Port Zélande, dag twee

Bart was ’s morgens al bijzonder vroeg weg, jammer genoeg. Wij sliepen uit, hingen hier rustigjes rond, en tegen elf uur gingen we richting strand. De kinderen vonden dat ze het op zijn minst eens moesten gezien hebben, en dat vond ik ook. Het plan was om dan in het terugkeren langs het winkeltje te passeren en eten mee te brengen om zelf te koken.

Alleen… we liepen rustigjes aan zee, losten een multicache op, stelden vast dat vooral Merel moe was en iedereen eigenlijk al honger had, en bleven dan maar eten in een van de strandpaviljoenen. ’s Middags hebben ze hier in Nederland altijd een heel beperkte lunchkaart, zodat het uitsmijters werden voor iedereen. Lekkere en heel grote uitsmijters, dat wel.

We probeerden nog een cache te zoeken in de haven, maar stelden vast dat er een groot hek was dat ons de weg versperde, en liepen dan maar terug naar het huisje, om er even te rusten en te chillen.

Tegen half vier togen we naar het zwembad. Ik had er, om eerlijk te zijn, niet zo veel meer aan: de glijbanen en dergelijke kan ik niet meer doen, en de wildwaterbaan, die ik altijd zo leuk vond, moet ik volledig op de rug doen, en ik ben er eigenlijk geen moment gerust in. Het werd voor mij vooral in het bubbelbad zitten, geef ik toe. Tegen half zeven waren we terug, aten we boterhammen, en keken we samen naar Spider Man: Homecoming. Allez ja, Merel keek het eerste kwartier – de rest had ze toch al gezien – en ging daarna slapen.

En tegen goed elf uur was Bart hier terug, na een vergadering om tien uur, een huis verkopen in Ronse om vier uur, een vergadering om zes uur en eentje om zeven uur. Ha ja, als hij dan toch moet terugkeren, zorgt hij er wel voor dat het meteen de moeite loont. Maar ik was toch blij dat hij terug was. Het is niet hetzelfde als hij er niet bij is…

Port Zélande

Dit jaar kon Bart het zich niet echt permitteren om lang op vakantie te gaan: te veel hete hangijzers in het vuur, te veel dingen die nu onmiddellijke reactie kunnen vragen. We wisten dat op voorhand, het is niet alsof dat een probleem was. Ik had met de kinderen afgesproken deze week vrij te houden, en we gingen wel zien wat we dan gingen doen. Ik had gedacht met de auto naar Engeland te gaan en er van B&B naar B&B te rijden, zoals ik zelf altijd heb gedaan met ons ma. Of Duitsland, of Bretagne of zo.

Maar zij kwamen met het uitdrukkelijke verzoek nog eens Center Parcs te doen: dat was eeuwen geleden en ze vonden dat zo leuk. Euh… van mij niet gelaten. We kozen Port Zélande omdat we daar goeie herinneringen aan hadden en dat amper een dik uur rijden is van thuis. Nog een chance, want morgen mag Bart al heen en weer rijden… Tsja.

We waren zowaar klaar om half tien, du jamais vu, terwijl Arwen pas afgezet werd om tien uur. Iets later zaten we dus in de auto’s, richting Middelburg. Daar wilden we even de toerist uithangen, wat geocaches oppikken en iets eten. Er was stralende zon toen we er toekwamen, maar gelukkig zaten we tijdens het eten onder een grote parasol, want jawel, de eerste regenbui was een feit.

Tegen een goeie één uur zaten we alweer in de auto en reden we via de Deltawerken Neeltje Jans. Ik had het me indrukwekkender van uitzicht voorgesteld, om eerlijk te zijn, ook al waaiden we er bijna weg.

Om half drie waren we in Center Parcs, zodat we eerst nog een koffie gingen drinken voor we in ons huisje kwamen. Om eerlijk te zijn: dat huisje valt een klein beetje tegen. Het is klein voor zes personen: één kleine badkamer, en de zetel in de woonkamer is zo groot dat je hem opzij moet schuiven als je naar het terrasje wil. Nu, ik denk niet dat we dat vaak gaan willen, want het regent eigenlijk nogal. En daarnaast, ja het is vernieuwd, maar de oude houten ramen zijn nog altijd gewoon oude houten ramen die niet perfect sluiten en dat soort dingen. Meh.

