Doktersbezoek

Deze avond moest ik opnieuw op controle bij de specialist, en Bart laadde me dus met laars, krukken en al liefdevol in de auto en bracht me tot ginder.

Wouter is meestal vrij meegaand, maar was deze keer toch wel behoorlijk formeel en decisief: nog thuisblijven tot het einde van de week. Ik vermoed dat het feit dat mijn bekken overbelast is, daar wel voor een en ander tussen zit.

Ik geef toe dat ik ook niet bijzonder hard heb tegengestribbeld: de rug doet het nog steeds niet helemaal, al is het wel gebeterd sinds ik weet wat de oorzaak van de pijn is en hoe ik die kan aanpakken.

Ik moet nu, aangezien de laars en het gehobbel daarmee toch een deel van de oorzaak van het probleem is, thuis al gewoon zonder die laars rondlopen. Niet op mijn blote voeten of kousen, maar met schoenen aan, zodat de hiel nog wat ondersteuning krijgt. Buitenshuis – wat niet veel gebeurt – is de laars voorlopig wel nog verplicht, en desnoods ook de krukken om mijn bekken stabiel te houden. Voorzichtig echt weer beginnen stappen, dus.

Hmm. Ik kan me dus echt niet herinneren dat ik daar bij de linkervoet zo mee gesukkeld heb. Maar lang leve een blog: de operatie was in 2009, ik was dus ook een pak jonger. Blijkbaar ben ik toen wel gaan lesgeven op krukken, kon ik na drie weken al de krukken opzij laten staan en ging het net iets vlotter. Tsja. Ik was ook nog geen 51 en ik woog net ietsje minder…

De draadjes eruit

De orthopedist had gezegd dat ik in de loop van de week even langs de huisarts moest gaan om de draadjes eruit te halen, desnoods in twee keer om zeker te zijn dat de wonde niet opnieuw open zou gaan.

Ik was er, eerlijk gezegd, niet helemaal gerust in: het wondje was nog niet helemaal dicht, maar de draadjes begonnen stilaan in te groeien en dat kan ook niet de bedoeling zijn, toch?

Emma – de dokter dus – deelde mijn mening volmondig: het was dringend tijd dat de draadjes eruit gingen, want het weefsel rond de draadjes begon al licht te ontsteken. Gelukkig bleek de wonde zelf wel voldoende dicht te zijn. Alleen stond het allemaal veel en veel te droog, zei ze. In het begin, toen de plaaster er net af was, stond de wonde echt veel te nat, als in: de randen waren gewoon wit en gerimpeld. Ik heb toen vaak de wonde aan de lucht laten drogen en dat deed deugd. Alleen was ik nu blijkbaar naar het andere einde doorgeschoten. Ze schreef me dus Flaminal Hydro voor: een sterk hydraterende zalf die de dikke korst moest verzachten en ook al het weefsel errond moest verzorgen, en dan dat erop laten met een plakker, zodat het vochtig bleef.

Juist ja. Maar het doet wel écht deugd dat die draadjes eruit zijn: het begon te jeuken en keihard tegen te trekken. Alleen hopen dat de wonde nu ook verder netjes dicht groeit (en nee, ik ga er hier geen foto bij zetten, ik wil uw eetlust niet bederven).

Update over de voet

Gisteren zaten we dus bij de orthopedist, en hij vond dat de wonde er eigenlijk best wel oké uitzag, ook al is ze nog steeds niet dicht. Maar hij vertelde dat het blijkbaar dé manier is om een dergelijke wond aan de binnenkant dicht te krijgen en vergeleek het zelf met een opgebonden braadstuk.

Maar het ‘hotel’ (= een halve gips met aan de bovenkant enkel verband, zodat er plaats is voor zwelling en dergelijke) mocht er definitief af en ik mocht switchen naar mijn orthopedische laars, wat het een pak gemakkelijker maakt. Ik kon quasi normaal slapen met die gips, maar het douchen wordt veel eenvoudiger met simpelweg een waterdichte plakker, en ik kan ook gewoon in de zetel zitten zonder die laars aan.

Maar verder was hij wel strikt: zeker nog tot twee januari met de krukken, dan zachtjesaan erop beginnen steunen, en zeker de laars nog tot 18 januari. Dat betekent ook dat ik niet met de auto mag rijden en ik dus nog niet weet hoe ik op school zal geraken. Of terug thuis.

Maar bon, dat zien we dan wel weer. Eerst vakantie.

Stomme stoot

Jaja, ik zal deze nog wel eens uitschrijven in de “stommiteiten van Rombaut”, maar dus eerst in gewone prozaversie…

Het was de bedoeling dat ik deze voormiddag zou douchen met behulp van Bart. Het is niet alsof ik nog niet eerder in de plaaster heb gezeten, ik ken het klappen van de zweep. Bart zou toch de hele dag thuis zijn, lekker gemakkelijk dus.

