Lectuur: “Before the coffee gets cold” van Toshikazu Kawaguchi

Ik geef het toe, dit is niet meteen een boek dat ik zelf zou kiezen. Dat heb ik ook niet gedaan, dat hebben mijn zesdes voor me gedaan. Op school is sinds vorig jaar de leesclub echt weer leven in geblazen en dit is het boek dat ze op het einde van vorig schooljaar voorstelden. Een kort boek, origineel in het Japans, maar vertaald naar het Engels. Of het Nederlands. Ik lees standaard de Engelse vertalingen, maar ik geloof dat de vertaler iemand was die duidelijk in de eerste plaats Japans spreekt, want dat Engels was redelijk brak en af en toe zelfs gewoon fout. Tsja.

De premisse is echt wel knap: in Tokio, in een kelder, zit een oud café waar altijd een dame in het wit op dezelfde stoel een boek zit te lezen. Eén keer per dag staat ze op om naar het toilet te gaan. Dat kan uiteraard niet, en dat klopt, want zij is een spook. In de korte tijd dat ze weg is, kan iemand anders op haar plaats gaan zitten, een koffie drinken, en in het tijdsbestek dat die koffie koud wordt, naar het verleden teruggaan. Klinkt spectaculair, maar er zijn een hele reeks beperkingen die het eigenlijk net interessant en fascinerend maken. Je mag namelijk niet van je stoel komen, je kan dus alleen naar het verleden in datzelfde café en als je dus iemand nog eens wil ontmoeten, moet die persoon ook in het café geweest zijn. En… wat je ook zegt, wat je ook doet, je kan het verleden niet veranderen: wat gebeurd is, is gebeurd.

Dat zorgt ervoor dat het hele café lang niet zo populair is als je zou denken.

Het boek verloopt in vier verhalen, telkens van cafégangers die enkel met elkaar verbonden zijn door het feit dat ze in het café komen en elkaar daardoor (vluchtig) kennen. Kawaguchi heeft hier een heel mooi uitgangspunt in handen, maar eigenlijk blijft het daar een beetje bij: er zijn heel veel dingen die hij niet uitlegt, die eigenlijk gewoon gaten in het verhaal zijn, en het is vooral ook bij momenten nogal voorspelbaar en clichématig.

Tegelijk stoort ook het taalgebruik: driekwart van de zinnen begint met het onderwerp, iets wat blijkbaar standaard is in het Japans maar na verloop van tijd op de zenuwen begint te werken.

Vond ik het goed? Bwoa… Ik werd er, eerlijk gezegd, warm noch koud van. Het is niet slecht, maar ik bleef op mijn honger zitten. Het zegt genoeg dat ik niet van plan ben het vervolg ervan te lezen.

Volgende keer beter, denk ik dan.

Lectuur: “The Lost Metal” (Mistborn Saga #7) van Brandon Sanderson

In 2020 had ik de eerste zes boeken van de saga gelezen, en ik was laaiend enthousiast. Ik hou van Sandersons stijl en zijn Cosmere is fantastisch uitgewerkt, een zalige wereld. Ik hou ook van de personages waarbij zowel de mannelijke als de vrouwelijke even sterk zijn uitgewerkt.

En toch… Deze was lange tijd blijven liggen, gewoon omdat ik het zo jammer ging vinden wanneer het boek uit ging zijn, maar bon, uiteindelijk toch geüpload en eraan begonnen.

Ja, de wereld blijft heerlijk, de personages ook, de stevige scheut magie in de steampunk meesterlijk. En toch… Ik weet niet waarom, maar ik bleef een beetje op mijn honger zitten. Pas op, de reeks is nog steeds echt goed, maar ik vond deze afsluiter net iets minder dan de voorgaande. Dat kan ook zijn omdat er zo veel tijd tussen zit natuurlijk, dat weet ik niet. Maar ergens leek het me wat geforceerder, wat meer bij het haar getrokken… Ik kan het moeilijk uitleggen zonder veel van de plot weg te geven, maar het was me iets te veel deus ex machina bij momenten.

Ach, ik heb er anderzijds toch weer enorm van genoten, en ja, ik vind het jammer dat er een punt achter staat. Aan de andere kant: Sanderson is een veelschrijver en ik hou van zowat alles wat hij schrijft, dus er komt zeker nog genoeg op me af, denk ik dan.

Leesclub

Die leesclub, dat loopt lang niet van een leien dakje. In januari 2023 waren we ocharme met drie: ikzelf, de medebezielende collega en een leerlinge. En dat was dat.

