Zwaar

Ik doe mijn job dolgraag, maar soms zijn er toch kanten aan die hard aankomen, en die je meedraagt.

Zeker als een 17jarige bij je aanklopt om hulp. Dat hij het niet meer ziet zitten door diverse factoren, en dat hij zelfs overweegt om er een eind aan te maken.

Op zo’n moment slik je even. Ben je eigenlijk vooral blij dat ze bij jou een aanspreekpunt vinden (“Mevrouw, van u weet ik dat je om ons geeft, dat je met ons inzit en dat je ons begrijpt.”) en dat ze de stap hebben gezet om hulp te vragen. Maar dan voel je je ook immens machteloos. Want het enige dat je kan doen, is luisteren. Luisteren, en begrijpen. Want meer kan je eigenlijk niet doen: de thuissituatie kan je niet veranderen, de medeleerlingen en de schoolmoeheid ook niet of nauwelijks, en al zeker geen eventuele liefdesproblemen.

Je kan knikken, begrijpen, en eventuele voorzichtige suggesties doen. En vooral ook hopen dat ze professionele hulp (zoals het CLB) willen aanvaarden, want hoe ‘goed’ je als opvoeder ook kan zijn, we zijn nog altijd geen psychologen.

Maar geloof me: als zo’n gast bij jou heeft aangeklopt en zijn verhaal heeft gedaan, dan laat jou dat niet los. Ook al heb je het in handen van het CLB mogen geven, en weet je dat eraan gewerkt wordt. Dat er gesproken wordt, dat er geluisterd wordt, en dat er vooruitgang is.

Uiteindelijk blijven we toch altijd het leven van jonge mensen bepalen, en staan we daar niet altijd bij stil.

Nu dus wel.

Bareg

Tegenwoordig staat hier in huis regelmatig een CD van Kapitein Winokkio op, waar de kinderen behoorlijk verzot op zijn. Het zijn geen popliedjes, maar de gewone standaard kinderliedjes in een vrolijk jasje. Sommige ervan worden luidkeels meegezongen, de andere zijn ze nog aan het leren.

Halverwege de CD staat ook het liedje ‘En de boom staat op de bergen’. Dat is toch in elk geval wat wij hier in het Gentse zingen. Blijkbaar wordt het op de CD gezongen door een paar Antwerpenaren.

Wat Wolf de opmerking ontlokte: “Zeg papa, wat is dat, een bareg?”

En leg dan het verschijnsel Antwerps maar uit aan een vijfjarige!

Hof Van Cleve

hof

Deze middag zijn we op uitnodiging van Barts ouders (en op betaling van Barts nonkel) gaan eten in het Hof Van Cleve, jawel, het driesterrenrestaurant van Peter Goossens.

Wel…

Je kan het eten eigenlijk niet beschrijven. Het was ongelofelijk lekker, en een combinatie van smaken en texturen die je niet verwacht. Eigenlijk doet zelfs het menu het eten oneer aan. Elke schotel bestaat uit een combinatie van minstens tien dingen, die elk wellicht ook weer uit verschillende elementen zijn opgebouwd.

menu

Er waren bij de champagne talloze kleine hapjes, een voorgerecht met Zeeuwse oesters,

voorgerecht

een tweede voorgerecht met Sint-Jacobsvruchten, een hoofdgerecht met melklam, een dessert op basis van limoen en witte chocolade, en een tweede dessert met allerhande chocoladebereidingen. Ertussen kwamen ook nog diverse kleine tussengerechtjes.

tussengerecht

Bij de koffie kwamen dan een aantal vaste zoetigheden, maar ook een kar met nagerechten waaruit je vrijelijk kon kiezen.

Het eten was subliem. Echt. Maar ik vond het eten in bijvoorbeeld L’Herboriste bij Brugge (twee sterren) ongeveer even hoogstaand.

Wat maakt dan het verschil? Dat de ene een ster meer krijgt? Duidelijk de omkadering. De bediening bestond (wellicht toevallig deze keer) uit allemaal vrij jonge gasten, onberispelijk gekleed in driedelig kostuum, met allemaal evenveel zwier, charme en gevoel voor humor. Ik ben er zeker van dat ze daarop geselecteerd en getraind worden: ze gedragen zich niet als robots, maar kunnen ten gepaste tijde een opmerking maken, en komen daarbij bijzonder gevat uit de hoek. Ze hebben ook alles gezien en gehoord, en reageren daarop. Je wordt op je wenken bediend, zonder dat ze daarbij ook maar één moment storend overkomen.

Er is bijvoorbeeld ook een kelner enkel voor het brood: je hebt keuze tussen acht verschillende soorten, en ze komen voortdurend aanvullen. Er staan twee soorten boter op tafel, en in het begin komen ze rond met zes verschillende soorten olijfolie, waar je dan uit kan kiezen.

De sommelier komt de wijnen (aangepast bij het menu) aan tafel voorstellen: hij legt uit welke soort wijn het is, welke druif, uit welke streek, enzoverder. Ook bij het eten wordt telkens uitvoerig uitgelegd waaruit het gerecht is opgebouwd, en bij bijvoorbeeld de eendenmossel werd ook de schelp getoond waaruit dat beestje gepeuterd wordt.

