Lectuur: “The Lost Metal” (Mistborn Saga #7) van Brandon Sanderson

In 2020 had ik de eerste zes boeken van de saga gelezen, en ik was laaiend enthousiast. Ik hou van Sandersons stijl en zijn Cosmere is fantastisch uitgewerkt, een zalige wereld. Ik hou ook van de personages waarbij zowel de mannelijke als de vrouwelijke even sterk zijn uitgewerkt.

En toch… Deze was lange tijd blijven liggen, gewoon omdat ik het zo jammer ging vinden wanneer het boek uit ging zijn, maar bon, uiteindelijk toch geüpload en eraan begonnen.

Ja, de wereld blijft heerlijk, de personages ook, de stevige scheut magie in de steampunk meesterlijk. En toch… Ik weet niet waarom, maar ik bleef een beetje op mijn honger zitten. Pas op, de reeks is nog steeds echt goed, maar ik vond deze afsluiter net iets minder dan de voorgaande. Dat kan ook zijn omdat er zo veel tijd tussen zit natuurlijk, dat weet ik niet. Maar ergens leek het me wat geforceerder, wat meer bij het haar getrokken… Ik kan het moeilijk uitleggen zonder veel van de plot weg te geven, maar het was me iets te veel deus ex machina bij momenten.

Ach, ik heb er anderzijds toch weer enorm van genoten, en ja, ik vind het jammer dat er een punt achter staat. Aan de andere kant: Sanderson is een veelschrijver en ik hou van zowat alles wat hij schrijft, dus er komt zeker nog genoeg op me af, denk ik dan.

Lectuur: “Sixth of the Dusk” van Brandon Sanderson

Ook kortverhalen van Sanderson zijn doorgaans het lezen waard, en deze vormt daar eigenlijk geen uitzondering op, al heeft hij beter werk dan dit.

In dit korte verhaal schetst hij opnieuw een heel nieuwe wereld met een nieuw soort magie. Het is blijkbaar een eilandenwereld waarbij sommige vogels een speciale kracht hebben, maar waarbij de standaard vegetatie nogal dodelijk is. Met opzet.

Sixth is een jager die op het hoofdeiland Patji, waar zijn vogel hem elk gevaar laat zien in de vorm van zijn eigen lijk, vast moet stellen dat er een groter gevaar dreigt: de technologische vooruitgang.

Sanderson beschrijft in dit korte verhaal een behoorlijk sombere blik op de toekomst, en misschien is het daarom dat het me minder zei. Het is ook niet echt lang, natuurlijk: je krijgt niet veel tijd om je in het verhaal in te werken.

Maar ik heb zeker al slechter gelezen.

Lectuur: “A memory of light” (The Wheel of Time #14) van Robert Jordan

Yup, ik ben erdoor, door de net geen 12.000 bladzijden van The Wheel of Time van Jordan, en ergens ben ik er blij om want het is wel een titanenwerk, maar aan de andere kant vind ik het jammer, want het is een steengoed, zij het nogal uitgerokken verhaal.

Dit laatste boek – net zoals de vorige eigenlijk geschreven door een van mijn favoriete auteurs, Brandon Sanderson, op basis van de notities van de overleden Jordan – gaat helemaal over het eindgevecht, het gevecht waar de vorige dertien boeken eigenlijk de prelude van zijn. Soms begint de zoveelste beschrijving van het zoveelste gevecht – de veldslag valt zoals elke veldslag uiteen in verschillende fronten – wel wat tegen te steken, maar Sanderson is een zodanig goed auteur dat hij het ondanks alles toch spannend kan houden: soms kon ik het boek gewoon niet weg leggen omdat ik wilde weten wat er ging gebeuren. Sanderson aarzelt namelijk niet om, net zoals Jordan, een personage te laten sterven als de plot dat vraagt, ook al is dat een van de publieksfavorieten.

Ook dit laatste boek zit nog vol verrassende plotwendingen, onverwachte situaties en af en toe een kleine deus ex machina, maar uiteindelijk is dit een zeer waardig einde van een terechte klassieker binnen de fantasy.

Het is dat Jordan dood is en dat Sanderson genoeg eigen dingen heeft om te schrijven, want je zou hier perfect nog een tweede cyclus over kunnen schrijven, in dezelfde wereld, met zelfs deels dezelfde personages. Maar aan de andere kant: het is mooi geweest. Het is perfect afgesloten, de losse eindjes zijn allemaal netjes weggewerkt, en 12.000 pagina’s is misschien ook wel voldoende.

