Elders

Een paar maanden geleden las ik een bijzonder goede bespreking van een nieuw restaurant op het Vanbeverenplein, hier vlakbij dus. Ook ons pa had het gelezen en had me er zelfs speciaal voor gebeld. Ik probeerde dus een reservatie te maken en dat lukte warempel, weliswaar drie maanden later, maar bon.

Nadat ik de meisjes had geschminkt voor hun Halloweentocht door de Lange Velden, reden Bart en ik dus per fiets naar het Vanbeverenplein, richting Elders.

Wel euh…

Laat me beginnen met te zeggen dat het eten echt wel lekker was:

Een vast menu, niet goedkoop maar ook niet overdreven, en een paar zeer lekkere combinaties.

Maar…

Daar eindigt ook een beetje onze positieve ervaring van de avond. Het begon al bij het binnenkomen: we kregen een tafeltje toegewezen, maar na een vijftal minuten vroeg ik om te mogen wisselen: we zaten ongeveer onder een box en de muziek stond echt gewoon luid, onaangenaam luid.

Het andere tafeltje was iets beter, maar nog niet echt oké. En dan begon de maaltijd: de hapjes kwamen in een vlot tempo, en toen viel het stil in de keuken. Oké, het restaurant zat vol, maar als je als team dat aantal couverts niet kan draaien, dan moet je ze verminderen. We waren er om half acht en het was na elven toen we buiten waren, en dan hadden we de koffie nog gewoon overgeslagen.

Maar vooral: het was er bijzonder, bijzonder luid: we konden eigenlijk geen gesprek met elkaar voeren, de muziek blèrde over alles heen en ik kreeg er koppijn van. Ik heb toen mijn iPhone bovengehaald met de decibelmeter, en ik weet dat die vrij correct is. Pas op, ik heb het op een drietal verschillende momenten gedaan omdat ik het zelf bijna niet kon geloven, maar het resultaat was elke keer hetzelfde:

Een gemiddelde van 95 dB, wat zelfs ronduit illegaal is want de bovengrens is 85 in een restaurant, en zelfs dat is heel erg luid.

Om eerlijk te zijn: we waren blij dat we weg konden en dat we ons hoofd even konden leegmaken op de fiets. Ik wist dat het een succesvol concept was – Bockie de Repper zat aan de toog – maar dit had ik niet verwacht.

De volgende keer gaan we – bad pun coming up – gewoon elders.

 

Netatmo

Sinds, goh, een dik jaar of zo, denk ik, hebben we hier een Netatmo.

Dat zijn eigenlijk twee sensors, eentje buiten en eentje binnen. De sensor binnen meet temperatuur, luchtvochtigheid, aantal decibels, en vooral ook het gehalte CO2. De sensor buiten heb ik onder de goot van het tuinhuisje gehangen, en die meet temperatuur en luchtvochtigheid.
Je ziet op onderstaande curve duidelijk op de decibelmeter wanneer de eerste is opgestaan, en wanneer ze na het eten allemaal even boven gaan spelen waren. Ook het CO2-gehalte is opvallend: je ziet duidelijk wanneer we een venster hebben opengezet, en wanneer de kinderen gaan slapen zijn.

netatmo

En eigenlijk vind ik dat bijzonder interessant. Niet zozeer die temperatuur, want die kan ik op andere plaatsen ook aflezen. Wel de CO2-meting, want het is onvoorstelbaar hoe snel hier het gehalte boven de 1000 stijgt (vanaf 1000 is het niet ideaal meer, van 1200 zet je best een venster open). Als je dat al hebt met vijf mensen in een grote ruimte zoals hier de living-keuken-bureau, wat is dat dan niet in een klaslokaal met 25 leerlingen? En het ding stuurt me een melding via twitter wanneer de CO2 te hoog wordt…
En ook de decibelmeter vind ik best grappig: zo kan ik op school zien wanneer Chantal hier begint te stofzuigen ^^ En hoeveel kabaal drie enthousiast spelende kinderen eigenlijk wel niet maken.

Enfin, het ding is eventjes kapot geweest – moest geherkalibreerd worden – en ik miste het wel. The internet of things, juist ja.