Lectuur: “Lavinia” van Ursula K. Le Guin

Naast mijn BBC-lijst, de Big Read en mijn lijst met fantasy- en science fictionboeken heb ik nu dus nog een vierde lijst van boeken die ik wil lezen, liefst afgewisseld.

Het gaat om de lijst van oudheidgerelateerde boeken, waarin een bekend verhaal verteld wordt vanuit een ander, doorgaans vrouwelijk perspectief. Een eerste dat ik van deze lijst plukte, was deze Lavinia, het verhaal van de vrouw – of op dat moment eigenlijk nog meisje – om wiens hand Aeneas een heuse oorlog voert met Turnus. En uiteraard aan dat hand de heerschappij over Latium, maar bon.

Vergilius haalt haar wel aan in zijn Aeneis, maar laat haar niet aan het woord komen, of geeft zelfs haar gevoelens of mening niet weer. Ze is een prijsbeest dat moet veroverd worden, een object.

Le Guin brengt hier hetzelfde verhaal, tot in de details, maar met Lavinia als hoofdpersonage. We zien hoe ze opgroeide in Laurentum bij een liefhebbende vader – koning Latinus – en een dolgedraaide moeder, Amata. Die ziet het al helemaal voor zich: haar dochter trouwt met Turnus, een neef van Amata die koning is van de Rutuliërs, en op die manier worden beide volkeren met elkaar verbonden. Maar een voorspelling heeft Latinus ervoor gewaarschuwd om Lavinia niet met een lokale man te laten trouwen, maar met een edele figuur uit het buitenland. En voilà: Aeneas. Maar dat appreciëren de Latini niet bepaald en die gaan samen met Turnus en co de strijd aan met de Trojanen.

Het verhaal stopt echter niet waar de Aeneis stopt, namelijk met de dood van Turnus. Lavinia moet zich daarna namelijk ook nog zien te handhaven, wanneer na een drietal jaar ook Aeneas sterft. Ze hebben samen een zoon, maar Aeneas’ zoon uit zijn eerste huwelijk, Ascanius, maakt het haar niet makkelijk.

Le Guin slaagt erin om het personage van Lavinia echt tot leven te brengen: het is een meisje van vlees en bloed, met eigen verlangens en eigen dromen, in een bepaald vrouwonvriendelijke samenleving. Er zit een sterk magische/goddelijke inslag in, maar dat stoort hoegenaamd niet, omdat de goden nu eenmaal redelijk dominant waren op dat moment. Het enige ietwat vreemde element is dat ze Lavinia laat praten met Vergilius, de dichter die zich verontschuldigt dat hij haar niet aan het woord laat, en die haar zal voorspellen wat er nog komt.

Al bij al een mooie aanvulling op de Aeneis. Niet meer, maar zeker ook niet minder.

Tellen, rekenen en meten in de Klassieke Oudheid

Awel, toen ik de titel van deze lezing zag, dacht ik meteen: “Daar wil ik naartoe”. Want ik ben wel een classica, een specialist in Oude Talen, maar van dat rekenen, daar had ik eigenlijk weinig benul van. De basisgetallen, uiteraard, die kent iedereen, maar hoe deden ze dat met grotere getallen? Hoe gingen ze rekenen? Hoe werkt een abacus?

Enfin, ik naar Ledeberg, waar een oude Nederlander, Flip De Bree, ons zeer vakkundig en met veel enthousiasme te woord stond. Hij deed zowel het Griekse als het Romeinse systeem uit de doeken, en intussen weet ik dus ook hoe ze met een abacus werken en hoe je het bijvoorbeeld ook gewoon met strepen in het zand kan rekenen. Wijs, eigenlijk. Oh, en ook de jaartelling kwam uitgebreid aan bod, maar daar wist ik het meeste wel van, aangezien we dat ook aan onze leerlingen leren.

Een goed gespendeerde avond dus. Allez ja, uurtje, want tegen half tien was ik weer thuis.

Nieuwe Latijnblog

Ik kon het niet laten, en heb weer een extra blog opgestart. Het zal eentje worden met heel onregelmatige posts, maar ik wou een plaatsje waar ik alles ivm. Latijn en de klassieke oudheid kon verzamelen, en waar ik dan ook de onderzoekscompetenties van mijn leerlingen kan posten. Gewoon, hier op dit blog kan dat niet echt, en dus is er nu http://resclassicaeblog.wordpress.com. Als u dus ergens iets Latijnsigs vindt, stuur dat met plezier door naar mij, en ik zal het posten. Voilà.