Tot vorig jaar hadden we van die introductielesjes van 35 minuten: de leerlingen van het zesde studiejaar van onze eigen basisschool en die van eentje wat verderop kwamen dan een voormiddag meevolgen: Latijn, Engels, wetenschappen, techniek. Of soms ook andere vakken, dat kan al eens wisselen.
Dit jaar heeft de directie ervoor geopteerd om hen meteen een volledige dag te laten meelopen: het eerste uur een korte rondleiding en wat uitleg, en dan gewoon zes uur les, in het ritme van een gewone schooldag. Dat betekent ook een pak meer collega’s die ingeschakeld moeten worden, en volledige klassen in de studie.
Gelukkig hebben wij al jaren een degelijk uitgewerkte les waarmee we makkelijk een volledig lesuur kunnen vullen, en zowel Lucie als ik zijn daarmee vertrouwd. Ook Sam vond het meer dan werkbaar, en dus heeft hij vorige donderdag al lesjes gegeven, net zoals ik. Ik had het vandaag ook nog eens zitten, het lesuur voordat ik zelf moest lesgeven. Ik verloor dus gelukkig geen lesuren, maar wel een pak energie. Je wil die leerlingen warm maken natuurlijk, maar tegelijk zit er een aantal kinderen tussen dat hoegenaamd geen interesse heeft in Latijn, dat zelfs naar een 1B gaat. Ook die leerlingen mogen in dit lesje niet afhaken, als ik geen negatieve sfeer wil creëren. En dus gaat daar gigantisch veel energie naartoe. Tsja.
Maar het loont gelukkig wel, oef.