Geocachen in Gavere: meer hondjes

Die fameuze hondjesgeocacheronde in Gavere, daar is werk aan. Zowel vanwege de legger – ze zijn stuk voor stuk knap gemaakt, er is echt veel werk in gestoken – als voor de cachers, want het zijn er meer dan 70. Ik ben er ook al een tijdje mee bezig: twee jaar geleden met Véronique, vorig jaar op mijn eentje, vandaag opnieuw. Het is niet altijd evident om een dag te vinden dat we allebei vrij zijn én dat het goed weer is.

Maar bon, vandaag lukte het en iets over twee stonden we allebei aan de Spar in Gavere en gingen we ietsje verder parkeren. Dat bleek nog niet voldoende, voor een van de buurtbewoners: die kwam naar buiten en wees ons fijntjes op de parking een zijstraatje verder. Wisten wij veel…

Enfin, het werd een mooie fietstocht met eerst twee vruchteloze pogingen, dan 14 vondsten om dan te eindigen opnieuw met twee zoekpartijen die op niks uitliepen. Tsja.

Tussendoor was er thee, of nee, toch niet: in gans Asper is er geen enkele bank. Toen we aan de kerk passeerden, zagen we plots enkele bistrotafeltjes staan. We hielden halt, klopten aan, riepen aan het hek van Quitapena, maar enkel een hond kwam even kijken, ondanks het feit dat er een bord “OPEN” stond. We hadden ons net geïnstalleerd en thee uitgegoten, toen er alsnog een dame kwam piepen. We hebben de thee dan terug in de thermos gegoten en zijn binnen in de fijne tuin een ijsthee gaan drinken.

De verfrissing deed deugd, want het was eigenlijk echt wel warm, en het was uiteindelijk ook na zessen toen we terug aan de auto stonden, en zeker tegen dat de fietsen opnieuw opgeladen waren.

En toen, toen was er alsnog thee. Nog steeds gloeiend heet, we hebben er gewoon koud water bij moeten kappen om het afgekoeld te krijgen, want eigenlijk had Véro tegen zes uur thuis willen zijn.

Ach ja, het is vakantie…

Berlijn, dag twee

We stonden op het gemakje op, gingen ontbijten wat verderop in de straat, en gingen toen elektrische fietsen huren. De verhuurder die ons was aangeraden, doet helaas geen elektrische meer, en de andere waren behoorlijk wat verderop, en vroegen 38 euro per dag. Bart heeft het dan compleet anders aangepakt: bij Swapfiets kan je voor 39 euro een abonnement aangaan, en voor iets van een 56 euro per maand heb je dan een elektrische fiets. Nog steeds meer dan 100 euro, maar toch een pak goedkoper dan wanneer je losse fietsen huurt. En het abonnement heeft hij meteen ook weer opgezegd, zodat er geen problemen waren.

Meteen trokken we op weg, fietsten langs een reeks labcaches rond street art doorheen de wijk Kreuzberg, verzeilden op den bots in de hippe straat Bergmanstraße  en aten daar een bijzonder lekkere burger in een markthalle – blijkbaar ook zeer hip. Een aanrader: een burger met een dikke plak van die stevige kaas én een dikke schijf gegrilde watermeloen. Lijkt vreemd, is bijzonder lekker.

Jammer genoeg was het weer niet ideaal: we hadden wel perfect in de zon kunnen lunchen op een terrasje, maar daarna begon het behoorlijk te betrekken, en op Tempelhof – het vliegveld dat de luchtbrug vormde tijdens de periode van Oost- en West-Berlijn – moesten we zelfs even onze regenjassen aantrekken. Maar het vliegveld op zich is wel mega imposant: een grote open vlakte waarop mensen fietsen, rolschaatsen, vliegeren, maar waar er ook een Oekraïens vluchtelingenkamp is gevestigd. Ik vond er trouwens een bijzonder fijne cache in een lichtbak van het vliegveld. Het is zo vreemd om te lopen waar al die mensen hebben gelopen en de geschiedenis gewoon te voelen.

Onder de baan zocht ik samen met twee Duitse cachers een cache die blijkbaar aan het hek van een politiegebouw was verstopt, en jawel, een combi kwam vragen wat we aan het doen waren. Bart lag strijk.

