Omen The Wedding

Naar een larpavond gaan omdat je als adel bent uitgenodigd op het huwelijk van graaf Gerholdt met gravin Sighrund, om dan op de avond zelf vast te stellen dat de bruid niet aanwezig is wegens dringende persoonlijke zaken – heel begrijpelijk, overigens – , dat geeft een aparte sfeer, ja. Maar aangezien iedereen was uitgenodigd, alles voorzien was zoals de locatie en het eten, kon het evengoed doorgaan. Ik heb alvast een hele fijne avond gehad, compleet met de blonde pruik. Dat ding op zich geeft al iets speciaals, ja. Merci, gasten!

Lorre

Er zijn zo van die mensen die je tegen het lijf loopt, en met wie het meteen klikt. Lorre is er zo eentje: een rollenspeler die ik ken vanop Omen, die graag zingt, heel erg vlot ter tale is, een dikke boon heeft voor het Latijn, en fantastische woordspelletjes kan verzinnen rond vier uur ’s nachts in een herberg als het gaat over tuingereedschap. Innuendo, iemand?

Enfin, we bleven contact houden, en vandaag – zijn man zat toch op Werchter, ’t is niet dat hij veel te doen had – kwam hij een middagje langs om samen te kletsen, koffie en zelfgebrouwen mede te drinken, en te zingen, dat ook wel. Ik ben van plan om mee te gaan doen met de Omenband, een gelegenheidsfolkgroepje waarin ik dan kan zingen en vioolspelen. Of gitaar. Of blokfluit. Of zoiets.

Lorre zit dus in die Omenband, en we hebben effectief gezongen vandaag. Wel handig, iemand die toch iets van noten kan lezen, maar vooral ook stemvast genoeg is om een duet te kunnen zingen zonder van zijn melk te geraken. En wat ook fantastisch is: die je zangtechnische tips kan geven, en die die dan meteen ook opvolgt, waardoor hij hoorbaar beter zingt. Fijn fijn fijn.

Hij is dan maar meteen ook gebleven voor het avondeten, en pas rond een uur of negen naar huis gegaan, nadat ik nog een paar dingen had laten horen en we nog wat muziek opzochten. Fijne mens, voorwaar. Hopelijk ook het begin van een mooie vriendschap.

Post-larp-blues

Het is echt ongelofelijk hoe zen je wordt van een weekendje larp, zelfs als daar een opendeurdag tussen zit. Ik heb het al eerder gezegd: zo’n weekend is het ultieme escapisme, en ik geniet er dan ook 100% van. De buitenwereld bestaat even niet meer, enkel nog de spelwereld, in dit geval de vikingwereld van Anir, en meer bepaald het Woud van Arduyn in Heimar.

En je weet pas echt dat het een goed weekend was, als je er maar niet over uitgepraat raakt. Als je terug wil naar die imaginaire vrienden, als je terug aan dat kampvuur wil gaan zitten, en als je dus blijft chatten met mensen van het weekend, hen quasi aanspreekt als hun personage, en de fotopagina maar blijft refreshen in de hoop dat er iets verschijnt.

Yup. Dit was er zo eentje. Zelfs als figurant.

Wat een verjaardag!

Ik moet zeggen, dit is mijn meest memorabele verjaardag geweest in tijden! Wij zijn hier niet zo verjaardagig aangelegd, om eerlijk te zijn. Maar als je verjaart op een larpweekend met meer dan 100 man, waarvan je er toch wel een aantal tot je vrienden rekent, dan is het sowieso iets speciaals.

