Accattone

Toen Bart me vroeg of ik zin had om op uitnodiging van ING met hem mee te gaan naar het toneelstuk Accattone van NTG in de Gentse haven, denk ik niet dat mijn antwoord langer dan een halve seconde uitbleef. Ja dus, en met bijzonder veel goesting.

Er was een uitgebreide receptie in het prachtige bezoekersgebouw van de haven, en ik genoot van het zicht.
IMG_1319

Tegen half acht liepen we naar de loods van houthandel Mahieu, en genoten we van de spectaculaire zonsondergang over de haven. Mooi!

De loods is op zijn minst impressionant te noemen, zeker omdat je als publiek een heel eind ver op de tribune zit, met zicht op een stuk treinspoor, een put, koor en orkest van Collegium Vocale, en in de verte de kaaien en de steeds donker wordende lucht.

Gelukkig waren we gewaarschuwd voor de temperatuur in de eigenlijk volledig open loods: het waaide er stevig, en ik had mijn wintermantel aan, wat geen overbodige luxe was, net zoals de dekentjes links en rechts van ons.

En dan het stuk zelf. Zwaar. Heel zwaar, maar indrukwekkend. Origineel gecreëerd voor de Ruhrbiënnale in Duitsland, en dus volledig in het Duits (met boventiteling), wat het stuk eigenlijk wel wat afbreuk deed, vond ik. Je zat de hele tijd te lezen, en het klonk ook lang niet altijd even natuurlijk, zeker niet wanneer acteur Benny Claessens improviserend mompelde in het plat Antwerps. Ik heb zelf nog genoeg toneel gespeeld – zij het op een ander niveau – en een vertaling zou voor de acteurs ook weer niet zo’n grote opgave geweest zijn, geloof ik. Het Duits gaf het geheel een intellectualistisch tintje, terwijl het stuk eigenlijk net over de zelfkant van de maatschappij gaat. Knap gespeeld, knappe regie, alleen de ‘dansstukken’ kwamen me bijzonder blasé over, een beetje van ‘Kijk eens wat ik kan!’. Dan heb ik het niet over de verkrachtingsscène, die net door de gestileerde bewegingen iets heel bevreemdends en griezeligs kreeg. Af en toe kreeg ik de indruk dat de acteurs zichzelf bijzonder au sérieux namen, waardoor het stuk extra zwaar werd.

Lang, dat ook. Chapeau voor acteurs en ook muzikanten. Want Collegium Vocale was, onder leiding van Philippe Van Herreweghe, andermaal magistraal, zeker in de koude setting. Het contrast tussen de prachtige muziek van Bach en het rauwe van het toneelstuk was adembenemend mooi. Ik heb de film van Pasolini niet gezien, en ik weet eigenlijk ook niet of ik hem nu wel nog wil zien. Hij zou voor mij afbreuk doen aan het stuk, waarin de muziek meer dan ruimte genoeg kreeg om tot zijn recht te komen. Bizar genoeg deden de momenten waarop de acteurs stil stonden en alle aandacht naar de cantates van Bach ging, niet eens artificieel aan.

Slotsom? Blij dat ik erbij was. Of zoals mijn buurman op de tribune opmerkte, nog voor het stuk begon: “Wedden dat dit één van die stukken wordt die je je jaren later nog herinnert, en waarvan je trots bent dat je erbij was?”

De man had gelijk.

Zuiddag

Wie er al van gehoord heeft en vooral al heeft meegedaan, is sowieso enthousiast. Maar als je het nog niet kent: Zuiddag is een aanrader.

Zesdejaars van gans Vlaanderen komen een dagje werken, en daarvoor stort de werkgever 40 euro (privépersoon) of 50 euro (bedrijf) naar Zuiddag, waar het integraal naar een goed doel gaat.

Vorig jaar is er hier een leerlinge aan de slag gegaan om de berging, een project waar ik me maar niet kon aanzetten, aan te pakken. Sindsdien heb ik dus een schitterende, praktische berging. Ook dit jaar ben ik van plan om een van mijn leerlingen aan het werk te zetten. Ik weet nog niet precies wat, maar er is altijd wel vanalles te doen, al was het maar tuinwerk.

