Latijntweets oktober

Soms, als ik eraan denk en er die dag iets memorabels is gebeurd, zet ik op twitter en facebook een weetje over de Klassieke oudheid, in maximaal 140 lettertekens. Die van september vond u hier, dit zijn die van oktober.

* Vandaag, 1 oktober, in 86 AC, werd Sallustius geboren, schrijver van De Samenzwering van Catilina

* Op 3 oktober 52 AC geeft Vercingetorix, de leider van de Galliërs, zich over aan Julius Caesar, na de belegering en slag bij Alesia.

* 5 oktober: 1 van de 3 Mundus Patet-dagen waarop de steen voor de toegang naar de onderwereld werd geopend en er omgang met de doden kon zijn

* 10 oktober: in 19 PC sterft generaal (en troonsopvolger) Germanicus plots een mysterieuze dood, volgens sommigen vergiftigd op bevel van keizer Tiberius

* 12 oktober: ooit bij stilgestaan dat millimeter = mille (1000) in een meter, centimeter = centum (100) in een meter, decimeter = decem (10)in een meter?

* 13 oktober: in 54 wordt keizer Claudius vergiftigd, wellicht door toedoen van zijn vrouw Agrippina. Haar zoon Nero wordt de nieuwe keizer.

* 15 oktober: niet alleen Vergilius’ geboorte in 70 AC, maar ook Equus October, het feest waarbij na een race een paard werd geofferd aan Mars

* 19 oktober: vandaag vieren de Romeinen het Armilustrium: de dag ter ere van Mars waarop de wapens gezuiverd en weggeborgen worden voor de winter

* 19 oktober: nog vandaag, in 202 AC, verslaat Scipio Africanus Hannibal Barca in de Slag van Zama, en beëindigt daarmee de tweede Punische Oorlog.

* Geplukt van @qikipedia: The Roman punishment for ‘patricide’ was to be sewn into a sack with a chicken, a dog and a snake, then thrown into the sea.

* 22 oktober:Vir bonus dicendi peritus: volgens de Romeinen was een begenadigd spreker ook inherent een goed mens, of hij kon nooit een goed spreker zijn

* 23 oktober: in 42 AC wordt Brutus, de moordenaar van Caesar, grandioos verslagen door Antonius en Octavianus bij Philippi. Hij pleegt zelfmoord.

* 30 oktober: Vandaag in 39 AC krijgt Augustus een dochter, Julia. Helaas dus niet de verhoopte troonopvolger #mannenmaatschappij

 

Latijnse wikipedia. Jawel.

Iets wat ik eigenlijk nog nooit gedaan heb: een complete blogpost van een ander overnemen. Maar deze keer kon ik wel niet anders. Michel, de onvolprezen Michel, schreef vandaag namelijk een zàlige post:

Ik was op de Latijnse Wikipedia aan het kijken, en ik kwam op het lemma voor België uit, onder het kopje Divisiones administrativae:

Belgica est omnis divisa in partes tres, quarum unam incolunt Flandri (Flandriam, ubi Batavice loquuntur), aliam Vallones (Regionem Vallonicam, ubi Francogallice), tertiam qui ipsorum lingua Bruxelles, nostra ‘Bruxellae’ appellantur (Regionem Bruxellensem, in qua maior incolarum pars sermone Francogallico utitur, sed secundum leges bilinguis habetur).

In orientalibus regni partibus exstat regio administrativa cuius incolae sermone Theodisco utuntur.

Mwaha. En zo wijs.

Deze moét ik gewoon doorgeven aan mijn collega’s. En mijn derdejaars. En mijn anderejaars. Enfin, u begrijpt vast wel wat ik bedoel. Ik lag gewoon plat!

Oorkonde

Een jaar geleden is mijn grootmoeder langs moeders zijde in een rusthuis gegaan. Het kon niet anders: ze was 90, bijna volledig blind, en is een been kwijt. Toch heeft ze het, dankzij Familiehulp, verpleegsters en familie dus nog heel lang in haar eigen huis kunnen volhouden.

Het voorbije jaar was dus een jaar van opruimen, verdelen, wegdoen, laten schatten enzovoort. Ze heeft zes kinderen en een resem kleinkinderen, er waren dus gelukkig wel een aantal helpende handen.

Ik heb zelf een paar dingen gekregen: een bedje voor Merel, een paar kleine dingetjes, en een kader die niemand anders wilde. Waar ik eigenlijk dolblij mee ben.

kader2

Mijn grootvader was namelijk mijn peter, en een ongelofelijke mens met wie ik een bijzondere band had. Hij was ook leraar Latijn, en niet van de minste. En deze kader hing, met gebroken glas, boven op de studeerkamer, waar de laatste jaren eigenlijk nog zelden iemand kwam. Het was een oorkonde die hij gekregen heeft in 1933 (hij was van 1913, hij was toen dus 20) omdat hij de knapste tekst in het Latijn had geschreven. Een oorkonde, volledig in het Latijn uiteraard, beschilderd met goudverf, zilververf, en rood.

kader1

Ik heb hem net in een nieuwe kader gestoken, en ga hem een ereplaats geven.

