En toen was ze ziek, onze kleine meid

Het begon plots vannacht: ik schoot recht in mijn bed omdat Merel plots aan het gillen ging, en jawel, ze had net zichzelf en haar dekens ondergekotst.

Ik riep Bart uit bed, en die kalmeerde en douchte zijn dochter, terwijl ik het bed ververste en een proper donsdeken uit de kast haalde. We waren ongeveer gelijktijdig klaar, en dus zette ik een emmer naast Mereltjes bed, en stopte haar weer netjes in, in de hoop dat het de clementijn was die op haar maagje was blijven liggen, en die ze dus had overgegeven.

Niet dus.

Toen ik haar ’s morgens om zeven uur uit haar bed wilde halen, had ze opnieuw gekotst, maar had ze blijkbaar ook zware diarree gehad. Ze had me alleen niet durven roepen, denk ik, omdat ze weet dat een pamper enkel nog dient om in te plassen. Enfin, ze ging opnieuw de douche in, en ik ververste nog maar eens het ganse bed. Ze wou echter niet meer slapen, en kwam mee naar beneden. Ik was blij dat ze nog een emmer naast zich had staan, en dat ik haar een verse pamper had aangedaan, in plaats van een onderbroekje, want het bleek effectief een stevige buikgriep, het arme kind. Na nog een viertal verse emmers en verse pampers stak ik haar rond tien uur toch in haar bed, ondanks het protest dat ze liever in de zetel wilde blijven liggen. Ik stopte haar stevig onder haar dekens, liep naar beneden om de emmer te halen, en tegen dat ik, een tiental seconden later, opnieuw naast haar bed stond, sliep ze al.

Dat heeft ze gedaan tot kort na de middag, en toen zag ze er al meteen een heel pak beter uit, en wilde ze zelfs een glaasje water.

Bart was intussen ook thuis gekomen: ook hij voelde zich niet meteen lekker, en hij had meteen ook eten voor me meegebracht, want het was niet alsof ik het huis uit kon. Onze plannen om samen ergens te lunchen en dan naar het SMAK te gaan, zullen dus voor een andere keer zijn. Soit.

In elk geval zag ik haar zienderogen beter worden, en tegen de avond ging er zelfs een yoghurtje in. Ze was ook weer volop aan het spelen, en niet langer het hoopje ellende van ’s morgens. Intussen was Bart ook half geveld, en gaf dat het volgende beeld in de woonkamer tegen ’s avonds:

IMG_2563

Allemaal zeer sociaal bezig dus, en Merel bij haar broer, daar waar ze zich volkomen veilig voelt.

Tegen morgen zal ze wellicht wel weer in orde zijn, mijn kleine muis.

Herfstrapporten en oudercontact

Ik ben ze eigenlijk zo’n beetje vergeten, de rapporten van de jongens.

Eigenlijk valt er niet zo heel veel over te zeggen, en daar ben ik bijzonder blij om. Kobes rapport was zonder meer schitterend: voor wiskunde had hij bijna allemaal tienen, zijn laagste was een 9.2, dacht ik. Ook zijn taal is prima: het enige onderdeel waar hij wat punten op verliest – en dan spreken we nog altijd van een acht – is spelling, zijnde de herhaling van vorig jaar. Ergens speelt dat overgeslagen jaar toch wel een rol, ja. Ik ben wel trots, ja. Alleen moet hij dringend leren zich wat beter te focussen, en vooral dat sloddervossige uit zijn systeem te krijgen. Maar ja, het kind is erfelijk belast, hij trekt daarin een beetje te veel op mij, vrees ik. Zijn juf was uitermate positief over hem: het is een crème van een jongetje, zegt ze, lief, vriendelijk en behulpzaam, alleen vreselijk slordig. Maar bon, daar werken we aan.

Ook Wolfs rapport was zonder meer knap: alles in de 90, zelfs zijn Frans, en daarin trekt hij duidelijk niét op mij. Ook bij hem was zijn juf bijzonder positief: lief, gevoelig, behulpzaam, verstandig… Maar het gesprek op het oudercontact ging eigenlijk totaal niet over zijn punten, wel over zijn probleem met de klas. Ze begreep hem volkomen, maar bon, de klas is er nu eenmaal, en ze moet ermee verder. Er gaan wel tal van initiatieven genomen worden om de klassfeer te verbeteren, en het feit alleen al dat er aan gewerkt wordt, doet Wolf deugd.

