Wafels!

Ik had het Merel beloofd om nog eens wafels te bakken, had al verse gist gekocht, en met dat winterweer dat we hadden, besloot ik woensdag om er toch eens werk van te maken.

Het probleem met gistwafels is dat je dat niet op den bots kan doen, je deeg moet twee uur rijzen. Maar ik had er dus aan gedacht, en de kinderen protesteerden niet.

Alleen… met zes personen – Arwen was hier ook – gaat dat vreselijk traag, en dus vroeg ik aan Bart om toch nog het oude Nova wafelijzer van ons ma uit te halen. Een zalig ding, maar de stekkers zijn… om het nog zacht te zeggen, niet optimaal meer.

Het was denk ik al een jaar of tien niet meer gebruikt en ik was dus ook compleet vergeten dat het toch wel een kwartier nodig heeft om om te warmen. Maar zodra het warm is, man, dat gaat vooruit! Het is een stuk heter, blijkbaar, dan hedendaagse wafelijzers en de smaak is dan ook anders. Echt, zo’n zalige wafels!

Er werd bijzonder grondig gesmuld, er werd vooral niet geprotesteerd, en er werd de volgende ochtend nog eens genoten van de overschot.

Maar bon, toch een vraagje: hoe zou ik die stekkers kunnen vervangen? Of laten vervangen? Want er zit geeneens aarding op en de stekkers zijn nog van een soortement bakeliet of zo.

Nog meer wafels

Deze keer geen wafeltjes, maar echte, zelfgemaakte gistwafels. De kinderen, en dan vooral Kobe, vroegen daar al een tijdje naar, en er lag dus ook al een hele tijd verse gist in de ijskast. Vandaag heb ik er op tijd aan gedacht om het deeg te maken, want dat moet toch wel een tweetal uur rijzen. Maar ze waren fantastisch lekker, geen idee wat het verschil maakte met andere keren, maar bon.

Ik had er eigenlijk gewoon veel te veel en heb twee uur staan bakken, maar man, ze zijn echt lekker, ook nog de volgende dag.

En de kinderen zijn dus echt wel vragende partij om dat vaker te doen. Ik denk dat ik de volgende keer wel met twee ijzers ga bakken, dat van ons ma staat hier ook.

Oh, en het recept?

  • een kilo bloem
  • daarin 35 gram verse gist, gebroken in een beetje lauwwarm water
  • twee eierdooiers erbij
  • een liter melk
  • een liter water, opgewarmd, met daarin gesmolten
  • 175-200 g margarine of boter
  • 8 lepels kristalsuiker
  • snuif zout
  • en dan drie opgeklopte eiwitten erdoor

Na elke stap goed mengen of mixen.

Anderhalf tot twee uur laten rijzen, afgedekt met een handdoek, op een warme plaats, bv de oven op de lichtste stand.

Smakelijk!

Wafeltjes

Enkele jaren geleden kreeg ik van Edwin, een medelarper, een speciaal soort wafelijzertje: eentje om zelf ijshoorntjes mee te maken, of als je ze niet oprolt: ongelofelijk lekkere dunne wafeltjes.

Het deeg is blijkbaar op vijf minuten gemaakt, het bakken duurt wel wat langer, maar Kobe was razend enthousiast over die wafeltjes en nam het bakken over. Ik heb wel zelf de eerste hoorntjes gerold met de roltuut – don’t ask – want daar heb je vuurvaste handen voor nodig. Je hebt namelijk zo’n 15 seconden voordat het stofslappe wafeltje afkoelt en keihard wordt, en in die tijd moet je het gloeiend hete wafeltje over de kegel draperen. Dat was dus geen werkje voor Kobe, de rest van de wafeltjes wel.

Die wafeltjes zijn wel gigantisch lekker, beter dan wat je in de winkel kan kopen, en Kobe wil die wel vaker maken: hij zit tijdens het bakken dan youtubefilmpjes te kijken.

Of zoals hij het samenvatte: “Zeg mama! Waarom wisten wij van het bestaan van dat machientje niet af, en waarom heb je dat niet veel eerder gebruikt??”

Tsja.