Vakantie! In Boulogne-sur-Mer

Gisterenavond zaten we dus heerlijk in Boulogne, en ook al zat het weer niet helemaal mee, het regende toch niet. En dus trokken Bart en ik elk een pull aan, en wandelden naar la Vieille Ville, het oude ommuurde stadscentrum van Boulogne, een vierkant van nog geen halve kilometer lang.

Boulogne1

Er is daar één straatje dat perfect te vergelijken valt met de Rue de Bouchers in Brussel: het ene restaurantje naast het andere, van alle mogelijke pluimage en prijsklasse. We streken neer in Restaurant de la Haute Ville, en zoals altijd had mijn dierbaarste perfect gekozen: relatief chic, te doen van prijs, maar vooral heel lekker.

Kikkerbilletjes…

kikker

Voorgerechten hoefden niet, desserts wel. En hoe…

caramel

Profiteroles met caramel au beurre salée, en het bleek een zwaantje te zijn. De calorieën, daar durf ik zelfs niet aan dénken, maar lekker man, ge hebt er geen gedacht van!

De volgende morgen ontbeten we rond acht uur, laadden alles weer in de auto, lieten die staan, en  trokken opnieuw naar la Vieille Ville, maar dan om de kerk en vooral ook het kasteelmuseum te gaan bekijken.

Die kerk, daar is werk aan. Mooi, maar serieus in verval, en da’s jammer. De koepel is nochtans best imposant.

Boulogne2

Boulogne3

Boulogne4

Boulogne5

Boulogne6

Dat altaar is trouwens een unicum: opgebouwd uit massa’s kleine stukjes graniet.

Op naar het museum. Ik had geen al te hoge verwachtingen, om eerlijk te zijn: een kasteel uit de dertiende eeuw, het eerste in zijn soort zonder donjon, maar met acht kleinere bolwerken, en binnen dus een museum. Het bleek om kwart voor tien effectief nog niet open te zijn, en dus wandelden we er even rond, in zo’n lucht waarvan je nu twijfelt of het aan het miezeren is of niet. De binnenplaats was niet zo indrukwekkend, de wandeling eromheen al iets meer. Prima kasteeltje, overigens, met wat modificaties, om een zombie-apocalyps te weerstaan.

Boulogne7

Boulogne8

Boulogne9

Boulogne10

Boulogne11

Stipt om tien uur ging het verrassend modern museum open. Hier en daar maakt het echt gebruik van de oude kasteelmuren, maar vaker is het precies opgebouwd aan de binnenkant, en merk je helemaal niet dat je in zo’n oud gebouw rondloopt.

De zalen zijn thematisch naar tijdperk en/of land van herkomst: Egypte, een hele mooie verzameling Griekse vazen, (waaronder eentje met Aeneas die zijn vader op zijn schouders draagt en zijn zoontje meeneemt tijdens de vlucht uit Troje)

Boulogne12

maar evengoed Afrika of Oceanië, zoals deze prauw.

Boulogne13

In een van de trappenhuizen, langs de oude muren, had een klimplant zich een weg gezocht doorheen een barstje. Charmant, en leuk dat de suppoosten (die trouwens vrij overvloedig aanwezig waren in een verder leeg museum) die niet verwijderen.

Boulogne14

De collectie is dus best mooi, en knap gepresenteerd, en toen gingen we naar de kelders. Ideale timing, want er kwam net een meute jongeren op schooluitstap toe, met bijpassend volume en interesse.

Die kelders, wel, daar kan het Gravensteen, of zo goed als elk kasteel dat ik al gezien heb, een puntje aan zuigen. Knap zeg! Ideaal voor een binnenlarp, overigens. Je kon er ook restanten zien van Romeinse gebouwen, compleet met Korintisch kapiteel en inscripties. Putten, cisternes, zalen, gangen… En alles netjes onderhouden.

Boulogne15

Al bij al een aanrader van een museum, vonden wij.

