Schreef ik in 2022 nog vol verwondering over het feit dat ik al een zoon had in het laatste jaar van het middelbaar, en dat die volgend jaar dus op ’t unief zou zitten, dan heb ik er nu zo twee.
Ik kan er niet altijd bij: mijn oudste is gewoonweg al twintig. Twintig! Hij groeit en bloeit en is zo ongelofelijk veel zelfbewuster geworden, heerlijk om te zien.
Maar nummer twee is dus nu diezelfde richting aan het opgaan. Was hij tot vorige jaren nog bijzonder speels en kinderlijk, dan is dat kindse er nu echt van af aan het gaan. Hij is groot, loopt nog altijd te zingen, is nog steeds maar zestien, maar zit dus ook in zijn laatste jaar. En is vannacht vertrokken naar Italië voor zijn eindejaarsreis.
En volgend jaar, volgend jaar heb ik er dan twee aan ’t unief. Eentje bij de burgerlijks, eentje bij de bio-ingenieurs. Nog geen idee hoe Kobe dat zal doen, hij heeft het moeilijk met studeren en zich concentreren, maar is het laatste jaar daarin al behoorlijk veranderd. Hij zal dus nog maar net 17 zijn wanneer hij aan ’t unief begint. Maar ik zal dus twee studenten hebben, twee quasi volwassen kinderen, met elk een eigen leven dat me beetje bij beetje ontglipt, zoals dat hoort.
Damn…