Eerste werkdag… of toch niet?

Man man, ik heb vandaag een zalige, maar dure dag gehad 🙂

Vandaag begint mijn eerste officiële werkweek. Gisteren was tweede pasen, verlofdag dus. En vandaag? Is mijn ‘vrije’ dag: aangezien ik 20 uren lesgeef per week, heb ik thuis tijd om voor te bereiden en te verbeteren, zodat ik uiteindelijk ook aan een fulltime kom. Maar  aangezien ik alle voorbereidingen al klaar heb, en ik nog niks te verbeteren heb momenteel, was dit een échte vrije dag. Met de jongens op school en Merel naar de crèche.

Ik heb dus eerst wat schoolwerk gedaan, tegen tien uur naar de kinesiste, en daarna naar de Blokker die ik toch moest passeren. Ik heb vuilzakken en dat soort onzin mee, maar vooral ook een ligzetel. Ik zeg nu al jaren dat ik dat ga kopen, nu heb ik het eindelijk gewoon gedaan. En man, dat ding ligt goed! Had ik dus echt al veel eerder moeten doen.

paarsezetel

Daarna heb ik mijn fiets in de koffer gestoken, en ben ik naar Resto Rood gereden, om daar te twunchen met een aantal. Het was zalig weer, en ik ben met Pletski terug naar ’t stad gereden, met de fiets. Ik had namelijk nog steeds geen kleren voor Wolfs communie, en wilde ’t ventje niet in schaamte doen vallen. Vallery had me een bepaalde winkel, Steps/Didi in de Veldstraat aangeraden. Vroeger kon ik daar niks gaan doen omdat ze maar tot maat 44 gaan, maar nu viel het te overwegen. En jawel, een supervriendelijke en behulpzame verkoopster bracht me een aantal suggesties, en ik heb een prachtexemplaartje uitgekozen. Alleen was de 42 net te nipt, en hadden ze geen 44 meer. Ze gingen er eentje uit Leuven meebrengen voor me. En ik heb er een mooi kort zwart vestje in breikant bij gekozen 🙂 Ik ben benieuwd, maar het is echt mijn goesting nu 🙂 En dat in de eerste winkel waar ik ben binnengewaaid!

Ik moest ook nog wat zomerbroeken hebben, en een paar shorts/bermuda’s voor Wolf, dus richting de H&M. Helaas geen geschikte broeken voor mezelf gevonden, maar wel:
– wit jurkje voor Merel, voor haar doop

doopkleedje
– rode jeans voor Bart
– rode polo voor Bart
– drie bermuda’s voor Wolf
– 5 paar kousen met maffe beesten voor Wolf
– een wit Tshirt voor Wolf
Alles samen goed voor 93,60 euro, niet slecht dus.

Broeken vind ik eigenlijk altijd wel in de C&A, dus daarheen. Niet alleen twee broeken gevonden (een zwarte en een beige), bij het aanschuiven aan de kassa meteen ook een nieuw uurwerk en een armband gekocht, als cadeautje voor mezelf. Prijskaartje in totaal: net geen 70 euro.

uurwerk

armband

Daarna moest ik weer richting Sleepstraat fietsen, door de Lange Munt. Daar passeerde ik langs kinderwinkel Folieke, die er blijkbaar mee stopt en volledig aan het uitverkopen was. Ik kon het niet laten, en heb het volgende mee:
– een korte jeansbroek voor Merel deze zomer (van 25 naar 5 euro)
– een topje voor haar volgend jaar (van 10,95 naar 1 euro)
– een chique bermuda voor Wolf (26 naar 5)
– een grijs kleedje voor Merel volgend jaar (van 27 euro naar 16)
Een totaal van 27 euro voor vier knappe stuks, ook niet slecht dus.

Folieke

Ook nog: twee paar rode schoenveters, rode schoensmeer.

Intussen was er via de post ook al een en ander toegekomen, trouwens.

