Tuin

Awel, als het zo verder gaat, word ik gewoon nog een tuinmens! Komt dat tegen!

Nee, serieus: de laatste tijd zit ik graag en veel in de tuin. Dan niet alleen als toerist, languit in mijn nieuwe zetel – al gebeurt dat wel regelmatig, dat geef ik toe – maar ik rijd gewoon regelmatig het gras af, loop rond met zo’n uitsteekding om de paardenbloemen in de kiem te smoren – liefst letterlijk – en geniet keihard van mijn bloemen.

Het begon al met de ene, unieke sneeuwklok – het moet niet altijd een sneeuwvlok zijn –

365-feb10

en toen kwam de japonica praecox in al zijn glorie.

365-maa15

Die werd vergezeld van de narcissen,

365-maa21

blauwe druifjes,

IMG_9334

en daarna kwamen de zwarte tulpen.

365-apr09

De tulpen hebben intussen ook hun beste tijd gehad, de narcissen en de muscari zijn verdwenen, maar nu is het tijd voor de deftige japonica, de gele struiken die ik destijds van mijn grootmoeder heb gekregen voor onze verloving, en de rozerode struik die nog uit de tuin van mijn grootvader komt. Een van beide gele struiken is helaas gesneuveld, maar bon, daar zet ik dan wel iets anders. Wie weet een donkerpaarse hibiscus, of een acer? Enfin, ik zie nog wel.

Intussen is er een waar odorama bijgekomen, van de honderden meiklokjes die je niet echt ziet, maar wel ruikt.

IMG_9867

Daarna zal het de beurt zijn aan de rhododendra, en nog later, voor de rest van de zomer, bloeit de hibiscus.

Ik, zot van bloemen? Maar nee gij…

Es ist vollbracht.

Mja. Alweer een kort hoofdstuk afgesloten: daarnet heb ik het allerlaatste concert van Cantabile gezongen.

Cantabile, dat was in de koorwereld een begrip. 58 jaar geleden zijn ze begonnen onder Jos Vandenborre, en vandaag zijn ze definitief gestopt. Ik heb er dus een jaar gezongen, en twee concertreeksen (-reeksjes) meegemaakt. Ik ben geen sociaal mens, dus vrienden heb ik er niet gemaakt, maar dat was ook niet mijn intentie. Wel heb ik er wondermooie muziek gemaakt, en dat is wat telt.

Eén lid heeft de volle 58 jaar meegezongen, maar er waren er wel meerdere die meer dan twintig of zelfs dertig jaar op de teller staan hadden. En dus was deze avond een emotioneel moment. Goh, zelfs ik heb even moeten slikken, en ik zong amper een jaar mee. De kerk zat dan ook vol met enkel genodigden, het was een gratis concert met uitgebreide receptie achteraf. Op die receptie ben ik niet lang gebleven: ik had drie kaarten gevraagd en gekregen, voor mijn pa, en voor Wolf en Kobe. Eigenlijk had ik Bart in gedachten gehad, maar Kobe vroeg om echt mee te mogen, en voor Bart zou het toch eerder geweest zijn om mij een plezier te doen.

Nochtans is de Johannespassie van Bach niet het meest toegankelijke muziekstuk voor een 13- en een 9-jarige. Maar ze vonden het prachtig, en ik kan hen geen ongelijk geven: de solisten waren schitterend, stuk voor stuk, en ik heb een diepe bewondering voor Adriaan De Koster, de evangelist. Wat een prachtige, zuivere stem met immens veel zeggingskracht… Chapeau! De kinderen hadden vooral oog voor de barokinstrumenten die je ook niet zo vaak ziet: de aartsluit, de viola da gamba, het orgel, de Franse hoorns, de viola d’amore… Wolf vindt die muziek zodanig mooi dat hij zelfs een spreekbeurt over de barokmuziek gaat maken, zegt hij. Goeie smaak, die kinderen van mij.

En al zeg ik het zelf: Cantabile stond er, zo voor de allerlaatste keer.

Maar niet getreurd: met ongeveer de helft van het koor gaan we verder, onder een andere dirigent, onder een andere naam, zijnde Cantandum. Een verwijzing naar Cantabile, uiteraard, maar meer dan dat: we gaan verder gewoon omdat “er moet gezongen worden”.

Nog geen idee hoe of wat, en of de stemmen wat haalbaar zijn, maar bon, we zien wel.

In elk geval: bedankt, Cantabile. Het was een mooi jaar.

Andermaal psychiater

Vandaag trok ik opnieuw, dit keer met het hele kroost erbij, met ons pa naar de psychiater. Andermaal werd het een lang gesprek van een uur, terwijl de kinderen netjes speelden in de wachtzaal, en ik ons pa zijn verhaal vervolledigde. Ze heeft opnieuw zijn medicatie aangepast, en hij heeft er vertrouwen in, ja. Over twee weken moet hij terug, maar dan wel zonder mij, want ik moet ook zo af en toe nog wel eens werken ook, ja. Maar ook dat ziet hij zitten zonder probleem.

Het was twaalf uur toen we buiten waren, en ik had de kinderen beloofd om dan maar in de Ikea te gaan eten, zodat ons pa dat ook eens zou zien. Ik had nog een paar kleinigheden nodig ook, zoals altijd. Eerst liepen we nog even rond op het terrein van Sint-Camillus, dat echt bijzonder parkachtig is aangelegd, en waar ze zelfs lama’s, pauwen, eenden en nog wel wat beesten houden.

En dan naar Ikea dus. Ons pa trok grote ogen, maar schoof gewillig mee aan, en liet zich zijn eten geweldig smaken.

Hij struinde nog even mee door de markthal van de Ikea, kocht zowaar een nieuw hoofdkussen en nog wat andere dingetjes, en liep hoofdschuddend rond.