En Merel? Die had uiteraard geen rapport, maar ik ging wel langs bij haar juf. Juf San wist me eigenlijk net hetzelfde te melden als juf Femke vorig jaar: dat Merel wellicht meer in haar mars heeft dan ze laat blijken in de klas. Ze vindt haar cognitief niet zo sterk: het lijkt wel alsof ze de opdrachten niet altijd begrijpt, maar het eerst eens bij een ander moet zien, en pas dan uitvoert wat van haar gevraagd wordt. Ook klapt ze regelmatig dicht als haar op de man af een vraag wordt gesteld, en soms begint ze zelfs hartverscheurend te huilen. We vermoeden beiden dat het om een vorm van faalangst gaat, omdat ze zeer sterke broers heeft die ouder zijn en alles wél kunnen, en we haar teveel dingen uit handen nemen. Basically wat juf Femke vorig jaar dus ook al zei.
We weten dus wat gedaan: niet meer de autogordel voor haar dichtklikken, maar haar zelf laten prutsen. Niet meer haar boterhammen smeren, maar haar zelf laten doen. Haar leren om zelf melk in te schenken, of het snoetendoekje te nemen, en zoveel meer. Het komt er eigenlijk op neer dat we haar niet meer mogen behandelen als ons kleintje, maar haar veel meer in haar eigenwaarde moeten sterken.

Het zal me benieuwen hoe ze daarop zal reageren, als ze plots niet meer als een prinsesje wordt behandeld.

Ziek

Ik had nog gehoopt om gisterenavond mee te kunnen doen aan de Nachtkronieken, maar het werd een avondje zetel. Net zoals het eigenlijk gisteren een dagje zetel was, en dat vandaag ook een dagje zetel is.

Ziek zijn, het is niet leuk. Zeker niet als je je er zo mottig bij voelt, en hoofdpijn hebt, en al dat soort dingen. Meh. Ik heb het echt niet voor een zware sinusitis, zodat zelfs douchen pijn doet. Ha ja, die waterstralen op je hoofd…

Dus nee, even boeken toe. Want langer dan een kwartier aan mijn computer is al niet meer haalbaar. Bleh.

Zorgleerkracht

Toen ik deze morgen Wolf ging wakker maken, kroop hij als een echte tiener nog dieper onder zijn dons, en kreunde: “Ik wil niet naar school”.

Wat me aan een kant enorm verbaasde, want Wolf is een vrolijk, leergierig kind. Aan de andere kant had ik het al zien aankomen: hij klaagde al een tijdje over zijn rumoerige klas, en dat het soms echt niet meer leuk was. Dat ook zijn juf ze soms niet onder controle kon houden, en dat ze al gezegd had dat ze doodmoe van hen was, in die mate dat ze ’s avonds aan de keukentafel eigenlijk zelfs geen deftige conversatie meer kon houden met haar eigen kinderen. Wolf, het teergevoelige zieltje, lag daar echt wakker van.
En nu was die juf nog wel geveld door een keelontsteking, en was er een jonge vervangleerkracht, eentje die de klas totaal niet kon beheersen. Ik snap dat volledig, ik ben ook nog interim geweest, maar Wolf vindt het verschrikkelijk.

Het argument dat zijn juf vandaag terug ging zijn, kreeg een “Kan me niet schelen” als antwoord, en het feit dat het nog twee dagen is voor het vakantie is, ontlokte een “Maar dat gaat toch niks helpen, want daarna is het toch weer van het zelfde”.

Juist. Het zit dieper dan een baaldag, duidelijk.

Ik ben deze morgen met de kinderen naar school gewandeld, en ben daarna even in het secretariaat binnengelopen, om een afspraak te maken met de zorgleerkracht. Die kon me er gelukkig snel even tussen nemen rond 15.00u, en kon ik Wolfs probleem melden. De lastige klas, daar wist hij al van. Hij zag ook niet direct een oplossing – net zo min als ik, eigenlijk – maar was blij dat ik tenminste een melding had gemaakt, zo weten ze dat er een effectief probleem is.

Ik hoop nu maar dat Wolf er zich kan over zetten. Deze namiddag was hij in elk geval een pak vrolijker, want zijn eigen juf terug, dat maakte toch al een heel verschil. Ook al gaat het wel weer slechter worden. Maar deze goeie dag had hij tenminste gehad, zei hij. That’s my boy!

Ze lopen moe, meneer.

