Van ridders, rommel en rugby

Kobe mocht deze morgen naar een hoogst origineel verjaardagsfeestje: uitgebreid ontbijtbuffet, en dan bedoel ik echt wel uitgebreid.

IMG_1006

Ze waren wel met een aantal ridders en prinsessen, en hij had zich prima geamuseerd, vertelde hij.

11133923_10152799962824157_5196498901504949719_n

Ik heb ondertussen de koe bij de horens gevat, en ben Merels kamer beginnen uitmesten. Het kind kan nochtans prima opruimen, maar zag er zich geen beginnen meer aan, omdat het allemaal zo vol stond en alle kasten ook vol zaten. Ik ben dus begonnen met het uitlegen van haar kasten, schuiven, alles eigenlijk. En dan systematisch opruimen, en we gaan zelfs wat meubeltjes verzetten. De bedoeling is dat we alle babyspullen en ongebruikt speelgoed gewoon weggeven. Ik vermoed dat het een pak zal zijn. En daarna is het de beurt aan Kobe en Wolf. Poeh. Ik weet weer wat gedaan deze vakantie. Maar bon, het resultaat zal er hopelijk ook mogen wezen. Oh, en alle weg te geven spulletjes vind je hier.

De avond begon heel rustig, en eigenlijk tegen mijn goesting heb ik me opgepakt en ben naar de rugby vertrokken: daar was ons groot Paastoernooi aan de gang, en ik had me opgegeven om een shift te draaien als manusje-van-alles tussen tien en middernacht. Maar eigenlijk is dat op bardienst in de grote tent uitgedraaid, en ik heb me kostelijk geamuseerd. Het heeft wel wat, aan stevig tempo staan bedienen terwijl je staat te dansen als een gek. Het werkt in elk geval aanstekelijk, heb ik gemerkt. En ik heb er dan nog maar meteen een extra shift bij gedraaid, want ze konden me wel gebruiken, en ik amuseerde me toch. Amai mijn rug!

Maar eigenlijk feitelijk een prima avond gehad!

Wisselende emoties

’t Ging weer hard vandaag. Ik wilde nog in allerijl een blogpost online zetten op de schoolblog, en ging net op tijd op school zijn. Tot me inviel dat ik geld vergeten afhalen was om de fotografen te betalen. Gelukkig namen de collega’s het over, en was alles al opgestart toen ik tien minuten te laat toekwam. Maar stress, man!

Ik liep alweer rond voor de domste dingen eerst, hoste van het een naar het ander, en we moesten ons nog haasten om alles op tijd rond te krijgen. Maar bon, een verslag van de ganse projectweek, met de bekroonde foto’s, vindt u hier.

Aansluitend ging ik met één van de fotografen, een goeie vriendin die ik veel te weinig zie, eten in ons favoriet Lepelblad. Het deed deugd nog eens ongebreideld te kunnen kletsen, en we hebben meteen in de paasvakantie opnieuw afgesproken. Yay!

Ik repte me naar huis, gaf de intussen aangekomen kinderen een vieruurtje, en reed tegen vijf uur naar het UZ om ons ma af te halen na de eerste chemo. Ze was nog wat misselijk, en de dokter wou eerst helemaal zeker zijn voor hij haar liet gaan. En dus was het al bij al half acht voor ik opnieuw thuis was, maar ons ma lag intussen gezellig onder een dekentje in haar eigen zetel, terwijl de chemo nog vrolijk verder doorliep via het poortje, en eigenlijk voelde ze zich tegen dan vrij behoorlijk. Het is niet veel, maar het is het minste wat ik kan doen, haar brengen of halen.

Enfin, thuis ben ik in de zetel geploft: doodmoe, en een beetje op. Lang leve de vakantie…

En toen was er de film Star Trek: into Darkness, en ik kan het niet helpen, van Star Trek word ik gewoon goed gezind. Voeg daar nog Chris Pine, Benedict Cumberbatch en vooral Zachary Quinto aan toe, en ik zit al helemaal te grijnzen. Oh yeah!

Den Haag vandaag.

Zeven uur, het blijft vroeg om op een bus te stappen. Maar als je naar Den Haag gaat, heb je niet zo veel keuze, eigenlijk, toch niet als je er nog wat valabele uurtjes wil doorbrengen.

We begonnen aan een frisse, maar gelukkig wel zonnige stadswandeling met oog voor alle mogelijke architecturale en geschiedkundige bezienswaardigheden, en ik had eigenlijk wel een fijne groep mee.

In de namiddag heb ik dan voor het eerst het Eschermuseum bezocht: vorig jaar moest ik twee keer mee op wandeling, deze keer lukte het wel. Ik heb echt een hoop dingen bijgeleerd, zoals domweg het verschil tussen een houtgravure en een houtsnede, of dat je ook afdrukken kunt maken met metaal, en dat soort dingen. Lang leve mijn collega’s van wiskunde en hun deskundige uitleg! In het museum zelf hangen natuurlijk ook wel schitterende dingen…

En toen liepen we naar de bus, passeerden we nog een vleermuisnestkastje, en speelden we spelletjes op de bus. Serieus waar. Vreselijk goed gelachen, trouwens!

Wrange grap…

Ik wou dat het een éénaprilgrap was, eigenlijk. Maar ik vond dit geen slechte dag om erover te schrijven: het is hoe dan ook ironisch.

Om kort te gaan: mijn moeder heeft kanker. Van de taaie, virulente, ongeneeslijke soort.

