Middagje Gent

Oorspronkelijk was het de bedoeling dat Kobe met het GEJO ging optreden op de Gentse Feesten deze namiddag, maar er was ergens iets verkeerd gegaan in de planning, zodat dat in het water viel. Mja, kan gebeuren. Maar Merel en ik waren wel al van plan om ’t stad in te gaan, en we laten ons niet zomaar van onze plannen afbrengen.

Tegen twaalf reden Kobe en ik, met Merel achterop mijn fiets, dus richting het centrum om er aan ’t Groot Kanon af te spreken met Bart. Meteen loodste die ons richting Oudburg voor een heerlijke sushi. Bart ging eerst gaan voor de boot met 70 stuks, maar die met 44 bleek toch voldoende :-p

Bart ging daarna opnieuw de fiets op richting kantoor, wij slenterden rustig door de Lange Munt, over de Zuivelbrug, naar het Design Museum. Ha ja, een nieuwe tentoonstelling én een speurtocht van Vlieg: meer moet dat niet zijn. Zeker als je dan nog vaststelt dat het museum gratis is voor Gentenaars tijdens de Gentse Feesten. Vlieg gaat dit jaar over smaak, en dus zat er in hun boekje een meelworm – had ik eerst mailworm geschreven, ugh – een hostie van kweekvlees en een jellybean met koffiesmaak. Leuk gedaan!

En toen waren er – duh! – ijsjes.

BTW, we hadden geen belleketrek gedaan, die mens in de achtergrond had net de politie over de vloer gehad omdat wellicht een of andere pipo die vond dat hij toch kon passeren met zijn camion op de Gentse Feesten, zich in dat steegje had proberen draaien en gans de gevel had beschadigd.

We liepen nog wat verder, zagen dat de feesten echt maar vanavond beginnen, en fietsten toen maar rustigjes naar huis.

Oh, en wijze affiches:

Zwembadperikelen, deel twee

Mja, eind juni is ons nieuwe zwembad voor een paar dagen vrij intens gebruikt. Sindsdien is het weer zo wat beginnen kwakkelen, in elk geval niet goed genoeg om buiten te zwemmen.
Kobe en ik hadden wel de filter aangesloten en dat soort dingen, we checkten de pH en deden er chloor bij, maar het water werd precies vuil. En groen. En vies. En er zaten massa’s grijze muggenlarven in. Als in: honderden. Ugh. Yuck. De kat vond het zelfs drinkbaar.

Nee, niet meer bruikbaar. Ik spoelde de filter twee keer per dag uit, maar het hielp niet direct. Bon, dan maar met Kobe naar de Brico voor een “shock treatment” voor groen water. En toen, ja toen viel onze euro: wat we in huis hadden gehaald als chloor, bleek pH mini te zijn, een product om de pH te verlagen maar niet om de bacteriën en algen onder controle te houden. Zucht.

We koppelden de filter los, deden een stevige dosis “Snelle Chloor” in het water, en zagen het uur na uur opklaren. We hadden ook een handmatige stofzuiger meegebracht, waardoor we het vuil konden opzuigen. Vierentwintig uur later was het water weer helemaal helder en het chloorgehalte zoals het moest zijn. Yay!

Gisteren waren we dan gaan zwemmen in de Rozenbroeken, vandaag mocht Merel mee met Sandra en Feija naar Merelbeke voor een heuse zwemles. Sandra geeft les aan twee kinderen, maar er was er maar eentje en dus mocht Merel mee. Toen ze thuis kwamen, zijn ze snel eerst samen naar de bibliotheek gegaan, en daarna hadden de meisjes nog niet genoeg gezwommen en doken ze ons zwembadje nog eens in.

Zo blij dat het gelukt is! Ik zag het niet zitten om nog eens 6500 liter water te gebruiken en het dan weer groen te zien worden. Oef.

Zwemmen

Goh, zei Merel, ik zou zo graag nog eens gaan zwemmen…

Oh ja? Dan doen we dat toch gewoon? Ik stelde voor om in de namiddag naar de Rozenbroeken te gaan en meteen Sandra met Feija en Ayo mee te vragen. Die zagen dat ook volledig zitten, en dus stonden ze hier om twee uur.

De jongens waren meteen samen weg, beide meisjes waren iets aarzelender, en Sandra ging even mee in de wildwaterbaan. Ik mag dat soort dingen absoluut niet meer doen met die rug van mij, jammer genoeg, en dus ging ik als een braaf oud besje in het warmwatergedeelte. Sandra kwam me vrij snel vervoegen samen met de meisjes, en die gingen dan buiten spelen, en opnieuw binnen, en in het golfslagbad, en… terwijl wij bleven kletsen in het warme water.

