Feestmaal op een feestdag, en dan cultuur

Hoogdag vandaag, en wat doet ne mens dan? Jawel, zijn ouders nog eens uitnodigen. ’t Is niet dat we ons pa nog niet gezien hadden de voorbije dagen: zondag was hij hier geweest, en gisteren hadden we hem gezien bij de vijver.

Maar als Nelly toch kwam eten, dan kunnen we hem net zo goed ook vragen: die twee hebben toch altijd vanalles om over te babbelen, de beurs en de gezondheid en zo.

Bart had andermaal een feestmaal voorzien, met een hapje, en dan zalm met pasta en een groentebereiding die ongelofelijk lekker was, een kaasbordje met een verse vijg die Nelly had meegebracht, druiven en bramen uit Marcs tuin, en een dessertje met mijn eigenste bramenconfituur. Oh, en cake, daarna. Kobe had zelfs een appelzwaantje gemaakt.

Er moest een aantal dingen besproken worden, maar daarna kegelden we de oudjes ongenadig buiten: ik wilde per se met het ganse gezin nog naar de Verbeke Foundation in Stekene, en het is niet alsof de vakantie pas begonnen is.

Enfin, we liepen rond in een prachtige tuin waar de aliens waren neergestreken, oordeelden dat de serres een beetje op Tattooine leken, genoten ook van de collages in het binnendeel (waar Merel en Kobe zelf ook een collage vormden), zagen dat het welletjes was voor Wolfs rug, en dronken er iets. En keken dan nog naar het andere binnengedeelte.

Tegen half zes waren we thuis, en nog wat later stonden er vijf potjes vijgenchutney te blinken. Wat doet ne mens anders met 800 gr. bijzonder rijpe verse vijgen?

 

Van bramen en bossen

Merel was toch wel een van haar koetjes (haar vaste knuffels) kwijt zeker? Dikke tranen waren het gevolg, maar een paar telefoontjes gisterenavond wezen uit dat het beestje nog bij omoe lag. Ik had haar gebeld, maar blind zijnde kon ze me natuurlijk niet meteen antwoord geven. Een half uur later belde ze terug: er was nog iemand op haar kamer gekomen om haar te helpen bij het uitkleden en haar been uit te doen (ze heeft een kunstbeen), en die had het gevonden. Oef.

Dat zorgde er wel voor dat we vandaag alweer 25 minuten de auto in moesten om het kleinood op te halen. Tsja…

We haalden eerst een pracht van een geocache in de Bauwerwaan in Zomergem, en stelden vast dat het er stikte van de prachtige bramen, waaronder hele dikke mooie rijpe. Gelukkig heb ik altijd zakjes genoeg in de koffer liggen, en dus sloegen we aan het plukken, wellicht een half uur lang, met een kilo en een kwart bramen tot gevolg. Ideaal voor confituur! Nooit geweten, trouwens, dat er daar een gedicht stond van Mong Rosseel.

Enfin, we reden het Keigat door, en aangezien we klop tijdens de mis in het rusthuis zouden toekomen, reden we maar meteen door naar het Drongengoed, richting de cachereeks van Pasydonia. De eerste en de laatste, nr. 23, hadden we vroeger al eens gedaan. Nu gingen we aan het wandelen, zochten ons te pletter bij nr. 2 en gaven op, en vonden dan wel nr. 3 en 4. Het uitzicht was er prachtig: heidegebied en bosgebied, allemaal beheerd door Natuurpunt, met uitgestippelde wandelingen. Een aanrader!

Toen was het meer dan welletjes voor Wolf, en keerden we terug. Hij had zelfs de moed niet meer om nog een paar autocaches te doen, en is zelfs blijven zitten in de auto toen we bij omoe het koetje gingen halen.

Thuis gingen de jongens even liggen, en na het eten begon ik bramen te sorteren. Wat een weelde!

Zalig, toch?