En toen reden we verder, terug richting Mitte, min of meer rechtdoor want het was welletjes geweest. Mooie zichten, trouwens.

We waren allebei behoorlijk moe, zodat we gewoon naar de Kaufland gingen, brood, beleg en melk en zo kochten, en gewoon boterhammen aten op onze kamer. Oh, en naar een zalige tearjerker keken voordat we compleet in slaap vielen.

Drukke dag, voorwaar.

Picknick in het Middelheimpark, editie 6

We hadden de picknick eigenlijk gepland op de 21ste, maar dat bleek een traditionele drache nationale, en toen hadden we gekozen voor vandaag. Ook hier hebben we getwijfeld, maar de buienradar bleef positief, en dus waagden we het erop. Nog een chance, want we hadden prachtig weer!

Ik durf stellen dat het intussen een traditie is, die zomerse picknick in het Middelheimpark.

In 2017 was dat voor de eerste keer het geval, en toen waren we redelijk op den bots met een man of twintig en liepen we ook rond om het beeldenpark zelf te zien. In 2018 hadden we het door omstandigheden moeten uitstellen naar eind augustus en waren er behalve ons nog vier anderen. Maar gezellig werd het wel. Editie 2019 was door eerder slecht weer opnieuw eind augustus, maar toen waren we toch weer met achttien in totaal ^^. In 2020 was er, om bekende redenen, geen picknick, maar  in 2021 kon het eigenlijk net, aangezien het buiten was en we ons in kleinere groepen hadden opgedeeld. Er was zowaar, kinderen inbegrepen, 48 man toen. De nood aan samenzijn bleek hoog. Vorig jaar, in 2022, was het in hetzelfde weekend als nu en bleken we ook met 36 te zijn.

Vandaag vreesde ik een beetje voor de opkomst: opnieuw waren er nogal wat mensen al richting Conquest of Mythodea, de meesten vertrouwden het weer voor geen half haar, en een aantal was ook met vakantie. maar verder uitstellen was geen optie: volgend weekend spreken ze van regen, het weekend daarna zitten we in Berlijn, en daarna zijn er barbecues van Eternica en Oneiros. Tsja.

Maar zoals altijd druppelden er voortdurend mensen binnen, en vooral ook enkele trouwe aanwezigen. Nieuw waren mijn nichtje en mijn neef met enkele van de kinderen, en het was ook fantastisch te zien hoe Ian terug te been was, letterlijk zelfs. Goed bezig, man!

Tegen vier uur ruimde iedereen op, ging Merel wat lezen in de auto en trokken Babeth en ik het Park Den Brandt in om daar nog vijf labcaches te vinden en zowaar een bunkermuseum te ontdekken.

Kwart voor vijf reden we richting huis, met alweer een fijne, toch ietwat zomerse middag achter de rug.

 

Dordrecht in de regen

Tegen negen uur tuimelden we uit bed, tegen half tien had Hanneke alweer een uitgebreid ontbijt voor ons klaar, tegen half elf zaten we vol goeie moed op de fiets, want het zou pas in de namiddag beginnen regenen, volgens de buienradar. De rit richting centrum was veelbelovend, maar we waren er nog niet goed en wel, we hadden het eerste “hofje” doorkruist, toen plots de hemelsluizen opengingen. Tsja… Toen vluchtten we maar even in de VVV, de plaatselijke toeristische dienst, waar we nog wat kaartjes meenamen en ik even naar het toilet ging. Het begon al op te drogen toen we weer aanzetten, en prompt begon het opnieuw te regenen. Zucht.

We lieten het niet meer aan ons hart komen, fietsten door de regen, zochten nog een aantal caches, en spraken uiteindelijk af om één uur met Sabrina in een zeer fijn, opnieuw zeer instagramwaardig restaurant voor een lunch.

Gelukkig klaarde het tijdens de lunch volledig op, het werd zelfs aangenaam warm, en we fietsten en cachten verder, richting de Villa Augustus.