Eerst wou ik er niet over schrijven, maar ongeveer iedereen in het dorp weet het toch al, alle familie weet het, en voor mij heeft het een te groot impact op mijn leven om het er niet over te hebben, vandaar.

Pancreaskanker dus. Met serieuze uitzaaiingen in de lever. Mijn ma, die nog geeneens 70 is, zo vol leven, bruisend, energiek, en die altijd zo gezond heeft geleefd. Mijn lieve maatje dus. Ze voelde zich moe, behoorlijk moe, en had geen eetlust. In die mate, dat ze vijf kilo afgevallen was, en dus bij de huisarts bloed liet trekken. Daar bleken de waarden min of meer normaal, al had er toch al een belletje moeten rinkelen over de leverwaarden. Toch als je echt naar iets op zoek bent. Maar toen ze maar moe bleef, en bleef vermageren, trok ze naar een internist.

Dat was op vier maart. Die nam een echo van haar lever, zag plekken, had er absoluut geen goed oog in, en wilde haar al de volgende morgen voor verdere onderzoeken en scans. En dan vrijdag opnieuw bij hem, voor nog meer. En toen viel het verdict: pancreaskanker met zware metastasen in de lever. Het was een wonder dat ze er nog zo goed uitzag, en een nog groter mirakel dat ze nergens last van had, behalve dan wat vermoeidheid. Maar zonder behandeling had ze nog drie maanden, maximaal. Mét behandeling kon hij het niet zeggen: één jaar, met wat geluk twee? Eén keer in zijn lange carrière had hij drie jaar meegemaakt, maar dat was hoogst uitzonderlijk.

Het nieuws sloeg in als een bom. Ons ma belde me op het moment dat ik normaal gezien een springuur heb, maar waarin ik ingevallen was voor een collega en Grieks stond uit te leggen aan eerstejaartjes. Ik vluchtte naar het secretariaat en sloot de deur, en liet het nieuws langzaam inzinken.

En dat was dat, eigenlijk. Ons ma en ik, we zijn allebei nogal nuchter. Ja, ik heb er nog om gehuild, toen ik plots een bepaald nummer op mijn Spotify voorbij zag komen. De tranen waren toen even niet te stoppen. En toen ik een krop in de keel kreeg bij de Carpe Diem van Horatius, heb ik het aan die klas verteld, dat was ik hen wel verschuldigd. En ja, ik zal er nog om huilen, want het is zo oneerlijk, zo hard, zo gemeen.

Maar intussen moeten we verder. En hoef ik geen nieuwe fiets te kopen, dixit ons ma, want ik kan over een half jaar die van haar krijgen. Intussen zitten we in het UZ omdat zij verder kunnen gaan met een behandeling dan gelijk welk ander ziekenhuis, en gaan we voor de zwaarste chemo. Vandaag heb ik haar gevoerd en gehaald: er moest een “poortje” gestoken worden, een rechtstreekse lijn in een hoofdader, zodat de chemo net iets vlotter verloopt. Morgen volgt dan de eerste chemo.

We zien wel. Intussen koester ik elk moment dat ik heb met haar, en probeer ik niet te focussen op de ziekte. Want ze is eigenlijk nog steeds niet ziek, alleen moe. Een wonder, ja. En ze ziet er fantastisch uit! Of wat vindt u van de foto van vijf maart?

avatarma

 

Stad in Beeld, dag twee

Deze dag begon zo’n klein beetje minder goed. Ik moest om 9.05 uur in het Sint-Pietersstation zijn. Zonder verkeer is dat tien minuten rijden, dus ik dacht: als ik om half negen aanzet, zal dat wel loslopen. Niet dus. Er bleek een ongeluk gebeurd te zijn op de R4, en het leek me verstandiger om er dus ter hoogte van Mariakerke af te gaan, en dan via de Palinghuizen en de Rooigemlaan naar het station te rijden. Hmpf. Ik was beter blijven aanschuiven dus. Want ik stond op de afrit in de file, aan de Palingshuizen in de file, en dan zat de hele binnenring compleet strop. Maar blijkbaar was ik lang niet de enige: het Rabot was ook compleet afgesloten wegens vallende brokstukken van de Rabottorens, en er waren een zevental leerlingen die het ook niet gingen halen. Mijn collega is toen op de stationschef afgestapt met de vraag of wij in groep ook een trein later konden nemen, en dat kon. Oef! Want ik ben uiteindelijk de binnenring afgereden aan de Drongensesteenweg, om dan de R4 weer op te rijden en zo eindelijk aan het station te geraken. Man man man!

Enfin, we hebben zelfs nóg een trein later genomen, want een van de leerlingen haalde het nog niet.

Bon, Brussel dus. Fotozoektocht. Ik stapte af met mijn leerlingen aan het Noordstation, en de collega’s respectievelijk aan het Zuid of het Centraal. Doorheen de stevige wind stapte ik fluks richting Grote Markt, liet me verrassen door een plotse plensbui, maar eigenlijk genoot ik ervan.

 

Ik zocht de collega’s op, we dronken een koffietje, liepen wat rond, zochten leerlingen, liepen af en toe een winkel binnen, probeerden even langs te gaan bij een kunstproject van vrienden van een van de collega’s, deden zelf van fotozoektocht in een lekker, maar groezelig Thais restaurantje, waaiden intussen een paar keer weg, en moesten ons nog bijna reppen. Wat nergens voor nodig was, want wegens personen op de sporen had onze trein een half uur vertraging. En een tussentijdse trein nemen ging niet, want die van ons was wel degelijk gereserveerd.

Ach ja. Afgezien van de vervoersperikelen, best een fijne dag, en met gelukkig heel weinig regen!