Enfin, we installeerden ons en Bart ging met de kinderen prompt naar het zwembad. Ik paste: ik weet niet wat het is, maar ik ben de laatste dagen nogal opvliegend en slecht gehumeurd, en de stilte en het lezen deed me goed.

Tegen half zeven werd er gegeten, en terwijl de kinderen dan wat tv en computer  keken, maakten Bart en ik nog een avondwandeling. Het is een twintig minuutjes wandelen tot aan de zee, en dat is wat we deden, onder een dreigende avondlucht. Tot onze grote verbazing vonden we vlak voor de duinen een betonnen vlakte, het lijkt wel een schots en scheve landingsbaan. Vreemd, tot ik leerde dat het hier eigenlijk een immense dam is, en dan is het meteen minder vreemd. We wandelden rond, pikten een geocache op, stelden vast dat het eb was en de zee zelf wel heel ver lag, en keerden op onze stappen terug, want de lucht begon nu wel héél erg dreigend te worden, compleet met bliksems en al. Een zonsondergang zien over de zee zat er dus niet echt in.

Helemaal droog hebben we het niet gehouden, maar het was pas toen we al veilig en wel terug waren in het huisje dat het beginnen gieten is. Oef.

Doodgewone zondag

Hehe, eindelijk weer eens een normale zondag! Een zondag waarbij er was werd gedraaid, ik mijn pa ging ophalen tegen half twaalf en hij dus gewoon bij ons aan tafel zat. En het eten gelukkig lekker vond. En daarna koffie dronk, en mijn blog las, en de kousen sorteerde en opvouwde.

Het doet echt deugd dat hij gewoon terug… normaal is. Echt.

Tegen een uur of vijf bracht ik hem terug naar huis, met twee maaltijden netjes ingepakt en een croissant voor vanavond. Zo hoort dat.

Oh, en we reden nog langs het kasteel van Lovendegem waar Guido donderdag een nieuwe cache had gelegd, en we waren zowaar de tweede om hem te vinden! Komt dat tegen!

In elk geval: een goeie dosis normaliteit, want voor een chaotische geest als de mijne niet slecht is.

Geo-art: 55 op een dag!

Man, soms doet zot zijn toch geen zeer…

In de zomermaanden doet het team achter de geocaching website altijd een soortement wedstrijd. Je kan er niet echt iets mee winnen, zoals nooit bij het geocachen, maar je kan er “souvenirs”, virtuele beloningen voor krijgen. Deze zomer ging het om Mystery in the Museum, waarbij je bepaalde caches moest loggen om een aantal gestolen juwelen en dergelijke te krijgen. Gisteren had ik de laatste saffier gevonden, en ik dacht dat ik er dan wel was. Juist ja. Krijg ik de boodschap dat de enige taak die me nog restte, was dat ik nog 35 caches moest loggen. Oh, en het spel loopt morgen af. Ah. Right.

Gelukkig had ik een week of twee geleden al een hele mooie geo-art DRAAK zitten oplossen: dan vormt de cachelegger een woord of tekening met allemaal raadsels, en als je het antwoord juist hebt, krijg je de plek waar je de cache kan vinden. Deze vormde een toertje van zo’n 25 kilometer doorheen Oostakker-Desteldonk en omstreken, met een totaal van 55 caches.

Ik stak tegen een uur of drie de fiets in de koffer en reed naar het startpunt, met het idee er 35 te doen.  Maar toen was ik gigantisch goed bezig en had ik nog geen zin om te stoppen. En ging ik er 40 doen. En toen waren het er maar 15 meer, en was het ook zo onnozel om te stoppen, toch? De laatste vijf waren er eigenlijk te veel aan, moet ik toegeven. Het fietsen is niks, het is het elke keer op en af stappen, die zware fiets tegen een boom moeten zetten of in het gras leggen, en telkens weer aanzetten dat het lastig maakte.

En… Ik heb de stommiteit gemaakt om te denken dat twee stukken landwegel wel gingen verbonden zijn met elkaar, waardoor ik uiteindelijk een weide ben doorgefietst, met die zware fiets twee grachten ben overgestoken, een gans eind tussen de rand van een maisveld en een gracht ben geploeterd door het hoge gras en de struiken, en onder een prikkeldraad door ben gekropen met fiets en al. Ugh. Geen goed idee.

Maar de tocht zelf was prachtig, ik heb intens genoten, heb mijn fles water kunnen laten vullen door een gepensioneerde die zijn tuin aan het sproeien was, en was klaar rond half negen. Yep, meer dan vijf uur op de fiets, ge moet goed zot zijn. I know.

