Ik heb het opgegeven, vandaag. Als in: naar huis gegaan, het ging echt niet meer.
De rug vindt de 21 uur effectieve les niet zo fijn, zoveel is duidelijk. Maar ik kon net aan de goede kant van het randje blijven balanceren, zolang ik er maar niet te veel naast deed.
Deze week was blijkbaar toch van het goede te veel, helaas. Maandag was er een klassenraad van half vier tot zeven – voor mij toch, het heeft nog geduurd tot half negen maar ik had die laatste klassen niet. Klassenraden zijn uiteraard onlosmakelijk verbonden met het lesgeven, en we zien daar ook allemaal het nut van in, maar voor mijn rug is dat gewoonweg té veel zitten, te lang recht blijven. Thuis ga ik altijd meteen liggen zodra ik thuis kom, ik kan al liggend op mijn computer werken en zo.
Dinsdag had ik geen klassenraden, maar woensdagnamiddag wel weer. Ik had les van halfnegen tot twaalf en had nog genoeg tijd om alsnog naar huis te gaan om te eten, maar niet veel meer dan dat. De kine ’s avonds deed dan ook extra deugd, maar het was duidelijk dat de rug gewoon oververmoeid was.
Plak daar donderdag nog vijf uur les en een loodzwaar oudercontact – het zwaarste gesprek uit mijn carrière, denk ik – bij, en het ging gewoon niet echt meer.
Deze morgen ben ik wel degelijk naar de pedagogische studiedag gegaan, maar na twee, weliswaar interessante en nuttige, sessies was ik gewoon misselijk van de pijn. Ik heb me verontschuldigd en ben naar huis gegaan.
Het is een beetje op, denk ik.
Nog een geluk dat het nu net vakantie is en ik de rug kan laten rusten. En daarna zien we wel weer verder, toch?