Nog eens die Minotaurus

Prachtig weer buiten, maar ik voel me echt nog niet goed genoeg om veel buiten te lopen met drie kinderen, jammer genoeg. Ik ben bezig aan de berging – kleine dingen, zoals een kapstok en een rek ophangen – maar echt goed gaat het niet vooruit, want het is met tussenpozen. Maar bon, we geraken er wel.

De kinderen heb ik daarstraks al samen om brood gestuurd, kwestie dat ze ook even buiten zijn in dit weer. En ze hebben al in de tuin rondgehangen ook. Maar daarstraks kwamen ze vragen of ik geen zin had om een gezelschapsspel te spelen met hen. Ja, zei ik, maar dan wel eentje waar ook Merel aan kan meedoen, eventueel met een beetje hulp.

IMG_2337

En dus werd de Lego Minotaurus nog eens uit de kast gehaald. Merel was ongelofelijk snel weg met de spelregels, en zat al gauw te gillen dat het geen naam meer had: “Nééééééé mama, het monster mag mij niet opeten!” Toen dat mij overkwam, zat ze ronduit te schateren, en iets later, toen een van haar ventjes alsnog werd opgevreten, kwamen er traantjes aan te pas. Maar wij kenden geen genade: ze moet ook leren dat ze kan verliezen. Het werd een spelletje met ongelofelijk veel animo, gegil en gelach. Wijs, jong!

Enfin, uiteindelijk was ze toch nog gewonnen, en waren ze allemaal zodanig door het dolle heen dat ze stonden te dansen op de tafel ^^

Die kinders van mij, ik denk niet dat dat ooit nog goed komt.

Oh, en geheel vrijblijvend uiteraard: als ge niet weet wat gekocht, dat spel is dus toch wel redelijk de max, ja. Al was het maar omwille van de kleine zwarte minotaurus die erin zit. Met van die vreselijk schattige kleine horentjes. En dan moet ge de mythe wel vertellen ook, natuurlijk. Ha ja.

Ziek

Ik had nog gehoopt om gisterenavond mee te kunnen doen aan de Nachtkronieken, maar het werd een avondje zetel. Net zoals het eigenlijk gisteren een dagje zetel was, en dat vandaag ook een dagje zetel is.

Ziek zijn, het is niet leuk. Zeker niet als je je er zo mottig bij voelt, en hoofdpijn hebt, en al dat soort dingen. Meh. Ik heb het echt niet voor een zware sinusitis, zodat zelfs douchen pijn doet. Ha ja, die waterstralen op je hoofd…

Dus nee, even boeken toe. Want langer dan een kwartier aan mijn computer is al niet meer haalbaar. Bleh.

Dokter

Ik loop nu al drie weken te snotteren, en de laatste week waren daar serieuze hoestbuien bij gekomen. Ik vond het allemaal zo erg niet, maar kreeg toch af en toe het gevoel dat ik, als ik niet oplette, mijn longen eens in mijn handen ging hebben. Maar eergisteren en gisteren begon ik me mottig te voelen. Ik ben wel gaan lesgeven, en heb zelfs de klassenraad volgehouden, maar het ging toch niet allemaal meer van harte. En met de nodige medicijnen.

Bart vond het gisteren welletjes, en verplichtte me vandaag naar de dokter te gaan. Hij heeft me zelfs gewoon laten slapen deze morgen!

Bon, verdict van de dokter: een enthousiaste sinusontsteking, en een ernstige bronchitis. Helaas mag ik de meeste verlichtende medicamenten voor die sinusitis niet nemen door mijn glaucoom, en zal het wat uitzieken worden. Ik heb van haar stevige antibiotica gekregen (amoxicilline), een puffer, neusspray, hoestsiroop, en daar bovenop opnieuw mijn maagmedicatie, want die gaat wellicht wel reageren op de rest van de medicatie.

Bon.

Ze ging me ook thuisschrijven tot het weekend, maar dat zag ik niet zitten: ik verlies zo al gigantisch veel lessen door uitstappen links en rechts, dat ik het me eigenlijk niet kan permitteren nóg extra lessen te missen. Mijn leerplan volgen zal zo al een heikele onderneming zijn. En ik voel me al bij al redelijk, dus waarom niet?

