Eindelijk geschilderd!

Ik ben dus al een klein jaar bezig met mijn kleine lokaaltje Klassieke Talen te schilderen.

Ik was begonnen in januari: ik had dat eerder willen doen, maar toen was er die operatie aan mijn voet. In de paasvakantie wilde de rug dan weer niet mee.

Na de examens vorig jaar in juni had ik nog een stukje gedaan, maar toen was het eigenlijk veel te warm om te schilderen, de verf droogde te snel.

In de grote vakantie had ik er geen zin in – en ook niet echt een sleutel van de school – en toen het eindelijk weer school was, was het opnieuw veel te heet. Tsja.

Vandaag heb ik heel lief aan Kobe en Merel gevraagd of ze alsjeblief een uurtje wilden schilderen voor me. Het was matig graag gedaan, denk ik, maar de muziek stond keihard en het viel al bij al wel mee, denk ik.

Maar ik ben er vooral bijzonder gelukkig mee: eindelijk zien op zijn minst de muren er proper uit! Nu nog nieuwe gordijnen en de rest opruimen, en we hebben een fris lokaal! Enfin ja, voor zover dat lukt met die compleet kapotte vloer, maar bon. Het zijn alweer enkele belangrijke stappen. En een hele last van mijn schouders, hoe idioot dat ook klinkt.

Poging tot schilderen

Ik ben dus al een behoorlijk tijdje bezig met het “renoveren” van het lokaaltje Grieks en Latijn. Eind januari was er een eerste kleine laagje vooraan.

In de paasvakantie had ik zowaar een sleutel van de school om verder te komen doen, maar de rug wilde niet echt mee, en dan loop ik het risico liever niet.

Geen nood, de examenperiode is ideaal, want dat lokaaltje is te klein om examens in af te nemen – behalve mondeling – en ik had wel wat tijd. Helaas, toen was er die hittegolf, en 27° is niet bepaald ideaal om te staan schilderen. Vandaag heb ik alsnog een poging gedaan tussen de klassenraden door, maar effectief gemerkt dat de verf te snel droogde om goed te zijn. Soit, ik had een oproep gedaan aan de collega’s om tussendoor een uurtje vrij te maken om de achterste muur met een rol aan te pakken, maar er bleek niemand echt mee te willen werken. Tsja, dan ga ik het allemaal met zo’n rolletje van tien centimeter moeten doen, want een grote rol weegt te zwaar voor mijn rug.

Ik ben wel content met het resultaat: de voorkant is klaar, en aan de achterkant ben ik begonnen met de randjes. Mijn collega beweert dat ze geen verschil ziet…
Het valt des te meer op hoe smerig het er ligt, ook al beweert de kuisvrouw dat ze er elke week veegt en regelmatig ook dweilt. Like hell…

Beetje op onze nest gepakt…

Dat ons dak moest vernieuwd worden, dat lag al een tijdje vast. Tijdens de laatste storm waren er nog maar eens enkele leien losgekomen, zoals al enkele keren eerder was gebeurd. De laatste keer, toen er vooraan een aantal zijleien was losgeraakt, hadden ze ons al gewaarschuwd: ze gingen opnieuw loskomen, want het hout was intussen rot van het ingesijpelde vocht. Oh, en de leien waren asbesthoudend, dat ook. Op zich geen probleem, zolang ze niet breken of zo, want dan komen de asbestvezels wél los. Oh, en het dak is ook niet goed geïsoleerd. Toen we destijds de zolder omvormden tot een kantoor voor een startend Netlash, hebben we ons eigenlijk een beetje laten doen door de aannemer die 6 cm rotswol voldoende vond. Quod non: dat is intussen onze slaapkamer en het is daar bloedheet in de zomer en pokkekoud in de winter. De rest van het dak, de eigenlijke zolder, is zelfs niet geïsoleerd en heeft zelfs geen binnendak – dat overigens ook asbest bevat, dankuwel.

Reden te meer dus om dat dak eindelijk te laten vernieuwen: een duur affaire, maar wel noodzakelijk, zeker als we zonnepanelen willen leggen, want dat kan niet op een asbest dak.

We vroegen bij eentje een offerte, en die mens kwam eens kijken, keek enkel aan de buitenkant, kwam zelfs niet binnen, maakte een ruwe schatting en maakte dan ook een ruwe, dure offerte. Hmmm…

Bij Durieux vroegen we ook een offerte, en die mens kwam langs, klom naar de zolder, inspecteerde buitendak, binnendak en gebinte, bestaande isolatie, mat dingen op, boog zich over onze bouwplannen, begon daar vanalles te meten en te noteren, en stelde extra vragen. Of we opnieuw leien wilden of zwarte dakpannen? Leien zijn duurder, maar voor pannen moest hij wel een studie hebben van een bouwkundig ingenieur om zeker te zijn dat het gebinte het extra gewicht kon dragen.

Enfin, veel professioneler, veel meer vertrouwen. Er kwam een offerte, er kwam een contract en een tijdsbestek van ‘ergens in oktober’ al naargelang het weer en andere bouwomstandigheden.

En toen kwam er afgelopen maandag een telefoontje: dat ze dinsdag zouden komen met een gans team en een stelling en alles erop en eraan en dat ze het dak zouden afbreken en leggen en hopelijk op een week klaar zouden zijn. Euh, wacht, wat?? Er was blijkbaar een grote werf weggevallen wegens het zoontje zwaar ziek geworden, en dus hadden ze alles opgeschoven, waaronder wij dus.

Dat ik op dinsdag met Merel naar Parijs trok, dat Bart met Kobe op donderdag naar Keulen trok, en dat Wolf pas op dinsdagavond terugkwam en hijzelf op donderdag en vrijdag ook moest werken, goh ja… Bijkomstigheden zeker? ’t Is ook niet alsof die mannen ons echt nodig hebben, maar toch, ik hou al eens graag een oogje in het zeil. Maar bon, hoe sneller hoe liever, dan kunnen we ook meer opschieten met zonnepanelen en al dat soort onzin.

Dinsdag stond hier een ploeg van 8 Roemeense jonge gasten en een kraanman voor de deur, en man, die wisten van aanpakken! Volgens de kraanman – een oudere Vlaming – zaten die gasten meer op een dak dan op de begane grond, en dat was er ook aan te zien. Er werd een container geprepareerd met een stevige dikke zak, al die gasten deden speciale pakjes aan met maskers, ze klommen op het dak en de asbesthoudende leien werden voorzichtig verwijderd, in de kraanbak gelegd en op die manier zachtjes in de container gedeponeerd. Ik denk niet dat er meer dan drie leien gebroken zijn…

Terwijl we in Parijs zaten, kreeg ik af en toe een update van Bart of Wolf. Vrijdag, bij thuiskomst, was de ene kant al volledig gedaan, zaten de nieuwe dakramen erin en waren ze vooral aan het prutsen met hoekjes en kantjes, want dat viel gelijk wat tegen.

Ik heb er het volste vertrouwen in: het ziet  er fantastisch uit, die mannen werken stevig door en vooral: ze voelen zich compleet thuis op dat dak, het is leuk om zien.

En wij, wij gaan een pak armer zijn maar wél minder warm in de zomer en minder koud in de winter. En asbestvrij, dat ook.