– Dr. Who Tshirt (ThinkGeek)
– zwarte broek voor Bart (La Redoute)
– zwart badpak (La Redoute)

In ieder geval was het een vruchtbare dag, ik heb meteen alles wat ik moest hebben: outfit voor mezelf, extra broeken voor Wolf, en wat leuke dingen links en rechts.

Ik heb nog een koffie gedronken in de Barista aan de Zuivelbrug (waar Pletski me op gewezen had, ik wist die niet zijn), en ben daarna vrolijk naar huis gefietst. Zalig dagje!

zuivelbrug

Werken!

Hehe, het hangt er maar vanaf wat je werken noemt! Vandaag was namelijk een zalige, luilekkere dag.

Waarom ben ik een dag voor de paasvakantie herbegonnen? Wel, het is misschien niet altijd even eerlijk, maar zo wordt het spel gespeeld: als ik vandaag terug in dienst gemeld word (yup, zo heet dat), dan krijg ik mijn loon terug vanaf vandaag, ongeacht de vakantie. Mijn ouderschapsverlof loopt volgende week af, en anders zit daar nog een ander stelsel tussen, wat een hoop administratief gedoe oplevert.

Het is overigens GWP-week (Geïntegreerde WerkPeriode) ofte projectweek. Eerstes en zesdes zijn een week weg met overnachting, de anderen hebben een week lang activiteiten. Voor de vijfdes draait het rond fotografie, de vierdes doen iets met sport. Ook de derdes zijn sportief bezig, maar op een ludiekere manier. Vandaag hadden zij LowLandgames, georganiseerd en gemonitord door een externe firma. Wij als leerkrachten moesten voor het toezicht zorgen, maar zelf niet actief organiseren. We zaten dus een hele dag in het park en op het speelveld naast de school. Ik had een zeiltje mee om op te zitten, en een grote kan koffie met een paar kopjes (inside joke met een collega). Ik heb boogschieten geprobeerd, heb met krachtballen staan gooien, heb mijn ziel uit mijn lijf staan supporteren bij een parcoursloop, mij een breuk (figuurlijk, gelukkig) getrokken bij het touwtrekken, en ongelofelijk genoten van het prachtige weer. Ik ben zelfs helemaal lichtjes verbrand, een voorwaarde om te kunnen bruinen bij mij 🙂

Oh, en een piepjonge collega keek me zeer verbaasd aan toen ik verklaarde dat ik al zeventien jaar ervaring had in GWPs en daarom dat zeiltje bij had: “Huh? Gij geeft toch nog geen zeventien jaar les? Dat kan toch niet?” Ze had me begin de dertig geschat, vandaar. Mijn dag meteen weer goed 🙂

En Merel? Die had, toen ik haar deze morgen aan Cindy gaf, breeduit gelachen, en met verbazing gekeken naar het speelgeweld rondom zich. Vrij snel sliep ze, ze had ’s middags deftig haar fles gedronken, dan een half uur ontroostbaar gehuild, maar daarna toch weer rustig zitten kijken en spelen. Al bij al een succes dus.  Oef.

En dan ga ik nu genieten van mijn vakantie :-p

Project

Nu de kamer van Mereltje in orde staat, heb ik weer een nieuw project nodig. Met dat kleine handenbindertje van me kan ik niet veel doen, maar als Bart thuis is, scheelt dat toch weer.

Ik ben dus begonnen aan de zolder. Onze zolder is een échte zolder: koud, stikdonker, vuil en stoffig. En vooral volgestapeld met rommel, oude cursussen, en vooral dozen. Véél dozen. Van alle mogelijke apparaten die een garantie hebben van twee jaar, en waarvan je dus de verpakking dient bij te houden. Alleen geraakt die doos dan wel op zolder, maar nooit meer weg. Zodoende heb ik net een doos de trap afgekegeld van een oude Alienware laptop uit 1995. Jawel. Goed bezig dus.

Ik weet weer wat gedaan de komende weken. Te beginnen met bijkomend licht te installeren, want ik zie daar dus echt geen knijt met zo één klein spaarlampje.

