Lectuur: “Fire & Blood (A Targaryen History, #1)” van George R.R. Martin

Nu de nieuwe reeks op Netflix, “House of Dragons” gestart is, kon ik niet anders dan ook het boek lezen, vond ik. Ik was destijds, in 2012, enorm enthousiast over A Song of Ice and Fire, de reeks waarop Games of Thrones is gebaseerd.

Vol goeie moed begon ik dus aan dit exemplaar, maar de insteek is helemaal anders en absoluut ook niet zoals de verfilming laat vermoeden.

Het gaat namelijk om een verslag door een maester, een geleerde, die gewoon een kroniek van de Targaryens schrijft en al hun veroveringen, oorlogen, veldslagen – al dan niet met draken – noteert. Er zijn dus quasi geen dialogen, het is meer een opsomming. Ja, er is hier een uitstekende reeks uit te distilleren, maar chapeau voor de scenaristen! Martin gaat zelfs zo ver dat hij regelmatig verwijst naar de drie verschillende bronnen van de croniqueur, zoals je dat bij een echte historiograaf zou tegenkomen.

Bij momenten is het verhaal echt meeslepend, maar bij momenten is het ook gewoon een droge opsomming van feiten en beslissingen, alsof je echt een geschiedenisboek leest.

Vond ik het goed? Wel, bij momenten. Ja, het is fijn om die achtergrond van de Targaryens te lezen en je kan je je er ongelofelijk veel bij voorstellen. Maar soms was het ook gewoon ronduit saai en moest ik me er doorheen worstelen.

Ik zou het boek niet meteen aanraden, tenzij voor echte fans.

Lectuur: “Calamity (The Reckoners #3)” van Brandon Sanderson

Dit is eigenlijk geen reeks die je kan bespreken zonder een massa spoilers weg te geven, en dat is eigenlijk niet mijn bedoeling.

Deel twee werd hier nog besproken, deel een kon je hier lezen. Heel veel kan ik er niet over vertellen dus, behalve dat het hoofdpersonage David Charleston verder gaat op het ingeslagen elan, dat Sanderson het soms wat slordig doet lijken deze keer, maar dat de spanning nog steeds bijzonder hoog zit.

Na Newcago en Babilar moet David nu opnieuw verder als hij het wil opnemen tegen de Epics. Hij is er nog steeds van overtuigd dat Epics niet inherent slecht zijn en dat je hen dus kan redden. Maar of het hem zal lukken, dat blijft de vraag, want Sanderson deinst er niet voor terug zijn personages af te maken, zoals het hoort eigenlijk. De Reckoners komen nu wel te weten wie of wat de Epics heeft veroorzaakt, maar heel veel vragen blijven onbeantwoord, en dat ben ik niet meteen gewoon van Sanderson, die er doorgaans in slaagt alle losse eindjes netjes aan elkaar te knopen.

Beetje jammer, maar eigenlijk nog  steeds een steengoed boek dat van mij een topscore krijgt voor de spanningsopbouw. En de stijl. En de personages.

Paniek

Wie hier al een tijdje volgt, weet dat ik een enorme lezer ben. De laatste paar jaar lees ik zo’n 60 boeken per jaar, en dat allemaal elektronisch op mijn Kindle. Ik ben daar dan ook gigantisch fan van, ik lees eigenlijk niet graag meer op papier omdat dat te weinig aanpasbaar is.

Ik sleep dat ding dan ook nonchalant overal mee, gewoon los in mijn tas, in mijn jaszak of op de achterbank van de auto, zonder beschermhoes of iets. Elke avond pluk ik hem van tussen de kussens in de zetel en pak ik hem mee naar boven, ik lees nog in mijn bed, en elke morgen pak ik die gewoon weer mee naar beneden. Routinematig dus. Ik leg hem helaas ook zonder nadenken gewoon uit mijn handen waar het op dat moment past.

