Katten

Een kattenpost, een échte, niet zomaar een foto, het moet ook een keertje kunnen.

Eerst en vooral is er Fientje, de kattin van mijn ouders. Geen idee hoe oud het beestje intussen is, ik schat een jaar of vijftien. Regelmatig denkt mijn vader dat ze gaat sterven, maar blijkbaar is daar niks van aan. Zondag heb ik ze even vastgelegd voor het nageslacht, want daar zijn niet echt veel foto’s van, denk ik. Ze ligt graag op de vensterbank in de woonkamer, boven de chauffage, ofwel op de kerkstoel die daar al altijd staat.

En dan zijn er natuurlijk hier in huis nog steeds Gandalf en Nazgûl, en we hebben de namen blijkbaar goed gekozen, want ze komen nog steeds niet overeen. Maar het is gelukkig wel al een tolereren geworden, niet van harte, en Nazgûl moet ook niet te dicht komen of Gandalf begint te blazen, maar bon.

Maar vooral: ze kunnen allebei net op dezelfde manier verschrikt kijken.

Het zijn vooral ook twee heel verschillende karakters, wellicht ook door hun leeftijd. Gandalf is nu negen jaar en echt een grumpy cat: hij is dominant, een grote zaag, is liefst alleen en is nog steeds boos omdat Nazgûl er is. Hij ligt heel veel boven op de bedden van de jongens te slapen.

Nazgûl daarentegen is met voorsprong de meest ‘mensachtige’ kat die we al gehad hebben: hij ligt heel graag naast mij te slapen in de zetel, komt af als je hem roept, is wild van eten – ook al staat er altijd een bak korrels klaar – is heel erg nieuwsgierig, volgt me soms als een hondje, durft soms zelfs te apporteren, enfin, ne wreed wijzen.

Vogeltjes, maar niet voor de kat

Ja ik weet het, ik ben vroeg met mijn jaarlijkse vogeltjespost, ik had er in februari nog eentje.

En het zijn nog steeds dezelfde meesjes en vinkjes als altijd, en een heel mooi roodborstje met een bleekoranje borstje. Daar blijf ik dus goedgezind van worden. Merels heb ik helaas nog niet gezien, maar dat komt hopelijk nog wel.

Het verschil zit hem in Nazgûl. Die zit tegenwoordig vaak op een van de keukenstoelen naar buiten te kijken, naar die vogeltjes, en dan laat hij af en toe een zeer gefrustreerd geluidje horen. Het houdt het midden tussen een gemiauw, gegrom en geklaag. Een beetje, voor wie dat kent, als het geluidje van Perry The Platypus in de tekenfilm Phineas and Ferb.

Maar het is dus mega, mega schattig. Het is me nog niet gelukt het te filmen, want van zodra je beweegt, is zijn aandacht afgeleid van de vogels en kijkt hij naar jou. Maar geloof me, zo’n zacht klein gefrustreerd geluidje…. Schattig!

Hij is terug!

Jawel, onze Nazgûl is terug!

Gisteren kwam er een berichtje op Facebook: “Dag gudrun ik kan jou geen privé bericht sturen maar mijn buurman van de kineastlaan heeft 2d geleden een verloren poesje eten gegeven en opgevangen. Je kan hem bellen Erik c . Hopelijk is het jou poesje. Gr. Martine”

Ik heb meteen die persoon gebeld, en hij bleek inderdaad een kat te hebben gevonden die volledig aan de beschrijving voldeed. Blijkbaar zat hij zondagmorgen om half zeven schabouwelijk te miauwen op de vensterbank van een huis op het einde van de straat. Die mens heeft hem binnengepakt, véél eten gegeven en goed verzorgd. Hij wachtte tot er flyers of zo kwamen, en anders ging hij volgende week naar de dierenarts om de chip te laten lezen.

Om half acht ben ik dus met de kinderen – Wolf was niet thuis – naar het einde van de Kineastlaan gewandeld, bij een zeer aangename mens die trouwens de vader van een collega bleek te zijn. En jawel, Nazgûl wist niet goed wat te denken, maar het was wel degelijk hij. Dat werd vooral duidelijk toen ik zijn naam riep en hij onmiddellijk bij mij kwam. Erik had hem niet opnieuw durven buiten laten omdat het evengoed een binnenkat kon zijn die op straat gevaar liep.

Ik ben die mens in elk geval bijzonder dankbaar. Ik heb Nazgûl dan in mijn armen genomen en ben met hem over straat naar huis gewandeld, ik wilde hem niet in een kattenmand steken.

Oh man, zo blij dat hij terug is! Zo’n wijze, lieve, toegankelijke kat hebben we eigenlijk nog nooit gehad.

Nazgûl lusu

Sinds vrijdagmorgen hebben we onze Nazgûl niet meer gezien… Hij is anders een redelijk trouw beestje dat echt veel binnenligt bij ons, vooral overdag, en dat heel erg vasthangt aan zijn eten. Maar nu is hij dus al een paar dagen niet meer te bespeuren, en ik maak me echt wel zorgen.

Roepen helpt niet, met zijn eten rammelen ook niet – en dat zegt al veel – en een kattenbak om buiten te zetten heeft hij niet. Zowel de jongens als ik zijn de naburige straten al gaan aflopen om te kijken of hij niet toevallig aangereden zou zijn zoals Saruman, en Wolf heeft ook onder alle struiken en dergelijke gekeken. Morgen ga ik eens bij de buren aanbellen of ik niet in hun tuinhuis mag gaan kijken en zo.

Intussen heb ik ook een bericht op Facebook gezet in Wondelgem Leeft, en dat wordt eigenlijk vrij goed opgevolgd.

Niet gedacht dit hier ook ooit te moeten zetten, maarre… Sinds vrijdagmiddag is onze jonge gecastreerde en gechipte kater Nazgûl niet meer thuis gekomen. Het is een bijzonder sociaal beestje, we vrezen dat hij ergens binnen zit. Volledig zwart met kleine witte keelbles, niet bijzonder groot.

Mocht je weten dat hij overreden is of dat hij verloren gelopen is: graag een seintje. Hij wordt gemist.

 

Ik hoop nu vooral dat hij ergens bij een asiel of dierenarts wordt binnengebracht, zodat ze zijn chip kunnen lezen.

Hmm.

Ik mis mijn beestje.