Vrienden

Het blijkt typisch te zijn voor ons stadium in het leven: druk bezig met werk, druk bezig met kleine kinderen, druk bezig met vanalles, en dus weinig tijd nog voor vrienden. Ja, ik weet het, tijd maak je, maar ook daar zijn grenzen aan. Ik voel me dus soms schuldig omdat ik onze vrienden verwaarloos, maar het is blijkbaar wederzijds :-p

Gelukkig is er Doodle, en helpt dat wel iets om af te spreken, maar toch: ik denk dat we al meer dan drie maanden bezig waren om af te spreken met twee andere koppels, bij een van hen thuis. We zijn allemaal vol goeie wil, maar onze agenda’s denken daar anders over.

Enfin, afgelopen zaterdag was het eindelijk gelukt, en zijn we kaas en wijn gaan eten in Lovendegem. We hadden een fantastische, gezellige avond, en telkens weer zeggen we: “We moeten dit vaker doen, we moeten sneller afspreken.” En keer op keer gaat het mis, en zien we elkaar één keer per jaar of zo. Het fijne is wel, dat we allemaal zo zijn, en dat het onze vriendschap niet aantast. Gelukkig maar.

En toch, tóch neem ik me voor om deze keer niet zo lang te wachten. Echt waar, beloofd. Plechtig en al.

Latijntweets

Jawel, er is een comeback van de Latijntweets: niet meer de historische feiten uit de Klassieke oudheid, maar wel elke dag een nieuw citaat of uitdrukking. Ik ga ze hier op het einde van de maand dan wel netjes verzamelen, maar eigenlijk kan je ze het best van al volgen via de twitteraccount @latijntweets. Eentje per dag is namelijk makkelijker te verteren dan een opsomming van dertig stuks, vermoed ik zo.

Hoe dan ook: Latijn blijft hier een constante, vrees ik.

Frankfurt

Ik ben daarnet Wolf gaan ophalen aan de Blaarmeersen, na een weekendje Frankfurt. Hij zag er moe, ietwat vuil, en vooral ook bruin uit. Blijkbaar was het de max geweest: de eerste avond hadden ze nog een klein beetje liggen kletsen, de tweede avond lagen ze allemaal om acht uur in hun slaapzak en was het quasi meteen stil, zo doodop waren ze allemaal. Enfin, dat zegt Wolf toch.

De zaterdag was nochtans wat ontmoedigend: al hun matchen hadden ze verloren, tegen willekeurige tegenstanders. Op basis van die cijfers werden ze zondag in een poule ingedeeld, en daar hebben ze dan gewoon alles gewonnen. Tsja…

De rit met Frans en Rita was goed meegevallen, hij was dolblij dat hij op die manier mee kon. Hij had wel duust ajuinen moeten helpen planten in Limburg, zo blijkt.

In elk geval had ik een intens tevreden kind terug, met een paar blauwe plekken en wat stijve spieren, en zonder stem. Rugby, ’t blijft toch iets aparts…

Appelroosjes

Ik heb al veel vraag gekregen naar hoe je die appelroosjes, zoals op de vorige post, nu eigenlijk maakt. Wel, eigenlijk zijn ze poepsimpel. Ik zag ze passeren via de FB van een vriendin, uitgelegd in een kort Engelstalig filmpje. Recepten in filmpjes van drie minuten kunnen altijd op mijn aandacht rekenen :-p

IMG_5009

Maar het is echt, maar echt niet moeilijk. Wat heb je nodig voor zes stuks?

* twee rode, liefst echt volledig rode appels
* een vierkant vel bladerdeeg (bv. diepvries bij Aveve)
* beetje abrikozenconfituur
* citroensap
* poedersuiker voor de afwerking

– Je halveert de appels en prutst er het klokhuis uit. Dan snij je ze, dwars op de uitsnijding, in dunne, dunne plakjes zodat je halve maantjes krijgt.
– vul een kom met water, doe er het sap van een halve citroen bij, en kook daarin je appelschijfjes drie minuten in de microgolf. Laat grondig uitlekken. Let op: laat ze niet nog even in het water staan, of je bent je rode kleur kwijt (heb ik ondervonden)
– rol je vel bladerdeeg nog net iets dunner uit, en snij in zes gelijke repen.
– leg een streepje confituur in het midden van de reep, schik de appelschijfjes netjes op de rand, half overlappend, en zorg dat het rood mooi uitsteekt boven het bladerdeeg
– vouw de repen dicht over de rand van de appeltjes zodat ze vast zitten, en rol op. Zet in een cupcakevormpje, of nog beter, een rammequin, zodat ze wat breder uitstaan.
– zet 40 minuten in een voorverwarmde oven van 190°, maar zet liefst de heteluchtfunctie uit, want anders verbranden de randjes.
– laat een beetje afkoelen, en bestrooi met poedersuiker.

IMG_4976

Het filmpje vind je hier:

Heel erg fijn samenzijn

In de voormiddag was er rugbytoernooi, in de namiddag waren er toetsen en desserts die moesten gemaakt worden, maar ’s avonds was er een etentje bij ons ma. Ze had namelijk nog vier hazenruggen in de diepvries, en dat was ideaal voor vier koppels, zijnde mijn ouders, mijn broers en ik. Zonder onze kinderen dus, en dat was, denk ik, elf jaar geleden, van voor Wolfs geboorte. Want eigenlijk hebben we dat sindsdien nooit gedaan, gegeten of gefeest zonder de kinderen. Dat geeft toch een compleet andere sfeer, want er is altijd wel eentje die om een of andere reden aandacht vraagt, al was het maar door het feit dat het muisstil is :-p

We hadden allemaal een babysit, en tekenden om zeven uur present in Zomergem. Sarah had voor hapjes gezorgd, Delphine had een heel erg lekker voorgerecht voorzien, ons ma had dus hazenrug gemaakt volgens recept van Bocuse – we hebben allemaal te veel gegeten – en ik tekende voor het dessert. Ons pa zorgde voor succulente wijnen, en ik had intense spijt dat ik er niet van kon drinken. En de afwas? Die deden we allemaal samen, zodat ons ma wat respijt had. Want ze mag dan wel weigeren ziek te zijn, en zelf gras afrijden en dat soort onzin, maar eigenlijk is ze, ondanks alles, zwaar ziek, en is ze snel moe.

