Leerlingenfeedback

Donderdag houden we voor het eerst een echt feedbackgesprek met onze leerlingen. Als in: een gesprek van de klastitularis met de leerlingen, niet zozeer over de cijfers – dat moet wel kunnen als die niet oké zijn – maar vooral over het welbevinden. Wat kunnen we als school doen om een puber zich beter in zijn vel te doen voelen? Hoe kunnen we slechte punten ombuigen? Welke remediëring moeten we toepassen? Wat zijn de werkpunten voor de leerling in kwestie? Is er iets met de thuissituatie dat we moeten weten om de leerling beter te begrijpen? Hoe kunnen we helpen?

Dat soort dingen dus.

Als voorbereiding moest elke leerling een korte enquête invullen, specifiek op zijn jaar gericht, waarin ze alle mogelijke info kwijt konden. In het tweede jaar werd ook gepolst naar hun lievelingsvakken en de vakken die ze echt niet graag doen, kwestie van hen in het derde jaar zeker correct te oriënteren, want soms wordt die studiekeuze nog bepaald door de ouders, tegen de wil van het kind in.

Ik ben dus klastitularis van een tweede jaar en kreeg op die manier de enquêtes van de mijne binnen. Ik heb, om eerlijk te zijn, ook die van de andere helft van de klas bekeken, want ook al vallen ze niet onder mij als klastitularis, ik heb ze wel in hun geheel in de les.

En wat bleek? Maar liefst acht van de vierentwintig leerlingen hadden Latijn geschreven als een van de drie lievelingsvakken, en ook Grieks kwam acht keer voor. Wow. Dat deed deugd, echt deugd. Ik sta daar dus niet voor niets alles te geven, in de meeste lessen.

De eerlijkheid gebiedt me ook te vermelden dat bij één leerlinge de Klassieke Talen bij de minst geliefkoosde vakken stonden, maar dat wist ik al: ze wil graag veranderen naar de basisoptie Maatschappij en Welzijn, deels omdat haar vriendinnen daar zitten, deels omdat ze volgend jaar sowieso Humane Wetenschappen wil studeren en dat dat daar een uitstekende voorbereiding op is.

Dus ja, mijn ijdelheid is gestreeld, mijn ego kreeg een opkikker, en ik weet weer waarom ik les blijf geven. Vanitas vanitatum.

Nageltjes

Mijn nagels laten doen bij een nagelspecialiste, ik mag er niet aan dénken! Ik kan namelijk niet tegen het gevoel van die druk op mijn nagels, zelfs het gewicht van nagellak kan me al storen. Van die zware nepnagels, ik denk dat ik ze binnen de dag weer verwijder. Maar af en toe lak ik ze wel zelf, gewoon puur omdat ik daar zin in heb, of soms omdat het bij een feestelijke outfit past.

Ik heb vorig jaar een zachtpaarse nagellak gevonden die een echte parelmoerglans heeft, en daar word ik eigenlijk gewoon blij van. Ik heb dan ook mijn nageltjes gelakt vandaag, gewoon omdat het kon. Van die kleine carpe diem-momentjes.

Beugel voor Merel

Jawel, Merels beugel is een feit!

Eigenlijk ging dat bijzonder snel bij de orthodontist: de blokjes werden gelijmd en aangegeven door een assistente, hij plaatste ze, hing de draad erin, deed de lavendelkleurige – Swifties weten waarom – rekkertjes errond, en op minder dan een half uur stonden we weer buiten.

Op het moment zelf viel het nog mee, zei Merel, het spande wat, maar niet veel meer dan dat. Helaas, zoals voorspeld werd het inderdaad erger, en eten ’s avonds was geen sinecure: alles deed gewoon pijn. Het werden boterhammen zonder korst en yoghurt. Maar bon, over een dag of twee mag eten geen pijn meer doen, over een kleine week zou het eigenlijk al helemaal geen pijn meer mogen doen, alleen nog lastig omdat er eten tussen kruipt.

We kennen het al van Wolf een goeie drie jaar geleden, en Merel weet ook dat die nu een fantastisch mooie lach heeft en dat het dus echt de moeite waard is, maar daar is ze nu niet mee geholpen natuurlijk.

Ach, vanitas vanitatum, omnia vanitas zeker?