Eind vorig schooljaar waren we plots met een goed handvol leerlingen uit het vijfde: mijn collega had het betreffende boek ook als lectuur voor het vak Engels opgegeven, en dat hielp duidelijk. Het werd toen een zeer aangename discussie.

Op dat moment stelden de leerlingen ook zelf een nieuw boek voor: “Before the coffee gets cold” van Toshikazu Kawaguchi. Mij zegt het niets, maar blijkbaar is het een populair boekje waarop zelfs al meerdere vervolgen zijn geschreven. Het is blijkbaar een luchtig boek van een 200tal pagina’s waar je nochtans ook stevig over kan doorpraten: in een koffiebar in Tokio kan je – in de tijd dat je koffie koud wordt – even teruggaan in de tijd. Naar welke periode zou je terug willen gaan, wie zou je nog heel even willen ontmoeten?

Ik ben nog volop bezig in Alkibiades en daar ga ik nog weken zoet mee zijn, denk ik, en dus ga ik deze snel even tussendoor lezen. Bij die 1000 barokke pagina’s van Pfeiffer kan dit alleen maar kinderspel zijn, toch?

Lectuur: “Sixth of the Dusk” van Brandon Sanderson

Ook kortverhalen van Sanderson zijn doorgaans het lezen waard, en deze vormt daar eigenlijk geen uitzondering op, al heeft hij beter werk dan dit.

In dit korte verhaal schetst hij opnieuw een heel nieuwe wereld met een nieuw soort magie. Het is blijkbaar een eilandenwereld waarbij sommige vogels een speciale kracht hebben, maar waarbij de standaard vegetatie nogal dodelijk is. Met opzet.

Sixth is een jager die op het hoofdeiland Patji, waar zijn vogel hem elk gevaar laat zien in de vorm van zijn eigen lijk, vast moet stellen dat er een groter gevaar dreigt: de technologische vooruitgang.

Sanderson beschrijft in dit korte verhaal een behoorlijk sombere blik op de toekomst, en misschien is het daarom dat het me minder zei. Het is ook niet echt lang, natuurlijk: je krijgt niet veel tijd om je in het verhaal in te werken.

Maar ik heb zeker al slechter gelezen.

Lectuur: “Lightbringer” (Red Rising #6) van Pierce Brown

In 2020 had ik met ongelofelijk veel goesting boek vier en vijf van de Red Rising reeks van Pierce Brown gelezen: van de beste science fiction die ik al gelezen heb, maar aan de andere kant ook geen echte science fiction, vind ik. Ja, het speelt zich af in de toekomst, en het is met ruimteschepen en een oorlog tussen aarde, Mars, Luna, met daarnaast ook de manen van Jupiter en zelfs The Belt en The Outer Rim, en toch… Het gaat om het menselijke, om de strategie, om de relaties onderling, en het had evengoed hier op aarde kunnen zijn: dezelfde basisplot, andere omstandigheden.

Zoals ik eerder al schreef: het begin is een kruising tussen The Hunger Games en Divergent, overgoten met een stevige Romeinse saus, jawel. Maar intussen zijn de personages volwassen, hebben ze zelf al vrij volwassen kinderen en liggen de verhoudingen anders. Maar de kern is nog steeds dezelfde: de mensheid is opgedeeld in verschillende klassen naargelang de kleur waarmee ze geboren worden – ja, blijkbaar een genetische wijziging – en de roden – de pure zware arbeiders – zijn in opstand gekomen tegen de gouden, de heersende, aristocratische, despotische klasse.

Bij boek zes is de plot uiteraard ver gevorderd, maar er is nog steeds Darrow als basispersonage die probeert te redden wat er te redden valt en hulp zoekt waar die – hopelijk – te krijgen valt. Interessant is dat de POV voortdurend wisselt, zodat je ook de gedachtegang van zijn grootste tegenstander in dit boek, Lysander au Lune, kan volgen. Gelukkig staat die POV telkens in het groot vermeld bij het begin van elk hoofdstuk, of je zou wel eens in verwarring kunnen zijn over wie aan het spreken is: allemaal hebben ze twijfels, maken ze fouten, zitten ze vol schuldgevoel. De personages zijn nooit zwart-wit en als lezer is het soms moeilijk om kant te kiezen: ook de “held” heeft zijn onsympathieke kantjes.

