroegen ze me zelf een kleurenpalet te kiezen, wat ik ook gedaan heb, en zag het er fantastisch uit! Nog steeds heel erg paars, maar wel weer vibrant en fris 🙂 Ik ben er helemaal weg van, en ben van plan het tekeningetje op haar muur te schilderen, als ik me weer eens goed voel.

Bedankt, team Netlash!

Even schrikken

Daarstraks zat ik rustig in de leraarszaal (een springuur, weetuwel) toen plots mijn telefoon ging: de school van de kinderen! Kobe was blijkbaar gevallen op de speelplaats, en had een gapje in zijn hoofd. Niks ernstigs, wist ze te melden, het was in zijn haar, maar het bloedde nogal, en ze dacht dat het misschien best toch met zo van die hechtingsstrips werd toegetrokken. Of ik tijd had om te komen, of dat ze zelf naar de dokter moesten?

Ik zei dat ik kwam, spurtte richting secretariaat om mijn zesdes het volgende uur in de studie te zetten, en belde mijn fantastische huisartenspraktijk. Filip nam op, zei dat hij zelf op ronde was, maar dat Shari ook op ronde was in de buurt van de school, en dat hij haar zou bellen om langs te komen. En jawel, toen ik een kleine tien minuten later parkeerde aan de school, zag ik haar nog net binnengaan. De secretaresses ginder waren onder de indruk: gewoon een dokter op bezoek zeg, en zo snel! Shari knipte een stuk van Kobes haar weg (wat trouwens niet eens opviel want de rest viel erover), ontsmette het wondje, en plakte er effectief zo’n hechtingsstripje op. Kobe gaf geen kik, liet zich netjes doen, en dat was dat. Ik betaalde de dokter, bedankte haar en de mensen van het schoolsecretariaat, bracht Kobe weer naar zijn klas, reed terug naar mijn school, viste mijn zesdes op uit hun studie, en gaf les.

En liet eigenlijk dan stilletjesaan de adrenaline zakken en probeerde zen te worden.

Zo’n telefoontje, da’s niet goed voor het hart. Ook al zeggen ze dat het niks ernstigs is.

Ouderavond

Gisteren was er de ouderavond op school voor Wolf. Die wilde ik echt niet missen: alle mogelijke informatie over wat ze zullen leren dit jaar, welke methodes er gehanteerd worden, wat er van hen verwacht wordt, en ook praktische dingen zoals turnkledij en dergelijke.

Zijn juf, zuster Riet, heeft een ongelofelijk goeie indruk gemaakt op mij: een heel rustig mens, no nonsense, die heel goed weet wat ze doet, en blijkbaar ook na al die jaren nog steeds passie heeft voor haar werk. Zo heb ik ze graag.

De leesmethode die ze zullen gebruiken, is Maan Roos Vis, de meestgebruikte methode hier in Vlaanderen. Ik ben benieuwd, Wolf kan alvast intussen het woordje IK lezen.

Het parcours rond rekenen heeft me minder overtuigd: zowat alle dingen kan Wolf al, die heeft hij zichzelf geleerd. Bon, ze kunnen er maar goed ingestampt zijn dan. Al hoop ik dat hij niet afhaakt omdat hij het te makkelijk vindt. Maar het kan best zijn dat zijn juf dan gaat differentiëren. Dat zien we dan wel weer.

En verder? Behoorlijk wat discipline, voor de speelvogeltjes die ze toch nog zijn. En inspelen op hun aangeboren leergierigheid.

Ja, ik zie het helemaal zitten, dat eerste leerjaar. En ik heb het gevoel dat Wolf dat ook vindt.