Op.

Mijn pijp is uit, het vat is af, ik zou bijna zeggen dat ik aan het eind van mijn Latijn zat, maar was dat waar, dan had ik een probleem.

Maar ik kan eventjes niet meer. Het zijn dan ook zeer drukke weken geweest, met het afsluiten van een rapportperiode en de bijhorende verbetermarathon, de klassenraden maandag, dinsdag en donderdag, de voorbereidingen van de uitvaart… Ik ben ook nog volop bezig met het maken van een infobrochure voor school, waar eigenlijk toch ook behoorlijk wat tijd en concentratie in kruipt, en dan zijn er nog een hoop muizenissen in mijn hoofd.

Gisterenavond was er hier in Gent een drink als afsluiter van Poort (de larp die ik bijna twintig jaar gespeeld heb), en ik heb me ernaartoe gesleept. Maar kwart voor elf ben ik al terug naar huis gegaan: het was zeer gezellig en met wijs volk en al, maar ik kon gewoon niet meer. Ik ben hier gewoon in mijn bed gecrasht.

Deze morgen hoefde ik gelukkig voor een keertje niet op te staan om acht uur voor Kobes muziekles, want er was “lenteconcert” om elf uur. Ik ben de jongens wel gaan afzetten tegen kwart voor tien, heb toen snel een paar boodschappen gehaald zodat het eten quasi klaar was tegen dat we van het concert terugkwamen, en had moeite om wakker te blijven tijdens de zingende kinderen. Maar in de namiddag heb ik de handdoek in de ring gegooid, en ben ik in de zetel in slaap gevallen.

Op dus.

Dit weekend efkes geen verbeteringen, denk ik, ik zou gewoon fouten laten staan. Gewoon even slapen en bijkomen en een weekendje niksen, en tegen maandag sta ik er wel weer. Hoop ik dan toch :-p

Moe

Ik ben moe. En dan bedoel ik echt moe. Niet alleen fysiek, maar vooral mentaal. Dat fysieke, dat krijg je er wel af door een paar nachten goed te slapen. Maar dat mentale, dat gaat nog wat langer duren, vermoed ik. Het is gewoon te druk geweest de laatste tijd, met vanalles en nog wat eigenlijk.

Ik kijk enorm uit naar de vakantie, en ik ga echt niks plannen. Gewoon thuis, wat klussen, wat lezen, wat spelen met de kinderen, eventueel eens naar een museum of zo. Ik heb dat trouwens al plechtig aan Bart moeten beloven ook, dat we het rustig aan gingen doen in de vakantie.

Gelukkig zijn er nog de zen-momenten tijdens de rugbytraining van de jongens. Ervoor is het altijd stressen, want er is altijd wel eentje die iets niet vindt, waardoor we uiteindelijk toch weer ei zo na te laat zijn. Maar zodra we er zijn, lopen de jongens naar het veld, en gaan Merel en ik wandelen. Ook vanavond, trouwens. We hebben een mooie wandeling gemaakt, een nieuw speeltuintje met een snelle glijbaan gevonden, en we hebben gepicknickt aan een heuse picknicktafel. In het donker, jawel. Daarna zijn we nog verloren gelopen op de camping – er moet een doorsteek naar het water zijn, maar die vonden we niet.

Enfin, de lange wandeling met een huppelend en kwetterend meisje heeft me deugd gedaan.
Straks moet ik nog spullen bijeenzoeken voor morgen, dan twee uur rijden naar Ankoria, een dagje larpen, terug rijden, en dan zondag examens opstellen. Oh, en ergens nog huishouden doen ook. En nog wel een paar dingen. Zucht.

Peut.

De dinsdagavond, da’s zo’n dag om gewoon in mijn zetel te vallen als ik thuiskom, en niet veel poot meer te verzetten.

Ik heb in dit lesrooster namelijk een behoorlijk zware maandag: 7 uur les, als het tegenzit een uur studie, en een kwartier toezicht, zodat ik op de hele dag amper een 45 min. pauze heb, om te eten.

Dinsdag is nog zo’n dag: eerst om 8.00u werfvergadering, dan vijf uur les, met minstens één uur studie, en een half uur toezicht in de eetzaal. Om kwart over vier cross ik richting de school van de kinderen om hen op te pikken, en meteen door te rijden naar Evergem, naar Wolfs gitaarles. Dan kan ik even naar huis om de kleintjes af te zetten en zo, en om zes uur moet ik Wolf weer ophalen.

En ja, daarna kan u me samenvegen.

Voor ik u nu hoor mompelen: “Jaja, mens, zeven uur, da’s de gemiddelde werkdag hoor!”: geef eens een presentatie van een uur? Doe dat nu eens zeven uur lang? Want dat is uiteindelijk wel lesgeven, he, geen gewone bureaujob.

Vandaag was dan ook nog eens het dochtertje van een collega mee, omdat zij zelf klassenraden had. Extra werk, extra druk, en vooral extra getetter en lawaai. Poeh.