Ut tibi honori fit, ave!

School

En we zijn weer vertrokken. Met mijn volle goesting, jawel.

Eind juni heb ik het er altijd een beetje mee gehad. De goesting, de passie, het vuur: het is weg, op, geblust. Niet alleen de kinderen zijn aan vakantie toe, ook de leerkrachten, geloof me. Want uiteindelijk draait lesgeven toch nog altijd daarom: dat je met enthousiasme en vuur je vak kan overbrengen aan je leerlingen. Als je zelf terugdenkt aan het middelbaar: welke leerkrachten herinner je je nog op een positieve manier? Niet degene die te vriendelijk, te meegaand of te lief waren, ook niet diegenen waar je doodsbang van was, maar wel degene die er stonden met hun goesting.

Wel, die goesting is er weer. Ik kijk al uit naar straks, om mijn vierdes, vijfdes en zesdes terug te zien, en hen het vuur aan de schenen te leggen. Om hen te vertellen over de Romeinse politiek, de stoten die Catilina uitstak, het liefdesverdriet in de poëzie van Catullus, het Carpe Diem van Horatius, de ongelofelijk ongerijmde filosofieën van Zeno.

Yup. Ik ben er klaar voor. Laat maar komen, die pubers!

Gedichtendag

20120125_gedichtendag_sm

Op de valreep op deze gedichtendag nog een gedicht, dat had u van me nog tegoed.

Ik vrees dat ik weer naar mijn Latijnse klassiekers grijp, en meer bepaald naar Horatius. Hij was een van de grote voorvechters van het ‘carpe diem’ principe, en dat is in dit gedicht meer dan duidelijk. Maar vooral is het een wintergedicht, dat ik op school vaak lees met de leerlingen als het buiten plots sneeuwt, want dan is er toch geen houden meer aan.

Vides ut alta stet nive candidum
Soracte, nec iam sustineant onus
silvae laborantes geluque
flumina constiterint acuto,

Dissolve frigus ligna super foco
large reponens, atque benignius
deprome quadrimum Sabina,
O Thaliarche, merum diota,

Permitte divis cetera; qui simul
stravere ventos aequore fervido
deproeliantes, nec cupressi
nec veteres agitantur orni.

Quid sit futurum cras fuge quaerere et
quem fors dierum cumque dabit, lucro
appone, nec dulces amores
sperne puer neque tu choreas,

donec virenti canities abest
morosa. Nunc et Campus et areae
lenesque sub noctem sussuri
composita repetantur hora,

nunc et latentis proditor intimo
gratus puellae risus ab angulo
pignusque dereptum lacertis
aut digito male pertinaci.

Je krijgt een schitterende, vrije vertaling van Paul Claes:

Zie hoe wit de kruin van de Soracte ligt
in de sneeuw, hoe kreunend onder dat gewicht
de bossen kraken en hoe stromen
door de bitse vorst tot stilstand komen.

Jaag de koude weg door op het vuur nog meer
blokken hout te leggen en laat als een heer,
Thaliarchus, die amfoor verschijnen
met vierjarige wijn van de Sabijnen.

Laat de goden voor de rest begaan: wanneer
zij de winden op het woelige water neer
doen liggen, roeren de cipressen
zich niet langer met de oude essen.

Tracht niet uit te zoeken wat de toekomst brengt,
teken alle dagen die het lot je schenkt
als winst op en versmaad het vrijen
niet, nu jij nog jong bent, en de reien

niet, zolang je groene jeugd het grijze haar
blijft bespaard. Komaan, nu naar het Marsveld, naar
de pleinen en het zacht gefluister
bij een afspraak in het vallend duister,

naar je meisje nu, wier lief gelach verraadt,
in welk hoekje zij tersluiks te wachten staat,
en naar het pand, dat haar bedwinger
wel gegund wordt door een arm of vinger.

B-attest afschaffen? Enige nuancering, graag!

Links en rechts zag ik op mijn Facebook de oproep verschijnen om het B-attest (waarbij een leerling mag overgaan naar het volgende leerjaar, maar enkel in een andere/lagere studierichting) af te schaffen, om zo het watervalsysteem tegen te gaan.

Ik begrijp de redenering, en het is een loffelijk initiatief, maar ik heb er wel wat bedenkingen bij.