Buiten bleek het intussen echt aan het regenen te zijn. Ondanks een tegenpruttelende Bart wilde ik toch nog eventjes op de versterkte muren, maar meer dan een kijkje zat er niet in, want de nattigheid was er teveel aan. Nochtans moeten ze heel mooi zijn, bijna zoals een park, want bijzonder breed, kijk zelf maar.

Boulogne16

Oorspronkelijk waren we van plan om met de auto naar de nieuwe stad te rijden, omdat Boulogne de belangrijkste vissershaven van Frankrijk is en het daar best mooi blijkt te zijn, maar in dit weer zagen we dat niet zitten, om eerlijk te zijn.

We liepen terug naar de auto, schudden ons even uit als jonge honden, en stippelden een route uit naar Le Touquet-Paris Plage.

Da-ag Boulogne!

Vakantie! En route! Naar Boulogne-sur-Mer, dan nog.

Omdat de oude weg ons zo was bevallen tussen Oostduinkerke en Duinkerke, en omdat we eigenlijk sowieso langs de kust wilden rijden, reden we dus op ’t gemakje richting Boulogne, heuvel op, heuvel af. We doorkruisten Gravelines (Grevelingen), maar hadden niet echt zin om er ook effectief te stoppen en rond te gaan lopen. We hebben heel eventjes halt gehouden op het marktplein, nochtans, maar dat was eigenlijk gewoon om onze in Duinkerke gekochte kaartjes te schrijven en op de bus te doen. Ha ja, want als ge maar drie dagen weg zijt, moet ge u daarmee haasten, newaar!

Het zag er nochtans wel een knap stadje uit, zo met van die omwallingen, maar we vonden dat het nogal een hoog Damme- of Sluisgehalte had, en dus hoefde het niet echt. Er lag namelijk ander en beter in ’t verschiet.

Gravelines

Want waar we naartoe wilden, dat waren de kapen. Om te beginnen Cap Blanc Nez. Best wel indrukwekkend, maar we waaiden bijna weg, en het kon elk moment weer beginnen motten. Maar het feit dat de grond onder je voeten doordrenkt is van het bloed van zovelen, dat kan je gewoon niet negeren op zo’n plek, en dat maakt je stil.

Blanc Nez1

Blanc Nez2

Blanc Nez3

En we reden verder, door alleraardigste dorpjes, en slingerden ons een weg omhoog (achter een mobilhome, jammer dat sidewinders nog steeds niet sociaal acceptabel zijn) naar Cap Griz Nez. Alwaar de zon een wanhopige strijd leverde met de wolken, maar toch af en toe het pleit won, en wij zowaar een kleine wandeling maakten. Het licht op de zee was prachtig…

Griz Nez1

Griz Nez2

Enfin, het zicht werd er niet helderder op, het was al tegen zessen, en dus reden we maar meteen stevig door naar Boulogne. De dame van de chambre d’hôte was… nogal direct. Ik belde aan, ze deed open, ik zei mijn naam, en zij antwoordde: “Ah! Et qu’est-ce que vous voulez boire?” Omdat we nog midden in de gang stonden, moet onze blik wat verward geleken hebben. “Ah oui, demain matin, qu’est-ce que vous voulez boire?” Zoals Bart het later uitdrukte: ze vond wellicht meer plezier in het versieren en decoreren en uitdossen van haar B&B dan in het echt ontvangen van gasten. Enfin, na ons gestameld antwoord nam ze ons mee, twee verdiepingen hoog via een steile trap, naar een kamer die op zijn minst zoet eruit zag en zelfs zo rook (ik heb het potje wierookstokjes in geuressence snel in de gang gezet). Ze was geschilderd in het frambozenrood, met overal van die kleine detailtjes in decoratie, tot en met het bloemenmotiefje van de kussens herhaald in de stoffen overtrekken van de kleerhangers. 

Leshauts1

Leshauts2

Leshauts3

Het thema van het hele huis was paars, en ik mag dan nog behoorlijk zot zijn van die kleur, dit was er grandioos over. Man! The pics don’t do the purpleness any justice. At all.

Leshauts4

Tsja. Maar we waren wél in Boulogne, met ons tweetjes. En dus lagen we van de kamer niet echt wakker.

Vakantie! Duinkerke!