Nee, op dinsdagavond hoeft u me niet al te veel meer te vragen. De kans dat ik u verdwaasd aankijk met een zombieblik in mijn ogen, is vrij reëel.

Moe

Niet ik, deze keer (enfin, toch niet meer dan anders), maar wel Merel. Ze verteert het nieuwe ritme moeizaam.

Ze gaat gelukkig dolgraag naar school, en elke morgen is ze daar ook weer vrolijk over. Ze vindt haar juf fantastisch, en blijkbaar heeft ze ook wel al een paar speelkameraadjes. Maar die vermoeidheid, he. Ja, ze zou kunnen een dutje doen over de middag in het klasje van haar juf, maar daarvoor is ze dan weer te koppig: er valt veel te veel te beleven.

En dus is ze hondenmoe wanneer ik haar ga afhalen, en huilt ze vaak als ze me ziet. Meestal gaat dat onmiddellijk over met een dikke knuffel, en soms valt ze al bijna in slaap in die paar minuten auto, of de wandeling met de buggy (niet dat dat er al vaak van gekomen is met dat hondenweer, maar bon). Doorgaans gaat het dan wel weer wat beter van zodra ze iets gegeten heeft, en hier thuis tot rust kan komen.

Vandaag hadden we weer een dieptepunt: ze wilde zelfs geen vieruurtje, ze wilde meteen slapen, en dus lag ze om vijf voor vier alweer in haar bedje, tot zo’n half zeven. Probleem is: als ik haar dan wakker maak, is ze helemaal van slag en huilt ze. Eigenlijk… dat geldt ook als ze vanzelf wakker wordt: ook dan huilt ze en komt ze maar met moeite op haar plooi.

Ach ja… Het zal wel beteren, zeker?

365 – 5 juli

365-186

En toen begonnen de drukke dagen hun tol te eisen: dit was om elf uur in de voormiddag, en niet geposeerd.

Sneeuw

Dat het sneeuwt, hoef ik u niet meer te vertellen, zeker?

Ik zat rustig aan mijn bureau deze namiddag, toen er eerst zo van die minivlokjes vielen, je zag ze met moeite. Een half uur later vielen er van die dikke dikke vlokken aan een serieus tempo, en trok ik welgemutst mijn laarzen aan, nam de versgekochte sneeuwschep ter hand, en ruimde het voetpad. To no avail, want tegen dat ik goed en wel aan de brievenbus was, zag het aan de garage alweer compleet wit. Ik gaf het op, genoot van het landschap, pikte rond vijf uur de jongens op, en ging daarna opnieuw aan het werk.

sneeuw

Tegen dan was het gestopt met sneeuwen, en vonden de jongens het heerlijk. Het is wel geen plaksneeuw, dus een sneeuwman lukte niet, maar zo’n sneeuwschap, man, da’s een gerief! Wolf heeft er gigantisch wijze dingen mee zitten maken, heeft de volledige oprit vrijgeschept, en Kobe deed ongeveer hetzelfde met een vuilblik.

Het resultaat was een sneeuwberg, en twee kinderen die doodop waren :-p

Omdat ik eigenlijk geen zin had om nog naar de bakker te rijden en het gisteren lichtmis was, ging ik pannenkoeken bakken. Bart had zijn meeting afgezegd, ging Merel oppikken, en rond kwart over zes thuis zijn 🙂 Alleen was dat buiten de file aan Meulesteebrug gerekend: ik ben om half zeven in zevenendertig haasten in mijn auto gesprongen om Merel te halen, terwijl ik mijn pannenkoeken maar even van het vuur haalde.

Soit, tegen zeven uur zat iedereen hier smakelijk pannenkoeken te eten, en nog ietsje later was Wolf gewoon van pure vermoeidheid in de zetel in slaap gevallen, terwijl Kobe nog zat te eten.

Wolfslapen

Maar het was wél een fijne dag!

Beetje moe

Zoals de titel al zegt, ik ben een beetje moe. Gisteren was er dus Merels feestje, en was het nu het iets andere eten, of de vele aandacht, of iets dat zit te broeden?

In elk geval is ze vannacht plots luid beginnen huilen, en toen bleek het omdat ze overgegeven had, heel haar bedje vol. Gelukkig slaapt ze op de plastieken kant van haar matrasje, en was dat dus makkelijk schoon te maken. Haar deken lag gelukkig al niet meer op haar. Bart heeft me wakker geroepen – hij was degene die was gaan kijken – en samen hebben we dat probleempje aangepakt. Bart troostte haar en kleedde haar uit, terwijl ik al een badje liet lopen, en terwijl hij haar zachtjes waste in het warme water, ververste ik haar bedje en bracht verse kleertjes. Hij droogde haar af en kleedde haar opnieuw lekker warm aan, en intussen zaten de vuile spullen al in de wasmachine. Zodat we eigenlijk alledrie ongeveer tegelijkertijd weer in ons bed lagen.

En deze morgen alledrie even moe.

Ugh.