Vortex V: Omen meets Aether

Deze morgen ben ik rond half negen aangezet met Wolf en Zeno in de auto, richting Limburg: Vortex! Ik had opnieuw de rol van de vorige keer, maar dan niet het seniele oude besje, maar meteen de serieus krachtige en machtsgeile heks van dienst.

Wolf zat in een andere groep, en liet zich quasi meteen inlijven bij een bende Russen uit 1914. Jawel. Enfin, ik heb me goed geamuseerd, en Wolf vond het zijn beste larp tot nogtoe. Als die rug van hem nu maar wat beter was geweest…

Yanick Maes over Martha Nussbaum over Seneca

Eigenlijk ga ik toch wel best vaak naar lezingen, nee? Als ik dat zo hoor…

Enfin, gisteren contacteerde een van mijn allerprilste oudleerlingen me, Esther. Ze zat bij mij in het vierde toen ik net begon les te geven, en we zijn eigenlijk altijd zo’n beetje contact blijven houden. Nu was het een tijdje geleden dat ik haar nog gezien had, en ik had ook al zitten denken dat we nog eens moesten afspreken. Zij heeft ook klassieke gedaan destijds, maar werkt al sinds jaar en dag op het rectoraat, een uitdagende job.

En aangezien zij op de UGent zelf werkt, heeft ze ook meer zicht op alle mogelijke activiteiten. Zo had ik niet gezien dat de Taal- en Letterkunde opnieuw een reeks lezingen organiseerde, deze keer niet over Great Books, Great Plays of Great Poems (waar ik ook nog naartoe ben geweest) maar over Great Critics. Een klasgenoot van me aan ’t unief, Yanick Maes, is docent Latijn tegenwoordig, en besprak met verve de bekende critica Martha Nussbaum en wat zij geschreven heeft over Seneca.

Het werd een loodzwaar, maar zeer interessant uur. Het heeft er vooral voor gezorgd dat ik eigenlijk wel eens iets van Martha Nussbaum wil lezen, ja. Interessant mens, al kan ik me voorstellen dat sommige van haar stellingen best controversieel kunnen zijn.

De grond van haar pleidooi en haar visie op Seneca is dat de taal die hij hanteert, onlosmakelijk verbonden is met zijn onderwerp. Dat hij een personage als Medea nooit had kunnen beschrijven in een ander register. Yanick haalde er overigens een aantal prachtige citaten uit, die ik zowaar gefotografeerd heb om ze te kunnen onthouden.

De literaire taal en de complexe dialogische structuur activeren de totaliteit van de geest van de gesprekspartner (en de lezer) op een manier die onmogelijk is voor een nuchter en abstract proza-tractaat.

Volgens Nussbaum is net het taalregister en de vorm van het toneelstuk bepalend voor Seneca’s filosofische en morele invloed.

Literatuur ontwikkelt de spieren van de verbeelding en stelt mensen in staat om toe te treden tot de wereld van een andere persoon en om de betekenis van de gebeurtenissen in dat leven als buitenstaander te aanschouwen.

Nodeloos te zeggen dat ze meer dan een lans breekt voor literatuur. Literatuur zou een prominente plaats moeten innemen in elke opleiding, volgens haar. Ik volg haar wel, ja.

Emoties zijn inschattingen of waardeoordelen, die groot belang voor iemands welzijn toeschrijven aan dingen en personen die de desbetreffende persoon niet kan beheersen.

Seneca mag in se dan wel een boegbeeld van het Stoïcisme zijn, hij pleit er niet voor om alle emoties achterwege te laten, wel integendeel. Het is net in het beheersen van emoties dat je je een meester moet tonen. Emoties zoals woede of wraak – zoals in de Medea – zijn net een berekende reactie op bepaalde gebeurtenissen. Je mag de allereerste reactie op een gebeurtenis niet meerekenen, maar zodra die eerste schok is bekoeld, zijn emoties weloverwogen, zij het misschien niet altijd even welbewust. Die emoties worden aangestuurd door de ratio.

Enfin, zoals gezegd was het een zware boterham, die Esther en ik daarna gingen doorspoelen op het terras van de Backstage. Ook dat werd een zwaar gesprek, zij het van een totaal andere orde. Ik genoot, daar op dat terras, in een zalig weertje, met fijn gezelschap, na fijne hersengymnastiek.

Meer moet dat soms echt niet zijn.

Buitendagje

De rug begon niet echt veelbelovend, maar ik vond hem goed genoeg om de gemaakte plannen uit te voeren: een fotoshoot voor Merels communie. Het begint stilaan tijd te worden, nog twee weken en het is zo ver…

Ik ben zeker geen professioneel fotograaf, maar de foto’s op zich zijn wel goed gelukt, denk ik. Mijn belichting kon soms wel wat beter, maar bon, ze zijn perfect bruikbaar, mede dankzij Michel die even de kleuren wat beter zette. Dikke merci!

We waren maar na de middag terug thuis, en dus werd het McDonalds als middageten. Ik hoorde totààl geen protest bij de kinderen :-p

Nog wat later gooide ik Kobe af bij de muziekles en ging ik zelf op tafel bij de kinesist liggen. De rug is er nog niet, maar eigenlijk heb ik weinig last gehad. Hij was in elk geval goed genoeg om ’s avonds Kobe op de rugby af te zetten, en met Wolf en Merel een fijne wandeling en picknick te maken.

Ongelofelijk hoeveel lol die twee samen kunnen maken, en welke slappe lach ze allebei kunnen krijgen…

Stilte. Oef.

