Eshashje

elandklein

Lieve blogleeskindertjes, meet Eshash, oftewel Eland, maar dan op zijn Kobes.

Eshash is Kobes favoriete knuffel, die hij niet meer kan missen. Hij heeft er lang over gedaan om te beslissen wat zijn favoriet ging worden, maar de jury is unaniem dezer dagen.

Helaas, door dat lange wachten is een tweelingsbroer (of -zus, we gaan niet discrimineren) niet meer te vinden. Zelf had hij de knuffel gekregen, dus het was helemaal tasten in het duister. Onlangs heb ik bij een vriendin wel een nieuw exemplaar gevonden, maar aangezien zij elanden verzamelt, vond ik het ook nogal grof om haar het beest te ontfutselen. Gelukkig heb ik daardoor wel enige gegevens kunnen verzamelen: het beestje werd twee winters geleden in de Casa verkocht onder de naam “winter rendier”, voor 9,99 euro (cheap ass nonkel :-p ) met als codenummer 211548. Casa kan hem niet meer bestellen, en hij is na al die tijd ook nergens meer voorradig natuurlijk.

Vandaar dus mijn oproep: wie heeft een dergelijk beestje staan, en kan er probleemloos afstand van doen? Ik zal er uiteraard voor betalen, dat is niet het probleem hier. Je zou er Kobe gelukkig mee maken, en mij een gerust hart bezorgen (want ik mag er niet aan denken dat hij het beest kwijtraakt, hij wil in dagen niet meer slapen denk ik).

Mocht je vrienden en vriendinnen willen doorverwijzen naar deze post, ik zal u dankbaar zijn!

Ezel

ezel2

Daarnet heb ik in al mijn lompigheid mijn teen gestoten aan de kar van de supermarkt. Een gevecht dat de kar helaas heeft gewonnen: aan het wieltje was niks te zien, aan mijn kleine teentje des te meer: een omgekraakte nagel en wat bloed.

Zucht. Wat zegt men ook alweer over die ezel en die steen? Hierbij is dan ook meteen weer  bewezen dat ik geen ezel ben :-p

Mysterie partim opgelost…

Jawel hoor, wat vond Wolf daarstraks toen hij een pluche beestje uit een oud schoolbankje bij ons in de woonkamer viste? Mijn bewuste rode pen! Ge zoudt Murphy toch nen draai rond zijn oren geven!

Ach ja, nu heb ik er twee, en kan ik naargelang mijn stemming met helderrood of donkerrood schrijven. We zullen het maar positief bekijken zeker?

Penmysterie

Wie me kent als leerkracht, weet dat ik nogal wat belang hecht aan mijn rode pen. Ik HAAT het om te moeten verbeteren met een rode stylo, stift of nog iets anders. Meer zelfs, als ik in de examens aan het verbeteren ben, kan ik me zelfs mateloos ergeren aan het tikkeltje verkeerde kleur van de inkt… (Ik weet het, neurotisch en zo).

Ik durf ook al eens zitten verbeteren in de zetel, en dan blijft er ook wel eens een stapel toetsen liggen, met mijn rode pen erbovenop.

En nu blijkt die pen verdwenen te zijn. Ik dacht eerst dat ze gewoon gevallen was, maar er ligt niks onder de zetel. Ook in de zetel, tussen de kussens, waren er alleen maar kruimels te vinden. Ugh. Ik heb intussen ook al zo hard aan Bart zijn oren gezaagd, dat hij zelfs even de grote zetel voor me opgetild heeft, kwestie van zeker te zijn. Geen pen.
Ik heb al gans mijn bureau afgezocht, alle hoekjes in en rond mijn verbeterplekje in de zetel, alle opslagplaatsen van schrijfdinges, mijn boekentas al drie keer omgekeerd…. geen pen.
Ik heb intussen al één van mijn afgedankte oude pennen terug leven in geblazen, maar er is wel degelijk een reden waarom ze afgedankt was: mijn vingers zijn ook alweer mooi rood.