Bedankt, Jordan en Sanderson.

Lectuur: “Towers of Midnight” (The Wheel of Time #13) van Robert Jordan

De reeks begint naar zijn einde te lopen – boek 14 is het laatste – en dat merk je: Brandon Sanderson heeft de reeks overgenomen na de dood van Jordan en begint alle losse eindjes aan elkaar te knopen, uiteraard op basis van de notities van Jordan. Dat zorgt ervoor dat er serieus wat spanning wordt opgebouwd: niet alle personages zijn nodig bij The Last Battle en je weet dus dat ze kunnen sterven.

Maar zal Matt de Tower of Ghenjen overleven? Kan hij een deal sluiten? Komt er voor Rand een mogelijkheid tot samenwerken met de Seanchan? Slaagt Egwene erin om de White Tower te controleren? En hoe zit het met de Black Tower? En zal Perrin op een of andere manier tot een verstandhouding komen met de Children of the Light?

Enfin, stof genoeg om alweer bijna 1000 pagina’s te vullen, en Sanderson doet dat meesterlijk. Ik vind het nu al jammer dat het stopt bij boek 14…

Lectuur: “Snapshot” van Brandon Sanderson

Ik dacht, ik doe er dit boekje van amper 100 bladzijden snel even tussendoor. Brandon Sanderson schrijft meestal van die kleppers van rond de 1000 bladzijden, maar dit verhaaltje had inderdaad niet meer dan die 100 bladzijden nodig als introductie. Mocht hij willen, hij kon er echt een hele reeks aan ophangen, maar soms is dat ook gewoon niet nodig.

De premisse is eenvoudig: Chaz en Anthony zijn twee politieagenten die zich kunnen bewegen in een replica van de wereld van exact 10 dagen geleden. De bewoners weten niet dat ze replica’s zijn, maar kennen het gegeven wel, en beide agenten krijgen dan ook alle mogelijke medewerking om via die snapshot een beeld te krijgen van een misdaad.

Meestal zijn het onooglijke zaken, tot ze op een massamoord botsen en uitdrukkelijk het verbod krijgen om de zaak te onderzoeken. Wat ze naast zich neerleggen, met alle gevolgen vandien…

Blijkbaar zijn de filmrechten gekocht door MGM, en dan snap ik best: dit lijkt me de ideale basis voor een film met pakweg Tom Cruise, in de stijl van Collateral Damage en zo. Fijn, intrigerend, en meer moest dat niet zijn. Benieuwd of hij er ooit nog een vervolg aan breit…

Lectuur: “Redemption (Infinity Blade #2)” van Brandon Sanderson

Om nog net mijn doel te halen in 2023, las ik na deel één uiteraard ook deel twee. Zoals ik toen schreef, is het licht, maar best entertainend en wilde ik dus met plezier verder lezen.

De plot blijft redelijk ingewikkeld, maar het vreemde is dat je dus zowel het verhaal van Siris krijgt in een dystopische verre toekomst, als het verhaal in een niet zo verre toekomst waar een wetenschapper iets heeft gemaakt dat blijkbaar de wereld grondig om zeep helpt. En laat net die wetenschapper iets te maken hebben – uiteraard – met the God King waartegen Siris moet strijden. En blijkbaar zit zijn eigen verhaaltje ook niet zo simpel in elkaar als hij altijd van kleinsaf aan geleerd heeft en zoals al eeuwen is doorgegeven.

Siris gaat dus een epische queeste aan tegen een nieuwe vijand, eentje die hij misschien al langer kent dan hijzelf eerst denkt.

Ik vond dit boek beter dan het eerste: er zit een pak meer diepgang in, meer gelaagdheid en dus ook meer spanning.

Niet dat ik nu echt zit uit te kijken naar het vervolg, maar wanneer dat er komt, zal ik het met plezier lezen. Als ik me de plot van de eerste twee nog kan herinneren, dan. Tsja.

Lectuur: “Awakening (Infinity Blade #1)” van Brandon Sanderson

Ik ga eerlijk zijn: ik wilde mijn doel van één boek per week halen, ergo 52 boeken op een jaar. Omdat ik aan die Wheel of Time bezig ben, met zo’n 1000 bladzijden per stuk, ging ik dat niet meteen halen, en dus koos ik voor nog een duo boeken van Brandon Sanderson, een van mijn lievelingsschrijvers.