Met andere woorden: heeft u nog ergens zo een van die klusjes die op uw zenuwen werken, waarvan u al lang zegt dat het dringend moet gebeuren en die u maar op de lange baan blijft schuiven: het zou wel eens het juiste moment kunnen zijn. Samen de zolder opruimen, bijvoorbeeld, waarbij de jonge benen al het overtollige gerief de trap afdragen richting garage, en u helpen bij het rijden naar het containerpark. Of dat tuinhuis en de ramen afschuren en een nieuw laagje beits geven. Of uitgebreid mee naar de Ikea gaan, u helpen dragen met pakketten en ze voor u in elkaar zetten. Of desnoods gans uw boekenkast uitlegen, grondig afstoffen en alles weer netjes gesorteerd op zijn plaats zetten, ik zeg maar wat. Zelfs babysitten is een optie, zolang het maar op donderdag 22 oktober is.

U opgeven is kinderspel, en desnoods wil ik het voor u doen. U kiest overigens zelf wie er bij u komt werken, ze solliciteren zelf. Stad, platteland, dat maakt niet uit. Gewoon doen.

(De blogpost van onze school over Zuiddag vindt u hier.)

Kapper

Ook Wolf moest dringend weer naar de kapper. Hij was wel in het begin van juli geweest, maar toen was het eigenlijk niet echt kort gezet, en intussen was het echt weer helemaal uit model en veel te lang. Op aanraden van mijn kuisvrouw reden we deze middag naar de Wondelgemstraat, bij kapper Erkan. Het is er echt niet groot, en ze waren met drie volop aan het knippen en tegelijkertijd aan het ratelen in het Turks, en er zaten ook nog twee wachtenden voor ons. “Geen probleem, mevrouw”, zei Erkan, “over maximaal een kwartiertje is het aan uw zoon”. Ik posteerde Wolf in een van de wachtzetels, en ging intussen op zoek in de Wibra naar iets goedkoops en zeer wijds om te verknippen voor de nieuwe LARP. Toen ik tien minuten later terugkwam, dacht ik dat het wel stilaan aan Wolf zou zijn.

Ja man, hij was eigenlijk al net klaar, enkel nog de gel! Zijn haar is eigenlijk wel heel erg kort, met een leuke ‘kuif’ bovenaan. Serieus wennen, maar wel heel knap, eigenlijk. Bon, aan de kassa vroeg de kapper: “Is hij al twaalf?” Ik schudde ontkennend, en toen bleek dat ik de volle vijf euro moest betalen. Voor volwassenen is het blijkbaar tien euro :-p

Toegegeven, ze hebben er geen tien minuten werk aan gehad, en het is zonder wassen en zo – wat ik persoonlijk niet nodig vind – maar dat is nu toch echt wel spotgoedkoop? En heel erg snel zonder afspraak: ik denk dat ik vanaf nu een vaste kapper heb voor de heren hier thuis :-p

Nog even een voor/na foto:

En Wolf ziet er meteen ook een stuk volwassener uit :-p

Plopsa!

Geef toe, een beter moment om naar Plopsaland te gaan, was er toch niet? Eind van de vakantie, stralend weer, en we zaten toch al in De Panne, waar we sowieso voor de middag uit de hotelkamer moesten zijn. Het werd dus een rustig ontbijt, alles inpakken, en de auto gaan parkeren op de grote parking van de tweede vestiging van ons hotel, zodat we de kusttram tot aan Plopsaland konden nemen. Beste. Suggestie. Ever! De files in zowel heengaan als terugkomen waren de moeite, daar in Adinkerke.

We waren er tegen half twaalf, en ik ging er snel vandoor met beide jongens, terwijl mankende papa zich samen met de rest van de familie over Merel ontfermde.

Voor de Supersplash hoefden we amper tien minuten aan te schuiven, en achteraf in het bootje heb ik nog snel een paar foto’s genomen.

En toen gingen we in de Dragon. Kobe wilde wel, maar met een bang hartje: zijn eerste echte rollercoaster! Het was wel twintig minuten aanschuiven, en wat doet ne mens dan? Spelen met het fototoestel, natuurlijk!