Ik heb het vermoeden dat Kobe er voor iets tussen zit: hij ruimt bijzonder graag op. Ik heb mijn GSM onlangs tussen de bordjes in de schuif gevonden, mooi opgeruimd op een plekje dat hij kende. Helaas kent hij ook bijzonder goed de vuilbak, en gooit hij graag vanalles weg… En kan hij me nog totaal niet uitleggen of hij mijn pen soms gezien heeft.

Hmpf. Dat is nu al drie dagen. Drie dagen dat ik zonder deftig verbetergerief zit. En daarom ben ik daarstraks, na school, in de lokale papier- en schrijfgeriefwinkel binnengestapt, en heb me een nieuwe pen aangeschaft. Een Parker, in een lichtrode kleur en iets te dik in de hand liggend naar mijn zin, maar wel met een bijzonder elegante fijne punt en een groot schrijfgemak, en dat voor 14 euro.

Helaas is er ook een andere soort buisjes aan verbonden: ze gaan langer mee, maar het is ook een zeer duidelijke andere tint rood, veel donkerder. Ik denk net donker genoeg om me niet te ergeren.

Heb ik al gezegd dat ik niet hou van veranderingen? Maar dat ik verdomd blij ben dat ik weer een pen heb?

Oh, en wist u al dat ik een neuroot ben?

Neveneffecten

(Nee, niet Jonas Geirnaert en co, wel die van mijn voetoperatie en het bijhorende krukkengeloop)

Een voetoperatie is op zich natuurlijk niet zo leuk. Operaties zijn dat eigenlijk zelden. Maar er komen vooral een hoop dingen bij kijken, waar je op voorhand niet echt aan denkt, maar die wel hun gevolgen hebben.

* mijn rechterhand doet pijn. Nee, niet van het gehos met krukken (mijn handen kunnen blijkbaar wel wat hebben), maar wel van het infuus. Ze steken dat tegenwoordig niet meer in je armholte (of hoe noem je de binnenkant van je elleboog) maar met een flexibele naald in de rug van je hand. Verpleegsters zijn daarbij vaak eigenwijze wezens. Ik weet uit ervaring (het is mijn zoveelste ‘operatie’, de 16de verdoving of zo) dat mijn linkerhand veel eenvoudiger is om een infuus aan te brengen dan mijn rechterhand. ALs je dat echter zegt, bekijken ze je met een blik van ‘Gade gij mij ne keer zeggen oe da kik mijnen job moe doen messchiens?’ Wat bloedprikken betreft, geloven ze me altijd onmiddellijk en doen ze niet moeilijk. Infusen liggen blijkbaar gevoeliger, al naargelang van de opstelling in de operatiekamer en zo. Soit, het resultaat was dat, zodra ik terug op mijn eigen kamer was, het infuus niet meer liep. De verpleegster kwam het even ‘doorspoelen’, waarbij ze dan met een spuit de druk op het infuus zodanig verhoogt dat het wel opnieuw loopt. Pijnlijk? Da’s niet relevant, mevrouw. Na een dikke vijf minuten stopte het infuus echter opnieuw met druppen, en besloot ze dat het misschien wel niet meer nodig was. Er was intussen wel een bult verschenen van ongeveer anderhalve centimeter hoog op mijn hand, maar dat deed ze af als onbelangrijk, het ging wel wegtrekken.
Intussen zijn we meer dan veertien dagen verder, heeft mijn hand volledig dik gestaan, en zowat alle kleuren van de regenboog gekregen. Nu is het nog wat geelbruin, en doet het eigenlijk nog steeds pijn. Ook de helft van mijn onderarm heeft blauw gestaan en behoorlijk wat pijn gedaan. De huisartse constateerde dat het infuus toch wel degelijk naast de ader moet gezeten hebben op een bepaald moment, en zei dat het nog wel even pijn kon doen. Yay, zeker als je met krukken loopt :-p