B-attesten worden op vrij uiteenlopende manieren gebruikt. Het is vaak een manier om een leerling nog een kans te geven, zonder hem te moeten verplichten om te blijven zitten. Om hem in een richting te sturen, die hem beter ligt. Een klassenraad (= de verzameling van alle leraars die aan de betrokken leerling lesgeven) gaat niet licht over tot een dergelijke attestatie. De leerling in kwestie heeft een aantal tekorten, en we proberen te achterhalen hoe dat komt.

Zijn er externe factoren, zoals het plots ziek worden van een van de ouders, dan gaan we vaak over tot herexamens. Dat is trouwens een van de weinige redenen waarom we die nog (mogen) geven. Stellen we vast, dat de leerling het eigenlijk best wel aankan, maar er vierkant zijn broek heeft aan geveegd, dan zijn we doorgaans streng, en krijgt hij/zij een C-attest en kan zijn jaar overdoen.

We hebben echter ook vaak leerlingen die aan hun plafond zitten. Die wel beter wíllen doen, maar het niet aankunnen. Zo kan iemand in een Latijn-Wiskunde serieuze problemen hebben voor wiskunde, maar best wel goed zijn in talen. Die krijgt dan meestal een B-attest om over te gaan naar de Latijn-Moderne Talen. Is dat een lagere richting? Nee. Gaat de leerling daar beter presteren en zich er vooral ook beter bij voelen? Ja.

Soms moeten we ook harder zijn. Dan stellen we vast dat de leerling in kwestie wel van goede wil is, en serieus hard werkt, maar dat het gewoon niet lukt in pakweg het ASO. Dat dat ASO te hoog gegrepen is. Een B-attest kan dan zorgen dat de leerling wél nog naar het volgende jaar kan, maar in een richting die hem/haar beter ligt. Waar hij/zij ook meer voldoening zal aan beleven, die hij/zij wél aankan.

En daar zit het probleem natuurlijk.

Waarom zitten leerlingen vaak niet op hun plaats? Waarom moeten ze spartelen tot ze via het “watervalsysteem” een eigen plekje gevonden hebben, als ze tegen dan al niet allang schoolmoe zijn?

Ik heb zelf jarenlang lesgegeven in het eerste middelbaar, Latijn. Ik heb daar leerlingen zien binnenkomen, waarvan ik dacht: “Hoe is het in hemelsnaam mogelijk?” Leerlingen waarvan ik me zelfs afvroeg hoe zij ooit hun getuigschrift lager onderwijs hebben gehaald. Leerlingen die zelfs een simpele Nederlandse tekst met moeite begrepen, aan wie ik de meest idiote vragen nog met handen en voeten moest uitleggen. En die leerlingen zaten dan bij mij in de les Latijn, in het ASO in de “hoogste richting”. Hoe kwam dat dan?

De ouders.

Simpelweg de ouders.

Ouders die nog steeds niet aanvaarden dat TSO en BSO volwaardige onderwijsvormen zijn, en dat pakweg een loodgieter verdomd goed zijn brood verdient. Ouders die de adviezen van het CLB (het vroegere PMS) gewoon naast zich neerleggen, en vinden dat hun kind beter zo hoog mogelijk kan mikken. Dat het maar moet werken en studeren, en dat het er dan wel door zal geraken. Dat de Latijnse nog steeds de hoogste studierichting is en daarom per definitie zaligmakend. Ook al heeft hun zoon of dochter daar de capaciteiten of interesse niet voor.

Dat het kind daar doodongelukkig van wordt, en uiteindelijk schoolmoe, dat vergeten ze even. Want zij willen “het beste” voor hun kind. Waardoor dat kind na een lange lijdensweg via het watervalsysteem totaal uitgeblust in het BSO eindigt, waar het eigenlijk al van in het begin had moeten zitten, en waar het zich wél had goed gevoeld. (Ik stel het hier nu wat extreem, maar bon.)

Ik heb zelfs een nog extremer concreet voorbeeld. Aan mijn middelbare school is ook een lagere school verbonden, waarmee we een goede samenwerking hebben. Een aantal jaar geleden waarschuwde de leraar van het zesde studiejaar me voor een van zijn leerlingen. Het jongetje had net 50% voor taal, en 52% voor rekenen, en had een sterk advies gekregen voor de B-stroom. Zijn vader had hem ingeschreven in de Latijnse, als straf. Dat zou hem wel even leren. Het kind is geëindigd als droeve statistiek, als schoolverlater zonder diploma.

Wil je dus het watervalsysteem vermijden? Begin dan met de adviezen van de klassenraad en het CLB na het lagere bindend te maken. Zodat leerlingen van in het begin juist geöriënteerd zitten, beter gemotiveerd zullen zijn, en er veel minder water door die watervallen stroomt.

Geloof me: alle leraars zijn daar vragende partij bij. Want zo kunnen wij lesgeven aan leerlingen die zich een pak beter in hun vel voelen. En is dat ook niet een van de pijlers van het onderwijs?