Het wordt tijd dat het vakantie is, medunkt. Merel loopt meer dan moe, ook al zit ze echt wel tegen kwart na zeven in haar bedje. Allez ja, toch op de meeste dagen. Op woensdag en vrijdag is het acht uur, omdat we dan naar de rugby moeten, en we pas tegen dan terug zijn. Ik zorg dan wel dat ik boterhammen mee heb, zodat ze al gegeten heeft tegen dat we thuis zijn, en dat ze dan meteen in bed kan.

Maar ze is per slot van rekening nog altijd geen vier, en het zijn lange dagen voor zo’n kleuter.

Op woensdagmiddag is er echt niet veel tijd, en doe ik de kinderen te voet naar huis komen. Toch als het niet regent dat het giet, tenminste. Vandaag kwamen ze al blazend en puffend thuis: Merel had de hele weg gehuild, dat ze moe was en haar benen pijn deden, en dat haar jas lastig deed, en… Enfin, u kent het wel. Ze kroop hier thuis in de zetel, onder een dekentje, maar viel toch niet in slaap. Veel heeft ze niet gegeten, daarna, en lag al snel weer in de zetel. In de loop van de middag beterde het wel, en tegen dat de jongens weer thuis waren van de muziekschool, was ze alweer aan het tetteren dat het een lieve lust was.

Maar ze loopt moe. En uitslapen kan ze blijkbaar niet, in het weekend is ze steevast ook om half acht wakker.

Tsja. Een paar rustige dagen zullen welkom zijn. En niet alleen voor haar.

 

Kobe bij de logopediste: update

Sinds mei gaat Kobe dus wekelijks naar de logopediste. De tandarts had in januari vastgesteld dat hij een infantiel slikpatroon heeft, en dus moesten we naar de orthodontist om een voorschrift.

Intussen zitten we dus wel een aantal maanden verder, en gaat het gelukkig vooruit. Dat ligt niet altijd aan Kobe zelf: hij doet – hoe zou u zelf zijn? – zijn oefeningen niet graag, en dus slaat hij ze al eens over, ook al staat ons halve huis vol met blaadjes waarop staat; ‘Logo!’. Maar bon, wat hij doet, doet hij blijkbaar wel goed. Nog een paar sessies, en het zou helemaal in orde moeten zijn. En dan zouden zijn tanden ook spontaan recht moeten komen.

Het zal alweer wat schelen: geen gezaag meer over zijn oefeningen, en geen hee-en-weergerij meer naar die logo. Poeh.

Verhuis

’t Is dat ik mijn maten graag zie, want ik heb een serieus zware week, en gisteren ben ik dan nog onverwachts de hele dag kwijtgespeeld.

* maandag: les, en daarna tandarts met alle kinderen.
* dinsdag: les, en dan vergadering van 16.30 tot 18.00u, snel naar huis, en vergadering van 20.00u tot 23.00u
* woensdag: les, rondcrossen voor muziekles, glas rapen uit het gras, en dan ’s avonds héérlijk naar Hertog Jan. En veels te laat in bed.
* donderdag: om half tien naar de dierenarts met Radagast, en aansluitend een maat opgepikt, naar de Hubo op de Ottergemsesteenweg, en dan met een camionette naar Niel (bij Boom) en terug. Net op tijd terug voor de vergadering van 16.30u tot 18.00u.

Vandaag nog een ganse dag les, en vanavond naar de rugby met de jongens.

Ik zeg het: ’t is dat ik met veel plezier voor mijn maat naar Niel ben gereden met een paar kasten – hij heeft nog niet lang genoeg zijn rijbewijs om zelf te rijden – want anders was ik gewoon rustig thuis gebleven en had ik mijn verbeterwerk aangepakt. Ik had ook nooit gedacht dat we zo lang weg gingen zijn, maar het duurde gigantisch lang in de Hubo voor we vertrokken geraakten, we zijn dan nog drie keer verkeerd gereden – ne mens zou denken dat hij zijn huis weet zijn – en dan was er ter plekke nog een klein crisisje op te lossen. Tot zover mijn rustig moment dus.

Maar ik wens hem alle geluk in het nieuwe huis!

Gewoon: wow!

Bart had me een tijd geleden gevraagd om woensdagavond 1 oktober uit te blokken in de agenda, en een babysit te voorzien. Hij had uiteindelijk de verrassing niet voor zich kunnen houden: we gingen eten in het driesterrenrestaurant Hertog Jan van Gert De Mangeleer!