Geocache initiatie

Toen Thomas toekwam, was het nog aan het regenen, maar eigenlijk klaarde het vrij snel op. De jongens speelden Arq, en haalden daarna de Kolonisten van Catan uit, kwestie van geen schermen meer te mogen :-p

Barbara, mijn nicht én steun en toeverlaat als het op kinesiologische avonturen aankomt, had gevraagd om aan Thomas eens te tonen hoe Geocaching eigenlijk werkt, want ze vermoedde dat hij dat wel leuk zou vinden. Na een ijsje trokken we er dus op uit, en legden eerst een nieuwe cache in de buurt van het Meulesteedse Ei. Zo had Thomas meteen door hoe het in elkaar zat. Daarna reden we verder richting Oostakker, om er een cache op te pikken op de fietsbrug over de Kennedylaan. We waaiden er bijna af, maar het was een aangename, warme wind, en de cache was snel gevonden.

Daarna reden we richting Oostakker Dorp, waar we drie caches oppikten, eentje op de markt, eentje in een voortuin, en eentje in een parkje wat verderop.

Wolfs rug hield het nog wel even uit, verklaarde hij, en dus gingen we nog voor de multicache “Bootje varen” rond de twee veren over de haven. Het is echt wel een fijne multi, alleen de eindstache ligt een beetje op een groezelige plek. Maar de wind en het water waren een fijne combinatie, met poëzie op het veer!

Merel nam nog een selfie met mijn grote toestel, en toen was het meer dan welletjes voor iedereen. Het was dan ook tegen zessen toen we weer thuis waren, maar het was alweer een fijne middag. En ik denk dat Thomas de geocache app wel zal downloaden…

IMG_1599

Een picknick zoals die moet zijn

Ik kreeg het dus in mijn hoofd dat we dringend eens naar het Middelheimpark moesten, om er de beelden te bekijken. Meteen dacht ik aan een picknick: ideaal voor Wolf om wat rond te lopen, wat te rusten, opnieuw rond te lopen… Want lang stappen of stilstaan – nog erger – lukt nog steeds niet.

En toen dacht ik: waarom gooi ik het niet op Facebook, en maak ik er een vriendenuitje van? Nogal wat volk reageerde: Annelies met hond Layka woont om de hoek. Raf met zoon Kaz en dochter Lena woont ook niet ver, Babeth en Mario met ma Edith kwamen speciaal uit Vilvoorde afzakken, Koen met dochters Mira-Lou en Lena-Lisa was iets later dan gepland, en ook Birgit met zoonlief Dries kwam langs. Op het moment zelf reageerde ook Kitty of ze mocht langskomen. Duh. Alleen Edward moest afhaken met een zieke dochter; nochtans waren de sandwichkes al gekocht. En last but not least was er ook Bard, die in het Middelheimmuseum werkt, en dus niet bepaald ver moest lopen. Hij had meteen wat plannetjes meegebracht, zowel van het ganse park als van de tijdelijke tentoonstelling van Richard Deacon.

Het werd, zoals Koen stelde, “een dagje museumpicknick, speeltuin met 5 extra kinderen, cultuur, geweldig gezelschap, dogsitting met de zalige Laïka, heerlijke babbels en vooral sfeer… ongedwongen en hartelijk!” Ik genoot intens, en had heel erg een vakantiegevoel.

Na het eten moest Bard terug aan het werk, trokken Raf en Koen met 7 kinderen richting speeltuin, en gingen Birgit, Kitty, Babeth, Annelies, Edith en ik beelden kijken, en een geoache-fotozoektocht oplossen. Wolf, tot mijn grote verbazing, vergezelde ons: hij doet echt zijn best om te bewegen, en zag de wandeling wel zitten. Het hielp ook wel dat het park Pokémonheaven is: zo goed als élk beeld is een pokéstop, en het stikt er van de beesten! Enfin, we liepen rond, ik keek mijn ogen uit, en kon mezelf wel slaan dat ik hier nooit eerder ben geweest.