Gisterenavond had ik hem blijkbaar niet zomaar zien liggen en was ik naar de badkamer vertrokken zonder boek. Omgekleed, in mijn bommaslaapkleed dus, stel ik daar vast dat ik mijn Kindle niet mee heb. Terug naar beneden dus, naar de zetel, om hem daar in de zetel te zoeken. Hmmm. Geen Kindle. Alle kussens twee keer opgetild, achter de zetel gekeken, onder de dekentjes, geen Kindle. Terug naar boven want ik zal hem wellicht ergens op een rare plaats in de badkamer uit mijn handen gelegd hebben. Geen Kindle. Helemaal naar boven, naar de slaapkamer, ook al weet ik dat ik hem vandaag beneden heb gehad. Geen Kindle. Terug naar beneden. Nog eens de zetel en ook alle tafels doorzocht. De boekenkast. Op de kast onder de tv. In de berging. God, zelfs in de koelkast. Geen Kindle.

Oh, had ik hem niet mee in de auto naar de kine? In mijn bommaslaapkleed op mijn blote voeten naar de auto. Geen Kindle. Oh, en ik heb Barts auto toch gebruikt om naar Wolfs kot te rijden? Terug naar binnen om de sleutels van de Ford, terug naar buiten naar Barts auto. Geen Kindle.

Halve paniek, dikke dikke zucht. De Kindle zal dan morgenvroeg wel uitkomen, zeker? Ik heb nog een Tolkien liggen – De Legende van Sigurd en Gudrun – die ik op papier kan lezen.

Helemaal ontmoedigd kruip ik in mijn bed.

En dan krijg ik ’s morgens een fotootje toegestuurd van mijn lief. Wat ligt er, perfect matzwart op een matzwarte achtergrond, te prijken op zijn dashboard? Jawel. Ik had het ding in het donker – de Ford steekt blijkbaar geen lichten aan bij het openen van de deuren – absoluut niet zien liggen en ik was nochtans gaan kijken.

Diepe zucht.

Van zowel frustratie als opluchting.

Lectuur: “Firefight (The Reckoners #2)” van Brandon Sanderson

Na Steelheart kon ik niet anders dan de – voorlopig veel te korte – reeks van The Reckoners verder lezen.

Hoofdpersonage David heeft Newcago bevrijd van Steelheart, maar dat is niet het antwoord gebleken op al zijn vragen en het knagende gevoel in zijn hart. Misschien ligt dat wel in Babylon Restored – het vroegere Manhattan – waar de Epic Regalia ervoor zorgt dat alles onder water staat en waar de bevolking leeft op de bovenste verdiepingen en de daken van de vroegere wolkenkrabbers. Op een mysterieuze wijze groeit er ook meer dan genoeg voedsel.

David gaat samen met de rest van de rebellen op zoek naar een manier om Regalia te verslaan en komt meteen ook in contact met Firefight, een andere Epic die hem wel lijkt te helpen. Of is dat maar schijn? Of bestaat de kans dat er een Epic is die niet inherent slecht is?

Opnieuw weet Sanderson keer op keer de spanning op te drijven. De naïeve, over-enthousiaste David kan soms op de zenuwen werken, maar dat is nu eenmaal eigen aan het karakter. En de plotwending zijn weer bijzonder bizar maar telkens weer op een of andere manier aannemelijk.

Nog steeds bijzonder hard fan.

Lectuur: “Steelheart (The Reckoners #1)” van Brandon Sanderson

Dat ik fan ben van Brandon Sanderson, dat heb ik hier al meermaals herhaald en bewezen. Gelukkig is de auteur in kwestie een echte veelschrijver, zodat ik nog wel wat te lezen heb.

