Dagje Lier

Mijn reden om naar Lier te trekken, was niet bepaald van de meest aangename: Koens mama is overleden en haar herdenkingsdienst was daar om 13.30 uur.

Ik vertrok dus nog voor de middag – het is anderhalf uur rijden – en ging eerst iets eten bij Zuster Agnes, een bijzonder aangename bistro in de schaduw van de Zimmertoren. De pokébowl met steak is een aanrader, geloof me.

Na de dienst keerde ik terug naar de stad om er te geocachen: een reeks labcaches en een aantal losse caches, waardoor ik serieus wat kilometertjes halen. Note to self: de volgende keer écht de fiets meebrengen…

Maar Lier is echt wel een prachtig stadje met veel water en veel groen, en ook veel beelden en dergelijke.

Als ik nog eens in de buurt ben, kom ik zeker hier terug. Maar dan liefst met een andere reden, als het even kan.

Watou

Ik zeg dat eigenlijk al jaren, dat ik naar Watou wil, en dat is er nog nooit van gekomen. Tot nu, dankzij mijn lieve echtgenoot.

Bart had het ontbijt ook geboekt en dat was dan ook meer dan in orde.

Tegen half elf zaten we op de (elektrische) fiets richting Watou, een achttal kilometer door een idyllisch landschap met het beste weer dat je je maar kan voorstellen: zon en wolkjes, 24°, een zacht briesje. Fantastisch gewoon!

We begonnen op de markt aan een aantal kunstinstallaties, reden dan wat verder om er nog enkele te bekijken, en ik was blij dat we met de fiets waren, om eerlijk te zijn. Mijn rechtervoet doet de laatste tijd behoorlijk veel pijn, ik vermoed dat er nu ook daar een hielspoor is gevormd, met dus fascitis plantaris als gevolg. Bon, de afspraak bij de orthopedist ligt vast, maar dat neemt niet weg dat die fiets best wel dik oké was.

We gingen iets eten in Poperinge zelf, fietsten toen nog naar twee meer afgelegen installaties, en reden toen verder naar het kasteel Lovie, waar ook nog enkele kunstwerken waren én heel fijne arduinocaches. Alleen had ik voor die laatste niet echt tijd meer, zodat ik er maar eentje heb gedaan. Dat is helemaal niet erg, ik heb dan een reden om terug te komen.

Bart en ik genoten van de fietstocht, maar opnieuw was het voor hem welletjes, zodat hij recht naar het hotel fietste en ik in Poperinge zelf nog een paar losse caches opviste met het laatste restje batterij van mijn fiets.

En ja, ik had zonnecrème mee maar er niet echt bij stilgestaan om me in te smeren. Niet wreed slim natuurlijk, al deed het gelukkig geen zeer.
We aten opnieuw in het restaurant maar deze keer à la carte, niet opnieuw de menu van gisteren. De kalfszwezerik was succulent, geloof me.

Bart ging terug naar de kamer, ik ging nog eventjes tot in het park wandelen om daar uiteindelijk de cache van de speurtocht van gisteren op te pikken, die had ik gisterenavond nog uitgerekend.

Al bij al een prachtige, vermoeiende dag gehad. Héérlijk!

Poperinge

Oorspronkelijk gingen Bart en ik een citytrip naar Berlijn doen, zoals we al eerder naar bv. Londen, Kopenhagen, Bordeaux en Frankfurt hebben gedaan. Maar er stonden enkele praktische bezwaren in de weg, zodat de plannen werden afgeblazen.

In de plaats boekte Bart voor ons een weekendje Poperinge. “Poperinge???” hoor ik u denken. Jawel, dat zeer charmante stadje naast kunstendorp Watou. Aaaah. Yup, datte.

Deze namiddag laadden we onze spullen in de auto, zetten de fietsen stevig vast op de bagagedrager en tegen vier uur zaten we in een knap, oud maar deftig gemoderniseerd hotel, hotel Recour.

Bon, geïnstalleerd en wel was het tijd voor een koffie. En een extraatje, waarbij ik het lokale ijs toch niet kon versmaden, toch?

Bart vroeg of ik dan zo geen wandeling van een half uur of zo had… Euh… Er was een knappe multicache met een hoop vragen – noem het gerust speurtocht – doorheen de stad, en ik heb hem die dan maar voorgesteld, maar dat kwam toch blijkbaar eerder een uur uit. Ach ja… We hebben nu wel het hele stadje doorkruist en zowat alles gezien wat er te zien valt, vermoed ik, en intussen een reeks labcaches gehaald, dat ook.

Voor het laatste stuk passeerden we opnieuw aan ons hotel en was het welletjes geweest voor Bart, waardoor ik dan maar even de fiets op ging en de laatste vragen ging oplossen.

Daardoor ben ik in het Baron Frimoutpark verzeild, een bijzonder aangenaam park, mag ik wel zeggen.

Enfin, tegen kwart over zeven was ik terug op ons kamer, iets voor acht zaten we beneden aan tafel in een klassiek, maar eigenlijk bijzonder goed restaurant dat bij het hotel hoort, restaurant Pegasus. Meer dan dik in orde…

En toen was het meer dan welletjes en zijn we in ons bed gekropen: simpelweg de trap op, en dat was ferm gemakkelijk!