Latijnse jongerendag

Toen het NKV Oost-Vlaanderen (Nederlands Klassiek Verbond) in september aankondigde dat ze een jongerendag gingen houden, waren mijn collega Lucie en ik er als de kippen bij om ons in te schrijven, samen met alle zesdes en de vijfde Latijn-Grieks.

Deze morgen heb ik dan om half negen Merel in mijn auto gehesen, en ben op hoop van zegen naar de Blandijnberg getrokken. Officieel ben ik uiteraard nog altijd in ouderschapsverlof, maar dit wilde ik echt niet missen. Alles hing afhangen van Mereltje natuurlijk.

De eerste lezing van de dag was er eentje van Patrick De Rynck, notoir Oudheidkenner, en schitterend schrijver. Zijn lezing over Humor in de Oudheid was af en toe een beetje academisch, maar zeer te pruimen. En ik kan er u bij vertellen dat de stoeltjes in een auditorium niet ideaal zijn om een baby te voeden, maar dat dat eigenlijk nog best lukt.

Na een korte pauze, waarin Merel onbedaarlijk beginnen brullen is, werd onze groep toegewezen aan een ‘workshop’ over Obama en de theorie van de retoriek. Zeer interessant, en rechtstreeks aansluitend op wat ik in de les vertel. Helaas was Merel nog steeds aan het brullen, zodat ik het eerste deel gemist heb en rustig in ons aller seminarie van Latijnse Letterkunde heb gezeten. Ooh, the memories! Zelfs olfactorisch!
Daarna kwam er een ‘workshop’ over numismatiek. Helaas zag die mens het workshopaspect niet zitten met 35 man, en is het een lezing geworden. Interessant, dat wel, maar twintig minuten langer dan gepland, in een stoffig en warm seminarie, zodat de leerlingen (en ikzelf) ongedurig werden, en ik Merel nog eens moeten voeden heb.

In de middagpauze waren er broodjes voorzien en lag Merel netjes te slapen, in de daaropvolgende lezing over Gladiatoren in de film was ze echter weer wakker, begon ze te wriemelen en uiteindelijk te huilen. Dat, gecombineerd met het feit dat mijn rug het aan het begeven was, deed me besluiten naar huis te rijden. Het was welletjes geweest. Ik heb nog even genoten van het zalige weer, ben dan de jongens gaan halen, en ’s avonds ben ik grandioos in slaap gevallen in de zetel.

Niks meer gewoon, zeker?

Woensdag

Vandaag naar Eeklo gereden, op halfjaarlijkse controle bij de oogarts. Merel was nog diep aan het slapen, en ik heb haar wakker moeten maken om haar te verversen, in de maxicosi te leggen en te vertrekken. In de auto lag ze netjes rond te kijken, maar bij de dokter besloot ze dat het etenstijd was, en dat ze absoluut geen zin had om te wachten.
Ik heb haar na de consultatie – alles in orde, trouwens – dan maar in de wachtzaal eten gegeven, kwestie van het gebrul te stoppen.

omoesmile

Daarna ben ik naar mijn oma gereden, heb daar een dik half uur fijn gekletst, ben nog even binnengesprongen bij mijn ouders (ik passeerde op 100 m van hun deur), heb de baby geshowd op het kantoor van mijn broer, ben naar de Suprabazar gereden om cadeautjes, en daarna naar huis gesprint. Net op tijd voor de jongens die van school kwamen. Viskroketjes gebakken (je had hun verlekkerde gezichtjes moeten zien), cadeautje ingepakt, mezelf en de kinderen ingepakt, en een paar straten verderop Wolf naar een verjaardagsfeestje gebracht. Mooi meegenomen: Kobe mocht ook blijven! En nee, daar was geen voorbedachten rade in het spel, ik wist niet dat Ralph een jonger broertje had, en ik kon Kobe toch moeilijk thuis laten? Weer naar huis gewandeld (met een paar perikelen met een sleutel die op geen van beide deuren paste, geen idee waar die dan wel van is), her en der blijven kletsen, baby gevoed, kinderen opnieuw opgehaald, en toen was plots de dag al voorbij. Môh!