Tot we, anderhalf uur later, plots Kobe en Ayo zagen binnenkomen van het buitenbad en een badmeester aanspreken. Ayo wees even naar ons en verdween toen naar binnen met die badmeester. Uh? Kobe kwam snel melden dat Ayo een salto had willen doen en met zijn hoofd nogal hard tegen de rand was geknald. Het was “zwaar aan het bloeden” volgens hem. Tsja, een hoofdwonde heeft niet veel nodig natuurlijk.

Bon, Sandra mee met hem, het bleek een stevige gap te zijn en ze hadden er een verband rond gedaan met de boodschap misschien toch naar de spoed te gaan. Goh, zei Sandra, dat bekijken we thuis nog wel even.

Het zwemmen was dus voorbij, maar ik had een grote kom fruitsla gemaakt en die netjes in een koelzak in Sandra’s auto gezet. We hebben dus rustigjes gepicknickt op het veld naast het zwembad, en zijn dan naar huis gereden.

Nog wat later liet Sandra weten dat ze alsnog naar de spoed waren gegaan: het stond echt wel te ver open voor steristrips, en er zaten zowaar twee nietjes in! Tsja… Ne mens gaat dan al ne keer zwemmen zeg!

GEJO: een succes!

Terwijl ik zaterdag in Dordrecht zat, zijn Bart en Merel naar Herentals gereden om er Kobe op te halen en meteen ook te luisteren naar het concert dat ze gaven als afsluiter.

En wat vond Kobe er nu zelf van, met alle twijfels waarmee hij vertrokken is? Wel, hij vond het de max! Drie uur per dag fagot spelen was veel, maar samen muziek maken is gewoon fantastisch! Nee, zijn koorzang is nog niet verbeterd, maar ook dat vond hij best amusant.

En er waren de vele spelletjes, het wijze Netezwembad, en vooral ook de kampvuren tot ’s avonds laat. En neem dat gerust maar letterlijk, volgens hem was het steevast middernacht voor ze in bed lagen.

Slotsom: als het niet clasht met de scouts, wil hij volgend jaar opnieuw. Dik in orde!

 

Zwembadperikelen

De kinderen wilden al een paar jaar een echt zwembad. Nee, niet de ingegraven soort uiteraard, daarvoor is onze tuin veel te klein. Wel het opzetzwembad met een redelijke hoogte, waarin ze ook echt konden spelen in plaats van zo’n kinderzwembadje.

Hmm. Ik wilde dat eigenlijk ook al lang, het is een van de redenen dat we een rond terras hebben, om eerlijk te zijn.

Bon, we hadden er al twee jaar eentje liggen in het tuinhuis, een van 3.66 meter diameter met zo’n opblaasrand. Renzo vond het destijds te groot en had het weggegeven. En toen zei hij dat hij zijn zwembad van 3.00 meter met opblaasrand ook ging wegdoen, want er zat een gaatje in de opblaasrand door zijn katten, en hij ging dan maar switchen naar een zwembad met buizenframe. Hah, ideaal. We legden beide zwembaden open, en Wolf besloot dat het toch dat van 3.66 mocht zijn, ondanks het feit dat dat behoorlijk vuil was en dus stevig kuiswerk vergde. Een uur later konden we beginnen vullen en was het gaatje in de opblaasrand gestopt.

Helaas…

Er bleek een gat te zitten in het grondzeil. En toen nog een. En toen… maar liefst vijf stuks, die we niet meteen dicht kregen zonder deftige stopmateriaal. Een ervan was eigenlijk zelfs een scheur, waardoor we het niet zagen zitten om het alsnog te repareren. Meh.

En omdat de kinderen echt een van 3.66 meter wilden, heb ik dan maar een buizengeval besteld bij bol. In de hittegolf eind juni, en het was nog later ook, dus pas dinsdag kunnen beginnen vullen. Het is wel de max van een ding, ik moet het toegeven.

Op woensdag was het nog behoorlijk koud, maar donderdag, toen ik thuis kwam van de repetitie voor de proclamatie, bleken er plots gewoon vijf pubers in te zitten! En terwijl ik de tuinman buitenliet, kwam er nog een zesde aanwaaien, en wat later, toen er alweer twee vertrokken waren, nog een extra exemplaar. Zalig, toch?

Allez, we weten weer wat doen qua onderhoud. Maar als ik zie hoeveel plezier ze er al van gehad hebben – ook Kobe heeft er al in gespeeld met maatje Levi, en Merel en Feija ook – dan heb ik er dat gerust voor over.

Als er iemand nu nog een exemplaar wil van 3 meter doorsnede met opblaasrand waarin een klein gaatje zit: er ligt er hier nog een te krijg.