Ik vond het in elk geval een ervaring waarvan ik enorm heb genoten.

En ik was maar wàt blij dat nonkel de rekening betaalde :-p

Bedankt, nonkel en schoonouders!

Ikea

Vandaag had ik normaal gesproken een vervelende vergadering, maar plots werd die afgelast. Ikke blij 🙂

Ik ben dan maar iets gaan eten in ’t Lepelblad met mijn allerliefste (de spiesjes van lamsgehakt met bulgur en groenten zijn een aanrader!) en daarna naar de Ikea getrokken, zere rug of niet.

Ik wilde namelijk een lage ladenkast voor in onze hal. Daar staat momenteel een kist met schoenen in, en alle mutsen en sjaals worden er nonchalant bovenop gesmeten, zodat het daar meestal een gigantische rommel is. Bij deze moet dat opgelost zijn.

In de Ikea kan je echter nooit rondlopen zonder nog andere dingen mee te hebben. Ik heb nog meegebracht:

– rood kerstmateriaal aan 25 cent per doos ( ’t is dus de moment) voor volgend jaar
– een nieuwe grote spiegel want de vorige is verdwenen samen met de houten deuren
– twee grote rode schalen in de solden, ongeveer drie euro per stuk, maar perfect het rood van onze woonkamer
– een orchidee met pot voor Barts meter, waar we morgen naartoe gaan
– batterijen
– drie dieprode glazen vaasjes, waar momenteel tulpen in staan te pronken
– twee grote rode kussens

en ik denk dat dat het zowat is. Oh, en die kast uiteraard. Benieuwd of ik ze morgen ineengevezen krijg, met die ambetante rug van me.

Kippetjes

Ik ben me in de solden een paar nieuwe beha’s van Marlies Dekkers gaan halen. Eentje ervan heeft drie van de kenmerkende lintjes boven elkaar.

Deze morgen stond ik in mijn ondergoed Kobe aan te kleden.

“Ooh mama, jij hebt een mooie beha! Met hekjes!” Even een nadenkende stilte. “Is dat voor de kippetjes?”

Ik lag dubbel.

Toen ik het ’s avonds aan Bart vertelde, was diens commentaar natuurlijk vliegensvlug: “Nee, voor de konijnen!”

(maar ik geloof dat de uitdrukking eigenlijk alleen maar in en rond Gent gebruikt wordt).

kippetjes

Allez, zo erg is dat nu toch niet?

Perenflan

Voor vier personen (of minder, zoals nogal vaak bij ons het geval is)
Bereidingstijd: minder dan 10 minuten (+ 50 minuten oven)

* 2 peren
* een kluitje boter
* 2 dl room
* 2,5 dl melk
* 4 eieren
* 125 gr suiker

Verwarm de oven voor op 130°. Meng de melk en de suiker, en breng aan de kook. Pas op, zodra ze het kookpunt bereikt, heb je ongeveer 5 seconden voor ze overkookt! Zet daarna even opzij en laat rusten.
Schil de peren en snijd ze in fijne plakjes. Schik in een geboterde ovenschotel.
Klop de eieren goed los, voeg er de room bij, en giet er al roerend de warme melk over. Ononderbroken blijven roeren tot alle melk erbij is! Giet de bereiding zachtjes over de peren, en zet de schotel in de oven.
Laat 50 minuten bakken, haal de flan uit de oven en laat (eventueel) afkoelen. Dien warm of koud op, met of zonder caramelsaus!

Smakelijk!

Rug

En toen ging ik maar weer eens door mijn rug.

Deze keer heb ik er geen idee van wat de concrete aanleiding was: ik heb niks speciaals gedaan of opgepakt, tenzij natuurlijk een peuter van 16 kilo, jawel.

Zaterdag had ik een lichte zeurende pijn, en ook zondag was dat het geval. Ik heb nochtans alle gewone dingen kunnen doen, en ben zelfs zonder noemenswaardige problemen drie uur in het koor op een stoel kunnen gaan zitten. Wat ik dus blijkbaar beter niet had gedaan.

Want maandag morgen was het om zeep: ik ben opgestaan met echt wel veel pijn. Desondanks ben ik gaan lesgeven (je kan daar afwisselen tussen zitten, staan, leunen, en rondlopen), maar na twee uur, toen ik twee uur tussen had, ben ik toch maar weer even naar huis gekomen om plat te liggen. Dat doet deugd, maar echt beteren doet het voorlopig niet.

