Boeken toe

Toch voor een weekend. Een weekend zonder computer, GSM of andere techniek, ondergedompeld in een wereld vol ridders, elfen, orken, vuurelementalen. Waar je grootste zorg is of je overnachting en eten kan vinden, je maliënkolder kan laten herstellen, en of je genoeg geld hebt om een nieuw schild te kopen want het vorige is aan splinters geslagen.

Dat soort onzin dus, en ik geniet er ongelofelijk har van, van dit onwereldse escapisme voor een weekend.

Film

Dan krijg je plots het verzoek van een oudleerling die nu op het Rits zit, of hij me soms een dagje mag komen filmen. Niet voor uitzenden, gewoon als project voor school. Een soort human interest reportage, waarbij hij iemand in zijn gewone doen en laten laat zien, en dan bij het uitoefenen van een hobby.

Tsja, weinig hobbies zijn zo fotogeniek, kleurrijk en spreken zo tot de verbeelding als larp. En dus stond Kamiel deze middag om half twee aan mijn lokaal om een les te filmen (gegeven door mijn stagiair, die net dan ook controle van ’t unief had, oh Murphy), om me daarna te volgen naar huis, te zien hoe ik alles bijeengraaide van gerief, en dan te komen filmen in Mol, op de Poort.

Tsja. Ik weet dat het niet voor uitzending bestemd is (of ik had nooit toegezegd), maar ik hoop dat ik het toch te zien krijg.

Lord of the Rings outfits

Nu ja, min of meer toch.

Elk jaar maken de zesdejaars Humane Wetenschappen bij ons op school het jaarboek. Er komen, naast een hoop artikels, verslagen en foto’s, ook klasfoto’s in, telkens in een welbepaald thema. Dit jaar hebben ze gekozen voor films, en blijkbaar had de Latijn-Griekse als thema Lord of the Rings geloot. Begin dan maar eens voor vijf man (ja, ze zijn niet met veel) zoiets te vinden. Gelukkig hadden ze eraan gedacht dat een van hun leerkrachten larp speelde, en hadden ze dus gevraagd of ze van mij wat mochten lenen. Ik heb ze maar meteen bij me thuis doen komen om uit te kiezen.

De jongens waren niet mee, het waren enkel de drie meisjes (die trouwens beleefd het secretariaat hadden laten bellen om te vragen of het wel ok was, zo ziek en al. Van mij mochten ze, ik kon me dat uurtje wel rechthouden). Die keken zo ongeveer hun ogen uit: ze hadden gerekend op een vestje en een Tshirtje of zo, niet op complete outfits. Een van de dames was een vrouwelijke ridder, compleet met touwmaliën en zwaard en schild, een andere was a tavern wench, een echt hobbitvrouwtje eigenlijk, en de derde kreeg een elfen/jagerskostuum aangemeten. Voor de ene gast heb ik een tovenaarsoutfit meegegeven, en voor de ander wat generisch bontgedoe.

Ik ben benieuwd naar de uiteindelijke foto. En het verwondert me eigenlijk dat de klas die Gladiator heeft als thema, nog niet bij mij is gekomen…

En toen was ik weer thuis. Moe (al valt het me op dat ik de laatste tijd weer beter tegen die nachten van een paar uur kan), vuil, en tevreden. Met een volledig uitgewaaid hoofd, en daar had ik nu echt behoefte aan, na die laatste drukke weken in de aanloop naar de examens.

Voor Gork was een exit voorzien, maar die is om een of andere reden niet uitgespeeld. Tsja, het zij zo. Ik zit nu toch al volledig in dat nieuwe karakter, en dat bevalt me best. Ja, het is wennen, zo niet meer behoorlijk wat klappen kunnen incasseren, of zelf ook moeten vragen naar genezing. Maar het is best leuk, en opnieuw spannend.

En die drie leerlingen, die hebben zich blijkbaar ook best wel geamuseerd. Al vond ik het zalig dat een van hen zich excuseerde dat ze niet de tijd hadden gehad om zich te douchen. Ik trok een wenkbrauw op, waarop de ene verder expliceerde: “Ha ja, voor straks in de auto?”

Larp, het blijft toch een van mijn favoriete hobbies. En als straks de kinderen nog wat groter zijn en minder druk leggen op papa in het weekend, dan ben ik van plan om weer wat vaker te gaan spelen.

Afscheid

Zo voelt het wel, ja. Afscheid. Van een fictief personage.

Ik heb namelijk afscheid genomen van mijn vorige, en eigenlijk vrijwel enige larp-personage, Gork. Ik heb 24 weekends met haar overleefd, en als je rekent dat je ongeveer 2 weekends per jaar hebt, is dat twaalf jaar. Twaalf jaar lang af en toe in de huid van een ander personage kruipen.

Ze is aarzelend begonnen als vrouwelijke sjamaan in een groep van ongeveer 12 stoere mannen. Die eigenlijk die vrouwelijke intrusie niet zo direct zagen zitten. Tot bleek dat ik niet het poppemieke was waar ze voor vreesden, maar een volwaardig barbaar.

Ze is getrouwd met de clanleider, met een groots barbarenfeest. Ze heeft een drieling gekregen, waarvan eentje gestorven en begraven is, eentje bij demonen zit, en eentje bij een vaste groep barbaren. Ze heeft ettelijke rituelen uitgevoerd, werelden gered, broeders begraven, en dikke tranen gehuild bij alle verlies. Ze heeft haar man begraven, en heeft een paar jaar later een amant genomen. Die ze na een tijdje ook heeft mogen begraven. Ze heeft in de ijshel gezeten, drie keer in het voorportaal van de God van de Dood, in de onderwereld, in de vuurhel, in de meest bizarre omstandigheden. Ze heeft gecrosst voor haar leven, zich een weg doorheen vijanden gevochten, en vooral zowat alle andere spelers genezen en gered van de dood. Ze heeft vooral haar clan barbaren in leven gehouden, gebeden tot de spirits, en hen de oren van het hoofd gezaagd met verantwoordelijkheidszin. Die ze prompt naast zich neerlegden, overigens. Ze heeft cirkelmagiërs bespied, gediscussieerd met Grey Seers, demonen geambeteerd, draken aanschouwd, eieren rondgedragen, mysteries opgelost, sloten gekraakt…

Ach ja.

Voor wie niet in de larpwereld zit, zal dit wel bizar overkomen. Maar alle larpers zullen me begrijpen, als ik zeg dat ik haar wel zal missen, mijn grote sjamane.

Aan de andere kant is er nu Eleonora, een adellijke halfelf/krijger, aan het hoofd van een kleine clan Amazones, de Vossen. Ze moet nog groeien, maar ik merk nu al dat ze goed zit. En vooral: ze is Gork niet, en ergens doet dat ook wel deugd.

Vaarwel, Gork. Het is mooi geweest samen.