Enfin, tegen half drie waren we thuis, dronken we nog een koffie, en verklaarde hij dat hij eigenlijk toch wel een fijne middag had gehad, ja.

Ne mens moet soms niet veel hebben zeker?

 

Meetkerkse Moeren

Ik zeg het al een paar maanden dat ik dringend eens in Brugge moet geraken om een zieke vriendin te bezoeken. In de krokusvakantie was het ronduit rotweer, maar vandaag zagen de kinderen en ik dat helemaal zitten. Want Brugge, dat is voor sommige mensen misschien gaan winkelen en rondlopen in ’t stad, maar wij, wij gaan geocachen. Ik heb niks nieuws nodig, de kinderen ook niet, en we winkelen geen van allen graag.

Bon, tegen elf uur stonden we voorbij ’t Sint-Janziekenhuis, voor een tocht van maar liefst 27 caches + bonus. Geen idee hoe ver we gingen raken, we gingen wel zien hoe lang we goesting hadden. Eén ding stond vast: met mijn zere voet en Wolfs zere rug gingen we de 15 kilometer niet te voet doen, maar per auto, voor zover mogelijk.

We reden naar Meetkerke, en begonnen dus aan de Meetkerkse Moeren. De wandeling is opgedeeld in twee stukken, een van 11 en een van 16 caches, en we gingen proberen het eerste deel nog voor het middageten te doen. Ha ja, want de bezoekuren zijn maar vanaf 14.00 uur, vroeger moesten we er niet zijn, en Els had ons toch wel het restaurant van het ziekenhuis zelf aangeraden. Nog zo gemakkelijk dus.

We reden rond door een prachtig landschap, stelden vast dat we bijna wegwaaiden bij momenten en dat de winterjassen dus zeker geen overbodige luxe waren, en dat de caches echt mooi gedaan waren. En we genoten, ja.

We haalden het eerste deel nog net voor we blauw van de honger zagen, en pikten zelfs de bonus op. De vol-au-vent, respectievelijk spaghetti smaakte nog dubbel zo goed, en dat zonder wachten!

Tegen half drie stonden we bij Els op de kamer. Toegegeven, het was erger dan ik verwacht had. De vorige chemokuren waren al bij al nog doenbaar geweest, maar deze laatste viel echt zwaar. Maar het deed echt wel goed om haar te zien, ook al zijn we niet lang gebleven, daarvoor was ze veel te vermoeid.

Enfin, wij terug naar Meetkerke voor deel twee van de Moeren. Hier hebben we ons geriskeerd om met de auto over een boebelige veldweg te rijden, en we konden 12 van de 16 caches oppikken. Voor de laatste vier werd het te laat, waren we te moe, en moesten we een stevig eind stappen. Die zullen dus helaas voor een volgende keer zijn. Maar man, geocachen is echt wel een zalige hobby! Of hoe ga je anders drie kinderen zomaar aan het wandelen krijgen, dacht je?

IMG_2721

Tussendoor waren we verzeild in een klein biercafé ergens op den buiten, dat eigenlijk wel vol zat, en waar ze zeer lekkere wafels en pannenkoeken verkochten. En warme choco, of wat dacht u?

En ik, ik was nog netjes op tijd thuis voor mijn generale repetitie.

Vakantie, en dus vriendjes

Merel had het me superlief gevraagd: of Lieze alsjeblief alsjeblief eens mocht komen spelen? Ik stuurde dus een berichtje naar Els, en blijkbaar was de dinsdag ideaal: ze kwamen de maandag thuis van reis, en ’s avonds moesten de kinderen naar oma. Dit ene dagje was vrij, en Lieze zag het ongelofelijk goed zitten. Ik heb dan maar meteen grote zus Kaat ook gevraagd: die is even oud als Kobe, en was in de kleuterschool een van zijn beste vriendinnetjes. Intussen hebben ze elk voornamelijk andere vriendjes, maar ’t is niet alsof ze niet meer overeen komen.

Wolf muisde er intussen vanonder richting zijn lief. Enfin, ik heb hem gebracht, na eerst naar de fysicotherapeut te zijn gegaan met hem. Zijn rug wordt precies alleen nog maar erger, maar we moesten een maand wachten op deze afspraak. En ik kan niet zeggen dat de dokter in kwestie een sympathieke indruk heeft gemaakt: het was precies tegen zijn goesting, en ook nogal neerbuigend. Wat weten wij, onnozele wormen, nu ook over een menselijk lichaam, hm? Enfin, ’t was vrij simpel: foto’s van zowel rug als hand, want ook die pols blijft vooralsnog een probleem. En dan binnen twee weken terugkomen, want eerder kon niet. Hmpff. Nog een chance dat we wel meteen mochten aanschuiven bij Radiologie, daar was het niet druk.

Tegen kwart over tien waren we dus in Lovendegem, waar Wolf met open armen werd ontvangen. Eigenlijk heeft hij geluk dat Arwens ouders allebei collega’s zijn van mij, en dat ik hen dus vrij goed ken, want anders zou hij dit van mij wellicht nog niet mogen.

Lieze en Kaat kwamen toe rond half twee, en meteen verdwenen ze naar boven. Ik heb er totaal geen last van gehad, integendeel, ik kon perfect werken voor school. Ik weet niet wat ze allemaal gespeeld hebben, maar er was iets met deftige dames en prinsessen, en chique kleren en zo.

En toen Els hen kwam ophalen, hebben ze een circusshow gespeeld. Kaat was de presentator, Kobe eerst een mimespeler, dan kwamen de kleintjes met een dansje, en dan deed Kobe wat goocheltruukjes samen met Kaat. Eigenlijk wel wijs, ja.

Zalig toch, vakantie?