Ook een goeie nachtrust heeft niet geholpen. Deze morgen was het nog steeds niet in orde, en heb ik bijzonder hard op mijn tanden gebeten om te werken. Intussen heb ik boodschappen gedaan en lig ik nu weer in de zetel. Plat. Met de bijzonder toegewijde hulp van mijn oudste, die zijn volle vijf jaar bijzonder hulpvaardig in de schaal gooit, en de hond eten geeft, licht aansteekt, post haalt, telefoon brengt…

Lief he 🙂

Nummer 32: de uitleg

Een tijd geleden werden we gecontacteerd door een vriendin: haar moeder woont in Oostende en gaat een appartement beginnen verhuren. Volledig design ingericht, met alles erop en eraan. Of we zin hadden om ginder een weekendje te verblijven, feedback te geven over wat nog beter kon en wat nu al prima was, en eventueel er ook een beetje ruchtbaarheid aan te geven.

Bart en ik twijfelden geen moment, en stemden toe, en dus reden we op nieuwjaarsdag richting Oostende.

Lieve, de gastvrouw, legde me bij aankomst uit hoe de vork in de steel zat. Ze had altijd als interieurarchitecte meegewerkt in de zaak van haar man, maar nu waren ze gescheiden, en na je vijftigste is het niet evident om nog een job te vinden. Ze heeft een prachtig groot huis op twee straten van de zeedijk in Mariakerke, met al meteen een ingewerkt appartement, dat ze altijd gebruikten als er vrienden of grootouders of zo kwamen logeren. Dus, waarom zou ze dat nu niet verhuren? Er komen nog wat verbouwingen om het groter te maken, en een aparte voordeur. Een andere grote kamer op het gelijkvloers wordt dan meteen ook omgebouwd tot studio, en eventueel kan ook de rest van het huis verhuurd worden voor een groter gezin of vriendengroep.

Hier kan je een filmpje zien dat ik gemaakt heb.

Ik moet zeggen, ik was onder de indruk. Ruim, met een grote makkelijke designzetel, een prachtige, ingerichte open keuken met een ingebouwd espressomachien waar ik jaloers op ben, en echt alles erop en eraan. De badkamer is wat klein, met enkel een (uitgebreide uitgebouwde) douche en een lavabo, maar gerieflijk, er is een open dressing, en een ruime slaapkamer. De kinderen kregen een aparte tweede slaapkamer, aan de andere kant van de hal. Daar was Lieve wat bezorgd over: zouden ze zich niet wat afgesloten voelen? Heh, dan kent ze ons twee mormels nog niet: die vonden dat net fijn! Wij trouwens ook: net daardoor konden we rustig in de woonkamer lawaai maken en tv kijken, zonder dat we hen stoorden.

’s Morgens stond er netjes een groot ontbijt op een dienblad in de gang te wachten. Versgebakken brood, een verse gesneden ananas, appelsienen om zelf te persen, nesquik voor de kinderen, kleine doosjes cornflakes, kaas… Dik in orde, en uiteraard bijzonder gemakkelijk 🙂

En dat vond ik nu net het grote voordeel aan deze formule: je zit tussen appartement, bed-and-breakfast  en hotel in. Elk gezin met kinderen zal beamen dat een hotel met (kleine) kinderen niet vanzelfsprekend is. Als ze bij jou op de kamer moeten slapen, dan zit je zelf ook al vanaf een uur of acht gebonden. Je kan geen tv kijken want dat maakt lawaai, en soms is zelfs een leeslampje al te veel. Fijn hoor. En kinderen zijn meestal ook geen vragende partij om ’s avonds uitgebreid te eten. Die van ons hebben ’s avonds het liefst van al gewoon een boterham met beleg, maar vind dat maar eens! Op hotel heb je nl geen borden, messen en dergelijke, en in een broodjeszaak kan je ook geen gewoon brood krijgen.

Een appartement heeft dan ook weer nadelen: je komt toe in een koude kamer, waar je mag beginnen met de ijskast aan te zetten, de verwarming op maximum te draaien, de bedden opmaken, handdoeken uitpakken, boodschappen doen of massa’s drinken en zo uit je auto te sleuren… En vooral, als je weggaat mag je alles weer beginnen mee te nemen.

Dit zat echt tussenin: de ruimte van een appartement, maar meteen lekker warm, een koelkast vol met drank (waar je uiteraard voor moet betalen als je er iets van neemt, maar waartoe je absoluut niet verplicht bent), opgemaakte bedden, handdoeken die klaarliggen… Ook het ontbijt ’s morgens is zalig: je kan heerlijk rustig zitten wakker worden in je pyama met een espressootje, terwijl de kinderen tv kijken of zo, en je hoeft je kot nog niet uit om brood te halen. Mmmm.

Yup, wij zijn fan, en dat is niet omdat we er gratis mochten logeren. Voor mensen met relatief jonge kinderen is dit gewoon ideaal, en wat mij betreft een gat in de markt voor luxepaardjes zoals wij: het gemak van een appartement, de luxe van een hotel.

Bart en ik zijn geen zeemensen, maar ik weet wel zeker dat ik daar nog terugga met de kinderen. Tegen betaling, uiteraard, maar dat vinden we niet erg voor het gebodene. (Er is ook een tuin en een jacuzzi en zo, maar dat vonden we een beetje te koud in de sneeuw :-p )

Ik zou zeggen: ga even kijken op de website, en doe Lieve de groeten van ons als je gaat!