Een aantal van de foto’s zie je in de meer algemene post van vandaag. Ik voeg er nog een paar toe, met kinderen en zo erbij :-p

We namen even pauze in de fantastische ligstoelen die het park zelf voorziet, dronken wat want het was plots warm geworden, en gingen verder met deel twee. Babeth en Edith haakten af omdat ze naar huis moesten, en ook Birgit en Kitty hadden andere verplichtingen. Maar Wolf ging wel degelijk mee voor deel twee, terwijl ook Merel en Mira-Lou ons vervoegden, en de rest van de kinderen ging kubben of voetballen met Raf en Koen. We vonden ook nog met enige moeite een toch wel lastige aparte geocache.

En toen was het plots al half vijf… Ook Annelies moest weg, Wolfs rug deed gemeen zeer, en we hielden het voor bekeken. De fotozoektocht is nog net niet afgelopen, we missen nog twee beelden, maar Annelies ging ze een dezer dagen eens verder zoeken, zei ze. Maar ik had een fantastische middag: vrienden en fijne babbels, prachtige beelden, excellent weer, een stevige portie cultuur, en vooral een ongelofelijk ontspannend gevoel.

En dan kreeg ik nog een verrassing van Bard: de museumgids, een heel knap vormgegeven boekje. Ik heb er al in zitten bladeren en zelfs zitten lezen. Bedankt, Bard, maar dat was echt niet nodig hoor! Ik ben sowieso laaiend enthousiast!

Kom ik dus terug? ’t Zal wel zijn da! Misschien nog eens een picknick op het einde van de vakantie, of op een mooie zondag in september. Ofwel wacht ik op een prachtige herfstige zondag, wanneer de bladeren al verkleurd zijn, en we dan in de buurt iets eten. Zeker weten dat ik Bart meepak, voor zowel beelden als pokemon.

Dat ik hier niet eerder ben gekomen, ik snap het nog steeds niet.

Oh, enne… het terugrijden?

Middelheimpark, of Middelheimmuseum, hoe je het ook noemen wilt

Ik zeg het al ongeveer twintig jaar, denk ik, dat ik eens naar het openluchtbeeldenmuseum in het Middelheimpark wilde gaan. Een gat in mijn cultuur, zeg maar. Alleen had ik er geen benul van hoe groot dat gat eigenlijk wel was…

Vorige week had ik een oproepje gedaan op Facebook, of er mensen waren die zin hadden om te picknicken in het park, en meteen ook te genieten van de beelden. We bleken met 18 te zijn, en zoals iemand zei: “Ik had nooit gedacht dat ik deze zin ooit zou neerschrijven: je komt binnen aan de gesmolten boot, en dan ga je links tot aan de ijsbeer, en daar bij de zwangere vrouwen spreken we af.” Juist.

Ik keek mijn ogen uit. Echt waar. Om de paar meter tussen het groen staat wel een beeld of kunstwerk, en toch is het niet overladen. Het feit dat de beelden tussen het groen staan, geeft ze een totaal andere context dan een museumzaal. Het feit dat er gewoon kinderen tussen spelen, maakt het helemaal mooi.

We installeerden ons in de strandstoelen die daar gewoon vrij te gebruiken zijn, picknickten, en maakten er een zalige dag van.

Daarna gingen de kinderen naar de speeltuin in het Nachtegalenpark wat verderop, en liepen we met een aantal rond om te genieten. Vooral de tijdelijke tentoonstelling van Richard Deacon kon op de belangstelling van het gezelschap rekenen, maar dat is natuurlijk omdat zij, als rasechte Antwerpenaren, wél vertrouwd zijn met het museum.

Ik geef u hier een paar indrukken mee, maar geloof me, ik ben geen fotograaf: voor goede foto’s (en dito besprekingen trouwens) moet u in de museumgids van het park zijn, een prachtig vormgegeven boekje. Een aantal van de foto’s zijn van de hand van Babeth Van Son, een amateurfotografe uit Vilvoorde die ook kwam meegenieten.

Maar daarnaast is het ook gewoon een prachtig park, met talloze speciale bomen, weidse lanen, bospaadjes, en – voor de liefhebbers – ongelofelijk veel pokémon en pokéstops (bijna elk beeld is er eentje).

