Eentje is geentje, en dus las ik ook boek twee van Percy Jackson, zoals Merel het ook graag had.
Percy is intussen goed ingeburgerd in Kamp Halfbloed, maar dan blijken de grenzen precies niet meer bestand tegen de invallen van monsters. De beschermende boom van Thalia is vergiftigd, en het enige dat daartegen zou helpen, is het fameuze Gulden Vlies. Percy trekt er dus op uit met Annabeth en zijn halfbroer Tyson, waarbij ze meteen ook Grover moeten redden van de Cycloop. En dan gebeurt er ook nog een en ander compleet onverwachts…
Opnieuw is dit geen hoogstaande lectuur, maar die ambitie heeft dit boek absoluut niet: het is gewoon puur amusement. Percy blijft een puber met alle puberproblemen van dien, maar tegelijk ook die halfgod die toch maar weer – een deel van – de wereld moet redden.
Blijft een zeer, zeer fijn tussendoortje.