Peer mediation

Deze morgen heb ik Wolf om kwart voor negen op school afgezet. Jawel, midden in het hemelvaartweekend. Samen met een aantal andere vijfdejaars en een paar leerkrachten blijft hij er de hele dag, tot morgenmiddag zelfs. Dus ja, hij heeft een slaapmatje en een slaapzak mee ^^

Op Mariavreugde doen ze namelijk aan een schitterend initiatief: peer mediation. Een vijftiental (schat ik) vijfdes wordt opgeleid om in het zesde jaar aan conflictbemiddeling te doen tussen schoolgenootjes. Niet tussen leeftijdsgenoten, dat is maar logisch. Maar als kinderen dus in ruzie slaan en er zelf niet uit geraken, mogen ze altijd naar een van de mediatoren uit het zesde studiejaar stappen, en die gaat dan met hen samenzitten om alles uit te praten. In de meeste gevallen lukt dat prima, is een conflict snel opgelost, en hoeven de juffen of meesters zich er niet in te mengen. Want blijkbaar is er voor veel kinderen toch nog een soort barrière om er de leerkracht in te betrekken, omdat het dan aanvoelt als klikken.

De bemiddelaars mogen zich niet zelf opgeven, ze moeten verkozen worden door hun klasgenootjes, en dan mogen ze beslissen of ze dat al dan niet zien zitten. Wolf werd blijkbaar unaniem verkozen, en ik denk inderdaad ook wel dat hij daar een goeie voor zal zijn. Maar het is opvallend dat een ganse reeks van zijn vriendjes ook verkozen zijn. In elk geval heeft hij nu anderhalve dag cursus, en wordt het heel ernstig opgevat allemaal.

Om eerlijk te zijn: ik vind het prachtig. Echt waar.

Van opruimen, opruimen, fietsen, en opruimen.

Omdat ne mens toch niet kan blijven opruimen (eigenlijk wel, maar mentaal hou je het niet vol), gingen we na de middag de fiets op, naar de Lange Velden. Ver wilde ik niet fietsen met Kobe, dat kan hij nog niet, denk ik, en dat park was meer dan voldoende. Maar eigenlijk valt er niet zoveel te beleven, behalve twee kleine speeltuintjes. Die hebben we dan ook maar onveilig gemaakt.

De kinderen hadden daarna niet zoveel zin meer om nog iets anders te doen, en ik ging aan de slag in de tuin: de lavendel en de hibiscusstruiken moesten dringend gesnoeid worden, en dat deed ik dan maar ook. Merels kamer is intussen ook zo goed als klaar, en dan kan ik aan die van Kobe beginnen. Al gaat die dit weekend op scoutsweekend: het zal dus nog voor daarna zijn.

Vakantie, dus. Opruimen, ja!

Gisteren zijn Merel en ik er alvast even tussenuit geknepen, tijdens de training van de jongens. Het was nog stralend weer, en dus speelde ze in het zand, terwijl ik op een bankje mijn boek las. En toen zag ze dat er twee dames aan het oefenen waren voor acrobatische toestanden, en stond ze met grote ogen te kijken. Tot een van hen vroeg of ze het ook even wilde proberen, en dat zag ze volledig zitten ^^

 

Bonte specht

Drie keer per week ga ik – tenzij het regent dat het giet, en dat valt eigenlijk ongelofelijk goed mee – te voet met de kinderen naar school. Het is door een rustige woonwijk, en tien minuutjes stappen. Zij genieten daarvan, en ik ook: ze krijgen mijn onverdeelde aandacht, en babbelen, zingen en lachen honderduit. We kijken naar bloemen, knoppen, slakjes, enfin, alles wat kinderen leuk vinden.

En we luisteren naar de vogels. Al een paar weken horen we elke morgen weer een ijverige specht. Het geluid is onmiskenbaar: een serie van vijf razendsnelle klopjes in een seconde. We hebben ons al zot zitten turen, maar het geluid weerkaatst in de boomtoppen, en is dus ongelofelijk moeilijk te lokaliseren.

Tot deze morgen.

Toen ik rustig terug naar huis wandelde in de stralende zon, hoorde ik de specht weer, en keek ik van de weeromstuit omhoog. En bleek het geluid niet uit een trosje bomen te komen, maar uit een alleenstaande boom. Ha, dacht ik, dé uitgelezen kans om het beest te vinden! Ik bleef staan, tuurde even, en jawel! Ik zag niet één, maar twéé spechten vrolijk onnozel doen met elkaar in de bewuste boom, en af en toe eens een salvo afvuren tegen een dikke tak. Ze waren kleiner dan ik dacht: de grootte van een merel, maar veel, veel slanker, meer als een uitgerokken mees eigenlijk. Ze vielen in het niet naast de dikke duif die een tak verder zat, maar de rode kleur stak wel fel af tegen de blauwe lucht.

Grote-bonte-specht3

(foto van het net geplukt)

En ik, ik voelde me content als een kind op de kermis.

Gewoon, twee spechten in een boom. Soms moet een mens niet meer hebben om gelukkig te zijn.