Commotie revisited

Vorig jaar in augustus – ik dacht echt dat het nog maar een paar maanden geleden was – was ik bijzonder lovend over Commotie. Maar sindsdien is het ook voortdurend volgeboekt: je moet er op de eerste van de maand bijzonder snel bij zijn om een plaatsje te bemachtigen voor drie maand later. Tsja.

Maar bon, het was ons gelukt om er vandaag nog eens te geraken en jawel, prijs-kwaliteit is dit nog steeds een echte topper, al is het wel iets duurder geworden intussen, wat overigens, gezien de inflatie, perfect begrijpbaar is.

Maar het kader blijft zeer aangenaam, zeker nu we het aperitief buiten konden nemen, en het blijft mooi om de mensen in de keuken – allez ja, midden van het restaurant eigenlijk – bezig te zien.

En wat was het allemaal?

Voor het vijfgangenmenu, mét hapjes – normaal gezien ook de amuses bij de koffie, maar Bart voelde zich nog steeds niet zo schitterend en wilde naar huis – betaalden we deze keer 78 euro per persoon. Neem daar een aperitief en begeleidende niet-alcoholische gepairde sappen bij, en we kwamen uit op 272 euro. Niet goedkoop, maar het zeker meer dan waard.

Onverwachte lunchdate

Ik zeg al meer dan een jaar tegen Peggy (onze personeelsverantwoordelijke) dat ze eens mee moet komen op vrijdag naar de Villa Ooievaar. Zij is klaar met werken om twaalf uur, en dit jaar heb ook ik tijd tussen 12.05 uur en 13.30 uur, meer dan genoeg dus om te lunchen.

Vandaag zei ik al lachend tegen Peggy: ” ’t Gaat er zo gelijk precies niet meer van komen hè, dit jaar?” Waarop zij plompverloren: “Awel, vandaag heb ik eigenlijk wel tijd!”

Ik meteen naar de Villa gebeld of ze twee plaatsen ipv eentje hadden, en dat was geen enkel probleem. Ik heb dus een zeer aangename laatste vrijdaglunch gehad in de Villa. Ha ja, volgend week zijn de examens al begonnen en ga ik naar huis om te koken voor de jongens.

Maar op de valreep heb ik Peggy dus nog kennis laten maken met de eenvoudige maar lekkere maaltijden, het heel erg fijne terras en de aparte bediening. Dik in orde, zou ik zo zeggen.

Castor

Zoals eerder al gepost hebben Bart en ik het vermetele plan opgevat om elke maand ergens te gaan eten, bij voorkeur een restaurant dat vermeld staat in de Michelingids. We gaan dat tempo wellicht iets of wat vertragen wegens pecuniaire besognes – dat soort restaurants is zelden goedkoop – maar we laten dat niet aan ons hart komen, goeie restaurants genoeg!

Zo zaten we gisterenavond in het West-Vlaamse Beveren-Leie (Waregem) bij Castor, een zaak die heel terecht twee Michelinsterren heeft. Het is iets helemaal anders dan Hostellerie Saint-Nicholas dat eigenlijk zeer klassiek was. Dat merk je al meteen aan de buitenkant: het lijkt wel een grote bunker!

Ook de inrichting binnenin was een pak moderner, maar toch nog steeds warm en gezellig. We gingen meteen voor de menu met 6 gangen, en voor Bart een bob-arrangement – niet dat hij bob is, anders is het gewoon te veel – en voor mij enkele aangepaste sapjes. Al meteen bij het aperitief wisten we dat we hier goed zaten, héél goed.

En toen volgden de gerechten aan een mooi tempo, met een eigen aangepaste menukaart. Man, maar daar zaten lekkere dingen tussen!

En dan was er uiteraard nog het dubbele dessert, voorafgegaan door een soortement sapje waarvan ik intussen niet meer weet wat het precies was, maar wel bijzonder lekker.

Koffie hoefde voor ons niet meer – het was nog een dik half uur naar huis en het werd vrij laat, al dik na elven – maar we kregen nog wel een chocolaatje.

Al bij al – inrichting, sfeer, niveau van het eten en de prijs – denk ik dat Bart en ik een nieuwe favoriet hebben: tot hiertoe was dat de Jonkman in Brugge, maar dit is net iets verrassender, frisser, moderner, voor ongeveer dezelfde prijs. En zo hebben we het graag.

Etentje in Yalo

We hadden afgesproken met Gwen en Erik om samen iets te gaan eten, en Bart had gekozen voor Yalo, in de Gentse binnenstad, aan de Brabantdam. Een echte hipsterlocatie, had hij ons gewaarschuwd, en dat was niet gelogen.

Het was er knap om zitten, het was een experimentele kaart en vooral: er was blijkbaar een DJ want de muziek stond pokkeluid…

Maar het werd een gezellige, aangename avond met lekker eten en fijn gezelschap. Af en toe willen Gwen en ik onze echtgenoten er nog even bij, jawel. Ook al trekken ze de meest gekke bekken… 50, iemand?