Het recept is intussen eigenlijk wel een beetje standaard: een doodgewone jonge held (m/v) weet nog niet dat hij een held is, verzeilt in ongewone omstandigheden, staat op voor recht en gerechtigheid en stijgt boven zichzelf uit. Of was, zonder zijn medeweten, sowieso bestemd voor grootse daden wegens extra krachten. Liefst in een middeleeuwse setting die blijkbaar ettelijke millennia na onze tijd plaats heeft, maar waar je dus nog restanten van onze beschaving terugvindt. En ja, er is magie, of toch zo goed als altijd.

Ook dit verhaal voldoet aan de vereisten: Siris, een jonge gast, is van zijn geboorte voorbestemd om als hij een jaar of twintig is, te gaan vechten tegen de God-King. Maar waar zijn vader en de rest van zijn voorouders telkens faalden, slaagt hij erin het gevecht te winnen. En nu? De wereld blijkt veel groter te zijn dan hij dacht, de magische krachten van de God-King en de Deathless blijken vooral gewoon oude tech te zijn uit onze tijd – met enige aanpassingen – en nu hij the Infinity Blade in handen heeft, trekt hij erop uit om de geheimen, en meteen ook de tirannie, van de God-King te ontrafelen. En uiteraard krijgt hij een reisgezel, de jonge Isa die duidelijk van veel meer op de hoogte is.

Deze novelle is duidelijk niet Sandersons beste werk, maar ze is dan ook gebaseerd op een bestaand computerspel. Hij heeft de plot en de hele premisse dan ook niet zelf uitgevonden. Desondanks is dit toch best wel een amusant tussendoortje: licht, maar het zit wel goed in elkaar. Sanderson mag gerust verder gaan met dit verhaal.

Lectuur: “Tress of the Emerald Sea” van Brandon Sanderson

Nadat “Alcatraz vs. the evil librarians” me behoorlijk was tegengevallen, wilde ik toch nog eens deze standalone lezen, kwestie van te kijken of het nu aan mij lag of aan de veranderde schrijfstijl van Sanderson. Hmm, beide denk ik.

Ook dit boek is me qua stijl niet helemaal meegevallen, omdat het opnieuw in de eerste persoon is geschreven, vanuit een personage dat je in het begin absoluut niet kent, en dat gewoon het verhaal van Tress vertelt. Hij zal er uiteindelijk wel mee verweven worden, maar in het begin is die extra commentaar opnieuw vreemd en soms storend.

Het verhaal zelf is eigenlijk heel erg simpel en voorspelbaar, maar de wereld is dat zo absoluut niet dat alles toch spannend wordt. Ja, je weet dat de heldin het uiteindelijk wel zal halen, en dat de prins gered wordt – omgekeerde wereld tegenover het klassieke sprookje – maar dat stoort dan weer niet.

We zitten in een nieuwe wereld in de Cosmere – het heelal van Branderson – waarbij tien gigantische manen voortdurend sporen uitgieten over de wereld. Die sporen zijn zo talrijk dat ze gewoon een zee vormen waarover je kan zeilen. Op zich zijn die sporen niet gevaarlijk, maar zodra ze in contact komen met vocht, groeien ze uit. En ja, vocht is ook speeksel, uitgeademde lucht of zelfs je traanvocht. Gelukkig sterven die sporen meteen in contact met zout of zilver, mensen kunnen zich dus wel beschermen tegen de sporen. De groene sporen groeien uit tot immense ranken die alles doorboren, bloedrode sporen vormen keiharde doornen die, jawel, alles doorboren. U snapt het wel.

Wanneer de ‘geliefde’ van Tress, een doodgewoon, simpel en gelukkig meisje uit het groene sporengebied, vast komt te zitten op het eiland van de Tovenares te midden van de Middernachtzee, de gevaarlijkste soort sporen, gaat ze hem redden. Met alle avonturen en gevolgen van dien.

Het is mooi hoe Sanderson de evolutie van Tress beschrijft terwijl ze de meest waanzinnige dingen meemaakt. Alleen is die wereld zo bizar dat ook die knotsgekke plotwendingen best aannemelijk worden.

Niet een van Sandersons beste boeken, maar wel met plezier gelezen.