Zolang ik volgend weekend maar op de been ben!

Kroepoek is des duivels

Dat mijn maag en bij uitbreiding mijn ganse gestel niet van de sterkste is, dat wist ik al een tijdje. Dat het niet zo goed reageerde op vet, ook. Zo ben ik al een paar keer zó hard beginnen reageren op buikkrampen, dat ik er flauw van viel.

Maar het is maar met het herlezen van de vorige posts, dat ik een constante merk: kroepoek. Tiens. Dat had ik de vorige keer dus ook gegeten. De keer daarvoor niet, voor zover ik me herinner, maar da’s intussen ook al behoorlijk lang geleden.

Maar bon, het was dus weer van dat: ik had nietsvermoedend een halve zak kroepoek leeggevreten, en was gaan slapen. Om wakker te worden met gigantische buikkrampen, en dus richting toilet te spurten. Alwaar ik, te oordelen naar de buil op de zijkant van mijn hoofd, weer ben flauwgevallen tegen de muur. Ik weet wel dat ik me daarna languit op de stenen vloer heb gelegd, badend in het zweet, om alleen af en toe recht te krabbelen om weer op de pot te gaan zitten.

Uiteindelijk heeft Bart me in bed geholpen, maar het is pas toen ik ook mijn maag had kunnen legen, dat het beter begon te gaan. Ik heb vandaag zowat de hele dag in de zetel doorgebracht, flauw en slap.

Auw dus.

Geen kroepoek meer voor mij, hoe lekker ik het ook vind. Duivelsgebroed, ja!

Alweer ziek

Niet ik, maar Merel.

Net zoals twee weken geleden kreeg ik gisteren in de namiddag een telefoontje: dat Merel 38° koorts had, hangerig was, en of ik haar kon komen halen. Net als twee weken geleden mocht ik gerust nog mijn les afmaken: juf Femke had een stagiaire, en Merel was niet echt lastig.

Het was vier uur toen we thuis waren, en vijf minuten later lag ze in bed. Het kind heeft geslapen tot acht uur ’s morgens, begot. Ja, ze is om half drie wakker geweest, en toen heb ik haar een flesje melk en een verse pamper gegeven. En om vier uur wilde ze een glaasje water, en dat was dat.

Bart had zijn agenda zo kunnen regelen dat hij in de voormiddag thuis kon blijven, terwijl ik gaan lesgeven was. Maar Merel was wakker rond acht uur, voelde zich blijkbaar kiplekker, keek wat tv, en vroeg uiteindelijk zelf of ze naar school mocht, omdat ze zich begon te vervelen.

En dus kon Bart opnieuw naar kantoor, kon ik met een gerust hart op school blijven, en kon ik in de namiddag – op vrijdag ben ik klaar om 12.05u – zelfs nog naar de Ikea om Wolfs meubels te bestellen. Hij krijgt een grote kleerkast van 200x236x58, en diezelfde komt beneden in de traphal als schoenen- en hoedenkast.

Daarnaast krijgt hij ook nog een eenvoudig wit dubbel bed met grote lades onder. Op zich heeft hij dat dubbele bed niet nodig, maar hij wilde het zo graag, en er is meer dan plaats genoeg in zijn kamer.

Enfin, het bestellen van de meubels op zich duurde niet zo lang, maar er was behoorlijk wat volk, en aan de kassa heb ik niet minder dan 25 minuten moeten staan wachten. Aan de transportservice – want zo’n grote kasten ga ik niet zelf transporteren, en zelfs ook niet zelf in elkaar steken – was ik nog eens een dikke twintig minuten kwijt, en ik was verdorie nog net te laat op school ook, de kinderen zaten net in de opvang.

Maar bon: de meubels zijn besteld, en hopelijk worden ze over een week of drie ook geleverd.