Terwijl de jongens hier al zaten te gamen, hees Merel zich in scoutsuniform, nam haar rugzakje mee, en ik voerde haar naar het station, want ze ging net op groepstocht. Dat is met alle geledingen, van 6 tot 26 (of zoiets) naar dezelfde bestemming. Wolfs feestje lag al vast toen we hoorden dat het groepstocht was, want anders hadden we een andere dag gekozen. Het was de bedoeling dat ook Kobe meeging, maar die had te weinig geslapen en blijkbaar ook te veel chips gefret de avond voordien, en voelde zich misselijk. Hij is dan ook weer in zijn bed gekropen.

Enfin, Merel ging dus naar Oostende, zwemmen in het subtropisch zwembad daar, en een duinenspel in de namiddag.

En hier thuis werden om elf uur de jongens opgehaald, en daalde de stilte neder. Oef. Ik geef het eerlijk toe, ik was bijna zot.

Merel had een prachtige dag, maar begon te huilen toen ze me zag aan het station: haar voeten deden zo’n pijn, en aan haar ene hiel was er inderdaad een grote blaar. Maar zodra ze op mijn rug zat, was ze alweer aan het lachen. Gelukkig maar.

Zo’n zondag, ne mens zou dat gewoon kunnen worden…

Blaarmeersen, of het gebrek eraan.

Andere jaren had ik tegen april al massa’s foto’s getrokken van prachtige zonsondergangen boven de Blaarmeersen. Maar dit jaar, doordat Wolf nog steeds geen rugby mag spelen, is het er eigenlijk nog zelden van gekomen om te gaan wandelen aan de Blaarmeersen. Kobe kan meerijden met vriendjes uit de straat, en met mijn voet is het niet altijd even opportuun om dan nog te gaan rondlopen. En nu met de uursverandering zal de zon nog niet onder zijn tegen dat we alweer huiswaarts vertrekken.

Mja.

Vandaag wilde ik Kobe wel zelf gaan afzetten, want a) het is mooi weer b) Wolf kan dan even bij zijn ploeg langsgaan om uit te leggen waarom hij zo lang afwezig is, en c) de geocache die we daar hebben weggestoken, is nog maar eens verdwenen.

Enfin, dat deden we dus, en het deed deugd, jawel.

Cachetocht in Belzele

Ongelofelijk mooi weer, geen scouts, een Wolf die zich verveelde, en ik die niet stil kan zitten? Ideaal om te gaan geocachen dus.

Er lag een rondje van 12 korte multi’s met bonus in Evergem-Belzele dat al lang mijn ogen uitstak, en dus reden Wolf en ik naar de grote Westbekesluis hier wat verderop, en begonnen te wandelen. Naast de Ringvaart (en de R4) loopt de Oude Kale, en daarnaast ligt een wandelpad. En dààrnaast ligt een groot veld zonnepanelen, tot onze grote verbazing. Nog nooit gezien!

Enfin, we wandelden een eindje langs daar, en trokken toen de velden in. En warm! De combinatie van de zon, de afwezigheid van wind en het stappen zorgde ervoor dat ik eigenlijk al vrij snel in mijn hemdje liep: veels te warm!

We cachten vrolijk verder, liepen een woonwijk binnen, en stelden vast dat er blijkbaar zelfs aparte borden en drempels bestaan voor tractoren. En ik stelde ook vast dat Wolfs rug blijkbaar helemaal nog niet in orde is. Ik had het gevoel dat het iets verbeterd was, maar niet dus.

We sloegen alweer een landweg in, kwamen in een andere woonwijk uit, en draaiden stilletjesaan terug naar de auto. Ik merkte aan Wolf dat die vijf kilometer (over bijna drie uur, dat zoeken naar die caches duurt vaak lang) toch te veel van het goede was geweest voor zijn rug.

De bonus zal voor een andere keer zijn, maar ik heb er intens van genoten, van die eerste lentedag met mijn oudste zoon. Bedankt, Wolf!

Valentijnsdiner

Ook al proef ik niks, Bart had een paar dagen geleden toch een restaurant geboekt voor gisterenavond. Hoop doet leven, nietwaar? Maar helaas, het mocht niet zijn. Gelukkig waren presentatie en texturen ook succulent, net zoals het gezelschap, dus ja, ik had een fijne avond.

In de loop van de dag postte Bart het volgende:

menu

Wist ik veel dat hij daarmee eigenlijk de menu van de Koe-vert bedoelde.

Het aperitief was dus de “Temptation apero”, maar toen ze zonder iets te vragen met alcohol kwam aanzetten, heb ik die toch beleefd geweigerd. In de plaats kreeg ik een aperitief op basis van pompelmoessap, iets wat je me in andere omstandigheden absoluut niet kan doen drinken. Maar aangezien ik toch niks proefde, gaf het voor deze ene keer eigenlijk niet.

Een eerste hapje was de “Amuse Hot-thai”, ofte een nobashi met gele curry en kokos.

IMG_2468

De “Ménage à trois” bestond uit een open lasagne – love fish – zeegroenten – grijze garnaal, en was echt bijzonder lekker. Enfin ja, ge snapt wat ik bedoel.

IMG_2469

Van de “quickie” heb ik geen foto’s: dat was een bolletje sorbet van bloedsinaasappel overgoten met wodka.

Het hoofdgerecht daarentegen, dat was ook weer fotowaardig: rundstournedos, gamba’s à la plancha, zwammen en pommes pont neuf, onder de naam “you and me”.

IMG_2470

En het dessert, het “orgasm”, was eigenlijk ook wel de moeite, ja: papaverijs, frambozencoulis, chocolademousse, Baileyscrème, en verbena.

IMG_2471

De “Sweet dreams”, onder de vorm van een latte macchiato met vanille en kaneel hebben we afgeslagen: ik slaap er niet van, en ik smaakte het toch niet.

Maar ja, het was wél de moeite, en dat had ik niet verwacht van de Koe-vert, hier in Wondelgem.

Een aanrader dus.