Wil u dus een rustig, ontspannen uitje, al dan niet met kinderen, dat net dat ietsje meer is? Niet twijfelen, gewoon doen. Want ik kom zeker, heel zeker nog terug, wellicht zelfs meerdere keren, en in verschillende seizoenen.

Want dat gat in mijn cultuur is nog lang niet dicht, echt niet.

Oh, enne, mocht u eraan twijfelen: het is volledig gratis, en vrij te bezoeken. Aan de infobalie zijn er plattegronden en infoboekjes te verkrijgen, en er is een hele fijne Middelheim app.
Hou wel de openingsuren in de gaten.

MIDDELHEIMMUSEUM
Middelheimlaan 61
2020 Antwerpen
tel. 03 288 33 60
www.middelheimmuseum.be
Openingsuren:

  • Oktober tot maart: van 10 tot 17 uur
  • April: van 10 tot 19 uur
  • Mei: van 10 tot 20 uur
  • Juni en juli: van 10 tot 21 uur
  • Augustus: van 10 tot 20 uur
  • September: van 10 tot 19 uur

 

Dagje Antwerpen

Bart had het al een tijdje gezegd: hij wilde eens naar Antwerpen, naar een tentoonstelling over futurologie in het M HKA. Met Wolf erbij is dat een beetje moeilijk, want die kan geen ganse dag rondhangen momenteel. Maar aangezien hij op kamp is…

Bart had eerst nog een bespreking om 9.00 uur, en om kwart voor elf zaten we samen in de auto richting Antwerpen, meer bepaald dus het M KHA. Plan was om daar te parkeren, dan even rond te lopen, iets te gaan eten, en dan het museum te doen. Het begon allemaal heel goed, maar de kleur van de lucht noopte me er toch toe de regenjassen mee te nemen. En jawel, nog geen vijf minuten later was het prijs! We hadden eerst nog snel de geocache meegepikt die daar aan het M HKA ligt, zijnde de loft van Loft. Maar aan de overkant van het parkeerterrein aan de Waalse Kaai zijn we toch een brasserie binnengevlucht, voor eerst een drankje, en daarna iets te eten. Brasserievoedsel, duur, en niet eens echt zo goed. Jammer.

Tegen dan was het opgeklaard, en liepen we naar het museum. Ik kan niet zeggen dat ik onder de indruk was van de tentoonstelling, ze is alles behalve beklijvend, eigenlijk. Wél leuk is dat we de kinderen perfect hun gang kunnen laten gaan. Ze hadden een opdracht/zoektocht van Vlieg, en deden hun eigen ding. Ze kennen de regels van een museum maar la te goed: niks aanraken, niet te luid, niet lopen. En dat deden ze voorbeeldig.

Beneden was er een werk waar mijn rugzakje niet naast misstond, vond ik zelf. Maar ’t zal wel weer aan mij liggen :-p

Enfin, we liepen naar buiten, en besloten, na enig overleg, naar het Fotomuseum te gaan wat verderop. Ook daar was er een zoektocht, en ook daar vonden de kinderen het best leuk.

En toen? Was het tijd voor een ijsje, uiteraard! Een terrasjesman verwees ons in plat Antwerps naar de andere kant van het plein voor een kwaliteitscrèmerie, en het mag gezegd zijn: het ijs was succulent! Nog nooit zo’n goeie pistache gegeten! Duur, dat ook, maar zijn geld waard. En Kobe kreeg zowaar een Nainggolan :-p

Na nog een kort wandelingetje om nog een geocache op te pikken, hielden we het voor bekeken. Het was vier uur, en shoppen ligt ons niet, en voor nog een museum hadden we geen zin. Tsja.

Een ritje naar Neufchâteau, richting kamp

Deze voormiddag hebben we Wolf naar het groot scoutskamp gebracht. Jawel, met zere rug en al.