 

Maar Kobe was eigenlijk wel bang, ja. Tot het ding goed en wel in gang was: toen vond hij het de max! Kijk zelf maar: een voor- en tijdensfoto!

En toen was het tijd om te eten, en zagen we de anderen terug bij een pak frieten. Daarna repten we ons naar de, tsja, hoe heet dat ding? Feestzaal?

Er was namelijk een optreden van eerst Prinsessia, en daarna Ghost Rockers! Liv was vooral zot van de eerste, ons drie gasten zaten te wippen op hun stoel voor de tweede. Het was in elk geval wel goed gebracht, en kort maar krachtig.

Daarna wist Wolf zijn tante te strikken om op de Anubis te gaan – mij niet gezien zeg! – en deden wij wat rustiger dingen in Mayaland: tulpen, waterlelies, een paar andere dingen zoals koffie drinken…

En toen deden we iets vrij onverwachts: we zijn met de hele familie, inclusief Bo en Merel, maar wel zonder Omaly, op de Rollerskater, ook wel Wasmachine genoemd, gegaan. Ik dacht echt dat Merel ging huilen, maar ze vond het super, en wou nog eens! Helaas was de rij te lang, en was het eigenlijk ook wel wat welletjes. We namen het treintje terug naar de ingang om de voeten van Omaly en de knie van Bart te sparen, zagen in het passeren nog de parade, en namen de tram richting auto, om dan wat file te trotseren op de E40. Toch nog. Dju.

Een dagje Planckendael

Als we dan toch uitgenodigd waren in Planckendael, konden we er maar beter meteen een complete dag van maken, nee? Tegen half twaalf liep ik met ma en kinderen het park binnen, en gingen we meteen op toch doorheen het Europese gedeelte. Wolf nam meteen het fototoestel in beslag, maar moet toch nog wel een en ander leren. Af en toe pikte ik het weer even in, wanneer ik zelf een mooie kadrering of lichtinval of zo zag.

We begonnen met gieren, bizons, een klauterpartij, en de vogelkooien.

en gingen toen ellenlang in de rij staan in het restaurant. Gelukkig was het allemaal best wel eetbaar, en hadden we meer dan genoeg gegeten. We deden nog een snel ommetje, en hadden de prachtigste timing bij de olifanten: die gingen net zwemmen! Ik wist dus niet dat olifanten konden zwemmen, laat staan duiken! Maar als je plots twee grote kolossen kwijt bent, om ze even later op te zien duiken, is dat wel wijs om zien, ja. Zelfs dat kleintje Qiyo verdween regelmatig volledig onder water, om dan plots weer een klein slurfje als een periscoopje boven water te steken. Prachtig zicht, echt waar! We haastten ons nog langs de sneeuwluipaarden – kadering, Wolf, kadrering, zijn staart staat er niet op! – en waren netjes op tijd voor de modeshow.

Na de fantastische taart wilden we uiteraard nog meer zien, en liepen op het gemakje langs onder andere de neushoorns, wasberen en prachtige runderen verder tot aan een speeltuin.

Daar bleek ons ma toch echt wel moe te zijn, en ook voor Merel mocht het wat minder, ook al hadden we intussen een fantastisch bollende ‘buggy’ gehuurd. We lieten beide dan maar achter in de schaduw aan de speeltuin, en de jongens en ik zetten er stevig de pas in richting Afrika en Noord-Amerika.We wilden vooral de ringstaartmaki’s, giraffen, jachtluipaarden en pinguïns zien, en dat was wel een eindje stappen. Vooral de luipaarden waren indrukwekkend: ze zitten deels gewoon achter glas, en aangezien ze rondjes liepen langs hun toch wel grote terrein, passeerden ze rakelings langs ons. Was het glas er niet geweest, we hadden ze kunnen aaien.

Een dik uur later waren we terug aan de speeltuin, bij twee volledig heropgeleefde dames. Samen deden we nog een toertje doorheen Oceanië, maar behalve een bizar slapende koala viel daar nauwelijks iets te bespeuren, helaas.

Met een ijsje sloten we deze bijzonder fijne dag af. En dankten we de hemel op onze blote knietjes voor het prachtige weer! Gisteren behoorlijk veel regen, en morgen voorspellen ze eigenlijk de hele dag regen, maar vandaag, hier in Mechelen? Stralende zon, af en toe een wolkje, en 26°, waardoor we regelmatig zelfs de schaduw opzochten. Fantastisch, toch?