Toen ik rond half tien naar beneden wilde, riep ik Bart. Geen gehoor. Ik probeerde de walkie-talkie functie van de smartwatch, maar geen gehoor. Dju, dacht ik, die mens hoort mij gewoon niet! Die zit in zijn bureau of in de keuken met zijn oortjes in…
Enfin, ik met enig gestommel de trap af richting badkamer. Na nog wat enthousiast en stilaan wanhopig geschreeuw aan de trap, concludeerde ik dat Bart me écht niet hoorde. Bon, dan maar alleen douchen, zeker? Ik heb dat vaker gedaan, ik weet hoe het moet. Alleen had ik niet de plastiekfolie waarmee ik normaal gezien de plaaster netjes omwikkel en dus droog hou. Ach ja, een handdoek ging het ook wel doen.

Bon, de douche in, een krukje naast de douchebak om mijn voet op te leggen en een handdoek rond het horizontale been, dat houdt het normaal gezien ook wel droog. Alleen… slaagde ik erin om eerst het krukje te doen wegschuiven en het daarna zelfs te doen omvallen. Resultaat: mijn been hing naar beneden en het water liep zonder meer de handdoek en daarna de gips binnen. Euhmm… Maar ik hing vol shampoo en zeep en kon moeilijk stoppen.

Gelukkig kwam toen Bart binnen: hij was simpelweg om boodschappen geweest en hoorde bij het thuiskomen het water lopen. Meteen zette hij het krukje overeind, nam een droge handdoek en probeerde de gips droger te krijgen, maar het kwaad was al geschied. En uiteraard kreeg ik onder mijn voeten, terecht, omdat ik niet gewacht had op hem. Maar ik dacht echt dat hij, zoals gezegd, gewoon thuis ging zijn en me niet gehoord had!

Hij hielp me uit de douche en hielp me met afdrogen, maar terwijl ik in tranen met mijn knie op een stoeltje zat, begon zich een rode plas te vormen onder mijn gips: het water liep eruit, samen met de rode kleurstof van het ontsmettingsmiddel, maar de rode kleur was donkerder dan dat… Dat, samen met het feit dat de wonde behoorlijk begon te pieken, stelde me niet meteen gerust. Ik had gisteren al tegen Bart gezegd dat ik het gevoel had dat het verband in de wonde bleef plakken, want het trok behoorlijk tegen.

Maar toen ik beneden bij het ontbijt de voet op een keukenstoel legde – met een handdoek eronder wegens echt wel doornat – begon ik me pas echt zorgen te maken toen Nazgûl ook op de stoel sprong en zeer aandachtig, zeer intens de voet begon te besnuffelen, waar de vorige dagen de gips hem echt niet interesseerde. Vers bloed, met andere woorden. Meh.

Een telefoontje naar de huisarts leerde me dat ik best gewoon naar de dienst orthopedie van het ziekenhuis belde met de vraag voor een nieuwe plaaster.

Om half twee zaten Bart en ik dus netjes in de wachtzaal, iets voor drie werd de natte plaaster opengeknipt. Nu, het nat zijn op zich was niet zo’n probleem, het feit dat de wonde effectief behoorlijk aan het bloeden was gegaan, iets meer. Ze belden zelfs Wouter op en stuurden hem een foto van de toch wel openstaande wonde, maar hij vond dat niet meteen een probleem. Alleen bleken ze – de chirurg? de verpleging? – geen speciaal ‘netje’ op de wonde gelegd te hebben om te voorkomen dat het verband erin zou plakken, zoals wel de bedoeling was geweest. De verpleegster viste zelfs speciaal de gips nog eens op uit de vuilbak om dat te checken.

Soit, een half uurtje later had ik wél zo’n speciaal netje op de wonde en een propere en vooral ook droge nieuwe gips.

En een extra stommiteit om neer te schrijven, dus. Al een chance dat ik zo’n geduldige, begrijpende echtgenoot heb.

Meh.

Kijk, ik vind die operatie op zich niet zo erg – de voet doet minder pijn dan voordien – maar het gedoe errond is zo ergerlijk. Het feit dat ik in de zetel lig en alles moet vragen als ik iets wil, dat ik niet op mijn eentje de trap op kan, dat ik hulp moet vragen bij het aankleden en douchen…

Daar zie ik dus tegenop en met recht en reden. Meh. Nog minstens drie weken te gaan…

Nog maar eens een operatietje

De vorige operatie is net geen jaar geleden: op 20 december werd mijn galblaas eruit gehaald. Vandaag was dus mijn rechtervoet aan de beurt. Het is eens iets nieuws: de linkervoet is al vier keer geopereerd, de rechter was nog maagdelijk. Tsja.

Iets over zeven zaten we in de wachtzaal van het ziekenhuis, zoals gevraagd. Kwart voor acht was het aan ons en werden we naar een kamer doorverwezen. Seriously, we hadden een pak langer kunnen slapen en de kinderen nog kunnen zien vanmorgen.