In die oude watertoren – waar blijkbaar ook een zeer fijne B&B zit – hebben we koffie gedronken en een taartje gegeten, en zagen we dat het goed was. Tijdens de wandeling in de kruiden- en groentetuin begon het opnieuw te druppelen en we waren gelukkig net op tijd binnen in het winkeltje toen het nog maar eens begon te gieten. Gelukkig duurde de stortbui niet lang, zodat we afscheid namen van Sabrina en via nog drie laatste labcaches naar huis fietsten.

Het was al bij al een zeer aangename tweedaagse met tegen de vijftig caches en fijn gezelschap. Tegen achten waren we thuis, met nog een paar kilometer reserve, maar dat maakte niet uit: we waren er geraakt.

Nog eens bedankt, Hanneke, voor de goeie zorgen en het warme onthaal! Hopelijk tot volgend jaar!

Twee daagjes Dordrecht

Ik had Dordrecht eigenlijk nog alleen maar gezien tijdens Big Rivers, en da’s hetzelfde als Gent leren kennen enkel tijdens de Gentse Feesten. Nu had ik vorig jaar al gezegd tegen Merel dat we eens een dag of twee naar Dordrecht zouden gaan en dan logeren bij Hanneke, of een B&B zoeken of zo.

Bon, de daad dus bij het woord gevoegd, al hebben we getwijfeld tot het laatste moment omwille van het weer. Maar het zag er toch niet naar uit dat het ging beter zijn volgend weekend, en daarna zitten we in Berlijn, en daarna is het alweer na 15 augustus en… Enfin, valiesjes gepakt, fietsen opgeladen en weg.

Tegen goed half twaalf stonden we bij Hanneke aan de voordeur, de fietsen werden uitgeladen, Hanneke voorzag ons van een fijne lunch, en hup, de fiets op. Het plan was om massa’s labcaches te doen – de variant van het geocachen waarbij je een vraag ter plaatse invult, in plaats van een fysiek doosje te zoeken – en dat is gelukt ook: we reden de vijf kilometer naar het centrum, bekeken daar vanalles van speciale huizen, voorwerpen, graffiti, aten poffertjes – Merel kreeg haar portie niet eens op – fietsten nog verder, en tegen vijf uur was ons pijp uit. Maar echt.

Gelukkig heeft het niet echt geregend, al hebben wel toch wel even onze regenjas aangetrokken. Maar al bij al viel het nog mee.

We ploften in de zetel, Hanneke maakte zeer fijne wraps, we kletsten nog wat, begonnen een film te kijken, maar gaven tegen half elf ons allemaal gewonnen: het was een stevig maar fijn dagje geworden. De zon hebben we bij momenten gelukkig wel gezien, dat was heerlijk.

Damvallei

Na dat exhaustieve ontbijt zag het ernaar uit dat het eens niet zou regenen in de namiddag, en dus wilde ik gaan geocachen. Alleen… De fietsendrager was niet geïnstalleerd en geen van de heren was thuis, en zelf kan ik het ding niet op de trekhaak zetten. Bon, niks met de fiets dus.

Ik keek even rond of er nergens zoiets was dat ik makkelijk te voet kon doen en dat niet te ver was, en mijn oog viel op Destelbergen, meer bepaald het rondje rond het Damvalleimeer: twee kilometer, een ideale stresstest voor mijn kapotte voet dus. Bon, een fles water meegepakt, het geocachebuideltje, de gsm, en weg was ik. En ik zag dat het er prachtig was, daar in Destelbergen aan de sporthal.

In de vogelkijkhut heb je een prima zicht op de broedplaatsen van de visdief, het soort stern dat daar een soortement kweekprogramma heeft. En die twee kilometer? Dat bleek geen enkel probleem te zijn voor de voet.

Ik keek wat verder rond en zag dat er ook nog extra caches lagen wat verderop in het Reynaertpark en die kon ik natuurlijk ook niet laten liggen. Of wat dacht je? En als extraatje waren er de gedichten aan de bibliotheek.

Bon, ik was eigenlijk nog niet helemaal uitgecacht voor de dag, en dus deed ik er – weliswaar met de auto wegens te ver te voet – het rondje Veneco bij, met de grootste cacheschuilplaats die ik al gezien heb.