Om acht uur werd Wolf vakkundig in de gietende regen afgezet aan het station voor zijn scoutskamp, en om tien uur werd Kobe gedropt bij oma en opa om daar drie daagjes te blijven. Vervolgens tuften we met Merel naar Oostduinkerke, en lieten we haar breed glimlachend achter bij (mijn tante) Klaartje en (nichtje) Eva in hun appartementje aan zee. Ik weet eigenlijk nog steeds niet wie van de drie het meest straalde.

Dat betekende dat Bart en ik om kwart over elf in een Oostduinkerkse tearoom een koffie dronken, zomaar met ons tweetjes, en gigantisch uitkeken naar drie dagen vakantie zonder kinderen. Voor het eerst een nacht zonder kinderen sinds ons weekje New York in 2008, trouwens (als we dat ene daagje eind mei niet meerekenen).

In een lichte druilregen reden we blijgemoed naar Duinkerke, vastbesloten te genieten van die drie Franse daagjes vrijheid. Ik zie mijn kinderen doodgraag, maar soms, soms heeft een mens al eens behoefte aan wat tijd voor zichzelf en zijn lief, nee? De weg ernaartoe was alvast prachtig: we wilden de autostrades vermijden, en namen dus de oude wegen, die ons in dit geval langs een oud kanaal voerden, met prachtige landschappen links en rechts.

In Duinkerke was het grijs, maar regende het gelukkig niet meer. We parkeerden onder de grote markt, hopten het Office du Tourisme binnen voor een plattegrondje, en gingen eten in een drukbevolkte brasserie, wat eigenlijk altijd een goed teken is. En jawel: voor 16,40 euro had ik een gigantische Noordzeesalade, een drankje, en een café gourmand. Man, wat een heerlijke en reusachtige salade, zeg! Mijn vakantie was meteen goed begonnen^^

Duinkerke1

Duinkerke2

Ter compensatie gingen we rondlopen in de stad, en in het Office du Tourisme had men ons een havenwandelingetje aangeraden. Tsja… Zo speciaal vond ik het eigenlijk allemaal niet. Van autovrij en dus voetgangersvriendelijk was er eigenlijk geen sprake, en zo knap qua omgeving staan die gebouwen daar nu ook weer niet. Jammer!

Duinkerke3

Duinkerke4

Duinkerke5

Duinkerke6

Die boot intrigeerde me wel, en het bleek een vuurtorenboot te zijn, een van de velen die ze vroeger inzetten op de zich verplaatsende zandbanken. Wijs!

Enfin, tegen drie uur hadden we het er wel gezien, en reden we via de ‘scenic route’ richting Boulogne. En wat voor een route!

Park Claeys-Bouüaert

Een vrije, vrij zonnige en mooie dag, en wat doet een mens dan? Gaan wandelen, tiens. Omdat ik de vorige keer onder mijn voeten had gekregen dat ik mijn ma niks had laten weten, deed ik dat deze keer wel, en dus stonden mijn ouders ons om half vier op de parking van het Claeys-Bouüaert in Mariakerke op te wachten.

Ik heb er een blogpost over geschreven op Gentblogt, maar hier krijgt u van mij nog de familiefoto’s van de dag, want die staan uiteraard niet in de algemene post. Die vindt u overigens hier terug.

park01

park02

park03

park04

park05

park06

park07

park08

park09

park10

park11

park12

park13

park14

Vakantiebezigheden

Zo een ganse vakantie uw kinderen bezighouden, het is een job als een ander. Want als je het niet doet, vervelen ze zich steendood, en beginnen ze ruzie te zoeken met elkaar. Niet dat ik ze van ’s morgens tot ’s avonds bezighield, verre van, maar toch ongeveer een activiteit per dag.

Maar soms moet het niet meer zijn dan een vriendje dat komt spelen. Dan bouwen ze een kamp, tonen elkaar (in de beperkte schermtijd die ze krijgen) een nieuw spelletje, spelen ze Lego Heroica, dat soort dingen. En dan komen ze vooral niet aan uw kop zagen, en blijken ze zich schitterend te amuseren. Zelfs met uw fototoestel, zo bleek achteraf.