Een ‘nieuwe’ reeks is die van The Reckoners, een pure science fiction reeks maar geen space. Het gegeven is weer iets heel aparts: de aarde is ten prooi gevallen aan Calamity, een hemellichaam dat plots verscheen en ervoor zorgde dat een hele reeks mensen superkrachten kregen, de Epics. Alleen zijn die niet de gedroomde superhelden, maar stuk voor stuk mensen die hun superkracht misbruiken om de rest van de bevolking te tiranniseren.

Zo leeft David Charleston in een stad die nu volledig van staal is gemaakt omdat Steelheart de stad controleert en alles verandert in staal. Diezelfde Steelheart is verantwoordelijk voor de dood van de vader van David, en dat is de reden dat David aansluiting zoekt bij The Reckoners, een groep die rebelleert tegen de Epics.

Sandersons karakteropbouw is, zoals altijd, mooi uitgewerkt: niemand is zwart-wit, ook de slechteriken niet, ook de good guys maken fouten of nemen moreel verwerpelijke beslissingen. Regelmatig zijn er compleet onverwachte plotwendingen en dat zijn bij Sanderson dingen die je écht niet ziet aankomen. Ja, het zijn super evil guys, ja, het zijn de rebellen die er tegenin gaan, maar dan toch weer met een heel apart sausje.

Jawel, ik ben nog meer fan intussen.

Lectuur: “Those Who Leave and Those Who Stay” (L’amica geniale #3) van Elena Ferrante

Na enige twijfel na het lezen van boek één en twee begon ik toch aan boek drie, en dat is eigenlijk gewoon meer van hetzelfde: uiteraard nog steeds het standpunt van Elena (Lenú), maar iets meer haar eigen leven en iets minder in relatie tot Lila. Ik denk dat Ferrante ook niet anders kon juist omdat beide levens nogal divergeren. En toch… Beide zijn intussen volwassen en uit hun zelfgemaakte gevangenis gebroken: Lila is weg uit haar huwelijk en woont opnieuw bijzonder armoedig met haar zoontje, terwijl ze werkt in een fabriek als simpele arbeidster. Elena heeft haar studies afgerond en heeft een boek geschreven, waardoor ze in een heel andere wereld terechtkomt, een wereld van academici, van rijke mensen, van salons en theehuizen… Ze trouwt, krijgt kinderen, en toch…

In deel drie is de politiek in het naoorlogse Italië veel nadrukkelijker aanwezig: beide vrouwen komen, een deel willens nillens, in die politieke toestanden terecht waardoor ze ook gedwongen worden standpunten in te nemen die ze niet altijd willen innemen.

Is dit een goed boek? Goh… Net zoals bij de eerste twee delen blijf ik twijfelen. Elena kan echt wel zagen, bij momenten, ze is een eeuwige twijfelaar en ik hou niet altijd van de manier waarop Ferrrante dat dan uitdrukt, ook al is de Engelse vertaling al veel beter dan de Nederlandse.

Maar deze keer ga ik deel vier eventjes laten voor wat het is, en ook dat zeg wel wat.

Lectuur: “The Story of a New Name (Neapolitan Novels #2) (L’amica geniale #2)” van Elena Ferrante

Ik wist niet goed wat ik moest denken van deel één en las dus meteen ook maar deel twee, al was het maar omdat het verhaal echt wel in mijn hoofd bleef spoken, en dat zegt wel wat.

Het verhaal loopt gewoon verder: het is nog steeds het hoofdpersonage Elena (Lenú) dat aan het woord blijft en vooral focust op haar knipperlichtvriendschap met Lila, maar ook alle verhoudingen binnen haar leefwereld schetst. Lila is inmiddels getrouwd, amper 16, en terwijl ze op die manier van grote armoede in toch wel meer dan behoorlijke rijkdom is verzeild, zit ze ook gevangen binnen datzelfde huwelijk. Diezelfde benauwenis voelt Elena dan weer in haar studies, waar ze niet anders kan dan zichzelf keer op keer bewijzen.