Na vier jaar was het wel wat moeilijk om de draad weer op te pikken: er zijn massa’s personages en ook het verhaal is behoorlijk ingewikkeld, maar man, wat heb ik weer genoten van dit boek!

Als je me vraagt je een science fiction reeks aan te raden, dan twijfel ik eigenlijk niet eens. Dit. Steengoed.

Lectuur: de reeks van Alex Verus door Benedict Jacka

Tegenwoordig bespreek ik boeken het liefst apart, en niet meer, zoals vroeger, de hele reeksen. Hier ga ik een uitzondering voor maken, want ik zit gigantisch achter qua boekbesprekingen, en vooral ook: de 12 boeken van Alex Verus vormen een geheel, elk zo’n 300-350 bladzijden, en vallen bij mij onder heerlijke fantasypulp, stijl The Iron Druid of eigenlijk zelfs de Dresden Files van Jim Butcher. Ook die Iron Druid heb ik destijds tijdens de vakantie in een sneltreinvaart gelezen, het leent er zich dan ook bij uitstek toe.

Het hoofdpersonage is hier een magiër in het hedendaagse Londen, meer bepaald Camden. Daar heeft hij een winkeltje in zogezegd magische spullen, zoals tarotkaarten of kristallen bollen, maar ook echte magische voorwerpen die hij dan verkoopt aan de leden van de magische wereld. Want ja, net zoals bij bv. Dresden is er naast de gewone wereld een wereld waarin magie een grote rol speelt, met magiërs die een soort schaduwkabinet vormen en mee wegen op de beslissingen van de gewone regering. Alex Verus probeert zich vooral ver van die politiek te houden, maar wanneer hij een jong meisje onder zijn vleugels neemt, raakt hij willens nillens toch betrokken in de rivaliteit tussen de Light Mages en de Dark Mages. Hij rolt van de ene situatie in de andere, en als diviner – voorspeller die de mogelijke paden van de toekomst kan zien – houdt hij zich wonderwel staande. Meer nog: hij beseft gaandeweg dat hij enkel in leven zal kunnen blijven als hij ook zelf het heft in handen neemt en een actieve rol begint te spelen.

En ja, het zit vol booswichten, slechteriken, maar weinig zwart-wit-personages. De goeien hebben een slechte kant, de slechten hebben hun goeie momenten, de wereld is per definitie niet eerlijk, en het hoofdpersonage zelf ontwikkelt zich ook doorheen de boeken/jaren. Waar Alex in het begin eigenlijk nog een idealistische naïeveling is, wordt hij beetje bij beetje duisterder, donkerder, grimmiger, en daar hou ik wel van, ja. Er vallen gigantisch veel doden, al dan niet als nevenschade, en daar wordt ook rekening mee gehouden.

Maar vooral: ideale vakantielectuur. Héérlijk! En jammer dat het na boeken gedaan is, maar zoals Jacka zelf schrijft: het is mooi geweest, het is afgerond, hij hoeft het niet verder uit te melken.

Lectuur: “A memory of light” (The Wheel of Time #14) van Robert Jordan

Yup, ik ben erdoor, door de net geen 12.000 bladzijden van The Wheel of Time van Jordan, en ergens ben ik er blij om want het is wel een titanenwerk, maar aan de andere kant vind ik het jammer, want het is een steengoed, zij het nogal uitgerokken verhaal.

Dit laatste boek – net zoals de vorige eigenlijk geschreven door een van mijn favoriete auteurs, Brandon Sanderson, op basis van de notities van de overleden Jordan – gaat helemaal over het eindgevecht, het gevecht waar de vorige dertien boeken eigenlijk de prelude van zijn. Soms begint de zoveelste beschrijving van het zoveelste gevecht – de veldslag valt zoals elke veldslag uiteen in verschillende fronten – wel wat tegen te steken, maar Sanderson is een zodanig goed auteur dat hij het ondanks alles toch spannend kan houden: soms kon ik het boek gewoon niet weg leggen omdat ik wilde weten wat er ging gebeuren. Sanderson aarzelt namelijk niet om, net zoals Jordan, een personage te laten sterven als de plot dat vraagt, ook al is dat een van de publieksfavorieten.

Ook dit laatste boek zit nog vol verrassende plotwendingen, onverwachte situaties en af en toe een kleine deus ex machina, maar uiteindelijk is dit een zeer waardig einde van een terechte klassieker binnen de fantasy.