Mijn rol lag me fantastisch, ik heb heerlijk gespeeld met mijn twee broertjes en er toch wel een vriend aan overgehouden, en we zijn – hoe kan het anders – geëindigd in de herberg. Ik drink normaal gezien geen alcohol, omdat ik er absoluut geen behoefte aan heb, en omdat ik er sinds een aantal jaar ook fysiek niet meer tegen kan – lees: na een uur, zelfs van één slok wijn, ongelofelijk misselijk, krampen, overgeven. Ondertussen heb ik wel al gemerkt dat er twee soorten zijn waar ik blijkbaar wél nog tegenkan, zijnde mede (honingwijn) en wodka. Drie keer raden wat er gisterenavond, of beter deze morgen, in overvloed aanwezig was. Er zijn verschillende larpers die zelf hun eigen mede maken en verkopen op de weekends, en ik heb dus getrakteerd op appel-kaneelmede en kersenmede, en die ging er vlot door. Maar ik vrees dat ik er zelf toch wel een halve fles van binnen had, en daarnaast nog een kwart fles wodka. Ik, die nooit drink en dus ook totaal geen tolerantie heb. Tot mijn bijzonder grote verbazing had ik er totaal geen last van – toegegeven, er zijn behoorlijk wat uren overheen gegaan, maar toch – en de volgende dag ook absoluut geen katerig gevoel, wel integendeel. Ik heb gigantisch gelachen, een heerlijke professionele schoudermassage gekregen – er zit echt alle mogelijke volk in de larpwereld – en ook nog twee flessen mede als cadeautje: granaatappel en aardbei-speculoos. Die laatste was een ongelukje, maar blijkt heel lekker te zijn. Uiteindelijk hebben we om half zes beslist om te gaan slapen: we konden gerust nog even doorgaan, maar dat zou onverantwoord geweest zijn omdat we tegen tien uur er alweer moesten staan.

Enfin, deze morgen is er dan nog stevig geroleplayed en gevochten, toen kwam de opkuis, en dan de rit naar huis.

Hier heb ik dan een lange, lange hete douche genomen, kreeg ik heerlijk eten voorgeschoteld door mijn liefste, waren er cadeautjes, en toen waren er nog toetsen. Zucht. Ik had ze voor het weekend gewoon niet meer verbeterd gekregen, en dus moet het nu, want de deadline ligt straks, tien voor twaalf. Ik denk dat ik ergens ne keer stekskes ga zoeken om mijn ogen open te houden.

Huize Korda

Man man, ik ben me kostelijk aan het amuseren zeg! Een adeldame met een gigantisch ego en lange blonde krullen, het is ne keer wat anders!

Het leuke is dat je ook telkens samen speelt met bepaalde mensen, en op die manier oude vriendschappen weer aanhaalt, of nieuwe mensen leert kennen. Of ook wel vage vrienden veel beter leert kennen. Ik speel nu samen met mijn twee “broers”, waarvan ik de ene al wat kende, en waarvan ik de andere, denk ik, zelfs nog nooit gezien had.

De blonde pruik is overigens de max: Thomas is erin geslaagd om precies mijn vroegere kleur te kiezen, waardoor ze me ook echt onherkenbaar maakte wegens niet opvallend. Veel mensen herkenden me niet meteen, enkel door mijn stem. Maar de leukste was wel Junior. Ik was net het spelkot binnengegaan in mijn gewone kleren om die pruik te passen. Intussen was Junior binnengekomen, en die zei hallo aan de twee mensen voor mij. Waarop ik: “Hey Junior, hoe is ’t? Is de hond niet meegekomen?” Hij gaf me gewoon drie kussen en liep door. Bon, ik ging de pruik netjes terughangen om me te gaan omkleden, en liep dus terug het algemeen spelkot in. Waarop ik Junior weer tegen het lijf liep, hij me drie kussen en een knuffel gaf, en dus hallo zei. Ik, verbaasd: “Maar enfin, Junior, gij profiteur gij! Ge hebt mij daarnet al drie kussen gegeven!” “Ikke? Ma nee gij, ik zie u nu pas!” Bleek dat hij me totaal niet herkend had met de pruik, en in zichzelf had gedacht: “Moh, kijk nu, ze smijten hier een nieuw blond Mieke binnen, en die kent mijn naam nog ook! Cool!” Ik lag plat van ’t lachen.

Enfin, dit wordt nog een memorabel weekend, medunkt!