Ik ben gigantisch vol lof voor zijn leiding: zij kwamen zelf met het voorstel dat hij toch een paar dagen zou proberen meegaan. Het hele kamp, zoals de anderen, dat zou zeker niet lukken: hij kan geen rugzak dragen, en hij kan niet langer dan 20 minuten stappen. Samen met Elvine, een van zijn leiding, overliep ik de kampplanning: de heenreis per trein, vorige donderdag, met dan een stevige tocht van het station tot aan het terrein, was sowieso een no-go. En dan tweedaagse op zaterdag en zondag uiteraard ook niet. Maar vanaf maandag – vandaag dus – blijven ze zowat de hele tijd op het terrein zelf, en is er vooral het totemgedoe, iets waar Wolf enorm naar uitkijkt. We hebben dus afgesproken dat ik vandaag Wolf ging brengen, met een gewone zak, een veldbed in plaats van een slaapmatje, een extra stoel, veel medicatie, en vooral veel goodwill. Echt, ze hebben zelfs speciale totemopdrachten voor hem voorzien, die hij normaal gesproken wel moet aankunnen. En aangezien ze eigenlijk de rest van het kamp op en rond het terrein blijven, kan hij regelmatig gaan liggen als het nodig is. De bedoeling is dat hij zeker tot donderdagvoormiddag blijft, dan is de totem afgelopen. En dan gaan ze ook dag per dag zien of hij het nog uithoudt. Ik sta dus op standby vanaf donderdag, met als deadline zondag, want dan keert iedereen per definitie terug. Aangezien hij de tocht met bagage tot aan de trein niet aankan, moet ik hem toch gaan halen.

Om half tien, kwestie van de spits te vermijden, zaten we in de auto. De echte spits hadden we niet meer, maar we verzeilden wel in allerhande wegwerkzaamheden, zodat de rit van twee uur toch vlotjes drie kwartier langer duurde. Ik zette een glunderende Wolf om kwart over twaalf af op het terrein, waar hij met open armen werd ontvangen door zijn vrienden, en hij meteen al werd meegetroond naar een soortement ligzetel. Yup, ik heb er wel vertrouwen in, ja. De omgeving is in elk geval prachtig.

Ik maakte even gebruik van de superdeluxe hudo – geen sarcasme: bij ons was dat gewoon een gesjorde wigwamconstructie waarbij je op één balk zat, een andere balk had als rugleuning en een derde als voetsteun. Met een tentzeil rond voor de privacy en het toiletpapier in een plastiekzak aan een nageltje. En als het regende, werd zelfs je ondergoed nat. Zij hebben zowaar een hokje mét dak, wc-brillen op de gaten, en een echt wc-gevoel. Waar gaat dat naartoe, zeg? – enfin, de hudo dus, en daarna reden we naar Neufchâteau om er iets te eten.

Waar we vertrokken waren in de gietende regen, en het was blijven regenen tot na Namen, was het intussen gewoon drukkend warm geworden, zodat we zelfs binnen gingen eten. Het was lang wachten, maar de kinderen gedroegen zich voorbeeldig.

We liepen wat verder tot aan het gerechtsgebouw en vonden er een mooie cache.

Toen reden we terug naar Grandvoir voor een cachetocht, de Sanglochons. Eigenlijk is het 8 km wandelen, maar dat zagen we niet zitten. Een groot stuk deden we dus met de auto, die zich toch wel eventjes een 4×4 moet gevoeld hebben. Kan niet missen dat mijn uitlaat los hing :-p

Op een bepaald moment konden we écht niet verder: er lag gewoonweg een riviertje! We parkeerden, namen het smalle voetgangersbrugje, en stapten stevig omhoog voor een wandeling van een dik uur, en drie extra caches. Gelukkig hadden we water mee, want het was intussen echt gewoon heet! Ik had ’s morgens geen topje aangedaan, maar een relatief dik T-shirt met halflange mouwen, en ik heb gewoon uitgespeeld. Het is niet alsof er nog iemand in die bossen liep, en een mooie Marlies Dekkers lijkt wel een bikinibovenstuk. De wandeling was echt wel mooi…

De laatste twee caches zagen we niet meer zitten: ietsje te ver. We reden dan maar naar Libramont om daar nog een terrasje te doen, maar de streek is blijkbaar echt niet toeristisch: we hebben nog op het allerlaatste nippertje een ijsje gevonden – twee minuten voor sluitingstijd – en hebben dat dan maar op een muurtje opgegeten.