Het is dat Jordan dood is en dat Sanderson genoeg eigen dingen heeft om te schrijven, want je zou hier perfect nog een tweede cyclus over kunnen schrijven, in dezelfde wereld, met zelfs deels dezelfde personages. Maar aan de andere kant: het is mooi geweest. Het is perfect afgesloten, de losse eindjes zijn allemaal netjes weggewerkt, en 12.000 pagina’s is misschien ook wel voldoende.

Bedankt, Jordan en Sanderson.

Lectuur: “Towers of Midnight” (The Wheel of Time #13) van Robert Jordan

De reeks begint naar zijn einde te lopen – boek 14 is het laatste – en dat merk je: Brandon Sanderson heeft de reeks overgenomen na de dood van Jordan en begint alle losse eindjes aan elkaar te knopen, uiteraard op basis van de notities van Jordan. Dat zorgt ervoor dat er serieus wat spanning wordt opgebouwd: niet alle personages zijn nodig bij The Last Battle en je weet dus dat ze kunnen sterven.

Maar zal Matt de Tower of Ghenjen overleven? Kan hij een deal sluiten? Komt er voor Rand een mogelijkheid tot samenwerken met de Seanchan? Slaagt Egwene erin om de White Tower te controleren? En hoe zit het met de Black Tower? En zal Perrin op een of andere manier tot een verstandhouding komen met de Children of the Light?

Enfin, stof genoeg om alweer bijna 1000 pagina’s te vullen, en Sanderson doet dat meesterlijk. Ik vind het nu al jammer dat het stopt bij boek 14…

Lectuur: “The Gathering Storm” (The Wheel of Time #12) van Robert Jordan

Het is vreemd: ik kan me ergeren aan deze reeks van telkens toch wel 800 pagina’s per boek, en toch kan ik ze niet wegleggen: ik wil echt weten wat er gebeurt met de talloze personages, ik wil weten hoe het afloopt, hoe de verschillende verhaallijnen samen zullen komen en hoe de grote plot uiteindelijk opgelost wordt.

Ondanks het feit dat ik dus serieus kan kritiek geven, lees ik deze reeks echt wel graag. Alle problemen die beschreven worden door anderen, zijn er wel degelijk: het is soms repetitief, het is soms met geen stokken vooruit te krijgen, het is soms, ondanks het feit dat bijna alle machthebbers vrouwen zijn, misogyn, en Jordan is niet de beste karakterbeschrijver, dat klopt. Maar er is wel degelijk een reden dat deze reeks tot de klassiekers binnen de fantasy gerekend wordt, en dat is omdat ze gewoonweg goed is.

In dit deel voel je de spanning gewoon opbouwen: je weet dat Jordan er niet voor terugdeinst een van zijn hoofdpersonages op te offeren, het is dus niet als in een vervolgverhaal dat je weet dat ze het sowieso zullen redden omdat anders de reeks ophoudt te bestaan. Rand bokst op tegen zowat de rest van de wereld, maar wordt zelf meer en meer opgeslokt door het duister. En waar zal dat eindigen? En kan Egwene zich ooit nog bevrijden uit de terreur en de folteringen van de Witte Toren? Hoe gaat ze dat oplossen? En kan ze de Black Ajah ontmaskeren voor die haar uitschakelen?

Ik heb onmiddellijk na de lectuur dit boek vijf sterren gegeven. Dat is zeker niet onverdiend.

Lectuur: “Knife of Dreams” (The Wheel of Time #11) van Robert Jordan

(Ja, het zijn veel boekbesprekingen na elkaar, maar die hebben zich dan ook opgestapeld.)

Goh, dit is al het elfde boek in de reeks, en veel valt er eigenlijk niet meer te zeggen. Opnieuw kabbelen de plots van de verschillende personages verder: Perrin is nog steeds zijn vrouw kwijt en blijft bijzonder irritant, Mat blijft bijzonder entertainend in zijn omgang met zijn toekomstige vrouw Tuon – al werkt het wel op het systeem dat Jordan BLIJFT herhalen hoe weinig Mat van vrouwen weet, hoe hij nog steeds niet doorheeft dat het zijn gedrag is dat Olver imiteert, hoe hij zichzelf blijft afkeren van alles wat gezag is terwijl hij zelf een militaire leider is tegen wil en dank – en Elayne blijft een zaag over haar zwangerschap en al de rest. En nee, Rand komt eigenlijk nauwelijks in dit boek voor.

Dus ja, er blijven ergernissen, maar het verhaal blijft me wel boeien, ja, dus ik lees nog steeds verder.