Ardeense dieven

Onze dag was goed begonnen: de meeste ‘valiezen’ stonden al klaar, we hadden rustig de tijd om alles in te pakken, en stipt om half acht kwamen de mannen van EBM (onze aannemer) om nadarhekkens te plaatsen, en ons terras uit te breken. Meteen kwam ook de vraag of we onze beerput konden laten legen, want ze wilden alle buizen controleren en eventueel aanpassen, en dat kon niet als hij zo vol was. Projectleider to the rescue, want wij wilden echt wel richting de Ardennen vertrekken. Een emailtje later was dat al in orde, overigens.

Bon, nog even langs school om mijn uurrooster voor de maand september op te halen (niet zo schitterend, overigens, met twee C-uren, en mijn zesdes zullen blazen, de eerste twee uur op maandag Latijn ^^) en tegen kwart voor tien waren we vrolijk aan het bollen. Met twee auto’s, want Bart komt dinsdagavond al terug naar huis, zijn werkschema laat het niet toe om langer te blijven. Tsja, moet ik maar langer dan twee weken op voorhand plannen zeker?

Normaal gezien is het twee uur en een half rijden, maar toen bleek er een zwaar ongeval gebeurd te zijn ter hoogte van Jette, en stond alles daar compleet blok. We hebben dan maar besloten om via Namen te rijden: da’s wel om, maar we reden tenminste. We moesten ook ten laatste om één uur in Waimes zijn, want mijn nicht, wier huis het is, moest terug naar Leuven voor een telco. Toen bleek er ook nog eens kilometers aan een stuk werken te zijn op de baan richting Namen en dan Luik, zodat we daar ook nog eens massa’s tijd verloren. Soit, we hebben uiteindelijk rond twaalf uur gegeten in een wegrestaurant op twintig minuten tijd, en zijn toen snelsnel doorgereden. Bleek dat de telco in kwestie uitgesteld was, en dat we ons gehaast hadden voor niks :-p

Het huis zelf is zalig: echt wel groter dan het gemiddelde vakantiehuisje, en vooral ook beter ingericht. Ha ja, want het is eigenlijk mijn nicht haar weekendhuis, dat ze dan ook niet verhuurt. Wij mochten gerust met vakantie komen, want tijdens de week moeten ze werken, ze zijn hier enkel in het weekend. Dat zorgt er ook voor dat we vanalles bij de hand hebben: geen suiker mee? Geen nood, er staat er in de kast. Water vergeten? Neem maar uit de kast, en we vullen het wel aan voor we weggaan. Er is een volledig ingerichte open keuken, en er zijn twee volwaardige slaapkamers, eentje met een dubbel bed, en eentje met een dubbel bed waar nog een enkel stapelbed boven is. Ideaal voor de kinderen dus.

Nadat we geïnstalleerd waren, wandelde ik met Wolf, en Merel in de buggy, naar een brugje een kilometer of twee verderop.

Ardennen01

Ardennen02

Naast het brugje, langs het water, liep een smal maar heel leuk paadje, naar beneden het bos in. Wolf liep erlangs, en riep: “Mama, je moet eens even komen kijken, zo wijs! En zo mooi, hier!” Ik zag dat wel zitten, parkeerde de buggy in een hoekje naast de brug, en liep met Merel hooguit een meter of vijftig verder. Het was er inderdaad echt wel mooi. En zoals je op onderstaande foto’s kan zien: ver waren we niet af van de brug.

Ardennen03

Ardennen04

Intussen hoorde ik, achter de bomen, een auto vertragen aan het brugje. Ik zei nog al lachend tegen Wolf: “Héla, dat ze maar van onze buggy blijven hé!” Bon, na amper een paar minuten liep ik met Merel terug naar boven, en… De buggy was weg! Effectief! In die nog geen vijf minuten dat de buggy daar onbeheerd stond, in het hol van Pluto, was er één auto gepasseerd, en jawel, die had het nodig gevonden onze buggy te stelen… Ge kunt u niet voorstellen hoe hard ik daar heb staan vloeken! Want ja, het mag dan een oude en quasi versleten buggy zijn, het was vooral de onze, en ons gerief. En hier in de Ardennen is het wel degelijk de bedoeling te gaan wandelen, en zonder buggy kan dat niet met Merel. Vooral ook niet omdat Bart morgenavond weer weg is, en ik dus nog drie dagen hier alleen ben met de kinderen. Man man man, ik had zin om erbij te zitten huilen.

Bart is ons komen ophalen met de auto, en ik vertelde het verhaal aan de buren die net buiten stonden. Die waren stomverbaasd en even verontwaardigd, en de overbuurvrouw bood aan om later even te bellen naar haar vriendin die een boerderij heeft hier achter het huis, om te vragen of we hun buggy niet mochten lenen voor een paar dagen. Want ja, zonder gaat het echt niet lukken, en desnoods rij ik naar de Carrefour in Malmédy om een nieuwe te kopen. Een kleintje, zoals er thuis een in de garage staat… Het is niet alsof we die buggy eigenlijk nog veel gebruiken, Merel stapt echt al behoorlijke afstanden, maar hier is hij echt nog wel nodig. Zo stom, zo stom! Misschien kunnen we ook een van de andere buren gebruiken, maar daar doet niemand open. Mijn nicht gaat hen straks proberen bereiken, zij hebben ook nog kleine kinderen.