En ik was moe! Nog meer môh! Of toch niet?

tToneel speelt KAMping

KAMping[+]

(Deze post werd origineel geschreven voor en gepubliceerd op Gentblogt)

Het mag dan misschien voor de meeste leerlingen een luilekkere kerstvakantie geweest zijn, voor 38 leerlingen van het Koninklijk Atheneum Mariakerke (mijn school!) betekenden de voorbije weken vooral hard werken en veel repeteren. Het toneelgezelschap tToneel heeft de voorbije jaren namelijk een reputatie opgebouwd, en hun negende productie, onder leiding van regisseur Lien Maes, kan en mag uiteraard dat niveau niet laten zakken. Het unieke aan het ganse project is dat het openstaat voor iedereen, en door de leerlingen zelf wordt opgebouwd doorheen het schooljaar. Er worden geen audities gehouden: iedereen, ongeacht jaar en richting, is welkom.

Waarover gaat het stuk dan wel? De KAMping is een kleine familiezaak waar een vijftal families jaar na jaar hun vakantie komen doorbrengen. Op een gegeven moment wordt de kleine camping overgenomen door een keten en dan gaat alles fout. Er komen plots toeristen naar hún camping en die kennen tot overmaat van ramp geen Nederlands.

Ze besluiten dan maar allemaal om hun vakantie in de winter door te brengen, zo hebben ze eindelijk weer rust.

Maar … dan komt er een bus met “mongolen” toe …

Het stuk wordt op 5 locaties gespeeld: buiten, in een bus en er staat een caravan in de refter …

Heeft het voorgaande je nieuwsgierigheid geprikkeld, kom dan op zondag 16 januari (15 u.) naar het Koninklijk Atheneum Mariakerke, Amand Casier de ter Bekenlaan 26 in Mariakerke. Kaarten kosten € 6 en kunnen besteld worden op 0478/83.11.56.

Er zijn ook voorstellingen op vrijdag 14 januari en zaterdag 15 januari (telkens om 20 u.), maar die zijn intussen uitverkocht.

Kinderkamer

Nee, de kinderkamer voor ons meisje is nog helemaal niet klaar. Ik had dat gepland in de zomervakantie, maar toen voelde ik me zo vreselijk slecht dat dat helemaal niet lukte. En eigenlijk zit er geen haast achter: de eerste zes maanden slaapt ze toch bij ons op de kamer.

Ze krijgt haar eigen kamer, aangezien de twee jongens samen op één grote kamer slapen. Later passen we eventueel de “loft” boven wel aan, als er vraag is naar elk een eigen kamer. Maar voorlopig kan het dus wel. In juli had ik al een grote bijkomende kast gekocht in de Ikea, en die was begin augustus zelfs al geïnstalleerd op onze eigen slaapkamer, met de nodige moeite weliswaar. Zij heeft dus nu een grote dubbele kleerkast ter harer beschikking, die intussen al vol staat met dozen kleding die ik links en rechts gekregen heb. Massa’s.

Die kamer was vroeger de logeerkamer, en het grote logeerbed blijft er voorlopig staan, er is plaats genoeg. In 2004 hebben mijn ma en ik ze feloranje geschilderd, met Indische accenten, omdat de zon er nooit rechtstreeks inzit. Toen zag ze er zo uit.

Logeerkamer bed

Iets later is dan Wolf naar daar verhuisd, en dacht ik dat een tweede kind nooit ging lukken, zodat de grootste kamer vrij neutraal is geschilderd, en ik daar wellicht een bureau ging maken.

Toen Kobe dan geboren werd in 2007, zijn ze samen naar die grote kamer verhuisd, en werd de oranje kamer weer een volbloed logeer- en rommelkamer, waar ook onze grote kleerkast stond. Tot nu dus.

