Donderdagnamiddagen…

Elke donderdag heeft Merel blokfluitles in ’t stad, op de Poel. Meestal ga ik intussen gewoon koffie drinken in de Labath. Alleen is dit jaar haar les van kwart over vijf tot kwart over zes, en moet ik dus telkens ook een kwartiertje in de auto wachten omdat de Labath om zes uur sluit.

Soms ga ik ook gewoon de stad in om nog iets te zoeken of te kopen. Daar geniet ik eigenlijk ook behoorlijk van, al is het soms stressy om op tijd terug te zijn aan de school, want anders begint de dochter te panikeren als ze me niet vindt.

Maar elke keer weer moet ik over de Grasbrug, en elke keer weer geniet ik van het uitzicht.

En toen ik in het terugkeren passeerde aan het klaslokaal, stond het raam gewoon open – corona, weetuwel? – en kon ik binnenkijken hoe zij aan het spelen was, met Tomma op de clavecimbel als begeleiding.

Mooi, toch?

Live lessen

Yup, nu het stilaan vaststaat dat die corona nog even het land niet uit is, worden de live lessen natuurlijk populairder. Ik ben daar zelf al even mee bezig, en ik merk dat de leerlingen dat niet erg vinden.

Vandaag had ik een live les met mijn eerstekes, en ik genoot ervan. Echt. Ze hebben niet allemaal een camera – ze zijn met 20 – maar een paar wilde toch zijn camera delen, en dat vind ik de max.

Merel had om elf uur ook voor het eerst een live gesprek met haar juf en haar klasgenootjes, en ook zij glunderde.

En gisteren had ze eigenlijk al live les gekregen voor blokfluit: haar juf had gebeld via Skype en zo lesgegeven, netjes op donderdag zoals anders. Schitterend, toch?

Het doet wat met een mens, die corona, maar het doet vooral veel voor de digitalisering van dingen. Toch nog iets goeds aan gans dit gedoe.

Hartjesmelk

Ik schreef het twee weken geleden al: op donderdag ga ik tijdens Merels blokfluitles meestal rustig naar de Labath een caffé lattè drinken. Soms ga ik in ’t stad, maar ik moet lang niet altijd iets hebben natuurlijk.

Vorig jaar waren we een half uur later en ging de Labath dicht op het moment dat haar les klaar was, maar nu is ze klaar om half zes, net op tijd voor de last call. En Merel neemt dat met beide handen aan: ze komt vrolijk richting het café dartelen, staat dan aan de overkant te springen tot ik haar zie – ik probeer het natuurlijk in de gaten te houden – en dan steek ik haar over op het zebrapad. Op zich zou ze dat zelf moeten kunnen, maar dat is daar een zodanig gewriemel van voetgangers, fietsers, auto’s en bussen, dat ik dat liever niet heb.

En dan komt ze met een grote glimlach bij mij zitten en bestelt een warme melk met honing. Véél honing, want die zit in zo’n “ketchupfles”, zoals ze het zelf noemt.

Dat zijn zo van die kleine gestolen momentjes tussen mijn dochter en mij, en ik geniet er volop van.

Mijn hoofd loopt om…

Om het maar eens met een mooie Hollandse uitdrukking te zeggen. Het zijn ook van die rare dagen: de examens zijn gedaan maar er moet nog vanalles gebeuren.

Deze morgen stond ik om kwart over negen per fiets in ’t stad, meer bepaald met drie, vier, vijf en zes aan de Sphinx voor ‘A Star is Born’: niet bepaald het soort film dat ik thuis zou bekijken, maar ik was wel onder de indruk van zowel Lady Gaga – dju dat mens kan toch echt wel zingen! – als Bradley Cooper. Knappe vent, met een goeie stem. Uhhuh.

Daarna dweilde ik nog even door ’t stad op zoek naar een leuke en betaalbare kersttrui, maar helaas. Ik vond wel nog een paar andere leuke dingetjes, en was tegen half twee thuis. De kinderen hadden tegen dan al gegeten, oef.

Na nog een hoop klassenraadwerk reden Merel en ik alweer richting ’t stad, met de auto deze keer, voor haar blokfluitles. En daarna liepen we nog even samen naar de Korenmarkt, want ze had nog geen vieruurtje gehad. Het werden dus maar churros, en erg dat ik dat vond!

En na het eten ging ik nog even een kijkje nemen bij ons pa, maar die stelde dat prima. Nog steeds even duizelig, maar wel ferm content en op zijn gemak daar in ’t ziekenhuis. Oef.