Bedankt, JBC! En nog eens gelukkige verjaardag, Zulupapuwa!

Klusdag met de kinderen

Er moesten een hoop kleine klusjes gebeuren, eigenlijk feitelijk. Zo van die ambetantigheden die ik altijd voor mij uitschuif. Vandaag heb ik me dan ook een schop onder mijn eigen kont gegeven, en ben begonnen met vooral ook Wolf te tonen hoe je veel van die kleine dingen aanpakt.

Ik heb hem een van de speciale spots laten vervangen, zo eentje met kabelklemmetjes, en hij deed dat prima. En dan hebben we drie rookmelders opgehangen, eentje in Barts bureau, eentje in de keuken, en eentje in de traphal. Ik heb hem niet laten boren, nee, maar ik heb hem wel al het gerief laten aanslepen en installeren, de gaatjes laten aftekenen, en nadat ik de gaten had geboord, hem ook de pluggen laten steken en de boel ophangen. Ook dit deed hij prima.

Daarnaast heeft hij gordijnen gerepareerd, vijzen in krukjes vastgezet, slingers weggehaald, dat soort onzin.
Ook de kleintjes had ik aan het werk gezet: zij hebben tussen twee buien door een hoop hibiscusscheuten gewied, en daarna het badspeelgoed uitgesorteerd, en een hoop weggegooid of in de weggeefbak gelegd.

En ik,  ik deed er zowat vanalles tussen: uiteraard Wolf helpen, maar ook vaatwas uitlegen, was opvouwen, dat soort standaard dingen. Oh ja, en badkamerkasten uitkuisen en Keith Haring-figuurtjes in Wolfs kamer schilderen, dat ook wel.

Waimes, dag twee

En of we chance hebben met het weer! We sliepen lang (enfin, ik toch) en ontbeten rond een uur of tien buiten in de zon. Fantastisch!

Tegen dat iedereen klaar was, het logboek ingevuld en de hints opgezocht, was het elf uur. Ik wilde een wandeling maken, hier niet ver vandaag, van een goeie vijf kilometer, langs vijf verschillende caches. Ik dacht, mja, anderhalf uur, met het zoeken erbij misschien twee. Gelukkig had ik een voorraadje koekjes bij en een flesje water, want dat anderhalf uur, dat werd er drie. Het flesje water konden we gelukkig halverwege laten opvullen aan een boerderij.

We hebben wel alle vijf de caches gevonden, en hebben er een prachtige wandeling op zitten. De kinderen klaagden niet, zelfs Merel niet, en Wolf zorgde fantastisch voor zijn zusje. Heerlijk, die kinderen van me!

We vertrokken aan de Warche, aan ons afdamplekje, met meteen een bezoek aan een kapelletje, en liepen dan verder steil naar boven, tot we de RaVel kruisten, het prachtige fietsnetwerk doorheen de Ardennen, waar we tegelijk met een andere familie naar een cache zochten.

We liepen verder, en doken de netels in voor een volgende cache.

Intussen was het, tot onze grote verbazing, al één uur. We zaten ongeveer halverwege onze toer, en moesten sowieso verder om terug aan de auto te geraken.

We liepen doorheen een wolk van pluisjes van wilgenroosjes, en zochten en vonden de Hexsenbaum, een prachtige loofboom te midden van een naaldbos.

Nog wat verder zochten we redelijk lang naar cache nummer vijf, en liepen daarna het laatste stukje terug richting brugje over de Warche. We passeerden daarbij een oude steengroeve, die echt de indruk van een ravijn gaf, ongelofelijk steil en diep, en prachtig blauw water.

Al bij al was het twee uur voor we terug in het huisje waren. Ik had gelukkig lasagne gekocht die maar in de microgolf moest, en dus zaten we iets later gelukkig aan tafel. Oef. De kinderen waren nu echt wel moe, zodat ik hen rustig tv laten kijken heb. Rond vier uur heb ik hen dan wat koekjes gevoederd bij wijze van vieruurtje, en hen in de auto gelokt. Ik had geen zin om naar de Delhaize in Waimes te rijden, en ging er van uit dat er in het iets grotere dorpje Weywertz – Champagne, waar we zitten, is echt maar een gehucht – een bakker zou te vinden zijn. En jawel, twee kilometer later stonden we aan de kerk van Weywertz en zagen we een bakkerij. Die ook toch wel schepijs verkocht zeker! Toeme toch!