De kast blijft, het grote bed blijft (nog zo gemakkelijk voor als ze lastig is, dan kan ik daar gaan slapen met haar), maar alles wordt wel herschilderd. Ik heb nog massa’s quasi witte verf van in de living staan (ze moeten zich daar toch ergens misrekend hebben), en ik heb die gisteren allemaal boven gehaald. De hele kamer wordt dus wit, behalve één paarse muur, en op de grootste muur komt de tekening van haar geboortekaartje, ook in paarstinten. Verder zie ik dan nog wel hoe ik de rest zal aankleden.

En is het deze week niet klaar, dan is het voor na de geboorte. Tijd genoeg.

School

Gisteren ben ik even langs school geweest: ik had nog toetsen liggen van de vijfdes die ik moest teruggeven. Ik had mijn komst vergeten aankondigen, en natuurlijk hadden ze net toets, een onverwachte, waarbij ze nogal aan het tegensputteren waren.

Ik heb ze meteen de mond gesnoerd, en de toets in alle rust laten doorgaan, terwijl ik snel wat vocabulariumtoetsjes verbeterde. Eigenlijk heb ik zonder meer de les overgenomen, ik hoop dat Jan het me niet kwalijk neemt.

Maar het deed me eens te meer beseffen hoe hard ik het lesgeven mis. Ik heb maar met moeite de deur weer achter me toegetrokken…

Latijn en Grieks

Stoom kwam uit mijn oren, vorige week, toen ik zonder meer ongenuanceerd in de krant las dat je meer slaagkansen hebt aan ’t unief als je uit het katholieke net komt, dan als je uit het GO! (Gemeenschapsonderwijs) komt. Tsja, zo kan ik het ook: als konijn heb je meer kans om geschoten te worden in november in de polders, dan in mei in een hokje in een stadstuin. Serieus?

Het GO! heeft nu eenmaal meer leerlingen uit sociaal armere milieu’s, en het katholieke net telt meer ASOscholen, en dan is het niet moeilijk natuurlijk. Als je echter rekening houdt met achtergrond en het type school, zijn er quasi geen verschillen meer qua slaagkans. Dat ze dát eens in de krant zetten, zeg!

Soit, er kwam een artikel binnen in de interne krant van het GO!, en dat wil ik jullie niet onthouden.

Latijn en Grieks horen zéker thuis in het GO!

01/10/2010

Naar aanleiding van een artikel in De Standaard van maandag 27 september 2010 schreef het GO! een reactie onder de titel Slaagkansen in het hoger onderwijs. Zijn Latijn en Grieks de ingrediënten voor succes?. Nogal wat leerkrachten Latijn en Grieks lazen hierin de voorbode voor de afschaffing van hun vak. Dat is begrijpelijk en siert hen ook in hun liefde voor de vakken, maar is niet nodig.

De tekst is een reactie op een artikel in de Standaard waarin de resultaten van een studie van Vives voorgesteld werden. In de Standaard en in de studie ‘vergeten’ de auteurs de link te leggen tussen slaagkansen in het hoger onderwijs en de sociale achtergrond van de student. Ze koppelen er de slaagkansen aan het feit of leerlingen al dan niet een afdeling met Grieks en Latijn hebben gevolgd.

Het GO! meende hierop te moeten reageren door een pleidooi te houden voor een echte democratisering van het onderwijs.

We kunnen niet ontkennen dat er slechts weinig kansarmen doorstromen naar studierichtingen met Latijn of Grieks. Dit betekent niet dat Latijn of Grieks moet afgeschaft worden, maar wel dat we er moeten voor zorgen dat er een grotere sociale mix komt in deze studierichtingen. Dat betekent ook dat er nog werk aan de winkel is want dat de onzichtbare sociale barrière, die heel wat leerlingen weerhoudt om naar Latijn (en trouwens ook andere als elitair opgevatte studierichtingen) door te stromen, moet verdwijnen. Het GO! is dus geenszins van plan deze vakken op te geven.