IMG_3358

Tegen kwart voor zeven zaten we in de auto, en reden vlot – geen moment file! – naar huis, zodat we om kwart voor negen thuis stonden.

Zalige dag gehad, en dan nog afgesloten met de laatste nieuwe Game of Thrones.

Yup, duidelijk vakantie!

 

Dagje Dordrecht

Ik sliep tot een uur of tien, en toen was er een breakfast of queens: Sabrina had verse taart gebakken met een wortelachtige bodem, een laagje rood fruit en dan wat havermout, en daarnaast nog een taart met een romige limoen-avocadovulling. Allebei gluten- en lactosevrij, en bijzonder lekker. Er was vers fruit, thee met tijm uit de tuin, en honing erbij, deftige koffie, enfin, alles wat je je kan wensen zo ’s morgens.

Daarna installeerde ik me voor een uurtje of twee in de tuin, terwijl de andere dames zich klaarmaakten. Ik denk dat Bart hier thuis écht niet te klagen heeft over mijn voorbereidingstijd als we weg moeten… Maar de tuin was wel heerlijk zitten.

IMG_1247

Enfin, tegen half twee waren we eindelijk weg, eventjes met de auto tot aan Hannekes nieuwe appartement.  Ik snap dat ze het gekocht heeft: luxueus, groot, en bijzonder mooi gelegen. Daarna reden we terug naar Sabrina’s huis, en sprongen op de fiets. Hanneke reed meteen naar een optreden, en wij fietsten richting de Didi-winkel, want ik wilde perse een nieuwe lange broek van ginder: die zitten zàlig, en er is geen winkel meer in Gent. Een en ander resulteerde in een ware shopping spree, waarbij ikzelf één broek scoorde – de juiste kleuren hadden ze eigenlijk niet, maar nu weet ik wel wat ik precies nodig heb, en kan ik dat bestellen online als het weer binnen komt – en een heus rood kleedje, en Caterina een kleedje en een ongelofelijk knap bloesje. Tussendoor speelden we ook nog een pakje frieten naar binnen bij wijze van middageten. Ik zocht nog even naar een blauw Tshirt voor Merel, maar da’s duidelijk geen modekleur momenteel.

We beloonden onszelf met een serieus deftige koffie op een terrasje om onze gepijnigde voeten en rug wat rust te gunnen, en hielden meteen een soortement fotoshoot.

IMG_1248

We liepen nog wat rond, pikten een stukje Pearl Jamming mee – die gasten waren wel goed, ja – en gingen toen eten in een een all-you-can-eat sushi. Het kost je 28 euro, maar daarvoor kan je bestellen wat je wil: je klikt per keer 5 stuks per persoon aan op een tablet, en die bestelling gaat meteen richting keuken, waar ze sowieso nonstop sushi staan te rollen, eend te roosteren, teriyaki spiesjes te maken, enzoverder. Je hebt recht op vijf rondes, wij zijn toch wel aan twee geraakt. Lékker, en veel te veel gegeten. En dan bleek er nog dessert te zijn inbegrepen ook: ijs en kleine gebakjes zoals soesjes, mini-donuts, chocoladecake… We zijn tolrond buitengewandeld, en hebben op die manier Musest gemist, naar ’t schijnt een steengoeie Muse tribute band. Persoonlijk heb ik het niet zo voor het gejengel van Muse, maar bon.