Maar bon, toen ging het snel: sexy ziekenhuiskleedje aan, vragenlijsten overlopen, dikke pijl op mijn been gezet, en hup, richting pre-op. Ook daar moest ik nauwelijks wachten: nog eens de vragenlijst overlopen, baxtertje in mijn hand en hup, richting operatiekamer. Opnieuw ging het zeer vlotjes: Wouter (de chirurg) was in een jolige bui, net zoals de verpleging en de anaesthesist, blijkbaar. Ik werd beplakt met alle mogelijke sensoren, netjes vastgebonden aan armen en benen, en het enige ambetante momentje is wanneer ze de verdoving zelf inspuiten in je infuus: het tintelt doorheen je hele lijf en dan, vreemd genoeg, vooral door je geslachtsdelen, op een zeer onaangename manier. Gelukkig ben je een paar seconden later weg van de wereld.

Om kwart voor tien werd ik alweer wakker op de verkoeverkamer – zoals de recovery in mooi Nederlands eigenlijk heet – en maat, toen het eventjes pijn begon te doen, kreeg ik zowaar een shot morfine: zo high als een konijn, fijn gevoel!

Om half elf was ik zowaar al op mijn kamer, zo goed als pijnvrij, en waren we toch alweer zo ver.

Nog een dik half uur later had ik al met veel smaak vier boterhammen binnengespeeld en was ik rustig aan het lezen.

En halverwege de namiddag kwam Bart me ophalen, zodat we tegen een uur of vijf netjes thuis waren.

Ik had enorm veel schrik van het effect van de krukken op mijn rug, maar dat blijkt gigantisch goed mee te vallen. Ik kan er na al die jaren, en ondanks de extra kilo’s, gelukkig nog steeds vlot mee overweg.

Enfin, thuis in mijn eigen zeteltje, met nog een occasionele pijnstiller, en vooral mijn eigen gezin.

Oef. We zijn toch alweer zo ver…

Even langs de orthopedist

Goh, moest dat echt, nog eens langs de orthopedist? Blijkbaar wel, ook al vond ik het een beetje een maat voor niks.

De operatie is immers vastgelegd en meer moet ik niet weten. Maar blijkbaar moet hij me verplicht op alle mogelijke risico’s wijzen en me al een reeks papieren meegeven die ik moet ondertekenen. Tsja.

Aan de voet zelf kan hij niks doen: ja, die doet zeer. Nee, daar is voorlopig niks aan te doen. Ja, ik negeer de voet zo veel mogelijk. Nee, dat lukt niet.

Tsja.

Ik ga blij zijn als de operatie en de krukken achter de rug zijn, en hopelijk ook de pijn weg blijft.

Nog een operatie

Daarnet even gebeld naar de orthopedist om te horen wat het resultaat is van de MRI-scan: het wordt dus een operatie.

De ontsteking die er zit is echt wel zwaar, het hielspoor op zich niet zo, maar die ontsteking heeft er wel voor gezorgd dat de aanhechting van mijn achillespees aan het afscheuren is. Vooralsnog niks dramatisch, maar het gaat ook niet vanzelf genezen. Andere behandelmethoden hebben de vorige keer ook niks geholpen, dus wordt het een operatie. Verdoving nr. 20, als je de tien korte verdovingen voor de IFV meerekent.

Ik heb het vastgelegd voor woensdag 7 december: hopelijk kunnen mijn examens dan de 6de gelegd worden – de eerste dag van de examens – zodat ik ze zelf kan afnemen. En dan blijf ik gewoon thuis tot na de examens. Ja, ik zal die zelf wel verbeteren, de punten ingeven en commentaren doorsturen. Maar dat is dat, echt waar. Ik ga deze keer niet op krukken naar school: die toezichten moeten ze maar verdelen onder de collega’s en de klassenraden, als het echt nodig is moeten ze me daar maar voor bellen.

Alleen de website ga ik blijven doen want dat kan vanuit mijn zetel.

Yepla. De rechtervoet was nog nooit geopereerd.

Ik val dus echt uit elkaar, of wa?

Duo-operatie

Eind augustus waren we langs gegaan bij de stomatoloog en had ze voor beide jongens samen de operatie vastgelegd voor hun wijsheidstanden: allebei onder volledige verdoving, allebei alle vier hun wijsheidstanden in één keer. En jawel, dus ook samen op één kamer, al konden ze ons dat niet op voorhand garanderen.

We stonden om zeven uur met zijn viertjes bij de opname van het Jan Palfijn, een half uur later waren beide broertjes hun übersexy operatiehemd aan het aantrekken. Goed gelachen! Gelukkig hielden ze er allebei ook de moed in.

Ik moest wel gaan lesgeven tegen negen uur, maar tegen dan waren beide heren al vertrokken richting operatiekwartier, met zo’n twintig minuten tussen. Bart ging dan maar fitnessen en zorgde dat hij wat later terug in het ziekenhuis was tegen dat de jongens op hun positieven kwamen.

Blijkbaar lagen ze ook naast elkaar op de recovery, al werd Wolf wel eerst terug naar de kamer gebracht. En ja, we hadden twee paaseieren, met langwerpige ijszakjes in van die kousverbanden. Tsja.

 

De komende dagen zal het alleen maar erger worden: hun kaken gaan zwellen en pijn doen, eten wordt lastig en vooral zaterdag en zondag worden de moeilijkste dagen, zei de dokter. Ik kijk al uit naar mijn twee hamstertjes.