Ferrante schetst opnieuw een ontluisterend, grauw Napels in een klassensysteem waar nauwelijks aan te ontsnappen valt. De veelbelovende Lila lijkt dat wel te doen, maar zal dat lukken? En Elena kan verder studeren, maar blijft ook zij niet hangen in diezelfde Napolitaanse klei? De jaren 60 in Italië kunnen geen pretje geweest zijn, en Ferrante neemt dan ook geen blad voor de mond: de armoede, het harde bestaan, het geweld, ze beschrijft het allemaal.

Maar opnieuw: heb ik het graag gelezen? Ik ben er na boek twee ook nog steeds niet uit, maar ik ga wel boek drie lezen want ik wil weten hoe het verder gaat met de verschillende personages. Op zich zegt dat ook al iets, natuurlijk.

Lectuur: “De geniale vriendin” van Elena Ferrante

Ik loop precies een beetje achter met mijn boekbesprekingen, en dan heb ik de vorige negen nog in één keer besproken. Maar voor mij is het pas echt vakantie als ik het mezelf ook kan toestaan overdag te lezen.

Omdat we in de buurt van Napels op vakantie waren, was me de reeks van Elena Ferrante aangeraden, L’amica geniale. Maar Italiaans is me echt een brug te ver, ik moest dat misschien wel kunnen aan ’t unief, maar nee, bedankt.

Ik dacht: ik ga eens voor een Nederlandse vertaling gaan. Maar ugh… De vertaalster was duidelijk een Nederlandse en dat merk je. En ook de zinnen vond ik stroef, om eerlijk te zijn. Maar bon, ik was in het Nederlands begonnen, ik heb het dan ook uitgelezen in het Nederlands.

Het is een meeslepend maar tegelijk ook verbijsterend boek. Het verhaal speelt zich af in een bijzonder grauwe, arme wijk van Napels zoals we zelf ook al hadden gezien en waarvan we behoorlijk hadden staan kijken.
Het is ergens de jaren vijftig, relatief kort na de oorlog, de armoede is groot, het geweld regeert nog steeds. Vrouwen horen aan de haard, zorgen voor de kinderen, worden regelmatig afgetuigd door hun echtgenoten, en dat patroon herhaalt zich bij de kinderen. Al van in het begin gaat Ferrante het geweld tussen de kinderen onderling niet uit de weg. Het hoofdpersonage, Lenú, raakt als jong meisje bevriend met de enigmatische Lila. Hun vriendschap is van de wisselende maar zeer intense soort: ze zitten samen op school, spelen samen, maar Lila is… vreemd, en bijzonder intelligent. Alleen mag ze niet verder studeren, terwijl Lenú door haar keiharde werk en behoorlijk wat gelobby van haar leerkracht wel de kans krijgt.

Het is een… bevreemdend boek. Aan de ene kant heb ik het niet bijzonder graag gelezen, aan de andere kant kon ik het ook niet wegleggen en bleven de personages in mijn hoofd spoken: ik wilde weten wat er met hen ging gebeuren, en met de rest van de buurt, want ook al is het boek geschreven vanuit het standpunt van de intussen oudere Lenú, je leeft mee met het wel en wee van de hele buurt, de opkomst van de kruidenier, de mafia-invloeden, dat soort dingen.

Aanrader? Goh… ik weet het niet. Eigenlijk wel. Ik heb in elk geval ook de volgende boeken gelezen.

Lectuur: “The Iron Druid Chronicles” van Kevin Hearne

Deze reeks – jawel, ik ga deze niet boek per boek bespreken – kreeg ik via via door, en ik heb me er machtig mee geamuseerd. Dat laatste woord is welbewust gekozen: dit is superlichte vakantielectuur waar je doorheen raast.

Hoofdpersonage is Atticus O’Sullivan, een druïde die eigenlijk al meer dan 2000 jaar oud is, maar zichzelf jong kan houden en rondloopt als kerel van een jaar of 21, met een stevige attitude én een magisch zwaard. Of twee. En een serieuze dosis magische krachten, dat ook.