* als je ’s nachts wakker wordt omdat je moet plassen, is dat doorgaans omdat het tegen dan al vrij nodig is. Als je dan nog met je slaapdronken kop een laars moet dichtgespen met 5 stevige riemen, en op je krukken in het halfdonker een trap af moet, is dat niet bevorderlijk voor de staat van je blaas. Gelukkig heb ik stevige bekkenbodemspieren :-p

* je hebt een babysit nodig voor je kinderen, ook al ben je zelf thuis. Het probleem is namelijk dat ik niet zelf voor Kobe kan zorgen momenteel. Ik kan hem niet oppakken, en daarom kan ik hem ook niet in en uit zijn bedje halen. Als iemand anders hem in zijn hoge stoel kan zetten, kan ik gerust zijn boterhammetjes smeren en onnozel doen, en ik kan spelen met hem. Hij kan ook zelf de trap op, en dan kan ik hem wel op zijn kussen zetten en hem zijn pyama aandoen en zo. Maar in zijn bed leggen, dat gaat niet. En als hij dan ’s nachts wakker wordt, bij een nachtmerrie of zo, dan kan ik hem ook niet uit zijn bedje halen om hem te troosten. En dus heb ik een babysitter nodig, zelfs wanneer ik thuis ben. Blah.

* wat nog veruit het meest op mijn zenuwen heeft gewerkt die eerste dagen, was het feit dat de verpleegster bijzonder ruw en ongeïnteresseerd mijn onderbeen is komen scheren. Had ik gedacht dat dat nodig ging zijn, dan had ik dat zelf wel op voorhand gedaan. Zij heeft het dus met een vrij bot (al lijkt me dat eigenlijk onmogelijk bij een wegwerpgiletje) scheermes gedaan, zodat mijn onderbeen op 7 plaatsen aan het bloeden was, en al het vel ruw stond. En ik kan je verzekeren dat dat, als dat een week opgesloten zit in een plaaster, begint te kriebelen en te jeuken. En vooral pieken en pijn doen in het begin. Leuk hoor.

Elegant

Toen ik deze morgen opstond, voelde ik me om een of andere reden sexy. Geen hooggesloten gothisch shirt en zwarte battlebroek voor mij vandaag, nee, wel een diepe décolleté met voluptueuze halsketting, grijze geklede broek en lang grijs vest. Ik heb dan ook maar meteen mijn alternatieve winterjas uit de kast gehaald, in een prachtig framboosrood met rood nepbont aan kraag en mouwen. Bijpassend rood klokhoedje opgezet, haar netjes gestyled, en een zelfverzekerde glimlach op mijn snoet. Ware het niet van de voetproblemen, ik had mijn hooggehakte botjes ook nog aangetrokken.

Aldus gekleed ging ik richting de aannemer/schrijnwerker/interieurarchitect om de bouwplannen te bespreken. Helaas, op zijn royale parking stond een grote vrachtwagen de boel te versperren, waardoor ik me genoopt voelde een eind verder in een drassige graskant te parkeren. Bij nader inzien was dat gras niet alleen nat en drassig, maar ook nog bijzonder modderig en glad. Dat ‘nader inzien’ mag u gerust letterlijk nemen, want toen ik met een grote zelfverzekerde zwaai mijn portier dichtgooide, maakte ik een bijzonder elegante vergelijkbare beweging richting grond. Een goeie seconde later krabbelde ik alweer recht, mijn hoedje scheef op mijn hoofd, en alle elegantie meteen in de grond verzonken.

Een paar minuten later kwam ik bij de aannemer binnengestapt in zijn ruime toonzaal, parmantig de linkerhand koket in de hoogte. De arme mens zijn wenkbrauwen gingen prompt een paar centimeter hoger staan, want, zoals hij het wat later zelf uitdrukte: “Da’s nu niet bepaald uw stijl, dat handje.”
Pas toen merkte hij de dikke laag modder op het betreffende handje, de aangrenzende bonten mouw die amper tien minuten voordien de kast had verlaten, de linkerknie en de handtas. En toen, na enige initiële bezorgdheid en aarzeling, en uitleg van mijn kant, schoot hij onbedaarlijk in de lach.