Zieke Merel is ziek

Om kwart voor twaalf ging, tot groot jolijt van mijn vierdejaars, mijn GSM af: de kleuterschool (dat is overigens ook de enige reden dat mijn GSM aanligt terwijl ik lesgeef). Merel had blijkbaar 38° koorts, en voelde zich ellendig. Ik vroeg of ik mijn les mocht afmaken, en ze dan komen ophalen tegen kwart over twaalf. Geen enkel probleem, ze gingen ze dan wel eventjes op het bedje in het secretariaat leggen.

Toen ik om kwart over twaalf dat secretariaat binnenkwam, zag ik dit:

2014-01-24 12.20.24

een diep slapende, witte Merel, compleet uitgeteld. Ik vond het eigenlijk jammer dat ik haar moest wakker maken, en inderdaad: ze begon zachtjes te huilen van pure ellende.

Een kwartiertje later lag ze al lekker in haar eigen bedje met een emmertje naast zich. En sliep ze in een ruk door tot half acht ’s avonds. Toen wilde ze een flesje melk en een klein boterhammetje, en dat was dat. Een lepel Nurofen kon er ook nog in, en tegen half negen vroeg ze alweer om te mogen slapen. Ik hoop alleen dat ze dan vannacht niet plots klaarwakker is.

EDIT: ze is één keertje wakker geworden, heeft een half glaasje water gedronken dat ze prompt weer uitkotste, en heeft dan verder geslapen tot half acht deze morgen. Niet slecht, zou ik zo denken.

Myringitis

Zegt het woord in de titel u niks? Wel, mij ook niet. Althans niet tot daarstraks.

Kobe klaagde al sinds gisteren over wat oorpijn, maar omdat hij zich voor de rest precies toch kiplekker voelde, negeerde ik het gewoon. Het oor zag niet rood, en hij had ook helemaal geen koorts.

Vanmiddag liep ik zijn juf tegen het lijf, en die wist me te vertellen dat hij precies niet helemaal in orde was, verstrooid, stil, en dat hij geklaagd had over oorpijn. En toen hij vanmiddag dan zo bijzonder knuffelig bleek, maar op een bepaald moment echt klaagde over zijn linkeroor, en zelfs begon te huilen, belde ik de dokter. Uiteraard. Zo kleinzerig is mijn rugbyspelertje niet.

Myringitis dus, ofte trommelvliesontsteking. Ik wist niet eens dat dat bestond. Blijkbaar is het een bijzonder pijnlijke aandoening, met blaasjesvorming op het trommelvlies. Hij moet oordruppeltjes krijgen, en mag gerust siroop krijgen tegen de pijn, vooral bij het slapengaan.

Arme Kobe. Maar best dat ik het au sérieux heb genomen, uiteindelijk.

(En blij dat ik, als  Graeciste, niet beschaamd moest zijn dat ik het woord niet kende: de apotheker kende het ook niet. Ném.)

Alleen thuis

Geen al te beste start voor Wolf dit jaar, om eerlijk te zijn. ’s Morgens was er nochtans niks aan de hand, of had hij althans toch niks gezegd.

Ik deed boodschappen, en toonde alle mankementen en problemen van de verbouwing aan planner en aannemer. Mijn GSM zat intussen gewoon in mijn handtas beneden, en hoorde ik dus niet.

Tot de vaste telefoon ging, en het de lagere school bleek te zijn, die op aanraden van Wolf dat nummer had geprobeerd, een half uur na de eerste GSMpoging. Hij had namelijk maagkrampen, voelde zich allesbehalve, duizelde weg, en zag ook ferm wittekes.

Ik ben hem onmiddellijk gaan ophalen, en liet hem de keuze: ofwel ging hij rustig hier alleen thuisblijven, onder een dekentje in de zetel – ik moest namelijk lesgeven en was weg tussen half twee en vijf – ofwel bracht ik hem naar opa, waar hij ook in de zetel kon. Wolf opteerde voor het eerste, en vond het niet erg om alleen te zijn.

Vijf minuten later sliep hij, en een half uur later ben ik er in alle stilte van onder gemuisd richting school.

Toen ik thuiskwam, voelde hij zich duidelijk beter, dat zag je zo. Wat een stevige tuk al niet vermag.

En ook: ik kijk er zó hard naar uit tot ze alle drie groot genoeg zijn voor dit soort dingen. Nog een jaar of zeven, allez ju!