Week drie zonder geur of smaak

Dat die verdomde verkoudheid zwaar op mijn systeem werkt…

Het ergste is eigenlijk niet eens het voortdurende snuiten, de zware kop of de kloppingen in mijn oren, het ergste is dat ik al drie weken niks ruik of proef.

Probeer maar eens te koken dan! De soep is puur op ervaring gemaakt, maar de kinderen moesten proeven. Toen ik gisteren vanillewafeltjes bakte, rook ik ze niet eens. En bij het maken van het deeg brak ik een ei, dat er redelijk funky uitzag. Ik riep Kobe, en die bevestigde mijn vermoeden: het stonk! Bon, boeltje weggekieperd dus, maar ik heb zelf niks geroken. En ’s morgens heb ik er geen idee van of ik nu al parfum heb opgedaan of niet. Ook niet alles: voor je het weet, loop je te ‘sturmen’, uren in de wind. En oordeel dan maar eens of Merel haar Tshirt nog fris ruikt.

Maar het ergste vind ik dat ik niet met mijn neus door Merels haren kan woelen, of genieten van de verse lakens, of gewoon Barts warme geur naast mij in bed, als ik tegen hem aankruip.

Niks.

Gewoon niks.

Rotverkoudheid!

Dertien

Dertien is hij vandaag geworden, mijn Wolf. Dertien.

De dag begon voor hem om middernacht met chocoladetaart en een herberg vol vikingen die voor hem Happy Birthday zongen. Ik denk niet dat hij harder kon glunderen. En die taart, die was de max!

We gingen slapen rond drie uur, waren weer op om negen uur, en speelden toen nog wat verder. We hielden een hele mooie dienst voor gesneuvelde vrienden, passeerden rond half één bij Omaly voor Wolfs verjaardag, en reden toen naar huis, waar Bart en mijn pa elkaar intussen hadden geëntertaind. Bart had weer succulent gekookt, en ik smaakte er weer eens niks van. Blah.

Maar toen was er verjaardagstaart, en Wolf mocht het virtuele kaarsje uitblazen.

De rest van de dag was bijzonder rustig: ons pa ging naar huis, ik viel prompt in slaap in de zetel, en ik vermoed dat ook Wolf wel een tukje heeft gedaan.

Hij vond het in elk geval een zalige verjaardag!

Op weg naar Holm

Ik heb het hier al eerder gehad over Omen: een donkere, harde, grimmige larp in een vikingsetting. Bijzonder leuk om te figureren, ook al omdat ik van de spelleiding altijd van die stevige rollen krijg. Hartjes voor de spelleiding dus.

Tussen de weekends door organiseren de spelers vaak zelf nog een in-game avond, rond een bepaald thema. Zo was er eerder al het non-huwelijk waarop een van mijn figuren was uitgenodigd, en waar ik me kostelijk heb geamuseerd. Spelleiding voorziet dan ook altijd een minimum aan plot en figuranten.

Nu werd er een Goliad-avond (een van de volkeren in Omen) georganiseerd door de tweeling die oudleerlingen van me zijn, door mij aan het larpen zijn geslagen, en dat nu met volle overtuiging doen. Het zijn dezelfde twee die ook met Wolf en mij Cthulhu spelen, en die Wolf dus ook goed kennen. Ik werd uitgenodigd als figurant, en Wolf mocht mee van hen. Op expliciete uitnodiging, te meer omdat het morgen zijn verjaardag is. Normaal gezien zijn de weekends 18+, maar kunnen er figuranten mee vanaf 16, mits ouderlijke toestemming en begeleiding van een volwassene. Wolf moest er geen moment over nadenken, hij sprong een gat in de lucht. Spelleiding krabde even in de baard, en schreef toen een rol uit voor een twaalfjarige, de zoon van de dorpshoofdman en mijn stiefzoon :-p

Het werd echt wel een fijne avond, zonder veel actie, maar met veel politiek en gezever. Wolf genoot, en ik had hem beloofd om hem zo lang op te laten als hij zelf wilde. Tsja.

En voor het spel goed en wel begon, nam ik een paar foto’s. Fijne, fijne mensen.

Kalkoenrollade met ananas

Ik zag ze een tijdje geleden liggen in de winkel: zo’n diepgevroren kalkoenrollade. En meteen schoot er een recept door mijn hoofd, eentje dat ik vroeger wel eens maakte, toen we nog in de Forelstraat woonden. Lang, lang geleden dus. Ik leerde toen net koken, en zocht vaak recepten op in het kookboek van de Boerinnenbond. Ik had er zo eentje gekregen van mijn schoonmoeder, in echte Vlaamse traditie, en het was mijn bijbel.

IMG_8664

Enfin, het recept dus. Poepsimpel, eigenlijk. De rollade aanbraden in een klein beetje boter, en dan een klein uur op 200° de oven in pleuren. Dan haal je het netje en alle folie eraf – ha ja, dat is samengesteld uit restjes van de kalkoen, op zich wel lekker vlees, maar niks mee aan te vangen anders – doe je er een flinke geut porto bij, het sap van een blik ananasschijven op sap (duh), en laat je het nog tien minuutjes in de oven staan. Af en toe eens omdraaien en de saus erover lepelen is een aanrader.

Vlees uit de schotel vissen, saus indikken, vlees in mooie schijven snijden, afwisselen met de opgewarmde ananas, en serveren met kroketjes.

Er is goed van gegeten, ja.

Eekhoorntjes!

Vroeger waren eekhoorns echt zeldzaam, dacht ik. Ik kan me bijvoorbeeld niet herinneren dat ik er als kind ooit eentje heb gezien, om eerlijk te zijn.

Nu zien we er regelmatig in Center Parcs, en in Londen zag je ze ook lopen in de parken.

En nu? Nu zit er een vrolijk vijftal in de bomen naast onze school. We hebben natuurlijk het geluk dat we naast een park liggen, maar toch. Een vriendin zag ze plots tijdens de les, legde prompt haar les stil, en filmde de beestjes zelfs.

Ik zie het nog niet gebeuren in veel stadsscholen, of zelfs meer landelijke scholen. Ik heb zo het vermoeden dat we het predicaat ‘school in het groen’ wel verdienen.

Machtig, toch?