Lander1

Lander2

STAM

Voor de niet-Gentenaars: nee, ik ben geen boomknuffelaar geworden, ik heb het – uiteraard – over het Gentse Stadsmuseum. Vandaag hadden we nog niet direct plannen, en ik wilde de kinderen ook niet de héle dag op die Nintendo 3DS laten spelen. En dus gingen we na de middag, met een omweg langs de Zeeman om breiwol (ik ben een vest aan het haken, ik schrijf er nog wel over) en de Game Mania om de laatste Skylander, richting Stam.

Ik heb er – hoe kan het ook anders? – een verslag over geschreven voor Gentblogt, en u kan het hier vinden:

Het Stam met kinderen.

Eigenlijk hadden we gerust nog langer kunnen blijven, denk ik, maar ik wilde op tijd thuis zijn om Mereltje te halen en zo. En voor de jongens was het al bij al alweer een fijne dag, zeiden ze.

Rozebroeken

Vorige week kwam Bart plots af: “Zeg, als ik nu dinsdagnamiddag eens vrijaf neem, zodat we samen naar de Rozebroeken kunnen gaan zwemmen? Wat denk je?” De jongens sprongen een gat in de lucht. Ik had sowieso gepland om vandaag te gaan zwemmen met hen, maar met papa erbij is dat nog véél leuker!

Merel moest in de crèche blijven, het dutske, want ook al speelt ze heel graag in het water, zo’n recreatiebad als dat van de Rozebroeken is niks voor haar. Enfin, er zijn wel genoeg plonsbadjes met speelgoed, maar dan moest er altijd een van ons bij haar blijven, en dat was niet de bedoeling.

We gingen eten in het Lepelblad

lepelblad

en reden daarna naar het zwembad.

Ik schreef er een uitgebreide bespreking over voor Gentblogt, en die kan u, mét foto’s, hier lezen:

Gentblogt: zwembad Rozebroeken

Daarna wilden we wel een vieruurtje, en trokken we de trap op naar Rest-eau-Café. Best gezellig zitten daar, overigens.

rest-eau

Wolf wilde een ijsje, Kobe nam een pannenkoek (drie euro voor twee grote pannenkoeken met suiker, goeie deal!), Bart ging voor verse fruitsla, en ik, ik twijfelde. Ik had nog wel wat Weight Watcherspunten over, en had wel zin in een dessertje. En toen zag ik ‘ijssoezen’ staan. Hmm. Meestal is dat dan een coupe met een soesje of vier, overgoten met wat chocoladesaus. Ach ja, dat moest wel kunnen.

En toen kwamen ze met dit af:

rest-eau2

Om te weten hoe groot die soezen wel waren, moet je maar eens naar de vorken kijken. En nee, dat zijn geen dessertvorkjes. De slagroom heb ik laten liggen, net zoals een deel van de chocoladesaus, maar de rest heb ik toch binnengespeeld. En ’s avonds heb ik één boterhammetje en wat fruit gegeten. Meer was trouwens niet nodig, na die soezen had ik nauwelijks nog honger. Amai zeg.

Enfin, het was een fijne middag. Welzeker.

De Tuin van Kina

Wat doet ne mens op zo’n rustige maandag in de vakantie? Tsja… Veel musea zijn er niet bepaald open. En dus gingen wij in de voormiddag op zoek naar breiwol, even bij mijn grootmoeder langs, om boodschappen, en dan na de middag (en een heus watergevecht met de nieuwe waterpistolen) naar de Tuin van Kina, hier in Gent, op amper vijf minuten rijden van ons deur.

Ik heb er een artikel voor Gentblogt over geschreven, met een massa foto’s. Ik zie het niet zitten om al die foto’s hier ook nog eens in te gaan zetten, dus je moet het artikel hier maar gaan lezen:

De Tuin van Kina.

Alvast één fotootje krijg je wel, en da’s er eentje dat ginder niet staat, omdat het te persoonlijk is voor een stadsblog. Enfin, vind ik toch.

201304_kina22