(Maar ik heb toch maar lekker 55 caches gehaald vandaag!)

Art deco in Sint-Niklaas

Toen ik deze winter een kunstroute liep in Sint-Niklaas, had ik vastgesteld dat er echt wel veel prachtige gebouwen staan, vooral dan uit de art decoperiode. Blijkbaar was ik niet de enige die dat wist, want er loopt een geocacheroute doorheen de stad van het ene artdecogebouw naar het andere. Je krijgt zestien foto’s en je moet er 12 van zien te herkennen, om dan de eigenlijke cache te kunnen vinden.

Ik had toen al gedacht: dit moet ik eens met Véronique doen, die is even zot van die art deco als ik. Meer eigenlijk, aangezien ze nu net een prachtig art decohuis gekocht heeft in Ronse.

Enfin, vandaag stond dat dus eindelijk op de planning: een dag zonder kinderen in Sint-Niklaas, en dan maar gebouwen kijken en die geocache doen. Helaas, na alle prachtige dagen van de voorbije weken was het vandaag aan het regenen. En goed ook. We vertrokken hier kwart voor elf, pikten langs de route een paar caches op, de een al natter dan de andere, namen vooral ook de Rondje Vlaanderen Sint-Niklaas mee, zochten ons te pletter bij eentje die verdwenen bleek te zijn, en gingen dan maar gaan eten op een terras op de Grote Markt. Waar het verstandig was dat we centraal onder een parasol zaten, want ook al was het niet koud en zat ik in een topje, het was aan het regenen. Of gieten, bij momenten.

Het vispannetje was lekker en gloeiend heet, en na de maaltijd was het zowaar even gestopt met regenen! We begonnen aan onze wandeling van zo’n 5 kilometer, van art deco huis naar art deco huis, langs prachtige straten en nog veel meer huizen die een vermelding waard waren geweest. We genoten, intens, en Véro nam de foto’s.

Wat ons minstens even hard deed genieten, was de verwenkoffie, respectievelijk -thee bij de Foubert. Het is al een goed teken als je op een druilerige vrijdagmiddag moet aanschuiven. En het feit dat ik kon betalen met een Bongobon en zelfs nog 5 euro wisselgeld terugkreeg, was al helemaal zalig!

Enfin, verder met onze wandeling en onze huizen. Tegen het einde was het welletjes geweest, maar Véro en ik waren het er roerend over eens: Sint-Niklaas had echt prachtige huizen en architectuur, en we moeten zeker nog eens terugkomen om de tweede art deco wandeling/cache te doen.

Voor herhaling vatbaar dus, zoveel is zeker!

 

Geocachen in Balen

In de Gentse Feesten en vorige week had ik Mathias kennis laten maken met Gent, nu was het tijd dat ik eens ging kijken in Balen. Niet dat dat nu bepaald een grootstad is, maar de natuur is er wel prachtig.

Tegen kwart over twee stond ik bij Mathias en Wim, en iets later stonden we achter zijn huis in Scheps, een natuurgebied met moerassen – heuse, echte, gevaarlijke, ik-zink-weg-en-ben-een-beetje-dood-moerassen – en vlonderpaden, poelen, vijvers, en blijkbaar ook een kapel, een Lourdesgrotje én een waterput van Sint-Odrada. De natuur is er inderdaad prachtig.

We gingen daarna naar Picknick eiland, een heus eiland met twee picknicktafels en drie palen voor hangmatten, om er gewoon rustig te zitten, te praten en te chillen. Mijn rug was de jongens dankbaar.

Ze lieten me ook nog de lokale visvijver – zonder vis – zien, en daarna reden we naar de andere kant van Balen voor een rondje geocachen, het rondje Natte Voeten, langs een kanaal en daarna langs de Nete, waar het soms inderdaad echt wel modderig en drassig lag. In de andere seizoenen kom je er niet door zonder rubberlaarzen, het was nu soms zelfs uitkijken en rondspringen.

Tegen zevenen stonden we weer bij Mathias thuis om even op te frissen – ik zweette als een bunzing – Stijn ook nog op te pikken, en dan naar Geel in het Aards Hof iets te eten.

Tegen elf uur zat ik in de auto richting Gent, klaarwakker, en dus pikte ik langs de baan in en rond Geel nog vijf extra losse caches op. Tegen half twee was ik uiteindelijk thuis, na een ideale, relaxte vakantiedag.

Heerlijk toch?