Enfin, we zijn dan met de auto nog wat caches gaan zoeken, maar hadden niet echt veel geluk. Aan de “Eisen Vennbahnbrücke” hebben we met zijn drieën -Merel voederde intussen de schapen – een half uur gezocht, maar niks gevonden, en dat is wel frustrerend. De cache iets verderop hadden we in minder dan een minuut, maar de volgende was weer pech. Merel en Kobe hadden geen zin in de klim en bleven in de auto zitten, maar Wolf en ik gingen op onderzoek uit in een doornenhaag vol brandnetels. Na tien minuten, en ettelijk getengel, hebben we het opgegeven: zonder lange mouwen, lange broek en handschoenen had dit eigenlijk geen zin. Maar op de weg naar huis zat er nog een poepsimpele, en die hebben we dan nog maar meegenomen.

Om zeven uur zaten we, alweer buiten, genoeglijk aan tafel, en konden terug kijken op een prachtige dag.

IMG_7695

Waimes, dag één

Jawel, we zijn weer weg voor een aantal dagen, maar dit is zo ondertussen een beetje een vaste stek, in het weekendhuis van mijn nicht. We waren hier vorig jaar ook, twee dagen met Bart en twee dagen met mijn ouders, en het jaar voordien ook, toen ook met een paar dagen Bart. Dit jaar is het echter compleet zonder Bart: we zijn nog maar net terug van Kreta en dus heeft hij werk in te halen. Daarbij, wat doe je vooral in de Ardennen? Wandelen. En wat kan Bart niet met zijn kapotte knie? Juist.

We joegen ons deze morgen niet op, maakten rustig de valiezen, en zaten rond elf uur in de auto. Iets over twaalf belden we aan in Heverlee bij een thuiswerkende Jan, die ons de sleutels overhandigde. Hun huisje kan je het best vergelijken met een cottage van Center Parcs: een living met een driezit en twee eenzits, en daarnaast de eettafel die eigenlijk al in de gerieflijke kleine keuken staat. Er is een grote schuifdeur naar een gezellig terras in de tuin, die uitkijkt over de koeien. Er is een slaapkamer met een tweepersoonsbed, en een tweede slaapkamer met een tweepersoonsbed en daarboven een eenpersoonsbed, en nog plaats voor een babybed. Toilet is apart, en er is een kleine badkamer met ligbad. Daarboven is nog een grote, voorlopig niet ingerichte zolder waar ze nog twee – zij het vrij lage – kamers kunnen maken.

Enfin, we reden eerst nog naar de Abdij van Park, een prachtig plekje waar je ook nog lekker kan eten. Het duurde wel even voor we ons eten kregen, en ‘zonder komkommer’ was blijkbaar niet echt ‘zonder komkommer’, maar bon. Daarna liepen we nog even rond, maar ze zijn grondig aan het restaureren, en je kon dus eigenlijk niet zoveel van de abdij zien.

We zijn dan maar doorgereden om een paar straten verder een geocache te doen, en dan richting Waimes. Rond een uur of vijf liepen we in de plaatselijke Delhaize, en nog een tiental minuten later waren we dus bedden aan het opmaken, en het voelde echt aan als een beetje thuiskomen. Het is dan ook niet het ‘cleane’ en vooral lege van een gehuurd huisje, nee, hier staat er koffie in de kast, ligt er kinderspeelgoed, is er perfecte WiFi en sateliettv, en kennen we het intussen door en door. Heerlijk.

We gingen nog snel de geocache een paar meter verderop in de straat zoeken, aten boterhammen, en ik stak de kinderen in bed. En genoot van de stilte, de avondlucht, en het kunnen uitlezen van de laatste van de 893 bladzijden van ‘The First Man in Rome’ van Colleen McCullough. Vakantie, dus.

IMG_7617