Soit, we vinden wel een oplossing. Maar hoe mooi het hier ook is: voor mij is het toch een beetje verpest. Toch vandaag. Morgen kijk ik er wellicht weer anders tegenaan, maar voor vandaag is mijn humeur toch wel naar de zak. Idioten!

Eenvoudige tomatensaus

Ik blijf toch echt wel fan van de ‘Gezond Gezin’ kookboek van Weight Watchers. Echt, als ge die nog niet hebt: gewoon gaan halen.

Ik had in de ijskast nog tomaten liggen, een overschot van het familiefeest, en die moesten toch wel dringend op. Maar wat doe je met verse tomaten, als je kinderen niet zo zot zijn van rauwe tomaten? Juist, tomatensaus maken. En dan gooi je er gewoon het overschotje van de gele paprika ook in, nietwaar?

tomatensaus

Simpel, lekker, en vooral ook zonder calorieën.

Twee sjalotten, zes grote tomaten (en in mijn geval dus nog een paprika), knoflook, een takje rozemarijn, een paar takjes tijm, een blaadje laurier, en peper en zout. Sjalot en knoflook aanstoven, rest erbij, en dan laten sudderen. Simple comme bonjour, en echt vree lekker. Zeker met wat gebakken kippenreepjes, en tagliatelle verde.

Te vinden op pagina 251 van ‘Gezond Gezin’, van Weight Watchers.

DOK Strand

Gisteren was het er dus niet van gekomen wegens het slechte weer, maar vandaag keken drie paar puppy-oogjes me aan: “Mama? Gaan we naar het strand? Toe?”

Bart zag het helemaal zitten om een rustige namiddag te hebben, dus maakte ik Merel wakker, gooide wat strandspeelgoed in de koffer, en reed toch wel de volle twee kilometer naar het strand. Ha ja, want hier in Gent hebben wij ons eigenste strand, ’t zal wel zijn! Nog eventjes toch, het is het laatste jaar.

Een uitgebreid verslag kan je hier lezen op Gentblogt, met fotootjes en al.

Meer specifieke foto’s, zijnde van de kinderen, krijg je dan wel hier. Ze moeten niet altijd met hun smoeltje op Gentblogt staan, nee?

strand1

strand2

strand3

Bezigheden

Was de voormiddag nog lekker rustig, dan was de namiddag net wat drukker. Ik wilde met de kinderen naar Dansen in het Park in Sint-Amandsberg, en liet dat even weten aan een vriendin die daar net om de hoek woont. Prima, zei die, maar ze moest eerst nog haar lange haar kleuren. Ik bood daarop aan om het te doen – als ik ooit zonder werk val, school ik me om tot kapster – en dus stond ik tegen drieën met handschoenen aan kleurstof in te masseren, terwijl onze kinderen vrolijk aan het spelen waren, en de vriendin en ik erop los tetterden.

Dansen1

Dansen2

Tegen vieren waren we in het park, waarop het prompt begon te druppelen. Die regenbuien gingen uitblijven tot ’s avonds, hadden ze ons nochtans beloofd! Enfin, een verslag met foto’s staat – uiteraard – hier op Gentblogt. Tegen half zes was Merel behoorlijk lastig, was het frisjes geworden, bleef het druppelen, en reden we maar naar huis. Dok Strand was gepland, maar ging voor een andere keer zijn.

Tsja…

Shoppen op een feestdag

Vergeet anders ne keer dat het vijftien augustus is, en dus een officiële feestdag, en dat dus alle winkels dicht zijn. Goed bezig, Rombaut!

Ik had geen eten in huis voor vandaag. Op zich kan ik daar wel altijd een mouw aan passen met wat ik in de diepvries zitten heb, maar ik had de jongens al lang beloofd dat we eens tot in Sas van Gent zouden rijden, naar de Albert Heyn. Een warenhuis als een ander, hoor ik u al denken, maar dat is niet zo voor zesjarige jongetjes. Want in Nederland, daar hebben ze kokosbrood. En van die speciale hagelslag van Venz waar apenkopjes, of tijgerkopjes, of krokodillen en zo inzitten. En van die knettergekke boterhampasta die knettert in je mond. Dat soort dingen dus, die je hier niet vindt.

Dus laadde ik de drie kinderen in de auto – Bart zat alweer op kantoor, of wat had u gedacht? – en reed naar Nederland. Achttien kilometer en een klein kwartiertje rijden, zo bleek. We schuimde de AH af, namen eten mee voor ’s middags en de volgende dag, zochten een aantal soorten brikdrankjes uit om te proberen, namen vier dozen hagelslag, knetterpasta en zelfs caramelpasta mee, en nog wel wat dingen.

Thuis werd er snel gekookt, en werd daarna nog maar eens de zandbak onveilig gemaakt. Superding, die zandbak, echt waar. Er kwam nog een blitzbezoek van een lama die in het passeren naar, jawel, de Albert Heyn, even binnensprong en een koffietje dronk, en dat was dan weer de hoogdag.

Zo gaat het rap, die vakantie. En eigenlijk vind ik dat niet erg.