Lectuur: “Alcatraz vs. the Evil Librarians” van Brandon Sanderson

Niet gedacht dat ik dit nog zou zeggen, maar deze Sanderson heeft me teleurgesteld. Na talloze boeken van hem gelezen te hebben, was ik onvoorwaardelijk fan. Maar dit? Meh…

Het is niet het feit dat het young adult is, ik lees al graag eens een boek gericht op de jeugd. Het hoofdpersonage is inderdaad maar 13, en omschrijft zichzelf als een vervelend iemand. En daar zit voor mij net het probleem. Niet dat het kind effectief een vervelend rotjoch is – niet alle protagonisten moeten aaibaar zijn – maar het feit dat hij effectief over zichzelf spreekt in a parte stukken, als schrijver tegenover zijn publiek. Het is eens een andere insteek voor Sanderson, dat snap ik wel, maar het personage onderbreekt voortdurend het verhaal om commentaar te geven naar het publiek, over bijvoorbeeld voorafspiegelingen, of cliffhangers, of over zijn schrijfstijl, of over wat je als lezer blijkbaar wel en niet moet opmerken. En dat stoort me mateloos.
Het verhaal zelf is eigenlijk wel weer goed gevonden: onze wereld is een ‘matrix’ wereld: we denken alles te weten maar worden dom gehouden door librarians, maar we weten niet beter. Daartegenover staat een andere, magische wereld die verder geëvolueerd is en waar bepaalde families – uiteraard ook die van ons hoofdpersonage – bepaalde talenten hebben.

Het verhaal begint wel heel Potteresk: Alcatraz is een weesjongen die van pleeggezin naar pleeggezin gaat omdat hij er steevast in slaagt vanalles te breken of kapot te maken. Op zijn dertiende verjaardag krijgt hij zijn erfenis van zijn ouders: een zakje zand. En dan begint inderdaad het hele verhaal.

Ik heb het boek alsnog een drie gegeven omdat het verhaal zelf echt wel weer goed in elkaar zit; zonder dat had het een twee gekregen, omdat ik echt bij momenten moeite  had om verder te lezen, iets wat ik nog nooit heb gehad bij Sanderson. Tsja.

Ga ik de rest van de reeks lezen? Goh, ik denk het niet, eigenlijk. Meh.

Lectuur: “Legion (Legion, Skin Deep, Lies of the Beholder)” van Brandon Sanderson

Ik dacht, dit zijn drie korte boeken ofte novella’s, zoals Sanderson ze zelf beschrijft, die lees ik even tussendoor, hopelijk zijn ze op Sandersons goede oude niveau. En jawel, ik kreeg wat ik verwacht had: opnieuw een vreemde wereld, maar wel hedendaags, en een hele fijne premisse.

Hoofdpersonage is Stephen Leeds, een man die ergens tussen krankzinnig, compleet gek en geniaal zit. Zijn bijnaam is Legion omdat hij zichzelf omringt met hallucinaties die elk een meester zijn in een bepaald aspect, een deel van zijn persoonlijkheid, maar ook weer niet. Het is geen meervoudige-persoonlijkheidsstoornis, het zit veel dieper. Alleen wil Leeds vooral met rust gelaten worden, ook door psychiaters en onderzoekers. Wanneer hij een nieuwe skillset nodig heeft, zoals bv. een nieuwe taal, doorbladert hij een grammatica en een woordenboek, en dan dient zich een nieuwe persoonlijkheid aan die die taal spreekt en kan tolken. Juist ja. Alleen heeft elk van die persoonlijkheden een eigen willetje én een eigen kamer, zodat Leeds in een gigantisch huis woont.

En dan wordt er een bijzonder unieke maar ook gevaarlijke uitvinding gestolen en wordt er beroep gedaan op Leeds, die zich tijdens zijn onderzoek standaard laat vergezellen door een viertal van zijn hallucinaties.

In het tweede verhaal wordt er een lijk gestolen. Op zich niks bijzonders, ware het niet dat er een geheim zit opgeslagen in het DNA van dat lijk en dat dat dus tegen elke prijs moet teruggevonden worden. Alleen… Hoe kan een van Stephens hallucinaties zijn hand hebben overgenomen om een schot te lossen? En hoe veel meer hallucinaties kan zijn brein nog aan?

Deel drie borduurt daarop voort, wanneer Stephen een van zijn aspecten ‘verliest’ en zijn vroegere mentor in de problemen komt.

Al bij al een zeer fascinerend verhaal, waarbij Sanderson massa’s vragen oproept rond de kracht van het brein, AI, wetenschap in het algemeen, filosofie… Een fijn tussendoortje om te lezen.