Geef hem eens ongelijk :-p

Prutsen en beuzelarijen

’t Is maar dat ge weet waarmee ge u kunt bezighouden dus…

Vandaag was voor mij een dag van de kleine domme prutsen. Dingen die moeten gebeuren, waar op zich niet veel tijd in kruipt, maar die ge toch uitstelt…

Deze voormiddag had ik les, maar heb ik tijdens het uurtje studietoezicht toch nog de tombolakaarten verzameld, geteld, papier ingevuld en geld samengeraapt. Ugh.
Deze namiddag, mijn vrije namiddag juist om papierwerk ed. te kunnen doen:

– koffie gezet: check
– foto van collega gedownload en per ongeluk gewist: check
– foto’s gerecovered dank zij Christophe: check
– agenda die ik vergeten was ingevuld: check
– herhalingstoetsen opgesteld en in de kopiemap gestoken: check
– dienstencheques besteld: check
– vriendenboekje van Wolf ingevuld: check
– naar de speelgoedwinkel geweest voor verjaardagscadeautjes: check
– naar Brico gebeld voor kapotte lamp in garantie: check
– uroloog gebeld voor nieuwe afspraak: de mens was uitzonderlijk afwezig.
– boete betaald en nog zo’n dingen: check
– een uur lang Super Mario Galaxy gespeeld met Wolf: check. Niet dat ik dat tot de klusjes reken :-p
– een stapel toetsen verbeterd: check
En toen wilde ik de spanningsomvormer (ik moet een lampje vanuit de VS aan de praat krijgen) in het stopcontact steken, en ontplofte het geheel. Fijn. Ik ruik helemaal naar rare verbrande plastiek en zo. Ugh. Ik denk dat ik het hierbij hou voor vandaag. Van die ontplofdingen, daarmee heeft ne mens het wel gehad als het over klusjes gaat…

Ugh

Zo van die schone lichtgele onderhemdjes, onderbroekjes en keukenhanddoeken, da’s toch ook niet lelijk, hé?

Toch?

Winterdagje

Wilt ge geloven dat, als ge op uw kletsers drie kwartier lang de was buitenhangt en processed dog food uit uw gras verwijdert, ge daar koude tenen van krijgt?

En vooral, weet ge hoeveel deugd vloerverwarming en een kop hete koffie daarna doen?

Ik wel.

Kou

Op zich heb ik eigenlijk geen problemen met die vrieskou. Ja, het is vervelend als je de straat op moet wanneer het glad ligt, en nee, een ijskoude slaapkamer is niet zo fijn. Snotneusjes afvegen is ook een van de minder leuke bezigheden.

Maar ’s avonds ligt mijn elektrisch dekentje aan en vlij ik me tegen Barts warme lijf. Tijdens toezicht doe ik een dikke sjaal en een paar wanten aan, en mijn auto staat gelukkig in de garage, dus die ruiten hoef ik niet af te krabben.

Er is eigenlijk maar één ding wat ik vreselijk haat aan de winter. Dan kom je ’s nachts uit je warme bedje omdat je moet gaan plassen, steekt je voeten slaperig in een paar pantoffels, sleft de trap af, gaat zelfs zonder het licht aan te steken het toilet binnen, en dit allemaal om eigenlijk niet echt wakker te worden. En dan ga je zitten. Uck. Oeh. Koud! Meteen zijn al mijn spieren opgespannen, staan mijn ogen wijd open, en ben ik klaarwakker.
En koude billen, maat! Nee, die ijskoude wc-bril in de winter, da’s niks voor mij.
Probeer dan maar eens onmiddellijk weer te slapen.

Misschien toch eens wc-brilverwarming overwegen. Zou dat eigenlijk bestaan?