Hij woont en werkt in de Verenigde Staten maar komt uiteraard in meer dan diverse problemen, zowel hier op Gaia als in andere sferen, waaronder het Ierse Tir Na nÓg, waar de goden leven waarmee hij voortdurend in contact staat. Maar ook de andere panthea bestaan en zijn meer dan aanwezig.

Hij is de laatste nog levende druïde en zal op een bepaald moment een leerling aannemen, waarop Hearne ook hoofdstukken uit haar standpunt begint te schrijven. Atticus is ook vergezeld van een gigantische wolfshond, Oberon, waarmee hij vlot mentaal kan praten en die een nogal vreemd gevoel voor humor heeft.

Hearne heeft de wereld echt wel goed uitgedacht: er zitten weinig tot geen gaten in, zo goed als elk detail – zoals bijvoorbeeld het feit dat hij met zijn hond kan praten – is wel ergens uitgelegd, en bij momenten is het razend spannend, op andere momenten is het pure slapstick. Er zijn vampieren, heksen, weerwolven in overvloed, maar ook die hebben zich aan de huidige tijd aangepast.

En de avonturen? Goh… Die zijn soms wat bij het haar getrokken, soms wat over the top – Heimdall of Fenrir doden, iemand? – maar bijzonder vermakelijk.

Al bij al heb ik acht boeken gelezen en een kortverhaal of tien, op een maand tijd, dus dat valt wel mee, zeker?

Hearne heeft vooral gigantisch goed naar Jim Butcher en zijn Dresden Files gekeken: de sfeer is compleet dezelfde, de humor in dezelfde lijn, de nevenpersonages eigenlijk ook: een magiër met een hond in de hedendaagse wereld, met machtige organisaties die meespelen of tegenwerken, een leerlinge die dan minstens even machtig wordt, een leermeester die niet altijd even sympathiek is…

Maar ik kan zo’n lichte reeks bij momenten echt wel smaken, zeker in de vakantie.

Lectuur: “Warbreaker” van Brandon Sanderson

De premisse van dit boek – twee zussen die toevallig prinsessen zijn, een van hen die moet trouwen met een God Koning, een mindere god die niet bepaald fan is van zijn job, een onsterfelijke die de in het verleden gemaakte fouten probeert recht te zetten – lijkt redelijk onvolwassen, maar is het allesbehalve.

Sanderson heeft andermaal een volledig universum opgezet, eentje waarin Adem en Kleur een hoofdrol spelen. Elke persoon heeft één Adem, maar die kan je, als je dat wil, ook doorgeven. Het leven verliest wat kleur, maar verder heeft dat niet zoveel consequenties. Echter, wie 50 Adems verzamelt, bereikt de Eerste Hoogte en ziet daardoor zoveel meer: kleuren, geluiden, levensvormen… Wanneer je nog hoger klimt – en dus een fabelachtige rijkdom in Adems verzamelt – kan je ook Wekken: met je adem dode materie heel even tot leven wekken en dingen voor je laten doen.

Het hoeft geen betoog dat Sanderson opnieuw voluit gaat in deze wereld. Waar de Mistborn Trilogy 1 en 2 veel meer vaart heeft, gaat Sanderson hier bedachtzamer te werk, trager, meer filosofisch. Het zorgt ervoor dat zijn redeneringen soms moeilijk te volgen zijn, dat het boek trager leest, maar opnieuw zit zijn wereld én zijn plot meesterlijk in elkaar. De wrange humor die een van zijn personages ten toon spreidt, ligt me niet altijd, maar past wonderwel in het verhaal.

Het is een duidelijk afgesloten verhaal dat echter ruimte laat voor een vervolg. Of meerdere. Alleen, Sanderson heeft al zo veel werelden die elk om een vervolg schreeuwen. Nog een geluk dat de man zo snel schrijft…