Cthulhu in de tuin

Het was een prachtige dag vandaag en het beloofde ook een prachtige avond te worden, en dus nodigde ik de roleplaygroep uit om hier in de tuin te spelen. Vorig jaar was dat niet gelukt wegens te nat en te koud en op de mooiere dagen geen game wegens vakanties en zo. Ik wou er nu dus van profiteren, en de heren zeiden geen nee. Stefaan zegde nog op het laatste moment af, maar Alex had netjes Geraard opgehaald, en die had voor een tussensessie eigenlijk geen attributen nodig, dus dat viel allemaal reuze mee.

Ja, tegen tien uur hadden de meesten wel een vestje of een pull aangetrokken, het is per slot van rekening nog steeds niet officieel zomer, maar ik vond het wel zeer aangenaam, zo hier in de buitenlucht.

Meer van dat, zou ik zo zeggen! Allez, als er niet te veel scenery moet opgezet worden tenminste.

Afrikaans dorp

Ik heb het al vaker gezegd: onze DM – dungeon master, of degene die de scenario’s van Call of Cthulhu leidt – heeft gigantisch veel spullen in huis om landschappen na te bootsen en heelder campagnes uit te werken.

Met The Masks of Nyarlatothep zitten we momenteel in 1925 in een typisch Afrikaans dorp, nog zonder elektriciteit of enige vorm van moderniteit, en jawel, ook dat had hij helemaal voorzien en opgezet. Maar goed ook, want ’s nachts werden we aangevallen door cultisten en Night Gaunts, en dan moet je het ook echt wel uitspelen waar je staat, hoe ver je kan lopen/werpen/schieten en of iemand in je blikveld staat, dat soort dingen. Maar de details zijn altijd prachtig, al zijn de figuurtjes misschien niet altijd even politiek correct.

Maar geef toe: dit is toch zalig? In plaats van op een uitgetekend vel papier te spelen…

Dikke merci, Geraard, om er altijd zo veel moeite in te steken!

Toch Cthulhu

Ik heb de beste Cthulhugroep ever!

We spelen standaard bij onze GM thuis, want daar staat al zijn gerief, zijn al zijn boeken, kan hij alle scenery klaarzetten, en vooral: hij heeft zelf geen auto en dan is dat nog wel zo makkelijk.

Maar het hoeft niet per se makkelijk te zijn als moeilijk ook kan: ik kan dus echt niet uit de voeten om ginder te gaan spelen. Intussen zou ik misschien wel nog in mijn auto geraken, tot ginder kunnen rijden, maar de afstand van parking tot zijn huis, laat staan de trap en daarna twee uur op een stoel? Nee, echt niet.

Dus verhuisden ze het hele boeltje maar naar hier, naar mijn woonkamer. Ze gingen er volledig mee akkoord om rond mijn salontafeltje te spelen – wat niet zo makkelijk is om dobbelstenen te rollen – zodat ik zelf languit in mijn zetel kon blijven liggen. Ze namen zelf de nodige glazen, Geraard had zoals vanouds alles mee – de Sint was zelfs geweest – en ik kon rustig spelen en genieten van mijn avond, en alle pijn even opzij zetten.

Dikke merci, gasten, dat betekende veel voor me!