Ik ben ooit al driesterren gaan eten met de schoonfamilie in het Hof van Cleve, en was toen ook serieus van mijn sokken geblazen.

Hertog Jan – de Hoeve is helemaal, maar dan ook helemaal anders. En ook weer niet. Anders als in: het restaurant is ingebed in een gigantische moestuin, er is een keuken waar je kan inkijken, en er hangt een, tsja, frisse sfeer. En gelijk? Het niveau van koken, de aandacht voor details, dat soort dingen.

We kwamen aan, en onmiddellijk wist de dame aan de receptie dat ik geen komkommer mag eten, zoals Bart bij reservatie had doorgegeven. Je krijgt namelijk bij aankomst een fris drankje, en de mogelijkheid om te gaan wandelen in die reusachtige moestuin. In dat drankje zat komkommer, en dus stond er voor mij iets anders klaar. Ik heb niet onthouden wat het was, maar het was alleszins iets bizars. En die moestuin was overigens best indrukwekkend, ja.

Daarna kregen we een tafeltje in de grote, maar ondanks dat toch gezellige zaal. Aan de zijkant zijn er grote glazen deuren naar de oude schuur (vermoed ik), waar je heel erg ijverige koks in overall kon zien rondlopen, en waar ook Gert De Mangeleer voortdurend aan het uitleggen, bijsturen, roeren en proeven was. Leuk om zien.

Bij het aperitief kwam een pleiade aan hapjes, het een al origineler en lekkerder dan het andere. Bart en ik kozen voor het verrassingsmenu van vijf gangen, en hebben het ons geen moment beklaagd.

Het eten trachten te beschrijven zou het oneer aandoen, en dus ga ik dat ook niet eens proberen. Maar het is wonderlijk hoe je blijkbaar iets kan maken dat eerst volop naar rode biet smaakt, en waar pas na een paar seconden een serieuze smaak van zoethout bij komt. Of hoe ongelofelijk mals Wagyurundsvlees is. Of hoe hemels iets met gelakte paling en gerookte ham kan smaken. Bart en ik zaten regelmatig met halfopen mond naar elkaar te kijken, in een poging uit te drukken hoe lekker iets was.

IMG_0770

Na het dessert kwam bij de koffie nog een snoepkar langs, en ik heb me serieus moeten inhouden bij al die ‘friandises’. Ik had namelijk meer dan genoeg gegeten, maar zat niet ‘poefedik’, en het zag er allemaal even smakelijk uit.

Is het voor herhaling vatbaar? God ja! Maar we zullen er toch eerst nog even voor moeten sparen. Want de rekening was evenredig met het eten, jammer genoeg. Ik had in elk geval een ronduit zalige avond.

Dank u, liefje!

Knal!

Deze namiddag, terwijl de jongens naar de scouts waren en Bart een tukje deed, zat ik met Merel buiten in de tuin. Eerst deden we onnozel in de Fatboy, daarna zaten we gewoon gezellig met zijn tweetjes in de paarse ligzetel, wat verderop. En toen hoorden we een knal. Een luide. In die mate zelfs dat Bart buiten kwam kijken.

Ik wist eerst niet wat het was, hoorde enkel een zacht getik en gekraak. Tot ik naar omhoog keek, en zag dat het blinde raam, het zwarte geharde glas tussen beide badkamers, gesprongen was. Zomaar. Als er een vogel tegen gevlogen was, had ik het beestje wel gevonden, maar niet dus. Gewoon zomaar gebarsten, zonder directe aanleiding. Ik vermoed dat de warmte en de quasi loodrechte zon op het raam er iets mee te maken heeft.

Het zag er behoorlijk indrukwekkend uit, en vooral ook dat het elk moment naar beneden kon komen, vond ik. Ik stuurde Merel dus onmiddellijk naar binnen, en zocht een groot zeil, zodat niet alle glas in het gras zou terechtkomen.

IMG_1993

IMG_1998

IMG_2001

En toen begonnen er inderdaad kleine stukjes naar beneden te komen. Ik ben benieuwd hoe lang het nog zal duren. Ik hoop alleen dat ze het snel kunnen herstellen, of tenminste het glas gecontroleerd naar beneden halen, want nu ben ik echt niet op mijn gemak.

IMG_2002

Wie dat wel is, is Gandalf. Die vindt de beschutting van dat zeil ronduit prachtig, en wil er dus niet van onder komen. Tsja, als het glas naar beneden komt, zal het in alle geval niet op hem zijn ^^

IMG_2006