Rare maandag

Ne mens moet toch iets doen op zo’n pedagogische studiedag? Zoals werken, en dan maar uw ouders vragen om te babysitten? Gelukkig was het niet al te lang, want morgen beginnen de examens, en was er dus geen les meer in de namiddag.

Bart had voor eten gezorgd, zodat mijn ma het maar moest opwarmen. We dronken nog koffie, aten samen een stukje aardbeientaart, en toen ging ze naar huis, een tukje doen voor ze vanavond weer op de lappen ging.

Intussen was Bart al in Zaventem, klaar om naar Barcelona te vertrekken voor een paar dagen, en ging ik in de namiddag even tot bij de huisdokter. Mijn allergie, die ik sinds vorig jaar heb, is dit jaar veel en veel erger: koppijn, niezen, jeukende ogen, neus potdicht, enfin, the works. De dokter trok bloed, en schreef me medicatie voor. Hopelijk werkt het snel, want als ik zo moet verbeteren, zal het niet al te goed gaan.

Tegen half zes kwam er een vriendje van Kobe aanwaaien, of hij mee mocht gaan spelen. Ik stemde toe, op voorwaarde dat hij om half zeven thuis was. En toen werd het half zeven, kwart voor zeven, zeven uur… Echt ongerust was ik nog niet, want ik ken mijn Kobe een beetje. En jawel, wij waren al lang klaar met eten, alles was al opgeruimd, toen Kobe vrolijk kwam aanhuppelen om vijf over zeven. Ik heb hem zeer grondig de levieten gelezen, en een zeer geschrokken Kobe meteen en zonder eten naar bed gestuurd. Toen ik een dik kwartier later Merel in bed stak, lag hij nog steeds te huilen. Ik ben dan maar eens grondig gaan praten met hem over verantwoordelijkheid, en heb hem laten opstaan en laten eten. Hij is wel alle schermprivileges kwijt voor een week (zal wel een paar dagen worden, maar kom). Maar ik denk vooral dat het nu wel – even – zal blijven hangen.

Intussen was ik met Wolf Kubb beginnen spelen. Ha ja, dat leek me vorige vrijdag zo leuk, dat ik het ook wel wilde uitproberen. Kobe is ook nog komen meedoen, en ik vind het de max van een spel: de lompe versie van petanquen.

En lomp is het wel, als je een kubb op je tenen laat vallen, zoals Wolf…

Night at the Museum: een dagje in het museum

Een paar dagen geleden werd de film Night at the Museum – Secret of the Tomb uitgebracht op DVD en Blu Ray, en om dat onder de aandacht te brengen, werden we uitgenodigd in het Museum van Kunst en Geschiedenis, ook wel gekend als Jubelparkmuseum.

Twee vakkundige gidsen stonden ons op te wachten, en ze waren het duidelijk gewoon ook voor kinderen uitleg te geven. Voor Merel ging het misschien wat snel, maar vooral Kobe en Wolf genoten van de uitleg bij de Egyptische vleugel. Ha ja, want de film gaat over mummies, en dus kregen we die ook te zien. Wolf althans, de twee kleintjes mochten even zitten kleuren bij papa, en kregen een ander stukje uitleg, want ik kan me voorstellen dat zo’n mummie nog niks is voor een kleuter. Wolf vond het fascinerend. Ik wist eigenlijk niet dat het Jubelparkmuseum zoveel te bieden heeft. Ik denk dat ik deze zomer met de kinderen nog eens terugkom, voor een dagje Brussel.

Afronden in het museum deden we met een workshop: gouden armbanden maken met goudpapier, WC-rolletjes en plaksteentjes, en daarnaast ook op jute stempelen met hiëroglyfen in zwart of het typisch Egyptische turkoois. Ik heb dapper meegedaan met de kinderen, en ik vond het hogelijk amusant!

 

Bij het naar buiten gaan kregen we nog een exemplaar van de DVD, en voor elk een lunchpakket met twee ciabatta’s, een brikje fruitsap en een appel. We gingen de “kunstwerkjes” in de auto leggen en haalden het picknickdeken. Blijkbaar was er net iets te doen in het jubelpark, maar ook aan de andere kant van het museum ligt een parkje, en daar hebben we ons geïnstalleerd om te eten. De jongens hadden ballen mee, en leerden Merel een paar worpen. Papa begon zowaar mee te voetballen, en omdat de turnjuf had gezegd dat Merel schrik heeft van een bal, werd er ook met haar gespeeld.

Tegen drie uur waren we alweer thuis, maar hadden we een prachtige ochtend achter de rug.

En weet je? De jongens krijgen er nog een fijne avond bovenop, met de film. Lang leve levende mummies!

Skeeleren

Vandaag weer voor het eerst geskeelderd sinds vorige zomer, en begonnen met een voorzichtige vier kilometer. Man, kramp in de eerste honderd meter! Maar daarna ging het eigenlijk wel vrij snel een pak beter. Ik had nog wel wat verder gekund, maar durfde niet goed, want ik moest nog terug ook natuurlijk. En de straten hier rond ons huis zijn niet in een zodanige staat dat ik hier nog een extra rondje doe: ik rij meestal tot in Mariakerke want de straten daar zijn een pak gladder.

Enfin, zoals ik vorig jaar al postte, kan ik nog steeds niet stoppen. Ik zou echt eens iemand moeten hebben die me dat snel kan leren, of voortonen hoe het moet. Voelt niemand zich geroepen?