Op de bovenstaande foto zie je trouwens de Schelde. Enfin, ze zit daar ergens onder het riet, die afgesloten Scheldearm.

En toen was het acht uur en begon ik toch wel een hongertje te krijgen en was het zowat welletjes. Maar alweer een fijne, fijne namiddag. Man, ik geniet van deze hobby…

World Jamboree 2023: het vertrek

Man, dat moet een immense organisatie zijn! Vanuit België alleen al vertrekken er 1250 scouts plus hun leiding naar Seoel! Krijg dat maar eens allemaal op een vliegtuig rond dezelfde periode!

Het resultaat is dat het Belgische contingent vertrekt vanuit alle mogelijke luchthavens, verspreid over drie dagen. Sommigen vertrokken vanuit Zaventem richting Warschau om daar over te stappen, anderen vertrokken uit Parijs of Amsterdam, of zoals Kobe, uit Frankfurt. Per unit zaten ze op een bus, en die van Kobe vertrok deze morgen om half negen. Correctie: we werden er verwacht om half negen, de bus vertrok blijkbaar pas om half elf. Twee uur staan koekeloeren in de motregen, dus. Tsja. Tegen dan waren er ook al andere units aangekomen, iedereen sprak af in de buurt van het Atomium, een mooie plek van vertrek, eigenlijk.  Het viel me overigens opnieuw op hoe goed Kobe eigenlijk in zo’n groep ligt: meteen na aankomst kwam er een aantal man op hem af om te tetteren, onnozel te doen, zich te amuseren.

Soit, kwart na tien kon ik eindelijk een groepsfoto trekken:

En aan de nationaliteit van de chauffeurs te zien, gingen ze met de bus tot in Azië…

Eerst ging Bart rijden, maar ik heb toch vakantie, en ik ging dan wel geocachen rond het Atomium, het stikt daar van de labcaches. Alleen… het miezerde en het bleef miezeren, zodat ik na verloop van tijd toch wel behoorlijk nat en koud begon te worden. Tegen goed elf uur en zestig labcaches heb ik het opgegeven: de rest zal voor een andere keer zijn. Hmpf.

En nu is het aftellen tot Kobe terug komt van Zuid-Korea: dinsdagochtend 15 augustus om 1.40 uur mogen we hem opnieuw ophalen.

Ik mis hem nu al een beetje…

Peppi en Kokki in Oostende

Gwens ouders hebben sinds oktober een pracht van een appartement op de zeedijk in Oostende. Ruim, grote open keuken, drie slaapkamers, twee badkamers, twee aparte toiletten en een klein balkonnetje. En vooral een prachtig uitzicht.

10.45 uur:

12.25 uur:

Merel en ik hadden blijkbaar de ideale dag uitgekozen om te gaan, want het was de eerste keer, zei Gwen, dat ze ongestoord op het strand konden zitten zonder dat het echt te koud was. Merel en ik hadden ons grondig voorbereid: twee campingstoelen, een parasol, badlakens, zelfs het windzeil – dat we niet opgezet hebben.  In de voormiddag – allez ja, what’s in a name, we waren om kwart voor elf – hebben Gwen en ik gekletst, zoals gewoonlijk, en Merel en Lena-Mare een spel gespeeld. Die twee zien elkaar niet vaak en dat is soms wat awkward in het begin, maar dat betert wel altijd.
We gingen wat verderop garnaalkroketten eten en installeerden ons daarna op het strand. Dat ontlokte Gwen en mij trouwens een gigantische slappe lach, want we zagen onszelf daar al zitten, onder ons parasolletje, in onze campingstoelen, net twee ouwe meten van in de zeventig. Tranen gelachen! En ondertussen gingen onze meisjes – er was nog een vriendinnetje bijgekomen – zwemmen.

De zee werd zilver, de bries werd wat strakker en we pakten tegen zes uur in, nadat we eerst nog hadden zitten schrijven in het natte zand. Geocachegewijs, snapt u.

En toen hebben Gwen en ik nog pannenkoeken gebakken – ze hebben zo’n wreed wijze aparte bakplaat op het appartement – en waren we tegen negenen thuis.

Oh, btw: 19.54 uur.