Het is vakantie, ik ben nog absoluut niet toe aan veel volk, laat staan leerlingen, maar de school is ook nooit ver weg. Want mijn school, dat is een warme school. Ik heb op veel scholen gestaan als interim, en je hebt overal zowel leerkrachten als leerlingen die warm zijn. Maar ik heb ook al koude “elitescholen” gehad, waarin alles draait om prestaties en niet om het gevoel.
Ik heb de laatste jaren echt al een paar keer zo’n echt “warm” gevoel gehad. Dat gaat om boodschapjes van leerlingen, berichtjes van collega’s, dat soort dingen. Maar ook soms heel onverwachte dingen. Ik geef een paar voorbeelden:
- Ik heb soms toezicht achteraan aan de fietsenpoort over de middag, om pasjes te controleren. Daar is geen enkele beschutting tegen de regen, dus ja, daar word je nat en sta je in de wind. Op zo’n toezicht stond ik met jas en hoedje en was het beginnen regenen. Komt er een aantal meisjes binnen die ik niet ken wegens geen leerling (geweest) van me. Zegt er eentje: “Mevrouw, wil u mijn paraplu gebruiken? Ik ga toch net naar binnen en ik krijg die dan straks wel terug!” Ik heb haar vriendelijk bedankt en gezegd dat het hoedje voldoende was, maar het heeft mijn dag goed gemaakt.
- Zelfde locatie, hete zomerdag. Komt een groepje meisjes uit het vierde, opnieuw niet mijn leerlingen, al kwebbelend binnengestapt. Eentje komt onmiddellijk naar me toe: “Mevrouw, we zijn ijsjes gaan halen in de Lidl, ze zitten per acht, wij zijn met zeven, en wij dachten onmiddellijk aan u hier op toezicht. Wij hebben een ijsje voor u mee!” Ik ben in de lach geschoten en heb het me zeer laten smaken.
- Dit fijne cadeautje.
- Ik heb op vaste uren studiepermanentie, en ik had al regelmatig studie voor wiskunde moeten geven – door omstandigheden – aan een groep derdes die blijkbaar voor nogal moeilijk doorgaan. Zelf heb ik er geen enkel probleem mee gehad: beleefde, rustige leerlingen die hun taak maakten in alle rust en stilte en die ik dan ook steevast na afloop bedankte voor hun houding. Onlangs liep ik tijdens de middagpauze in gedachten verzonken naar mijn auto, zonder acht te slaan op waar ik liep. Een van die jongens kwam vlak naast mij lopen, wat me verschrikt deed opkijken. “Ha ja, mevrouw, u loopt over ons voetbalveldje, en zo kan ik ervoor zorgen dat ze u niet raken.” Ik ben rood geworden, heb me verontschuldigd en heb me uit de weg gerept. Maar da’s toch zalig?
Ik heb nog tal van voorbeelden, maar ik vind dat deze wel sprekend zijn, ja. En dat is waarom ik zo graag op mijn school sta.