We waren wel meer dan netjes op tijd voor de Great Queen Rats, een Italiaanse Queen tribute band. Intussen was het beginnen regenen, en werden we behoorlijk nat. Lang leve mijn nieuwe Rains vestje! En dan de muziek: ik geef het toe, bij het eerste nummer bleef ik bijzonder sceptisch. Ja, de zanger leek wel op Mercury, en de gitarist had zelfs de moeite gedaan om een Brian Maypruik op te zetten, en de drummer had zowaar een blond pruikske op, maar… Ik vond de zanger niet zo goed bij stem. En daarbij, Queen willen evenaren? Is dat niet wat hoog gegrepen?
Maar blijkbaar moesten ze gewoon nog wat opwarmen, want na een paar nummers was ik zowaar helemaal door het dolle heen: die mannen waren góed zeg! De zanger had Mercury blijkbaar bijzonder goed bestudeerd, en deed perfect al zijn maniërismen na, zowel vocaal als fysiek. En zijn stem, jawel, die kon het repertoire perfect aan. Ik vergat zowaar dat het niet de echte waren, en heb me bijzonder goed geamuseerd: meezingen, staan dansen en springen, onnozel doen, net echt. Helemaal heerlijk werd het toen bleek dat ze een bekend Dordts koor – dat eerder die dag op hetzelfde podium had gestaan – hadden geëngageerd voor “Somebody to love”, en later zelfs “Bohemian Rhapsody”. Dat maakte het helemaal af!
En toen was er het rustige “Who wants to live forever?”, waarbij Hanneke, Sabrina en ik hand in hand stonden met tranen in de ogen: dit was er eentje voor Els, die zelf een echte Queensfan was.

Na afloop fietsen we naar huis, en we waren het er alle drie roerend over eens: dit was echt een heerlijke dag geweest. Dank je, lieverds!

Vaststellingen over Kopenhagen

  • Een ongelofelijk propere stad. Maar echt. Niet alleen het toeristische centrum, ook de parken en de buitenwijken die we gezien hebben. Of zoals Bart zei: “Zelfs hun bouwvallen zijn proper”. Er is iets van, ja.
  • Alles met kaart. Maar dan ook alles, tot en met een ijsje. Wij hebben geen Deense kroon in onze handen gehad, ik zou niet weten hoe ze eruit zien. Ongelofelijk gemakkelijk, eigenlijk feitelijk. Ook het vliegtuig en dergelijke was allemaal met smartphone, geen papier.
  • Iedereen spreekt er Engels, en goed ook. Wel zo gemakkelijk natuurlijk. Want ik had verwacht om toch iets te verstaan van dat Deens, maar dat valt lelijk tegen.
  • 44 geocaches gedaan in het centrum, en het zijn ze nog niet allemaal. Op die manier hebben we wel de stad op een andere manier gezien.
  • Fietsen. Ja, er zijn er veel, maar minder dan verwacht. Maar de infrastructuur is zalig: grote brede fietspaden, vaak met voorsorteerstroken zelfs, en eigen verkeerslichten. Nog zoiets: eerst het voetpad, dan het fietspad, dan pas de parkeerstroken – als die er al zijn – en dan de rijbaan. Veel minder risico op stationeren op het fietspad dus. En een fiets huren is dus echt wel een aanrader. Een elektrische fiets nog veel meer, want Kopenhagen heeft een klein centrum, maar daarnaast is er nog echt veel te zien.
  • Water. Veel meer water dan gedacht, eigenlijk. Heel erg mooi ook, dat bewijzen de foto’s wel.
  • Zonder geluid, maar wel gewoon in Christiania, op vijf minuten van het centrum.
  • Kerkhoven zijn er prachtig: meer park dan wat anders. Enfin, toch wat ik gezien heb. Er zijn trouwens ook echt veel parken, veel groen.
  • Het is een dure stad, maar dat wisten we op voorhand. 5 euro voor een ijsje, 5 euro voor een latte, enzoverder. Tsja…
  • Denen zijn zonnekloppers. Overal staan er van die strandstoelen, en zitten de mensen buiten. En ’s avonds zijn er dekentjes en terraswarmers voorzien, zodat iedereen buiten kan blijven.
  • Er wordt zeer weinig gerookt, enfin, toch voor zover wij gezien hebben. De meeste terrassen zijn ook rookvrij, en dat is wel aangenaam, ja.

Ja, ’t was een fijn reisje. Malmö, daar zijn we gewoon niet geraakt, geen tijd voor.