Ik had een heerlijke avond. Ik heb lekker gegeten, de meest absurde gesprekken gevoerd, natte-handdoekgevecht gehouden met mijn oudste broer, dat soort onzin. Mijn pa had iets te veel op, en hield een emotionele speech. En ons ma? Die glunderde.

En daar, daar zou ik momenteel alles voor doen.

Touch Rugby

Dat mijn zonen rugby spelen, dat kon je hier al lang lezen. Dat ikzelf zo’n twintig jaar geleden ook speelde, wist je misschien niet. Ik was een, zoals iemand het vandaag zo heel erg mooi en treffend uitdrukte,  “scrumwandelaar”. Ik stond dus op de eerste lijn van de scrum – dat moment waarop ze met 8 spelers per ploeg tegen elkaar staan te duwen, heel goed uitgelegd op wikipedia. Op wikipedia staat er ook netjes bij dat die spelers de zwaarste van het team zijn, met een klein en gezet postuur. Juist ja. Tegen dat de bal uit de scrum is en de scrum los is, is de bal al vaak de andere kant van het plein. Wij props keken dan eens naar elkaar, bekeken het spel, probeerden in te schatten waar de volgende scrum ging zijn, en wandelden dan in die richting. Tenzij het spel alweer onze kant uitkwam, dan probeerden we alsnog mee te doen, natuurlijk. Maar van die kleine stevige blokjes, dat loopt niet snel, geloof me. Ik was heel explosief en sterk, maar ik kon – en kan nog steeds niet – voor geen meter lopen.

En toch liet ik me vandaag overhalen om mee te spelen met touch rugby, de no-contact, loop- en uithoudingsvermogenvariant op rugby. Eigenlijk niks voor mij, want ik kan niet lopen, heb een conditie onder nul, en het leuke aan rugby is dat je elkaar mag omver lopen, en dat mag hier totaal niet. En toch heb ik me de max geamuseerd. Het blijft rugby, dus lopen en achterwaarts passen met de bal, maar je mag elkaar enkel zacht aanraken, en verder geen contact.

Onze club had uitdagingen gemaakt voor elke afdeling, en de uitdaging van de Touch was om 30 mama’s van jeugdspelers op een training te krijgen. Ha ja, want wij zijn meestal toch aan het wachten tijdens de training van de kinderen, en waarom dan zelf niet spelen? Ideaal voor de conditie, en bijna geen gevaar voor blessures, toch niet als je deftig opwarmt. Enfin, ik wilde hen wel steunen, en verscheen dus in sportkledij op het veld, ervan uitgaand dat ik wat foto’s ging nemen en het na vijf minuten al voor bekeken ging houden. Niet dus: ik vond het bijzonder leuk, ook al is lopen niks voor mij. Toegegeven, het was een zeer lichte en luchtige training, meestal is het een pak intenser, maar dan nog.

IMG_4905

We zijn met een aantal eigenlijk wel van plan om het nog eens te proberen. Gewoon, puur voor de fun. En waarom ook niet?

Mocht je ook interesse hebben in een sport die veel leuker is en een pak intensiever dan een rondje lopen rond de Watersportbaan: elke vrijdag van 18.00u tot 20.00u op terrein B aan het rugbylokaal aan de Blaarmeersen. Alle info bij mij, of via de Gent-Rugby.be.

Motoweer

Eigenlijk ben ik met de jaren een goed-weer-rijder geworden, dat geef ik volmondig toe. Er is een tijd geweest dat ik enkel mijn moto had, lang lang geleden. Maar toen vond mijn schoonmoeder dat de tocht Gent-Oudenaarde toch te ver was in de winter met de moto, en gaf ze ons een auto. Wij zeiden geen nee, natuurlijk ^^

Sindsdien heb ik altijd al een moto gehad, dat wel, steeds een Suzuki Savage, een 650: laag, simpel, goedkoop, en wijs.

Hij heeft in de garage gestaan sinds november: als je een auto staan hebt en geen files moet trotseren, dan neem je in de winter de auto, geloof me. Toch als je moet lesgeven en geen vijftien kilo kleding wil uitdoen, en daarna nog kinderen moet ophalen aan school. Maar intussen komen de kinderen te voet naar huis, en is die moto eigenlijk echt wel fijn, als ik niet de tijd heb om te fietsen. Vandaag heb ik hem dus weer uitgehaald. Bart had vorige week al gereden, maar in de vakantie kan ik er moeilijk de drie kinderen op stapelen.

Ik wist meteen weer waarom ik het ding ondanks alle kosten en het gevaar blijf houden: ik ben verliefd op het rijden. Ik ben wel in mijn dubbel springuur tot aan de garage gereden om mijn vering te laten bijstellen: daar was iets mis mee. Maar verder? Heerlijk ding.

Ooit, als ik groot ben, koop ik me een Harley. Later, ooit eens. Serieus.