Integendeel. We moeten er precies alles aan doen om ook deze vakken die bij sommige groepen van de bevolking blijkbaar moeilijker liggen te leren kennen. De culturele waarde van deze twee talen en de culturen die ermee samenhangen voor de Europese ziel is zo groot dat we die net aan zo veel mogelijk leerlingen moeten kunnen overbrengen.

Maar dat zal wellicht toch ook een creatieve aanpak vergen, want de sociale barrières die er lijken te zijn rond deze vakken kunnen we niet negeren. Het is zo’n beetje als met klassieke muziek. Die wordt ook vaak als voor slechts een kleine klasse gezien en toch is het op een radiozender als Klara, in bibliotheken overal in het land en in cd-winkels gratis of in het andere geval bijzonder goedkoop te verkrijgen. We zitten dus met een vooroordeel dat we moeten zien weg te werken. En dat is net de uitdaging van het GO! dat zich als net als geen ander steeds heeft ingezet voor het kwetsbare.

Wie suggesties heeft kan die mailen naar Luc Vernaillen (luc.vernaillen@g-o.be), pedagogisch adviseur voor deze vakken voor het GO!

Beslissing

Ik heb lang getwijfeld, heb een half uur (minder lukt toch niet) aan telefoon gehangen met mijn ma, heb uitvoerig alles doorgesproken met Bart, en heb eindelijk een beslissing genomen: dit is mijn laatste week werk, ik stop ermee. Enfin, toch voor de komende zes maanden, zeker niet definitief!

Ik ben nu bijna 35 weken zwanger, en als het kleintje geboren wordt op 37 weken (zoals haar broers), dan heb ik nog een goeie twee weken te gaan.

Ik heb alle voor- en nadelen eens op een rijtje gezet:

PRO:

– ik kan perfect stoppen: 15 weken zwangerschapsverlof en drie maanden ouderschapsverlof, dan kom ik netjes uit in de paasvakantie, en het plan was toch om daarna te herbeginnen
– financieel kan het. Elke week dat ik langer werk is een week meer loon, maar dat is eigenlijk het punt niet
– ik ga eindelijk kunnen slapen. Ik sleep me voort: ofwel presteer ik op school en ben ik thuis geen klop meer waard, ofwel zorg ik gedegen voor de kinderen en speel met hen, en dan lukt het op school niet zoals het moet. En ik wil slapen. Vooral slapen.
– het is beter voor de baby, als mama uitgeslapen is en geen stress meer heeft
– mijn vervanger staat klaar, heeft alles al voorbereid, en ziet het helemaal zitten
– ik ga eindelijk mijn huishouden weer op de rails krijgen, en uit ervaring weet ik dat dat de eerste weken met een kersverse baby ook niet zo goed lukt, dus het is beter dat alles in orde is voor de bevalling
– misschien ga ik zelfs de tijd en energie vinden om de kinderkamer te schilderen en zo
– minder druk op Barts schouders, die het nu razend druk heeft (om tijd vrij te houden voor de tweede helft van oktober en zo) en daarnaast ook mij een beetje wil helpen en wil ontzien

CONTRA:

– ik wil mijn leerlingen eigenlijk niet uit handen geven. Nu nog niet. Maar zoals mijn ma zegt: of dat ge ze nu een week vroeger of later afgeeft, ge gaat ze toch moeten loslaten. En gelijk heeft ze, natuurlijk. Maar toch. Ergens vind ik het opgeven van mezelf.

Geef toe, veel contra’s zijn er niet, maar die ene telt wel. Telt zelfs serieus door.

Maar dinsdag zat ik erdoor. Maandag was ik ook al niet gaan werken omdat het echt niet ging, en heb ik geslapen tot half twaalf. En dinsdag voelde ik me wel beter, maar kon ik mezelf niet meer oppeppen. En dus, na veel getel en getwijfel en de nodige gesprekken heb ik de knoop doorgehakt. Maandag begint Jan.

En wil je geloven dat het toch een pak van mijn hart is?

Stom he.